Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Nederlands - Vives Brugge - 1ste jaar (1ste semester) €5,49
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Nederlands - Vives Brugge - 1ste jaar (1ste semester)

 0 fois vendu

Dit is een uitgebreide samenvatting voor het vak 'Nederlands' van het 1ste jaar (1ste semester) aan de hogeschool Vives Brugge. Door deze samenvatting ben ik geslaagd voor het examen.

Aperçu 4 sur 36  pages

  • 19 janvier 2025
  • 36
  • 2022/2023
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (5)
avatar-seller
paulinerowan
WOORDLEER
10 woordsoorten

ZELFSTANDIG NAAMWOORD (SUBSTANTIEF)

DEFINITIE

Zelfstandig naamwoord = woord dat een zelfstandigheid (mens, dier, ding, stof, gevoel, eigenschap, …)
aanduidt.

Meestal een lidwoord voor een zelfstandig naamwoord: het nieuws, Jerom, een zusje, …

Meeste zelfstandige naamwoorden: zowel enkelvoud als meervoudsvorm.
Meervoudsvormen worden gevormd door toevoegingen van:
- (‘)s shampoos, baby’s
- (e)n mensen, zieken
- eren kinderen, eieren

Van sommige znw kan een genitief (bezitsvorm) gevormd worden
=> Jeroms zusje, papa’s auto

Meeste znw kun je verkleinen
=> autootje, zusje, nieuwtje, Jerommeke, …

SOORTEN


SOORTNAAM OF EIGENNAAM

Soortnaam = zelfstandig naamwoord dat verwijst naar een bepaalde soort
=> het nieuws, een auto, de computer, het concept, …

Eigennaam = zelfstandig naamwoord dat verwijst naar een persoon of iets unieks
=> schrijven we doorgaans met een hoofdletter
=> Jerom, Roeselare, Butaye, Gasthuisstraat, …


CONCRETE OF ABSTRACTE ZELFSTANDIGE NAAMWOORDEN

Concreet = duidt tastbare of waarneembare zelfstandigheden aan
=> dochter, cadeautip, Roeselare, …

Abstract = niet tastbaar of conreet waarneembaar
=> maart, juli, renaissance, …




1

,SAMENSTELLING OF AFLEIDING

Samenstelling = grondwoorden treden op als zelfstandig woord
-> Soms verbindt een tussenklank de verschillende grondwoorden (dorp-s-gek)
-> Kunnen beide zelfstandig voorkomen (ander-maal)

Afleiding = woorden waarbij niet alle delen zelfstandig kunnen voorkomen
-> bewonderen (be kan niet zelfstandig voorkomen)

GENUS

Genus = woordgeslacht: elk zelfstandig naamwoord heeft een genus

De = mannelijk of vrouwelijk
Het = onzijdig

BIJVOEGLIJK NAAMWOORD (ADJECTIEF)

DEFINITIE

Bijvoeglijk naamwoord = woord dat een eigenschap of een hoedanigheid van een ander zelfstandig gebruikt
woord (meestal znw) aanduidt.
=> heuglijk nieuws, kleine meisje, …

Bijvoeglijke naamwoorden kunnen meestal verbogen worden (buiging -e of -s)
=> een goede vriend, het gele rokje, iets kleins, …

SOORTEN

Bijvoeglijke naamwoorden kunnen op 3 manieren gebruikt worden: attributief, predicatief of zelfstandig


ATTRIBUTIEF BIJVOEGLIJK NAAMWOORD

Bijvoeglijk woord staat voor het woord waar het iets over zegt
-> U bent een moeilijk persoon


PREDICATIEF BIJVOEGLIJK NAAMWOORD

Bijvoeglijk naamwoord wordt door koppelwerkwoord verbonden aan woord waar het iets over zegt
-> Hij is moeilijk


ZELFSTANDIG BIJVOEGLIJK NAAMWOORD

Bijvoeglijk naamwoord wordt zonder zelfstandig naamwoord gebruikt. Zelfstandig naamwoord komt ergens
anders voor in de zin
-> U bent een moeilijke
-> De goede boeken en de slechte




2

,TRAPPEN VAN VERGELIJKING

Typisch voor bijvoeglijke naamwoorden is dat ze kunnen uitdrukken in welke mate een bepaalde eigenschap of
hoedanigheid aanwezig is.

We onderscheiden 3 trappen van vergelijking.:

De overtreffende trap (Eva is de grootste) superlatief

De vergrotende trap (… is groter dan Eva) comparatief

De stellende trap (Eva is even groot als …) positief

WERKWOORDEN

DEFINITIE

Werkwoord = woord dat een werking od een toestand uitdrukt.
=> brengen, hebben, eten, spelen, …

Werkwoorden zijn meestal verbonden met een onderwerp + kun je vervoegen + van tijd veranderen.
=> Ik werk al veel, maar hij werkte nog meer.

SOORTEN


ZELFSTANDIGE WERKWOORDEN, KOPPELWERKWOORDEN EN HULPWERKWOORDEN

Zelfstandige werkwoorden = vormen de kern van het werkwoordelijke gezegde, hebben betekenis op zich.
=> Ilse verft Ilse verft haar haar.

Koppelwerkwoorden = hebben op zich weinig betekenis
=> komen voor in zinnen met een naamwoordelijk gezegde + krijgen pas betekenis wanneer we ze kopen aan
nwd van het gezegde
=> koppelwerkwoorden: ZWoBBeLS + heten, dunken en voorkomen (zijn, worden, blijken, blijven, lijken,
schijnen)
=> Sofie lijkt Sofie lijkt ziek te zijn.

Hulpwerkwoorden = werkwoorden die andere werkwoorden helpen om bepaalde tijd te vormen of om een
nuance uit te drukken
=> hebben weinig tot geen betekenis op zich
=> Heb je dat gezien? Zijn jullie al geland?


TRANSITIEVE EN INTRANSITIEVE WERKWOORDEN

Transitieve of overgankelijke werkwoorden = hebben een lijdend voorwerp bij zich.
=> Ik neem mijn zak mee. Ik neem iets mee
=> Heb je hem beetgenomen? Ik neem iemand beet.

Intransitieve of onovergankelijke werkwoorden = hebben geen lijdend voorwerp.
=> Het feest barsste los. Het feest barst iets los.



3

, TIJD



Tijd Onvoltooid Voltooid
Tegenwoordig Ik speel Ik heb gespeeld
Verleden Ik speelde Ik had gespeeld
Toekomend Ik zal spelen Ik zal gespeeld hebben
(tegenwoordig) Ik zou spelen Ik zou gespeeld hebben.
Toekomend (verleden
Bij onvoltooide tijden = actie is nog bezig
Bij voltooide tijden = actie is afgelopen

TELWOORD (NUMERALE)

DEFINITIE

Telwoord = woordt dat een bepaalde hoeveelheid of rangord aanduidt
=> tweeduizend, twaalf, …, derde, laatste, hoeveelste, …

SOORTEN


HOOFDTELWOORD OF RANGTELWOORD

Hoofdtelwoord: duidt hoeveelheid aan
-> nul, één, honderd, …

Rangtelwoord: duidt bepaalde rangorde aan
-> eerste, tweede, honderdste, …


BEPAALD OF ONBEPAALD

Bepaald: noemt een precieze hoeveelheid
-> honderd, negende, vijfduizend, …

Onbepaald: duidt een niet-precieze hoeveelheid aan
-> honderden, vele, weinig, zoveelste, …

VOORNAAMWOORD (PRONOMEN)

DEFINITIE

Voornaamwoord = woord dat verwijst naar een zelfstandigheid (persoon, dier, ding, …) zonder de
zelfstandigheid te benoemen.
=> We brengen u heuglijk nieuws.




4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur paulinerowan. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

64450 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 15 ans

Commencez à vendre!
€5,49
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté