Projectmanagement
Gebouwfragment kiezen
Student Zelfstandige of Student Ondernemer
1. Student Zelfstandige
Voorwaarden van het statuut:
> Leeftijd: Minstens 18 jaar, maximaal 25 jaar.
> Ingeschreven om regelmatig lessen te volgen
® in een Belgische of buitenlandse onderwijsinstelling
= voor een erkend diploma/attest/getuigschrift/creditbewijs/certificaat.
> Ingeschreven voor minstens 27 studiepunten of 17 lesuren per week.
Tenzij:
® Je een verplichte stage volgt voor een wettelijk erkend diploma.
® Je een eindverhandeling voorbereidt en indient
(maximaal 1 jaar, eerste indiening).
> Je hebt een zelfstandige beroepsactiviteit of zal deze hebben
(zonder gezag van een werkgever)
> Je betaalt minder of geen sociale bijdragen.
2. Student Ondernemer
> Geen statuut
® maar ondersteuning vanuit hogescholen en universiteiten
> Mogelijkheid tot flexibel lesrooster.
> Soms uitgebreide ondersteuning via de school.
Projectmanagement
1. Wat is een project?
= Een project is het tegenovergestelde van een gebeurtenis.
Het heeft de volgende kenmerken:
> Begrensd in de tijd:
= Het heeft een planning.
> Begrensd in middelen:
= Er is een budget (raming).
> Er is een doel:
= Dit is het ontwerp.
> Samenwerking van mensen:
= Klanten, aannemers, studie- en ontwerpbureaus werken samen.
> Volgens een plan:
= Dit is vastgelegd in de uitvoeringsbundel.
1
,2. Wat is management?
= Management is het tegenovergestelde van toeval en omvat:
> Beheer, organisatie, leiding en sturing
® historisch ontstaan bij de overgang naar zelf producerend leven
> Het streven naar een doel
® de bouw van piramides met een plan
> Het aansturen van verschillende delen/leden
® bijvoorbeeld in het Romeinse Rijk:
juiste persoon op de juiste plek, evaluatie van uitgevoerd werk
3. Wat is projectmanagement?
= Projectmanagement is het tegenovergestelde van een toevallige rij
gebeurtenissen zonder vooraf bepaald eindpunt.
Het omvat:
> Beheersen van het project/proces
o Voorbereiden:
= Luisteren naar de vraag, informatie verzamelen, voorontwerp
maken, overleg met diensten, bijschaven.
o Plannen:
= Overleggen met betrokken partijen, planning opstellen, ideale
volgorde bepalen.
o Organiseren:
= Helder communiceren via werfverslagen, team aansturen.
o Uitvoeren:
= Voorontwerp uittekenen tot volledige plannen, aanvullen met
beschrijvingen, raming, planning, werf- en atelierbezoeken.
o Afronden:
= Controle van aannemingen, opvolgen tot definitief akkoord
van klant en ontwerper, facturatie.
> Bereiken en afronden van het overeengekomen doel
o Op efficiënte wijze
= prijs, kwaliteit, tijd
o Respectvolle aansturing van medewerkers
= communicatie via tekeningen, beschrijvingen,
uitvoeringsbundel
2
, Starten met een project
> Algemene doelstellingen
o Respecteren van termijnen.
o B. Respecteren van budget én kwaliteit.
o C. Respecteren van ontwerp/idee.
o D. Altijd open, positieve en constructieve houding.
> Goede werkattitude
o Run een project alsof het voor jezelf is.
o B. Kom afspraken (stipte) na.
o C. Vermijd discussies, houd besprekingen rustig en constructief.
o D. Wees een ‘slecht nieuws buffer’ voor de klant.
o E. Bespreek projecten respectvol met aannemers.
o F. Een tevreden klant is de beste publiciteit.
1A. Termijn respecteren
> Overleg met aannemers
® over duur van werkzaamheden en mogelijke overlap
> Voeg altijd een buffer toe
® (bijvoorbeeld 2-3 weken).
> Ken aannemers vroeg in het proces
® zodat materialen op tijd besteld en geleverd kunnen worden.
> Bouw droog om vertraging door klimatologische omstandigheden te
vermijden
® (bijvoorbeeld gipskarton in plaats van nat pleisterwerk).
Financieel voordeel:
Hoe sneller een project afgerond is, hoe voordeliger dit is vanwege lagere
kosten
® (verzekeringen, belastingen, transport, etc.).
1B. Budget en kwaliteit respecteren
> Materiaalkeuze heeft grote invloed op de kostprijs.
> Vermijd verspilling door efficiënt gebruik van materialen.
> Overweeg kant-en-klare afwerkingen om kosten te besparen.
> Voer werkzaamheden in één fase uit indien mogelijk om extra kosten te
vermijden.
> Combineer transport van materialen om kosten te besparen.
3