Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting - Cardiorespiratoire kinesitherapie 1 - respiratoir €10,46
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting - Cardiorespiratoire kinesitherapie 1 - respiratoir

 0 fois vendu

Dit document is een uitgebreide handleiding en studiemateriaal over respiratoire kinesitherapie, gericht op het begrijpen, analyseren en behandelen van ademhalingsproblemen bij patiënten. Het biedt een diepgaande beschrijving van de anatomie, fysiologie en pathologie van het ademhalingssysteem, ev...

[Montrer plus]

Aperçu 4 sur 65  pages

  • 25 janvier 2025
  • 65
  • 2024/2025
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (61)
avatar-seller
nienkevanpeer
Respiratoire kinesitherapie 1
Inleiding
Obstructieve & restrictieve longaandoeningen

Ademhalingssysteem (respiratoir systeem)

= geheel van longen, ribbenkast en centrale regulatiesystemen (in het verlengde merg van de hersenen) dat
zorg draagt voor de ademhaling (= respiratie).

De ademhaling betreft de inademing (= inhalatie) van verse zuurstofrijke lucht naar de longen en de afvoer
(= expiratie) van koolzuurrijke lucht uit de longen.

Disfunctional breathing = als je enkel thoracaal ademt, en niet door middel van de buik, in rust. Dit zorgt
ervoor dat je veel CO2 gaat uitademen en je kunt flauwvallen.

Inademen

= actief proces

In rust volstaat het om met de buik te ademen, maar soms beweegt de borstkas mee. Dit kan komen door
stress of na een inspanning.

Men moet enkel de zijkanten gebruiken of de zijkanten gebruiken tijdens rust vermijden. Bij het gebruik van
te veel spieren kan je een paradoxale ademhaling krijgen.

Paradoxale ademhaling = er vindt een tegengestelde beweging plaats bij de ademhaling. Wanneer je inademt
zal de buik intrekken en bij het uitademen zal de buik uitzetten.

Tijdens het inademen wordt je buik dikker omdat je diafragma naar beneden gaat. Hierdoor worden de
ingewanden naar buiten geduwd en wordt je buik dikker.

Naast het diafragma zijn de hulpademhalingsspieren verantwoordelijk voor het inademen. Deze zorgen
ervoor dat de ribben kunnen bewegen. De bovenste ribben worden breder naar voor toe en de onderste
ribben naar buiten toe.

P x V = constante: wanneer het volume van de thorax vergroot, zal de druk hier kleiner worden, waardoor de
lucht in de longen stroomt.

Hoogste druk stroomt naar laagste druk = van binnen naar buiten (inademen).

Uitademen

Men ademt uit door de spieren (diafragma en hulpademhalingsspieren) te ontspannen, passief.

Als we extra krachtig willen uitademen gebruik je buikspieren. Deze kunnen je helpen omdat ze de buik
gaan afplatten en de ingewanden terug naar binnen duwen. Wanneer deze naar binnen geduwd worden,
wordt het diafragma geforceerd om naar boven te gaan.

Ook de spieren tussen de ribben helpen hier aan mee. De ribben zullen naar beneden duwen en het
ribbenrooster zal kleiner worden.

Beweging ribben

Ribben maken vanachter een gewricht met de wervels. De richting van het gewricht bepaald hoe de ribben
gaan bewegen.

 Onderste ribben: van links naar rechts scharnieren
 Bovenste ribben: naar voor-boven scharnieren

,Obstructief versus restrictief

Restrictief:

 Probleem om de lucht in de longen te krijgen
 Beperking van volume dat je nog kan inademen

Obstructief:

 Probleem lucht uit longen krijgen
 Er zit een obstructie

Spirometrie: hoeveel in- en uitademen in rust (volume en capaciteit)

Flow volume curve: uitademen, meeste volume en hoogste flow in het begin (veel lucht tegelijk uitademen)
en daarna neemt het af.

 Obstructief: lucht kan niet zo snel uit de longen geraken (flow verlaagd). Er is een knik in curve omdat
er een probleem is om lucht er verder uit te krijgen
 Restrictief: curve wordt verlegd naar de 0. Geen knik want geen obstructie. Maar wel minder lucht
opnemen omdat er minder plaats is in de longen. De curve schuift op naar de 0 van het volume.

 voor interpretatie van de FVC altijd kijken aan welke kant de 0 staat




1) Normale flow – volume grafiek: je kan in het begin veel uitademen met een hoge flow. Tegen het einde
van de uitademing is er veel minder flow. Als je begint met inademen begin je niet met een volume van
0, maar met meer want je kan nooit volledig uitademen (residueel volume)

2) Flow – volume curve obstructieve aandoening: verplaatsing van curve naar links. Men gaat hierbij op
een hoger niveau ademen, omdat de lucht moeilijker in de longen geraakt. Tijdens het uitademen is er
een hoge flow in het begin, maar op een gegeven moment gaat deze veel trager. De grafiek is ook
afgenomen in grote. Dit komt omdat er lucht in de long blijft, en dit zorgt ervoor dat er ook minder lucht
in de long geraakt.

3) Flow – volume curve restrictieve aandoening: verplaatsing van curve naar rechts en een kleine
inadem cuve. Beide curves zijn minder groot omdat er minder lucht in de long geraakt.




Obstructief longlijden

Ophoping van slijm in de luchtwegen zorgt ervoor dat de lucht niet in het longblaasje kan geraken. Wanneer
dit gebeurt valt het longblaasje toe.

,Oorzaken:

 Chronic obstructive pulmonaly disease COPD: een mucus opstappeling zorgt voor een ontsteking,
deze gaat zorgen voor hoesten, wat nog meer nadelig is

Opstappeling van mucus: het diepste laagje van de slijm is redelijk vast, de buitenste is waterachtig.
De trilhaartjes en de waterachtige slijm zorgen voor het muscocillair transport. Dit transport zorgt
ervoor dat de stof deeltjes die in de mucus terechtkomen, naar buiten worden vervoerd. Wanneer er
een slechte werking is van de trilhaartjes (= cilia) of als er extra productie is van slijm (= mucus) gaat
dit zorgen voor een ontsteking.

 Astma: dit is het aanspannen van gladde musculatuur waardoor er een contrictie gebeurd van de
luchtwegen en je een beklemmend gevoel krijgt.

Bij het uitademen kunnen je luchtwegen snel dichtvallen, dus het uitademen is zeer moeilijk.

 Elasticiteit van longblaasjes: als deze veranderd of verdwijnt zal de lucht in de longblaasjes blijven
zitten.

De patiënten kunnen vaak veel lucht inademen, maar ze krijgen deze lucht er niet meer uit doordat
er geen elasticiteit is voor dit passieve proces.

 Bronchiectase: abnormale verwijding van de wand van de luchtwegen waardoor slijm niet meer goed
afgevoerd kan worden.

Restrictief longlijden

De expansie van de long is belemmerd of de mogelijkheid tot ontplooien is afgenomen. Het is een toestand
waarbij alle longvolumes zijn afgenomen.

Bij deze patiënten zie je dat ze sneller ademen (tachypnoe) om hun benodigd ademminutenvolume te
bereiken.

Er is een afname van het longvolume en een zekere stijfheid van het longweefsel.

Oorzaken

Het longweefsel stijver (longfibrose), wat zorgt voor daling van het longvolume.

Pickwick syndroom = abdominale obesitas: veel vetopstapeling in buik zorgt ervoor dat het diafragma niet
naar beneden kan gaan, wat zorgt voor een kleiner longvolume.

Elasticiteit is veranderd, afgenomen compliance en de stijfheid toegenomen: hoe sterk een bepaald weefsel
zich verzet tegen uitrekking.

Intrinsieke oorzaken Extrinsieke oorzaken Neuromusculaire ziekten

 Interstitiële longfibrose  Kyphoscoliose  Paralyse van één of beide
 Hartfalen met longoedeem  Extreem overgewicht diafragmahelften
 Pneumonie  Zwangerschap  Spierdystrofie
 Tuberculose  Ruimte innemend proces in  Poliomyelitis
 Longfibrose geïnduceerd abdomen (bv tumor)  Guillain-Barré
door straling of  Pijn  Algemene spierzwakte
chemotherapie  Problemen in buik waardoor door b.v. Ondervoeding
 Pneumothorax diafragma niet kan dalen
 Atelectase  Houdingsafwijkingen


Pijn bij inademen: door de kleine volumes en het sneller ademen, moet je leren om diepe ademteugen te
nemen om voldoende CO2 af te voeren. Wanneer je dit niet doet, en dus oppervlakkig ademt, zal er een
opstapeling van CO2 ontstaan in het weefsel (= hypercapnie) en kan je in coma geraken.

, Pneumotharax

= lucht tussen longvliezen in plaats van vloeistof.

Onder de ribben zit een vlies dat meebeweegt, dat rond de longen zit. Deze 2 vliezen plakken tegen elkaar met
een laagje vloeistof ertussen.

De vliezen bewegen samen dus als je aan het buitenste vlies
(ribben) trekt, komt het binnenste vlies mee (longen). Hierbij
worden de longen groter.

Als er een rib zou breken, kan dit het buitenste vlies doorboren.
Hierdoor komt er lucht tussen de 2 vliezen en komen de vliezen
los van elkaar = pneumothorax.

Soorten:

 Tension pneumothorax: long gaat dicht klappen
 Pneumothorax: lucht tussen de vliezen
 Haemathorax: bloed tussen longen



Lokalisatie van de stoornissen ter hoogte van het adembewegingsapparaat

 Spieren: zie neuromusculaire ziekte
 Thorax: ziekte van Bechterew, kyphoscoliose....
 Pleura:
o Pleuritis exsudativa: vochtuitstorting tussen
de pleurabladen, bv empyeem
o Pneumothorax: vrije lucht verhindert de
expansie.
 Longen:
o Fibrose: verlies aan elasticiteit bijvoorbeeld bij
asbestose
o Pneumonie
o Longoedeem

Parenchym is het werkzame deel van weefsel van een
orgaan, de functionele delen van de longen. Zij zorgen voor de functie van het de longen, terwijl het
bindweefsel en het steunweefsel voor de structuur zorgen.

Pré- en postoperatieve ademhalinsgkinesitherapie
Inleiding

Mucocilliair transport:

Muco is een klevende laag aan binnenkant luchtwegen. Deze vloeistof ligt op de trilhaartjes.

 Slijmlaag = muco
o Vaste deel: onderste deel, het dichtste bij de wand
o Vloeibare deel: bovenste deel
 Trilharen = cillia

Afvalstoffen blijven kleven in het laagje en de trilhaartje gaan trillen in richting van de mond waardoor de
afvalstoffen naar buiten worden getransporteert.

Operatie:

Tijdens een operatie wordt er vaak gebruik gemaakt van een intubatie voor de beademing.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur nienkevanpeer. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €10,46. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

69605 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 15 ans

Commencez à vendre!
€10,46
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté