Praktisch strafproces recht
2019 - 2020
1ste jaar graduaat Juridisch-administratieve ondersteuning
1
, INLEIDING
1. Definitie en situering van het strafprocesrecht (= formeel strafrecht)
Strafprocesrecht is het geheel van rechtsregels die moet gevolgd worden in verband met:
De vaststelling of er een misdrijf gepleegd werd
Door wie het werd gepleegd
Op welke manier kan men de schuldige straffen of maatregelen opleggen (zie wetboek)
Wie is er bevoegd om deze zaak te berechten
Vier fasen
1) Onderzoek
2) Vordering
3) Berechting
4) strafuitvoering
DOELSTELLING: efficiënte bescherming van de maatschappij en individu
2. Accusatoir en inquisitoire rechtspleging
Belgische strafprocesrecht is een gemengd systeem:
Stadium van berechting (= accusatoir)
˟ Mondeling
˟ Openbaar
˟ tegensprekelijk
Stadium van onderzoek (= inquisitoir)
˟ Schriftelijk
˟ Geheim
˟ Niet-tegensprekelijk
3. Voornaamste bronnen van het strafprocesrecht
Wetboek van strafvordering (+ V.T Sv)
Wet van 12/03/1998 tot verbetering van de strafrechtspleging
2
, Hoofdstuk 1: vordering die uit een misdrijf ontstaan
Algemeen
Gevolgen van een misdrijf
A. Strafvordering: mogelijkheid voor de OM tot het instellen van een vordering in naam van de
maatschappij met het oog op sanctionering van de pleger van het misdrijf
B. Burgerlijke vordering: mogelijkheid voor de benadeelde of slachtoffer om vergoeding te krijgen van de schade
1.1 De strafvordering: de uitoefening van de strafvordering
Het openbaar ministerie
Oefent de strafvordering uit:
˟ Voor de vonnisgerechten (politierechtbank, correctionele rechtbank, hof van beroep, hof van assisen)
in het opsporingsonderzoek
˟ Voor het onderzoeksgerecht (raadkamer en de kamer van inbeschuldigingstelling) in het gerechtelijk onderzoek
het opsporingsonderzoek, gebeurt onder leiding van de procureur des konings
˟ Parket voert het voorbereidende onderzoek in waar hij verschillende onderzoeksdaden stelt
˟ Andere onderzoeksdaden laat hij uitvoeren door de politie
˟ Bepaalde onderzoeksdaden kan het parket niet zelf verrichten omdat ze te diep ingrijpen in het privé leven van de
verdachten: parket kan dan beroep doen op een onderzoeksrechter
het gerechtelijke onderzoek, is onder de verantwoordelijkheid van de onderzoeksrechter
˟ onderzoeksrechter wordt op vraag van het parket ingeschakeld om complexere zaken uit te diepen
˟ ook een slachtoffer kan bij hem komen om zich burgerlijk partij te stellen
˟ onderzoeksrechter oordeelt om een verdachte in verdenking te stellen
bevoegd voor een huiszoeking, het afluisteren van telefoons, een onderzoek aan het lichaam, …
˟ OM oordeelt over de vervolging op basis van het opportuniteitsbeginsel:
(is het wel interessant/opportuun om te vervolgen)
o Vervolgen = strafvordering op gang brengen
o Seponeren = de zaak wordt “zonder gevolg” geklasseerd
o Minnelijke schikking = bij kleine misdrijven, kan de verdachte een geldsom betalen zodat de strafvervolging vervalt
o Bemiddeling in strafzaken = de procureur des Konings probeert een conflict te regelen zonder de tussenkomst van de rechter
o Guilty plea = mogelijkheid om een onderhandeling te voeren met het parket (Pot Pourri II)
RECHTBANK OPENBAAR MINISTERIE
Rechtbank van Eerste Aanleg Procureur des Konings
Substituten
Arbeidsrechtbank Arbeidsauditoraat
Substituten
Hof van Beroep Procureur-generaal bij Hof van Beroep
Advocaten-Generaal/substituten
Hof van Cassatie Procureur-generaal bij Hof van Cassatie
Advocaten-generaal
Volledige grondgebied (politieRb; Corr. Rb; HvB, HvA) Federale Procureur
Federale magistraten
3
, Hiërarchische opbouw van het parket (OM)
˟ leden van het parket zijn onder het gezag van het hoofd van dat parket
˟ procureur-generaal bij het Hof van Beroep : heeft gezag, leiding en toezicht over alle parketmagistraten in zijn
rechtsgebied en een coherente uitoefening van de strafvordering binnen het rechtsgebied
˟ Procureur-generaal (PG) bij het Hof van Cassatie: disciplinair toezicht
˟ Minister van Justitie: tuchtrecht
˟ College van Procureurs-Generaal: strafrechtelijk beleid
Ondeelbaar:
˟ De magistraten treden niet op in eigen naam tijdens een zitting zijn ze verwisselbaar
˟ “mijn ambt vordert een straf” niet persoonlijk gericht, elke procureur kan een straf vorderen
˟ Uitz. Sociaal strafrecht = magistraten van het arbeidsauditoraat niet verwisselbaar
Onafhankelijk
˟ Tegen over de rechtbank
˟ Volwaardig partij bij een zaak, vertegenwoordigd de maatschappij
˟ Positief injunctierecht van Minister van Justitie die opdracht kan geven aan de procureur om een bepaald
zaak te onderzoeken en/of te vervolgen
De burgerlijke partij
Slachtoffer van een misdrijf kan:
> zijn de feiten bewezen ? Zo ja, schade vergoeding verkrijgen
Klacht indienen met burgerlijke partijstelling bij de onderzoeksrechter
Rechtstreekse dagvaarding voor Politie Rb. of Corr. Rb. Inzake van overtredingen en wanbedrijven
> dagvaarden is voor een burgerlijke rechter
> rechtstreekse dagvaarding is bij een strafrechter (opsporing onderzoek starten)
Andere personen:
Bv; ouders van minderjarige kinderen kunnen zich burgerlijke partij stellen
1.2 De strafvordering: tegen wie wordt de strafvordering uitgeoefend ?
Tegen een natuurlijk persoon of rechtspersoon
Tegen de dader, mededader of medeplichtige
> dader en mededader = noodzakelijke handeling
> medeplichtige = noodzakelijke hulp
Tijdens het onderzoek: “de verdachte”
Tijdens het gerechtelijk onderzoek, gevoerd door de onderzoeksrechter: “de inverdenkingestelde”
Voor het vonnisgerecht: “de beklaagde” - “ de beschuldigde” (HvA)
Daadwerkelijk gestraft: “veroordeelde”
4
, 1.3 De strafvordering: wijze van uitoefening van de strafvordering
Hoe krijgt OM kennis van een misdrijf ?
Van ambtswege: door eigen waarneming of door een proces-verbaal
˟ Naar aanleiding van verkeerscontroles (verschillenden Pv’s)
˟ Naar aanleiding van huiszoeking (drug of verboden wapens gevonden)
o Onderzoeksrechter verwijst het dossier naar OM
o OM kan zelf vervolgen of element voegen bij het onderzoek
Aangifte door niet-slachtoffers (getuigen)
Bv; buren zien of horen een inbraak, u ziet een beschadiging aan gebouwen, bushokjes,…
Klacht door slachtoffers (niet automatisch burgerlijke partij, enkel als je u stelt)
˟ U ben zelf slachtoffer van een misdrijf
1.4 De strafvordering: hinderpalen bij de uitoefening van de strafvordering
(niet van buiten kennen)
A. Schorsing van de strafvordering ingevolge de persoon van de verdachte
˟ Art. 1bis VT. Sv
˟ Leden federale kamers/gemeenschaps-en gewestraden parlementaire
onverantwoordelijkheid en onschendbaarheid
˟ Ministers, staatssecretarissen, leden van gemeenschaps- of gewestregeringen
˟ Buitenlandse staatshoofden, regeringsleiders, ministers van Buitenlands zaken
˟ Diplomatieke vertegenwoordigers van vreemd land in België
˟ Consulaire ambtenaren
˟ Ambtenaren van supra- of internationale organisaties
B. Schorsing van de strafvordering ingevolge een prejudicieel geschil
˟ Art. 15 – 19 VT. Sv
˟ Vragen voorleggen aan andere rechtscollege
˟ Uitspraak van dit andere rechtscollege bindt de strafrechter
o Prejudiciële vragen
o Prejudiciële geschillen
De prejudiciële bevraging is een techniek waarbij samenwerking wordt mogelijk gemaakt tussen
rechters die niet tot dezelfde orde behoren om rechtsvragen op te lossen.
geschil waarin een (andere) rechter eerst een beslissing moet nemen, voordat de hoofdzaak kan
worden berecht
5
, 1.5 De strafvordering: verval van strafvordering
Door het overlijden van de verdachte (Art. 20 Sv.)
Ontbinding of vereffening van rechtspersoon (het stopzetten van zijn zaak)
˟ Tenzij dit tot doel heeft te ontsnappen aan een vervolging
˟ Tenzij juist in verdenkinggesteld voor verlies van rechtspersoonlijkheid (Art. 61 bis)
Amnestie
= door het geven van amnestie is het feit dat vervolgd wordt geen misdrijf meer
Opheffing van de strafwet: retro-activiteit van de mildere strafwet
(op het ogenblik van de feiten pleegde hij een strafbare misdrijf, maar tijdens de zitting is de wet ondertussen
gewijzigd en is er geen vervolging meer mogelijk)
Minnelijke schikking
Bemiddeling in strafzaken
= bestraffing van de dader is hier niet interessant, dader en slachtoffer voor eenzelfde tafel brengen en samen een
oplossing vinden
Dading
˟ ministerieel departement of openbare dienst kan een einde stellen aan de Sv.
