Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting immunologie I, bachelor geneeskunde €25,66
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting immunologie I, bachelor geneeskunde

 0 fois vendu

Samenvatting van het vak immunologie I, gegeven in de bachelor geneeskunde.

Aperçu 4 sur 131  pages

  • 3 mars 2025
  • 131
  • 2019/2020
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (16)
avatar-seller
eileenvermeer
Les 1. Het immuunsysteem: introductie

1. Leerdoelen
• Het immuunsysteem is uit een humoraal en cellulair compartiment. Humoraal is dat er
een aantal oplosbare stoffen (meestal zijn dit eiwitten/ glycoproteïnen) die instaat bij de
verdediging tegen pathogenen. Cellen met verschillende functies zijn eveneens belangrijk
bij het verdedigen tegen pathogenen.
• Fagocyten zijn de belangrijkste cellen die deel uitmaken van het aangeboren
immuunsysteem. Lymfocyten spelen een belangrijke rol bij de verworven immuniteit en
ze kunnen worden opgedeeld in T- lymfocyten en B-lymfocyten.
• Het immuunsysteem kan worden onderverdeeld in het aangeboren en het verworven -
immuunantwoord.
• Bij een normaal werkend immuunsysteem gaat zowel het aangeboren als het verworven
immuunsysteem worden aangesproken bij blootstelling aan pathogenen.
• Ontstekingsreacties zijn essentieel om tot aan een normaal immuunantwoord te komen
in gevasculariseerde weefsels. Bv bij het ontsteken van een prothese (lichaamsvreemd
en niet gevasculariseerd) gaat er geen ontstekingsreactie optreden. De prothese moet
dan uit het lichaam worden gehaald en de infectie moet maximaal worden behandeld.
Een alternatief is het levenslang nemen van antibiotica.


2. Functies van het immuunsysteem
De belangrijkste functie is het verdedigen en afweer verzekeren tegen pathogene
(ziekteverwekkers). Deze ziekteverwekkers ga je voornamelijk onderscheiden in bacteriën,
virussen, parasieten en schimmels. Het afweersysteem beschermt ons ook tegen schadelijke
stoffen zoals toxines. Het gaat niet enkel tegen lichaamsvreemde stoffen (bovenvermelde)
werken maar ook tegen lichaamseigen stoffen zoals tumoren (-> tumorensurveillantie). Indien
macrofagen lichaamseigen stoffen fagocyteren gebeurt het meestal op in het kader van
homeostase.

Het lichaam moet een belangrijk onderscheid kunnen maken tussen wat is ‘schadelijk’ en wat is
‘onschadelijk’ , iets dat schadelijk is (bv pathogeen) moet weldegelijk worden opgeruimd
tegenover iets dat niet schadelijk is waar het immuunsysteem niet tegen moet beginnen werken.
Niet schadelijke lichaamsvreemde stoffen zijn bv suikers, vetten of proteïne.

Bij het drinken van een glas melk waar verschillende niet schadelijke lichaamsvreemde proteïne
in zitten, zou het lichaam niet in actie mogen treden. Als het dit wel doet dan gaan er allergieën
optreden. Allergieën zijn dus een ongewenste immuunreactie waardoor er klachten ontstaan.



2.1. Onderscheid schadelijk en niet schadelijk
Het immuunsysteem komt met veel diversiteit in contact: virussen, schimmels, bacteriën en
parasieten.

,De grootte
De grootte orde is erg uiteenlopend en gaat van enkele nm (virussen) naar enkele cm tot meters
bij parasieten. Bij kleine partikels kan het immuunsysteem de cel opnemen via fagocytose op het
op te nemen, dit is onmogelijk om te doen bij pathogenen die enkele cm groot zijn. Hier zal de
verdediging vooral optreden door de nabij liggende cellen die bepaalde stoffen gaan vrijgeven om
de parasiet te beschadigen en zo uit te drijven.

De plaats
Sommige ziekteverwekkers bevinden zich extracellulair en sommige intracellulair of beide. Een
virus is intracellulair en moet dus in de cellen van de gastheer kunnen binnendringen om zich te
vermenigvuldigen.

• Bij intracellulair is de humorale respons machteloos, het is niet efficiënt bij intracellulair
pathogenen. Hier gaat de gastheercel samen met het intracellulaire pathogeen worden
opgeruimd.
• De humorale respons is wel heel erg efficiënt bij pathogenen die zich extracellulair
bevinden.



De verdediging
• Virussen bevinden zich intracellulair. De manier om het virus te vernietigen is door de
gastheercel ook te vernietigen.
o Dit kan eerderzijds via cytotoxische T lymfocyten (CTL) die deel uitmaken van het
verworven immuunsysteem.
o Het kan ook via NK-cellen die bij het aangeboren immuunsysteem behoren.
• Bacteriën kunnen zich zowel intracellulair als extracellulair bevinden.
o Door het aangeboren immuunsysteem worden ze gefagocyteerd.
o Het complement dat deel uitmaakt van het aangeboren afweersysteem.
o Het verworven immuunsysteem dat via antilichamen gaat werken.
• Parasieten
o Ze zitten niet intracellulair dus kunnen niet worden aangevallen door CTL of NK
cellen.
o Eosinofielen zijn granulocyten die granulen hebben in hun cytoplasma die worden
vrijgezet bij activatie van de cellen. Deze granulen bevatten zeer cytotoxische
producten die op de parasiet gaan inwerken.
• Schimmels zitten uitsluitend extracellulair.
o De verdediging tegen schimmels is vergelijkbaar met de verdediging tegenover
bacteriën.
o Het aangeboren afweersysteem geeft het complement en de fagocytose.
o Het verworden immuunsysteem geeft de antilichamen.



• Het afweersysteem moet snel, verspreid en efficiënt kunnen werken. Pathogenen hebben
veel wegen om zich te verspreiden en de meeste gaan het lichaam binnenkomen via de
huid. Het systeem gaat overal moeten kunnen werken, dus ook in de hersenen.

,Het rhinovirus is het virus dat verkoudheid zal veroorzaken en het wordt aerogeen doorgegeven.
Het zal zich binden aan de mucosa van de bovenste luchtwegen, neus en sinussen en zal er hier
een ontstekingsreactie induceren.

Een malariamug is de vector voor de overdracht van malaria (kan zelf niet door de huid van de
mens).

De humorale immuniteit van het verworven immuunsysteem wordt volledig gedragen door de B-
lymfocyten. Deze gaan na activatie immunoglobulines produceren. Na het uitrijpen van B-
lymfocyten worden ze ook wel plasmacellen genoemd.

Cellulaire immuniteit van het verworven immuunsysteem wordt voornamelijk gedragen door de
T-lymfocyten die je kan onderverdelen in Th cellen (T-helper cellen) en CTL (cytotoxische T-
lymfocyten). De CTL staan in voor het induceren van apoptose van de gastheercellen. Th cellen
gaan na activatie prolifereren (eerste ding dat alle B en T-lymfocyten doen na activatie) en gaan
cytokines aanmaken die ene ondersteunende functie hebben. Ze gaan veel verschillende
aspecten van het aangeboren en verworden immuunsysteem ondersteunen. De cytokines spelen
mee een rol in het antwoord van de B-cellen, ze bepalen mee welke klasse van antilichamen
worden aangemaakt.




Het is niet zo dat pathogenen eerst voorbij de barrière moet om dan aangevallen te worden door
het aangeboren immuunsysteem en dan pas door het verworven immuunsysteem. Alle 3 de fasen
gaan simultaan verlopen.




3. Verdediging mechanismen
Casus 1:

• Man snijdt in zijn vinger met een vuil mes.
• Later die dag een kloppende pijnlijke rode gezwollen vinger
o Rubor, calor, tumor, dolor, function lease zijn aanwezig -> ontstekingsreactie.

, • De dag nadien is de pijnlijke zwelling meer uitgesproken. Hij voelt mijn aan de oksel
voelt er opgezette lymfeklieren. Hij heeft koorts en er is nog meer zwelling ->
systeemreactie.
• Onder de huid is er etter onder de huid aanwezig dus er wordt antibiotica opgestart.
• Door de punctie van de huid heeft hij minder pijn, zijn de klieren minder opgezwollen en
is hij opnieuw koorts vrij.
 Zowel lokale als algemene klachten.


3.1. Niet immunologische barrières
Ze behoren niet tot het immuunsysteem maar ze spelen een wel een belangrijke rol bij het
verdedigen tegen pathogenen.

Fysische barrières

• Huid (meerlagige acellulaire hoornlaag), epitheel (vaak éénlagig epitheel tenzij mond en
vagina). Pathogenen kunnen heel erg moeilijk doorheen de huid, er moet al een
onderbreking zijn voor het lukt. Ter hoogte van de mucosa hebben we deze hoornlaag niet
en gaan pathogenen er gemakkelijker door.

• Flow & turbulentie (speeksel, urine, lucht, …).
o Door het in en uit ademen stroomt het lucht doorheen de neus waar hij wordt
opgewarmd en bevochtigd. Deze luchtstroom zorgt er voor dat de pathogenen
tegen het epitheel wordt geduwd zodat deze gemakkelijker geëlimineerd kunnen
worden.
o Veel plassen is een van de beste oplossingen om geen urineweg infecties te doen.
de pathogenen kunnen heel moeilijk tegen de stroming in bewegen.

• Desquamatie (afschilfering). Bepaalde epitheellagen kunnen afschilferen zodat
pathogenen moeilijker kunnen binnendringen.

• Trilharen in de hogere luchtwegen zorgen er voor dat de pathogenen, die op het epitheel
terecht zijn gekomen, naar buiten worden afgevoerd.

Chemische barrières

• pH (maag, urine). Weinig pathogenen kunnen door de maag geraken. Het is een probleem
wanneer er met medicatie de maagzuur productie wordt stilgelegd (door protonenpomp
inhibitie), er is dan verlies van de zure barrière waardoor de pathogenen via de voeding
kunnen binnenkomen.

• Vetzuren (huid), proteasen (lyzozyme in het traanvocht)

Biologische barrières

• Normale flora (kolonisatieresistentie) Bacteriën in de vagina en dikke darm zijn
verantwoordelijk voor het creëren van milieu waarbij pathogenen het moeilijker krijgen
om een infectie te krijgen. Kolonisatieresistentie is het resistent zijn tegen bepaalde
pathogenen omdat we gekoloniseerd zijn met onze normale flora. CAVE gebruik
antibiotica!

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur eileenvermeer. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €25,66. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

64302 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 15 ans

Commencez à vendre!
€25,66
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté