Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting didactiek handboek: puzzelen aan een uitdagende leeromgeving €4,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting didactiek handboek: puzzelen aan een uitdagende leeromgeving

 161 vues  9 fois vendu

Uitgebreide samenvatting van het handboek: puzzelen aan een uitdagende leeromgeving Basisdidactiek voor de leraar lager onderwijs Auteurs: Audrey Deleu, Sofie Dossche en Delphine Wante

Aperçu 6 sur 57  pages

  • Oui
  • 16 juin 2020
  • 57
  • 2019/2020
  • Resume
book image

Titre de l’ouvrage:

Auteur(s):

  • Édition:
  • ISBN:
  • Édition:
Tous les documents sur ce sujet (6)
avatar-seller
mcour
Didactiek samenvatting
Hoofdstuk 1: Hoe lesgeven in een wereld vol competenties

Een uitdagende leeromgeving is een leeromgeving waarin de leerlingen uitgedaagd worden
om iets bij te leren en waarin de voorwaarden tot leren zo optimaal mogelijk worden
georganiseerd.

Didactisch model:




Bij het opzetten van een uitdagende leeromgeving hou je best steeds twee bakens voor ogen
als vertrekpunt:
- De beginsituatie
- De doelen die je probeert te bereiken
Om een uitdagende leeromgeving te ontwerpen heb je immers kennis nodig over de rol van
de leraar, de media, de leerprocessen, de leerinhouden, didactische werkvormen en evaluatie
à dit zijn sleutelelementen waaruit een uitdagende leeromgeving bestaat.

Didactische handvatten à zijn richtgevend voor wat je onder een uitdagende leeromgeving
kan verstaan. De didactische handvatten zijn bedoeld als een beknopte samenvatting, een
rugzak met basisuitrusting.

De didactische handvatten zijn een eerste invalshoek om naar het lesgebeuren te kijken. Je
kan ze beschouwen als een eerste ‘didactische bril’, een eerste houvast.

1. Het opzetten van een uitdagende leeromgeving

In dit handboek zoeken we een antwoord op de hoofdvraag ‘hoe breng ik kinderen tot
leren?’. Als leraar moet je weten hoe je het leerproces van kinderen kan begeleiden; hoe je
een uitdagende leeromgeving kan ontwerpen, realiseren en evalueren.




1

,De basiscompetenties zijn een omschrijving van de kennis, vaardigheden en attitudes,
waarover iedere afgestudeerde leerkracht moet beschikken om op een volwaardige manier
als beginnende leraar te kunnen functioneren.

Hoe een uitdagende leeromgeving er moet uitzien, is steeds sterk afhankelijk van de
tijdsgeest. De didactische handvatten die in dit handboek worden uitgewerkt, sluiten aan bij
twee onderwijsvisies, die het huidige onderwijslandschap sterk kleuren:
- Het sociaal constructivisme: deze leertheorie gaat ervan uit dat de leerling de kennis
en de vaardigheden die de leraar aanbiedt, niet rechtstreeks opneemt. De leerling
speelt een actieve rol bij het verwerken van informatie, bij het verwerven van kennis,
vaardigheden en attitudes. Een uitdagende leeromgeving wordt dan ook gezien als
een leeromgeving waarin leerlingen actief kunnen zijn, waarin leerlingen zelf
verantwoordelijk zijn voor de manier waarop kennis verwerkt wordt, waarin
aangesloten wordt bij de begrippen die leerlingen al kennen en waarin doelen worden
nagestreefd die de leerlingen zelf meebepalen of waar ze zich achter kunnen stellen.
- Het ervaringsgericht onderwijs (EGO): Ferre Laevers
Wanneer men spreekt over visie op onderwijs, heeft men het vaak over het
onderwijsaanbod (methodes) of producten (testgegevens). Binnen het EGO richt men
zich hoofdzakelijk op het dynamische proces dat zich afspeelt tussen kinderen
onderling en tussen kinderen en leraar. Men bekijkt vooral hoe iemand zich voelt
(welbevinden) en hoe iemand iets doet (betrokkenheid).

Proces Effect
Aanpak
•welbevinden veranderingen in
leeromgeving •betrokkenheid
competenties
Volgens de onderwijsvisie van het ervaringsgericht werken kunnen we maar spreken van
uitdagend onderwijs als de leerlingen zich goed in hun vel voelen (welbevinden) en
geconcentreerd zijn (betrokkenheid).

De betrokkenheid van de leerlingen kan je verhogen door werk te maken van een goed
voorbereide omgeving (rijk milieu), ruimte voor initiatieven van kinderen (vrij initiatief) en
door aandachtig te zijn voor kinderen en inlevend in gesprek met hen te gaan
(ervaringsgerichte dialoog).

2. De didactische handvatten

1) Actief en constructief leren
Kinderen zijn van nature heel actief. Daar moet je als leraar proberen op in te spelen. De
leerlingen moeten de mogelijkheid krijgen om actief te handelen, denken, onderzoeken,
spelen, discussiëren. Ze mogen in het leerproces dan ook geen passieve rol toebedeeld
krijgen, maar moeten daar zo actief mogelijk aan deelnemen. We bedoelen daarmee zowel
uiterlijke activiteiten (handelen, bewegen…) als innerlijke activiteiten (denken, willen, voelen).

Wanneer de leerlingen actief naar de oplossing zoeken via probleemstellende methodes
zullen ze de inhoud beter begrijpen, toepassen, integreren. Hier is hierbij ook belangrijk om
zoveel mogelijk zintuigen te activeren.


2

,à Dit betekent dat je bij het opzetten van een leeromgeving best kan vertrekken van een
uitdagende instap, een probleemstelling… iets wat kinderen aanzet om actief zelf iets te doen
met de leerinhoud.

2) Integratie

De kennis die een leerling bezit heeft invloed op de manier waarop ze denken. Leerlingen
gaan zelf hun kennis ombouwen en omstructureren en brengen zelf ervaringen mee om een
kennisinhoud te verwerken. Dit houdt in dat je nieuwe kennis moet laten aansluiten op de
reeds aanwezig kennis zodat die als betekenisvol wordt ervaren en niet als een losstaand
element op zich.

Hoe meer verbanden we leggen tussen de reeds verworven kennis en nieuwe leerinhouden,
hoe gemakkelijker we het nieuwe zullen onthouden en weer oproepen. We proberen dus
nieuwe kennis te integreren in een cognitief systeem = structuur van de reeds aanwezige
kennis van de leerling.

Deze integratie kan onder andere door aan te sluiten op de voorkennis van leerlingen voor
een leerdomein, maar je kan ook zoeken naar aanknopingspunten met andere vakken en met
buitenschoolse ervaringen.

Organiseer daarom bepaalde leerinhouden rond thema’s, belangstellingspunten of projecten.
Je maakt dan gebruik van deze gegevens om nieuwe leerinhouden aan te brengen of toe te
passen.
Je kan o.a. integratie bevorderen door: het opfrissen van vorige lessen, samenvattende
overzichten maken, verbanden te leggen, te situeren in een context, gevarieerde situaties te
gebruiken…

3) Concreet-aanschouwelijk werken
Het concreet-aanschouwelijk werken houdt in dat leerinhouden zo concreet mogelijk worden
voorgesteld en door de leerlingen zintuiglijk worden waargenomen (zien, horen, smaken,
ruiken en voelen).

Het aanschouwelijkheidsprincipe heeft te maken met denkniveaus bij leerlingen. Je hebt drie
niveaus van denken, deze gaan van een eerder laag naar een hoger niveau.

Abstract denken: gebeurt volledig inwendig, het is een innerlijke aanschouwing

Schematische niveau: deels innerlijk, deels uiterlijk
Voorbeeld: een schematische voorstelling van splitsingen dmv kwadraatbeelden

Concreet-aanschouwelijke denkniveau, het is een uiterlijke aanschouwing
Voorbeeld: leren splitsen aan de hand van blokken


Het gevaarlijk concreet-aanschouwelijk onderwijs kan zijn dat leerlingen blijven
hangen op het concreet-aanschouwelijk niveau van denken. De leerlingen moeten


3

,stapsgewijs naar een volgend denkniveau overgaan. Ze moet het concreet materiaal
uiteindelijk verinnerlijken.

4) Individualiseren

Individualiseren betekent dat je als leraar zoveel mogelijk rekening houdt met de eigenheid
van elk kind. Kinderen verschillen van elkaar op tal van eigenschappen die belangrijk zijn voor
het onderwijzen en leren.

Individualisatie is een didactisch principe waarbij de leraar ernaar streeft om aan elke leerling
die vormingskansen te bieden waardoor het kind zich maximaal kan ontwikkelen. De leraar
wil aan elke leerling de beste kansen geven.

Differentiëren slaat op de concrete maatregelen die in de lespraktijk genomen worden om
recht te doen aan de eigenheid van de leerlingen. Op die manier kunnen de kinderen tot
optimale zelfrealisatie komen.

5) Leerlingeninitiatief
Leerlingeninitiatief heeft te maken met de mate waarin kinderen een eigen inbreng hebben in
de activiteiten, mee kunnen bepalen waarover gehandeld wordt, een persoonlijke touch
kunnen geven. De betrokkenheid van kinderen wordt groter als ze bezig zijn met dingen waar
ze zelf belangstelling voor hebben, die ze zelf mogen kiezen. Wanneer men alleen maar moet
uitvoeren wat iemand zegt, gaat de motivatie en betrokkenheid dalen.

6) Doelgericht leren
Leerlingen leren vlotter als ze zicht hebben op wat het doel is van een activiteit en zich ook
kunnen vinden in die doelstelling. Het is belangrijk dat de leraar de activiteiten zinvol kadert.
Effectief en zinvol leren wordt sterk bevorderd door gericht te werken naar een bepaald doel.

Leerlingen geven steeds een betekenis aan de taken die ze van de leraar krijgen. Eenzelfde
taak wordt door de leerlingen verschillend beoordeeld. Leerlingen streven verschillende
doelen na; de doelgerichtheid is anders. Die doelgerichtheid beïnvloedt het leergedrag van
leerlingen. Wanneer er ‘taakgerichtheid’ is, ziet de leerling die taak als een leerdoel. Wanneer
de leerling die taak eerder als een situatie ziet waarin hij moet presteren (prestatiedoel),
spreken we over prestatiegerichtheid.

7) Interactief leren
Allereerst is binnen leren de interactie met het materiaal in de omgeving heel belangrijk. Deze
omgeving kan het kind uitlokken tot actief exploreren.

Vygotsky gaat nog een stap verder en zegt dat je het denken kan stimuleren maar dat je moet
rekening houden met wat het kind al allemaal kan (zone van actuele ontwikkeling), om dan
nog één stapje verder te gaan (zone van de naaste ontwikkeling) teneinde het kind te
stimuleren.

Leren gebeurt eigenlijk steeds in interactie met de leraar of door het samenwerken met
andere leerlingen.


4

, 8) Werkelijkheidsnabij onderwijs
In een uitdagend leerklimaat zorgen we er best voor dat wat geleerd wordt op school zo goed
mogelijk aansluit bij wat kinderen kennen en meemaken in het dagelijks leven. Kennis moet
aansluiten bij bestaande kennis of de eigen belevingswereld. Op die manier gaan leerlingen
spontaner het geleerde in de school buiten de school toepassen. Maar ook het omgekeerde
geldt, als de oefeningen aansluiten bij realistische situaties gaan leerlingen deze ook als zinvol
ervaren en meer uitgedaagd worden om te leren (doelgericht leren). Als de leerling betrokken
is, leert hij erg gretig doordat hij automatisch informatie opneemt.

9) Sfeer en klasklimaat
Kinderen kunnen pas betrokken zijn in een klas waar de sfeer goed is en waar men en goede
relatie heeft met de leraar. Leerlingen kunnen pas aandachtig zijn wanneer ze zich goed
voelen, er een positieve sfeer is in de klas waar ze zichzelf kunnen zijn. Belangrijk hierbij is: de
individuele aandacht voor de leerling, aandacht voor het welbevinden, positieve interactie
met de leraar en met medeleerlingen, ruimte en tijd voor grapjes, animatie, humor…

2.3 Samenvatting: de didactische handvatten in de praktijk
Volgende handvatten werden beknopt besproken:
- Actief en constructief leren
- Integratie
- Individualiseren
- Concreet-aanschouwelijk werken
- Leerlingeninitiatief
- Doelgericht leren
- Interactief leren
- Werkelijkheidsnabij onderwijs
- Sfeer en klasklimaat

3. Competentiegericht leren
Jouw belangrijkste taak als leraar is een uitdagende leeromgeving creëren voor jouw
leerlingen zodat zij niet alleen gemotiveerd en betrokken kunnen bijleren, maar ook
‘competentiegericht’ kunnen leren. Wat betekent dit in de basisschool? Over welke
competenties moet jij als leraar beschikken?

3.1 Competenties en fundamenteel leren
De basisschool bereidt de kinderen voor op het leven buiten de school via het behalen van
eindtermen.
Eindtermen = beknopte omschrijvingen van de kennis, inzichten en vaardigheden waarover
een leerling aan het eind van de basisschool minimaal zou moeten beschikken.

Om de eindtermen te kunnen halen, moeten de kinderen een aantal cruciale competenties
verwerven en beheersen. De klemtoon ligt nu vooral op competenties en minder op de
leerinhoud zelf. De manier waarop de leerling met inhoud omgaat, staat nu bovenaan en niet
meer de inhoud.




5

, Het is niet alleen belangrijk dat een leerling prestaties kan uitvoeren, maar ook dat een
leerling vooral een competentie moet verwerven. Een competente leerling kan kennis ten
gepaste tijde benutten en omzetten in vaardigheden. Het einddoel van leren is dan ook dat
een leerling een bepaalde competentie bezit. Een competentie bezitten à de leerling heeft
onderstaande vier vaardigheden geïntegreerd verworven.
- Een goed georganiseerde en flexibel toegankelijke domeinspecifieke kennis (kennis
van feiten, symbolen, definities, formules, algoritmen, wetten, regels…)

- Cognitieve strategieën (heuristieken, leerstrategieën)

- Metacognitie (alle kennis, opvattingen en overtuigingen rond het eigen cognitief
functioneren en allerlei zelfregulatiemechanismen)

- Affectieve componenten (emoties, houdingen, overtuigingen) van een leerdomein

Ook in de ervaringsgerichte visie op leren en ontwikkeling maakt met onderscheid tussen
competenties en prestaties. Prestaties slaan op behaalde resultaten op zeer specifieke taken.
Er zijn leerlingen die goede prestaties neerzetten zonder dat de onderliggende competentie
veranderd is.

Fundamenteel leren heeft dan ook met competenties te maken. In de ervaringsgerichte visie
ziet met competenties als het resultaat van deep level learning, fundamenteel leren. Bij dit
soort van leren in de diepte legt men de lat hoger dan het opstapelen van kennis en weetjes:
goed onderwijs zorgt ervoor dat kinderen in de diepte ontwikkelen, dat ze er steeds meer van
kunnen maken, dat ze steeds meer van de realiteit kunnen vatten.

Echte competenties blijken dan ook uit de manier waarop iemand zich in nieuwe situaties uit
de slag trekt; echte competenties zijn niet schoolgebonden. Een leerling leert maw
fundamenteel wanneer hij niet alleen nieuwe elementen in zijn repertorium heeft
opgenomen, maar ook tot een andere manier van functioneren is gekomen.

Fundamenteel leren verandert de persoon: het kind structureert de wereld anders,
differentieert meer, heeft een andere kijk, visie en aanpak, een andere reactie op wat er zich
afspeelt.

Het uit het hoofd leren van een versje is oppervlakkig leren als de leerling enkel een nieuwe
reeks woorden en gebaren in het geheugen heeft opgeslagen.
Het uit het hoofd leren van een versje is fundamenteel leren als de leerling hierdoor:
- Tot een gewijzigde beleving van taal is gekomen;
- Andere, meer complexe structuren in taal, zoals versmelodie, stijlfiguren, tempo,
kracht van de beelden … beluistert en zich niet alleen meer fixeert op het rijmen op
het einde van een regel.
Bij diepgaand, fundamenteel leren is de leerling vooral gericht op het achterhalen van de
betekenis van de leerinhoud en benadert hij de leerinhoud op een actieve manier.

3.2 Competentiegericht leren in de basisschool




6

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur mcour. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

67096 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€4,49  9x  vendu
  • (0)
  Ajouter