Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Lesnotities Vennootschaprecht (1204TEWVSG) €8,99
Ajouter au panier

Notes de cours

Lesnotities Vennootschaprecht (1204TEWVSG)

 2 vues  0 fois vendu

Dit document bevat lesnotities (inclusief referenties naar het wetboek) van alle lessen Vennootschapsrecht aan de faculteit Bedrijfswetenschappen en Economie in het academiejaar 2023/2024. Heb zelf enkel dit document gebruikt als voorbereiding op het examen en een 15/20 behaald. Wees wel bewus...

[Montrer plus]
Dernier document publié: 7 heures de cela

Aperçu 4 sur 41  pages

  • 18 janvier 2025
  • 18 janvier 2025
  • 41
  • 2023/2024
  • Notes de cours
  • Hendrik vanhees
  • Toutes les classes
Tous les documents sur ce sujet (10)
avatar-seller
StudentFBE
Vennootschapsrecht
 Waarom richten mensen een vennootschap op?
2 laatste zijn het meest belangrijk
1. Iemand heeft een idee maar geen geld om het te realiseren: samenwerking tussen 2
personen
2. Fiscale redenen: bv. oprichten van vennootschap zodat je kan factureren vanuit
vennootschap en op die manier dividenden aan jezelf kan uitkeren uit de
vennootschap wat minder belast wordt
3. Overdracht van vermogen (geld, vastgoed, …) naar een volgende generatie
4. Gelijkheid: een vennootschap is bijna altijd een samenwerkingsverband tussen
meerdere personen. Een samenwerking tussen personen zal men vaak juridisch gaan
maken. Dit kan op 2 manieren
a. Arbeidsrelatie/overeenkomst: Nadeel is wel dat er altijd een werknemer en
werkgever zal zijn. Niemand die samenwerking aangaat wil
werknemer/ondergeschikt zijn aan de andere. Totaal geen goede optie dus
b. Vennootschap: meest interessante optie. Al de personen binnen
samenwerking zullen vennoten (= aandeelhouder) worden. Iedereen staat
hierdoor op gelijke voet, echter zien we in realiteit dat er wel vaak verschil in
macht is tussen aandeelhouders obv. aantal aandelen dat ze hebben in
vennootschap.
5. Beperking van aansprakelijkheid: een stuk van je privaat vermogen ga je afzonderen,
deze ga je dan gebruiken voor het uitvoeren van je handelsactiviteiten. Stel dat je
later in de problemen/schulden geraakt kan men enkel dat kleine stuk van je privaat
vermogen aanspreken en niet je volledige vermogen wat wel zou zijn zonder
vennootschap.

 Bronnen van het vennootschapsrecht

In 2019 is er zeer grote hervorming geweest van het vennootschapsrecht.

o Redenen van hervorming:
1. Er waren zeer veel vennootschapsvormen in België (15)
2. Vroeger hadden we handelsvennootschapen (vennootschap om handel
mee te drijven) en burgerlijke vennootschappen (vennootschap waar
geen handelgedreven mee werd)  deze 2 zijn afgeschaft, er is gewoon
nog 1 vorm die alles omvat
3. Er waren zeer veel regels waar men niet kon van afwijken waardoor je
aan zeer veel regels gebonden was als je handel wou drijven. Deze regels
zijn nu van aanvullend recht geworden, hierdoor kan je vennootschappen
nu meer vormgeven naar je eigen behoefte omdat je aan die regels niet
meer gebonden bent.

 Eigenlijke bronnen van vennootschapsrecht
Nationale bronnen het meest belangrijke
1. Nationale bronnen
2. Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (WVV)

, 3. Het overeenkomsten recht: vroeger werd vennootschap als een overeenkomst
gezien (moest dus altijd met min. 2 pers zijn) dus dan zou het overeenkomsten
recht altijd aanvullend werken. Dit is ondertussen niet meer het geval maar
overeenkomsten recht blijft nog steeds belangrijk.
4. Europese bronnen
5. Europese richtlijnen
6. Verordeningen: bv. oprichting van Europese NV (vennootschapsvorm die
onmiddellijk door alle lidstaten erkend wordt). Er zijn nog meer Europese
vennootschapsvormen, maar maakt niet veel uit.
7. Verdrag werking Europese Unie:
 Vrije vestiging: Een vennootschap in België kan de zetel verplaatsen
naar een andere lidstaat.
8. Internationale bronnen:
o Verdragen voor erkenning van vennootschappen



 De mogelijkheden
o Toestand tot 2019:
Een vennootschap werd altijd gezien als een overeenkomst. Je kan pas een
overeenkomst hebben als er minstens 2 personen zijn. Je moest dus met minstens 2
zijn om een vennootschap op te richten, een maximum was er nooit.
o Toestand vanaf 2019:
Een vennootschap wordt niet meer gezien als een overeenkomst maar als een
rechtshandeling. Een rechtshandeling is een handeling die je bewust stelt met het
oog op het tot stand brengen van juridische gevolgen. Maar een rechtshandeling kan
je ook eenzijdig stellen waardoor je niet meer met 2 hoeft te zijn om een
vennootschap op te richten.
Echter zijn er maar 2 vennootschap die je eenhoofdig kan oprichten  NV + BV
Deze 2 mag je natuurlijk ook oprichten met meer dan 1 persoon.
Uitzondering! De coöperatieve vennootschap (CV)  hier moet je met minstens 3
zijn

,  Wat is een vennootschap

(Artikel 1.1  staat in boek 1 het eerste artikel)

Zie artikel 1.1 in WVV  maakt duidelijk dat er geen overeenkomst meer nodig is voor het oprichten
van een vennootschap.
Belangrijk:

o Je bent pas een vennoot wanneer je een inbreng doet in die vennootschap.
o Bij het oprichten van een vennootschap moet je altijd een doelstelling opstellen bv.
uitbaten frituur.
o Je moet winst willen maken (winst oog merk) en die winst willen uitkeren.

 Verschil van een vennootschap tegenover andere verenigingsvormen
o Vennootschap <> vereniging (bv. vzw zoals een sportclub): zie artikel 1.2
 Vereniging moet opgericht worden met overeenkomst
 Het nastreven van een belangeloos doel (bv. organiseren sportclub,
jeugdbeweging, …)  men moet dus nog steeds doelstelling opstellen
 Men mag nooit winsten uitkeren noch winst maken als doelstelling hebben
 Geen inbreng noodzakelijk (NIET vermeld in WVV!!)
o Vennootschap <> stichting: zie artikel 1.3
 Stichting is een rechtspersoon zonder leden (geen vennoten, …)
 Geen leden
 Het nastreven van een belangeloos doel (bv. opvangen katten, opslag
schilderijen, …)
 Men mag nooit winsten uitkeren
o Sluiten van een overeenkomst
 Overeenkomst is geen vennootschap want je hebt hiervoor 2 zaken nodig
wat niet aanwezig is bij een overeenkomst.
1. De inbreng
2. Winst oog merk + winstverdeling
o Een onverdeeldheid tussen personen
 Vrijwillig creëren: bv. samen een huis kopen
 Door de wet gecreëerd: bv. je hebt broers/zussen en je ouders overlijden. De
erfenis wordt verdeeld over de verschillende kinderen.

Een onverdeeldheid is als het ware een mede-eigendom. Dit treedt op wanneer meerdere
mensen aanspreken hebben op 1 goed.

Een onverdeeldheid is GEEN vennootschap, want je enige bekommernis bij onverdeeldheid is om
deze in stand te houden. Je hebt dus voor de rest geen doelstelling wat noodzakelijk is voor een
vennootschap.
Wanneer je als doel hebt om een onverdeeldheid uit te bouwen dan heb je wel een doel waar je
ook winsten gaat uitdelen. (bv. je gaat je woning gaan verhuren, je wilt dus winsten maken)

Onverdeeldheid is normaal dus geen vennootschap maar kan wel een vennootschap worden.

,  Vennootschap types (4)
1. De maatschap: hierbinnen zijn een aantal variaties op mogelijk
o De VOF (=vennootschap onder firma)
2. De BV (=besloten vennootschap): minimum inbreng van kapitaal is hier niet meer
essentieel voor, meest populaire vorm. Inbreng natuurlijk nog wel steeds noodzakelijk
door art 1.1.
3. De NV (=naamloze vennootschap): vennootschap voor kapitaalintensieve vereisten,
vandaar ook vereist minimumkapitaal en strenge wetgeving rond kapitaal.
4. De CV (=coöperatieve vennootschap): gaan we niet zien, lijkt sterk op de BV

Dit zijn de enige 4 Belgische basisvormen. Maar er zijn ook nog 2 Europese vormen, deze gaan we
niet zien.



 Artikel 1.5 WVV

Hier staan alle vennootschap vormen opgesomd die we kennen (incl. wettelijke afkortingen),
onderverdeeld in 4 paragrafen.



 Typedwang // gesloten systeem

Bij oprichten van vennootschap moet je kiezen wat voor vennootschap type je gaat kiezen. Het is
onmogelijk om bv. stukken van een NV te nemen en stukken van een BV. Je moet ALTIJD één
basistype kiezen bij het oprichten van een vennootschap. Je mag NOOIT verschillende types
combineren. Wanneer je dit toch doet zal een rechter je vennootschap vereenvoudigen tot 1
basistype.



 Artikel 1.5 paragraaf 1 + 2

Alle vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid  paragraaf 1

Alle vennootschap met rechtspersoonlijkheid  paragraaf 2



 Rechtspersoonlijkheid

We zijn allemaal een natuurlijk mens met een adres, naam, nationaliteit, handelingsbekwaamheid 1.

Ieder rechtspersoon heeft ook een eigen vermogen, de inbreng voor oprichten van een
vennootschap wordt dus het eigen vermogen van de rechtspersoonlijkheid.

VB. een vennootschap opgericht door 3 personen MET rechtspersoonlijkheid. Dit wil zeggen dat er
een entiteit wordt opgericht dat losstaat van alle 3 de personen/oprichters waardoor zij een
beperkte aansprakelijkheid zullen hebben. Deze entiteit is een rechtspersoonlijkheid en heeft dus
ook dezelfde kenmerken. Je moet je vennootschap dus een adres, naam, … geven.




1
Zie cursus ondernemingsrecht

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur StudentFBE. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

59063 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 15 ans

Commencez à vendre!
€8,99
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté