Economisch probleem= hoe schaarse middelen met meerdere aanwendingsmogelijkheden,
toewijzen aan talrijke behoeften
Primaire behoeften= ‘needs’
Secundaire behoeften= ‘wants’
Schaarse / economische goederen= als het goed gratis aangeboden zou zijn DAN gevraagde
hoeveelheid > aangeboden hoeveelheid (er is een markt waarin gevraagde hoeveelheid, aangeboden
hoeveelheid en prijs tot stand komen)
Investeringsgoederen= dienen om andere goederen te produceren
Kapitaalgoederen (duurzame investeringsgoederen)= levensduur > 1 jaar
Vlottende investeringsgoederen (niet-duurzame investeringsgoederen)= levensduur < 1 jaar
Uitsluitbaar=
wanneer het mogelijk
is sommigen uit te
sluiten
Rivaliteit= de consumptie van
het goed leidt tot
vermindering van wat er voor
anderen overblijft
Private goederen= uitsluitbaar & rivaliteit (bv. pizza, alleen wie betaalt krijgt de pizza en wanneer
opgegeten is er niets meer voor iemand anders)
Quasi collectieve goederen= geen zuiver private- of collectieve goederen
Gemeenschappelijke goederen= rivaliteit maar niet uitsluitbaar (bv. visbestand in openbare
rivieren, houtvoorraad in openbare bossen…)
Clubgoederen= uitsluitbaar maar geen rivaliteit (bv. musea, onderwijs, kabel-TV…)
Collectieve goederen= niet-uitsluitbaar & geen rivaliteit (bv. straatverlichting, radio-uitzendingen,
lucht… & wordt ter beschikking gesteld door de natuur of de overheid)
1
,Productiefactoren= alle middelen nodig voor de productie (inputs)
Natuur= alles wat door de aarde wordt voortgebracht en mogelijks gemaakt (grondstoffen
en energiebronnen)
Kapitaal= de vroeger geproduceerde kapitaalgoederen die het mogelijk maken meer nieuwe
goederen en diensten te produceren (computers in bedrijven, gebouwen, ovens, kranen…)
Arbeid= zowel fysieke als geestelijke arbeid van mensen
Welvaart= mate waarin behoeften kunnen worden bevredigden met de beschikbare middelen (bbp)
Welzijn= gevoel van welbevinden (vriendschap, erkenning, liefde…)
Micro-economie= gedrag van individuele consumenten & bedrijven
Macro-economie= gedrag van economie in zijn geheel (nationaal of mondiaal)
Ceteris paribus= al het overige gelijkblijvend
Opportunity cost (alternatieve kost)= ,bij het maken van een keuze in een economisch probleem, de
kost die je moet betalen in termen van wat je met je middelen anders had kunnen doen.
2
, 2. Consumenten
Totaal nut= de totale tevredenheid die een consument bij het
consumeren van een goed/dienst ondervindt
*Nut= U
Marginaal nut= de verandering van het totale nut door 1 eenheid
van een goed/dienst extra te consumeren.
Eerste wet van Gossen (of wet van het dalend marginaal nut)= het
marginale nut van het aanschaffen van een extra goed/dienst daalt
Indifferentiecurve= een lijn die combinaties toont van 2 producten
die een gelijk totaal nut opleveren (zo’n lijnen worden voorgesteld
in een preferentieschema)
Eigenschappen:
Dalend
Snijden elkaar niet
Bolle kant naar oorsprong (convex)
Hoe verder van de oorsprong hoe hoger het nutsniveau
Verschillend voor elke consument
Budgetrechte= alle combinaties die de consument net kan kopen met z’n budget (Y=P1*Q1+P2*Q2)
Tweede wet van Gossen (of wet van de nutsmaximalisatie)= een consument maximaliseert zijn nut
als de verhouding tussen het marginale nut en de prijzen voor beide goederen gelijk zijn (anders
gezegd: de laatste euro die de consument besteedt aan elk product moet telkens evenveel nut
opleveren)
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur mgo. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,48. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.