˟ In tegendeel: transactie of akkoord tot betaling van geldsom
Onmiddellijke inning bij verkeersovertredingen
˟ Art. 65 wegverkeerswet: onmiddellijke betaling van de geldsom strafvordering vervallen
˟ Wordt aangesteld door ambtenaren van de politie of opsporingsambtenaren
˟ Dader aanvaardt niet gewoon een proces-verbaal opstellen
˟ Dader aanvaardt toch nog de mogelijkheid voor het OM om te vervolgen
˟ Bedrag bepaald in de wet
Administratieve geldboete
˟ Vooral van toepassing in de sociale wetgeving
˟ Bevoegdheid van de arbeidsauditeur
˟ Vervangt een vervolging
GAS: gemeentelijke administratieve sancties
SAS: stationaire administratieve sancties bv; roken in de trein
Verjaring van de strafvordering (Art. 21 VT Sv.)
˟ Termijn waarbinnen de strafvordering moet worden beëindigd
˟ Berekening van de verjaringstermijn, begint de dag waarop het misdrijf gepleegd is (dies a quo)
(de rechter beslist wanneer dat misdrijf plaats vond)
˟ VERSCHIL TUSSEN EEN AFLOPENDE OF VOORTDURENDE MISDRIJF
Voorbeelden:
o Slagen en verwondingen (aflopend misdrijf): op 3 mei geeft Piet zijn collega Jan een pak slaag. De
verjaringstermijn begint te lopen op 3 mei (de dies a quo wordt meegerekend)
o Stalking (voortdurende misdrijf): Sophie wordt al maanden lastig gevallen door haar ex-vriendje Thijs. Hij
bestookt haar voortdurend met telefoontjes, kwetsende sms’jes en hij volgt haar overal waar ze gaat.
Hij staat haar zelfs ’s morgens op te wachten als ze haar huis verlaat. De verjaringstermijn zal in dit geval
maar beginnen te lopen als het stalking gedrag ophoudt
o Verjaring van misdrijven examen: op basis van de straf weet je welke soort misdrijf het is, door in
Art. 21 op te zoeken weet je welke verjaring toegepast wordt
6
, Art. 21 bis V.T Sv: gewijzigd door Wet Pot Pourri II
˟ Ingeval van eenheid van opzet tussen opeenvolgende zedenmisdrijven
˟ aanvang verjaringstermijn vanaf meerderjarigheid jongste slachtoffer
˟ Sluiting van de verjaring
o Verjaring houdt op te lopen en door sluitingsdaad begint een nieuwe termijn
o Max. dubbel (termijn verdubbeld)
o Oorzaken van sluiting van de verjaringstermijn kunnen zijn: daden van onderzoek, PV, daden van vervolging,
kantschriften, een vonnis, in beroep gaan
˟ Schorsing van de verjaring
o Verjaring houdt op te lopen, en na schorsing loopt ze verder
o Wordt geschorst wanneer de wet dit bepaalt of bij wettelijke beletsel dat de strafvordering verhindert
Het rechterlijk gewijsde – non bis in idem
˟ Rechterlijk gewijsde of gezag van gewijsde
˟ Na vrijspraak of veroordeling geen 2e vervolging mogelijk voor zelfde feiten
˟ Het gezag van gewijsde is van openbare orde, de rechter moet het inroepen in elke stand van het geding
VOORWAARDEN:
! Eindbeslissing met kracht van gewijsde (geen beroep of verzet meer mogelijk)
! Zelfde feiten en zelfde persoon
! Beslissing van een Belgische strafrechter
7
, Hoofdstuk 2: Opsporingen en onderzoek van strafbare feiten (fase 1: onderzoek)
1.De opsporingsambtenaren
De opsporingsambtenaren van de geïntegreerde politie:
Bestaat uit de lokale politiezones per gemeente en de federale politie
Operationele kader (terrein/werkvloer agenten) en administratieve en logistieke kader
Al deze politieambtenaren zijn bevoegd voor het uitoefenen van opdrachten van gerechtelijke en
bestuurlijke politie. Bevoegd tot opsporing van misdrijven
De andere opsporingsambtenaren:
Ze hebben een eigen bevoegdheid in specifieke wetgeving
Bv; economische inspectie, sociale inspectie, belastinginspecteurs,…
Officieren van gerechtelijke politie:
Hogere officieren
Van gerechtelijke politie
Procureur des konings,
substituten, arbeidsauditeur en
substituten
Officier van gerechtelijke politie (OGP)
Hoofdinspecteurs, ze hebben meer bevoegdheid dan
de gewone agenten
Agent van gerechtelijke politie (AGP)
Dagdagelijkse agenten of inspecteurs, deze hebben natuurlijk de laagste
bevoegdheden.
8