Samenvatting macroeconomie - master in management - 2024-25
Het bevat de lectures 2 tem 11 (enkel lecture 1 niet samengevat)
L2: Chapter 4: financial markets
L3: Chapter 5:Goods and financial markets: the IS-LM model
L4: Chapter 6: The extended IS-LM model
L5: Chapter 18,19,20: The Open Ec...
1. Two types of assets
2. The demand for money
3. Money supply and equillibrium interest rate
4. Interest rates and bond prices
5. How about banks in the economy?
6. The liquidity trap
1. Two types of assets
▪ Money (geld): dat je kunt gebruiken voor transacties (pays no interest).
Er zijn twee soorten money:
- Currency (coins and bills)
- Checkable deposits: de bankdeposito's waarop u cheques kunt uitschrijven (geld
op je bankrekening)
▪ Bonds (obligaties): => pay a positive interest rate, maar ze kunnen niet worden gebruikt voor
transacties. Vb. staatsbon (daarmee kan je natuurlijk niet betalen)
De verhouding (proportie) tussen money en bonds die je wilt aanhouden hangt voornamelijk af
van twee variabelen:
- Your level of transactions (transactions demand): je hebt voldoende nodig om al je
kosten zoals boodschappen mee te betalen.
- The interest rate on bonds (speculative demand): je wil iets verdienen op je holdings
2. The demand for money
Formeel de twee soorten demand (vraag) vastleggen:
𝑀𝑑 = €𝑌. 𝐿(𝑖)
Met:
Md Money demand: het geld dat je niet in bonds steekt (wat beschikbaar is om uit te geven)
€Y Nominal income (totaal wat je verdiend)
L(i) Een functie van de interest rate i
Hoe lees je deze vergelijking?
The demand for money, 𝑀𝑑 , is equal to nominal income, €𝑌, times a function of the interest
rate, 𝑖, with the function denoted by 𝐿(𝑖) .
1
, 𝑀𝑑 = €𝑌. 𝐿(𝑖)
De Demand for money:
▪ Increases in proportie met het nominal income €Y: Als je nominal income verdubbeld dan is
je Md = €Y’.L(i)= 2€Y.L(i) (maar je Md) verdubbeld niet perse omdat je ook een deel van je
inkomensstijging wil investeren in bonds.
▪ hangt negatief af van de rentevoet, 𝑖: Hoe hoger de interest rate i, hoe interessanter het is om
je geld te houden en in bonds te steken => waardoor de demand for money Md kleiner wordt.
Md = het geld wat je niet in bonds steekt en je dus kan gebruiken
Grafisch:
▪ For a given level of nominal income, a lower
interest rate increases the demand for money
(movement along the curve)
Uitleg: Als de interest rate i lager wordt, wordt het
minder interessant om ons geld in bonds te steken,
waardoor we meer geld beschikbaar maken om uit te
geven (Md neemt toe)
▪ At a given interest rate, an increase in nominal
income shifts the demand for money to the right.
(movement of the curve)
Uitleg: Als bij een constante interest rate i, het nominal
income €Y toeneemt (totaal inkomen), dan is er dus meer
money beschikbaar om te gebruiken (Md) bij diezelfde i.
Let op! Een deel van je inkomensstijging gaat ook naar
bonds omdat je meer wil investeren.
Wees voorzichtig met de symbolen!
▪ Income is wat je verdient met werken plus wat je ontvangt aan rente en dividenden. (a
flow of money) uitgedrukt per tijdseenheid. (vb. €2500/maand)
▪ Saving is dat deel van het inkomen na belastingen dat niet wordt uitgegeven. Het is ook
een geldstroom. (vb. Savings van oktober was 20% van je income)
▪ Financial wealth of “wealth” is de waarde van al je financiële assets min al je financiële
verplichtingen (liabilities). In tegenstelling tot inkomen of sparen, die flow variables zijn,
is financieel vermogen een stock variable.
2
, ▪ Investment: is een term die economen gebruiken voor de aankoop van nieuwe
kapitaalgoederen (capital goods), van machines tot fabrieken tot kantoorgebouwen.
Wanneer je wilt praten over de aankoop van aandelen of andere financiële assets, moet
je deze aanduiden als een financial investment.
▪ Financial investment: de aankoop van aandelen of andere financiële assets
3. Money Supply and the Equilibrium Interest Rate
LM relation
▪ Assume money is only the currency printed by the central bank:
𝑀𝑆 = 𝑀
Equilibrium:
𝑀𝑜𝑛𝑒𝑦 𝑠𝑢𝑝𝑝𝑙𝑦 = 𝑀𝑜𝑛𝑒𝑦 𝑑𝑒𝑚𝑎𝑛𝑑
𝑀 = €𝑌. 𝐿(𝑖)
De interest rate i moet zodanig zijn dat gegeven hun inkomen €Y, mensen bereid zijn een
hoeveelheid geld aan te houden die gelijk is aan de bestaande money supply.
The equilibrium interest rate i
De interest rate i moet zodanig zijn dat:
▪ The supply of money M (die onafhankelijks is van de interest rate) is equal to the demand
for money (die wel afhankelijk is van de interest rate).
Money supply MS is onafhankelijk van de interest rate i
Money demand Md is afhankelijk van de interest rate i
In het equilibrium zijn: Money supply = Money demand
3
, Increase in Money Supply:
▪ An increase in the supply of money by the CB leads to a decrease in the interest rate i
Omdat in equilibrium: Money supply = Money demand. Dan zal bij een toename van MS=Md
en constant nominal income €Y de interest rate i moeten dalen (i heeft negatief verband met
M).
𝑀𝑜𝑛𝑒𝑦 𝑠𝑢𝑝𝑝𝑙𝑦 = 𝑀𝑜𝑛𝑒𝑦 𝑑𝑒𝑚𝑎𝑛𝑑
𝑀 = €𝑌. 𝐿(𝑖)
Increase in Nominal Income:
An increase in nominal income leads to an increase in the interest rate i
Toename nominal income: €Y => €Y’
Toename level of transactions
Demand for money Md stijgt (er is meer
geld beschikbaar om uit te geven)
bij de initiële i is de Md groter dan het aanbod
MS. De renteverhoging verlaagt de hoeveelheid
geld die mensen willen aanhouden en herstelt
het evenwicht.
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur NoahL. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.