Deze samenvatting van Stralingsdeskundigheid Jaar 1 van MBRT helpt je met de voorbereiding van de toets. Hierin staat de nodige informatie voor het tentamen. Zoals wisselwerkingsprocessen, de kernenergiewet en andere wetten, vervals-wijzen, rekenen binnen de SD, lineïeke verzwakkingscoëfficiënt,...
Atoomnummer (Z):
Protonen (geeft de chemische eigenschappen aan), bepaalt het element.
Desintegratie:
Het vervallen van een radioactief atoom (onder uitstoting van nucleonen) naar
een nieuw atoom.
(Iso = hetzelfde)
Isotopen:
Atomen met gelijk aantal protonen (p), maar verschillend aantal neutronen (n),
identieke chemische eigenschappen (zelfde element) en verschillen in
stabiliteit kern.
Voorbeeld: F-18, F-19, F-20.
Isotonen:
Atomen met gelijk aantal neutronen (n), maar verschillend aantal protonen (p),
verschillende chemische eigenschapen (verschillende elementen).
Voorbeeld: Po-210, Bi-209, Pb-208.
Isobaren:
Atomen met een gelijk aantal kerndeeltjes (p + n), maar verschillend aantal
protonen (p) en neutronen (n) en verschillende chemische eigenschappen
(verschillende elementen).
Voorbeeld: Cl-40, Ar-40, K-40.
Isomeren:
Atomen met gelijk aantal kerndeeltjes (p + n), maar verschillende energie (e)
(zenden vaak gammastraling uit) en identieke chemische eigenschappen
(zelfde element).
Voorbeeld: Tc-99m Tc-99.
Krachten van de natuur (Niet zo belangrijk)
Sterke kernkracht:
Aantrekkende kracht tussen kerndeeltjes, zorgt voor stabiliteit in de kern.
Zwakke kernkracht.
Elektromagnetische (EM) kracht:
Protonen (positief geladen) stoten elkaar af, neutronen (geen lading) tussen
de protonen voorkomen dat.
Zwaartekracht.
Pagina 2 van 41
, Instabiele kern:
Een onjuiste verhouding tussen protonen en neutronen in een kern. Een te grote
kern (te veel kerndeeltjes) zorgt voor instabiliteit. Hier vindt een vervalproces plaats
dat gepaard gaat met het uitzenden van straling (deeltjes- en/of EM-straling).
Instabiel door te veel neutronen: Negatief bètaverval.
Instabiel door te veel protonen: Positief bètaverval.
Buisspanning kV (kilo Volt)
o De spanning tussen anode en kathode.
o Hoe hoger het kV, hoe hoger de kinetische energie van de elektronen.
o Hoe hoger het kV, hoe hoger de energie van de röntgenstraling (hardere straling).
Buislading mAs (milli Ampere per seconde)
o Elektrische lading, is het aantal elektronen dat van de kathode naar de anode
‘stroomt.’
o Hoe hoger de elektrische lading, hoe meer elektronen naar de anode stromen.
o Hoe hoger de elektrische lading, hoe meer röntgenstraling ontstaat.
Radicaal:
Een radicaal is een atoom (of molecuul) met een ongepaard elektron en
zonder elektrische lading.
Elektronen bewegen in schillen (v.b. K-schil) om een atoom heen. Elektronen zitten
in elektronenparen, dit houdt in dat in de K-schil zich 2 elektronen bevinden en dus 1
elektronenpaar. Wanneer een elektron alleen is (geen paar vormt) noemt men dat
een radicaal.
Het aantal elektronen in een schil:
o Formule: 2 x n^2
n: geeft aan welke schil het is, dus de K-schil = 1 en de L-schil = 2
o Uitzondering: In de buitenste schil zitten hoogstens 8 elektronen.
Excitatie:
Definitie: Opname van energie (v.b. foton) door een baanelektron, waarna hij
zich verplaatst naar een meer naar buitengelegen schil (K L).
o Elektron in hoger energieniveau, atoom in aangeslagen toestand.
o Excitatie * Excitatie-energie = E1 - E2
Ionisatie
Definitie: Atoom gaat van een neutrale toestand naar geladen toestand.
o Elektron neemt energie (v.b. foton) op die hoger is dan zijn bindingsenergie,
waarna hij vrij van zijn schil komt en vrij van het atoom. Het atoom is nu
geïoniseerd (heeft een elektrische lading gekregen, in dit geval +1).
o Ionisatie *Ionisatie-energie = E1
Radiobiologische effecten (Later pas echt belangrijk).
Pagina 3 van 41
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur tomska. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,50. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.