Gehoorrevalidatie & inleiding hoorhulpmiddelen
Liplezen
Doelen
• De student kan de beïnvloedende factoren op het liplezen weergeven.
• De student kan het begrip ‘viseem’ verklaren.
• De student kent de verschillende visemen.
• De student kan de begrippen bottom-up en top-down verklaren.
• De student kan het verschil tussen een objectief en subjectief waarnemingstype uitleggen.
• De student kan bij de verschillende oefenstadia voorbeelden herkennen en zelf oefeningen bedenken.
• De student kan o.b.v. een casus een gepast behandelingsplan uitwerken.
Wat niet meer hoorbaar is, kunnen we nog aanvullen via spraakafzien en liplezen.
Het is niet de bedoeling om patiënten te leren om alles af te lezen van de lippen. Het is bedoeld om de gaten bij
mensen met gehoorapparaat op te vullen. (Stukje niet gehoord -> aflezen)
Er zijn 8 visemen (klankgroepen) die je echt kan aflezen (p, b, m zien er hetzelfde)
Terminologie
• Liplezen: aflezen van mondbeelden (visemen)
Je gebruikt geen stem, want als je luidop leest, train je het liplezen niet
Bij gehoortraining gebruik je juist wel je stem, maar dek je je mond af
SPRAAKAFZIEN is een betere term in functie van therapie
• Spraakafzien: 2 componenten:
o Natuurlijke expressie: oogcontact, oogbewegingen, mimiek, natuurlijke gestes
Je gaat niet enkel mondbeelden aflezen maar je houdt ook rekening met het aanleren van
oogcontact en expressie in de gaten houden
o Liplezen: beperkt tot mondbeelden: dynamisch proces, doet sterk beroep op KTG
Visuele componenten van de spraak vormen de bouwstenen van het spraakafzien, maar er zijn ook
beperkingen:
o Veel spraakkenmerken visueel niet waarneembaar
Zoals: stemhebben of stemloos; nasaliteit; articulatiewijze (explosief?)
o Verschillen in spreekgewoonten (dialecten)
o Co-articulatie (bv. Assimilatie)
o Te hoog spreektempo
o Top-downprocessen
• Audiovisuele spraakperceptie
= audiovisueel proces: integratie van zien & horen
➔ Gesproken taal + oogcontact en -bewegingen
➔ Emoties: verbaal én visueel uiten
Voor doven en slechthorenden:
Meer visuele info toevoegen aan proces van audiovisuele spraakperceptie
‘Wat niet meer hoorbaar is, aanvullen via spraakafzien en liplezen’
Invullen van de gaten die je niet gehoord hebt!
1
,Belangrijk om veel uitleg bij te geven
Vaak een zenuwachtige reactie bij de therapie (‘Ik kan dat niet, je praat en ik hoor je niet’)
Het is belangrijk om uit te leggen ‘waarom’ je deze therapie zal geven
➔ Dit is hetzelfde bij alles (UITLEG) (bv. Openmondgedrag ➔ luchtkabouters)
Oefengang
1. Visuele gerichtheid en visuele aandacht
• Bewustmaken van het belang van visuele aandacht voor omgevingsfactoren
• Zichtbaarheid van het mondbeeld
o Voldoende licht
o Goede lichtinval
o Beperkte afstand van spreker tot liplezer
In deze fase DOEL van de therapie bijbrengen:
Wat niet meer hoorbaar is, leren aanvullen met de vaardigheid van het liplezen/spraakafzien
Je moet ervoor zorgen dat de visuele aandacht erbij blijft (bv. Het kind moet wachten tot de logopedist het
woord gezegd heeft voordat hij naar het blaadje mag kijken)
2. Bottom-up
• Liplezen in enge zin ‘het aflezen van visemen’
Visemen = spraakklanken die met (vrijwel) hetzelfde mondbeeld geproduceerd worden
Viseemcluster = groep klanken met dezelfde visuele kenmerken
Visemen onderscheiden:
• Vocalen (makkelijkst te onderscheiden):
o Mate van lippenronding of -spreiding
o Mate van kaakopening
• Consonanten (moeilijk):
o Articulatieplaats
o Bilaiaal/labiodentaal
o Articulatiewijze en stemhebbendheid onzichtbaar
Als de patiënt het begrijpt, begin je aan de therapie (anders niet)
Bottom-up: vanaf de basis naar de hersenen en zo een geheel vormen (bv. ‘V’ ‘i’ ‘‘s’ ➔ vis)
“Ik ken geen woord met de letter ‘m’” ➔ “ja, maar het is niet altijd ‘m’ als de lippen sluiten, het kan ook ‘p’ of ‘b’
zijn”
2
,Vocalen via klinkerdriehoek
• Hoe is de kaakopening?
• Hoe is de lipronding/-spreiding?
In therapie begin je altijd met klanken die erg van elkaar verschillen (bv. ‘Oe’ en ‘ie)
8 viseemclusters:
Viseem Klanken Stand van lippen Stand van kaken
Bilabiaal viseem p-b-m Dicht Dicht
Labiodentaal viseem f-v Onderlip tegen boventanden Dicht
Zo wijd mogelijk viseem aa-a Neutraal Zo wijd mogelijk open
Wijd lipstulpingsviseem oo-o Getuit Wijd open
Nauw lipspreidingsviseem ie-ee-i Gespreid Nauwelijks open
3
, Nauw lipstulpingsviseem oe-uu-eu-w Getuit Nauwelijks open
Wijd lipspreidingsviseem e Gespreid Wijd open
Lipstulpingsviseem sj (shampoo) Gestulpt en gerond Nauwelijks open
g (gelei)
Oefeningen: welk viseem?
Zo wijd mogelijk viseem Nauw lipspreidingsviseem
a-aa ie-ee-i
Labiodentaal viseem
f-v
Bottom-up = systematisch aanbrengen van visemen
Voor elk viseem komen de volgende aspecten aan bod:
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur raniterrier. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,66. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.