GNK- BA1-S2
Metabolisme
Sophie De Ganseman
, Overzicht
5) De homeostases van energiereserves: glucosehomeostase, homeostase van de vetreserve. Waarom een
glucose homeostase; kritische onder-en bovengrenzen; mechanisme van het respecteren van de
Deze e-learnings moet je doornemen Week academiejaar (di 2u "les") PAL sessie die week, telkens op WOENSDAG Wrap-up ofte responsiecollege die week, telkens op VRIJDAG
Inleidende les over examenleerstof, PAL sessies en wrap-up13/02/2024
les
1. Biomoleculen 13/02/2024
2A Wat is metabolisme 13/02/2024 Geen PAL sessie!
2B Stofwisselingsziekten en metaboliet herstel 20/02/2024
3/1 Hormonen en neurotransmitters 20/02/2024
3/2 Peptide hormonen en schildklierhormoon 20/02/2024
3/3 Steroid hormonen 20/02/2024 PAL1 Baby met sufheid, constipatie en achterstand groei* vrij 23-2: bespreking van PAL 1
3/4 Neurotransmitters en adrenaline 27/02/2024
3/5 Lokaal werkende hormoon achtige stoffen 27/02/2024
3/6 Hormonen, flux, voeding, ziektebeelden 27/02/2024
4/1 Energie 27/02/2024 PAL2 Recurrente episoden van hypoglycemie* GEEN wrap-up les op vrij 1-3
4/2 Hoe het lichaam energie uitgeeft 05/03/2024
5/1 De energierekening betalen tijdens vasten 05/03/2024
5/2 Glycogeen metabolisme 05/03/2024
5/3 Gluconeogenese en ketogenese 05/03/2024 PAL3 Energie-uitgave tijdens topsportprestatie* vrij 8-3: PAL 2 en 3
6/1 Pentosefosfaatweg 12/03/2024
6/2 Synthese van vetzuren en cholesterol 12/03/2024
7 Lipidentransport en atherosclerose 12/03/2024 PAL4 GSD1a vrij 15-3: PAL 4
8/1 Afgeleiden van vetzuren en cholesterol 19/03/2024
8/2 Metabole detoxificatie 19/03/2024
9/1 Aminozuurmetabolisme en stikstofeliminatie 19/03/2024 PAL5 Pijn op de borst & gestegen plasma creatinekinase* vrij 22-3: PAL 5
9/2 Van aminozuren afgeleide moleculen 26/03/2024
10/1 Basen en nucleotiden 26/03/2024
10/2 Jicht 26/03/2024
12/1 Diabetes 26/03/2024 PAL6 Man van 50 met buikpijn, anorexie en icterus* vrij 29-3: PAL 6
12/2 Obesitas 16/04/2024 PAL7 Obesitas en UCD* vrij 19-4: PAL 7
23/04/2024 PAL8 Pijnlijke voet midden in de nacht* vrij 26-4: PAL 8
08/05/2024 PAL9 Jongen van 10 moe, bedwateren, acetongeur* vrij 17-5: PAL 9 (vrij 10-5 brugdag dus geen wrap-up les)
grenzen. Waarom een homeostase van de opgeslagen vetreserve? Hoe worden de grenzen afgebakend?
6) Bijzondere metabole paden van koolhydraten.
6a Glycogeenmetabolisme: glycogenolyse, glycogeensynthese, reciproke regeling in lever door het hormonaal
systeem; regeling in witte spiervezels.
6b Gluconeogenese en ketogenese: opbouw van de metabole paden en regulatie; ketogeen dieet.
6c Pentosefosfaatweg: structuur en modaliteiten; glucose-6-fosfaatdedrogenasedeficiëntie en malaria.
7) Synthese van vetzuren en cholesterol: de novo vetzuursynthese met de werking van een megasynthase;
fluxcontrole, vetzuurdesaturatie en -elongatie. De novo cholesterolsynthese en fluxcontrole via HMG-CoA
reductase; medische toepassingen; lipoproteïnen, cholesterol- en triglyceridentransport; atherosclerose en
metabole risicofactoren voor hart- en vaatziekte.
8) Afgeleiden van vetzuren en van cholesterol: eicosanoïden met belangrijke medische
toepassingen. Endocannabinoïden en de retrograde weg van neuronale communicatie. Galzouten, steroïden en
vitamine D met aanknopingspunten met andere modules zoals 3), 7) en 11d).
9) Aminozuurmetabolisme: essentiële versus niet essentiële aminozuren; ureum en de uitscheiding van
stikstof; synthese en afbraak van heem; andere aminozuurafgeleiden zoals: polyaminen, carnithine, creatine,
carnosine, , NO, melanine, catecholaminen en serotonine, GABA, thyroxine, histamine. De purine- en pyrimidine-
basen worden besproken in 10).
10) Nucleotidenmetabolisme: de novo en salvage synthese van purinen en pyrimidinen; verband met het
aminozuurmetabolisme; mechanisme van het purinosoom; antimetabolieten en resistentiemechanismen; afbraak
van purinen en pyrimidinen; jicht
11) Voeding
11a algemene principes: basisaspecten van de interactie tussen voeding en gezondheid; bepalen van de
voedingsstatus; aanbevolen inname van voedingsmiddelen; voedingsgerelateerde gezondheidspromotie; ;
voeding en volksgezondheid
11b macronutriënten: energiebalans; aanbevelingen en reële situatie van verdeling van macronutriënten in de
voeding, effecten op gezondheid; rol van vezels in de voeding; aanbevelingen en discussie over zout en suiker in
de voeding
11c mineralen (micronutriënten deel 1) : met bespreking van calcium, zink, ijzer, koper, magnesium, chloor,
1
,kalium, , fosfor, iodium, selenium en fluor
11d vitaminen (micronutriënten deel 2) met een onderverdeling in de vetoplosbare vitaminen (A, D, E, en K) en
de wateroplosbare vitaminen (B-complex en C)
2
, MODULE 1
1. Biomoleculen
Biomoleculen (terugkijken naar het eerste semester): structuur-functie relatie van de belangrijkste groepen van
biomoleculen: suikers, lipiden, proteïnen, nucleïnezuren. Onze bijzondere aandacht gaat naar orthologen,
paralogen en polymorfismen, hetgeen verbanden legt tussen het metabolisme en de moleculaire mechanismen
van evolutie.
1. Belangrijke klassen biomoleculen
• Koolhydraten (suikers)
• Lipiden (vetten) < vetzuren en glycerol
• Proteïnen (eiwitten)< aminozuren en peptiden
• Nucleïnezuren (DNA en RNA)< nucleotiden (ATP) en basen
- Alle levensvormen op aarde gebruiken deze bouwstenen
o Zelfde bouwstenen, zelfde bindingen
o Variaties in de details, heel veel soorten
- Al deze stoffen moeten opgelost zijn in waterig midden
o Compartimenten zijn afgesloten
Water (H20)
- =meest voorkomende biomolecule in ons lichaam: 70% van ons lichaam
- Veroorzaakt door ionisatie de belangrijkste zuurbase eigenschap van water
- Hoge warmtecapaciteit→ goed voor stabiele lichaamstemperatuur
Belang van biomoleculen in water:
1. Biomoleculen interageren sterk of zwak met water
a. Sterk: hydrofiele moleculen→ biomoleculen lossen op
b. Zwak: hydrofobe moleculen→ biomoleculen drijven weg van water: vetdruppels/
membranen
1.1 Koolydraten (suikers)
- Bouwstenen: monosachariden
- Bindingen: glycosidebindingen (=> disachariden, oligosachariden, polysachariden)
- Belang stereochemie : molecule met zelfde C, O of H-atomen kunnen een andere confirmatie
hebben
- Niet gecodeerd in het genoom (wel de enzymen die de suikers aanmaken)
- Polymeren geen unieke grootte→ dus molecuulmassa variabel getal: er zijn niet altijd
evenveel glucoses in glycogeen aanwezig
- Meest abundante biomoleculen op Aarde
o Cellulose (celwand plant), chitine (krab/kreegt) → pollysacchariden
- Belang: voeding, metabolisme, biomedische toepassingen
- Toepassingen:
o Carieus: aantasten tandglazuur door suikers
o Suikerziekte/diabetes
3
Metabolisme
Sophie De Ganseman
, Overzicht
5) De homeostases van energiereserves: glucosehomeostase, homeostase van de vetreserve. Waarom een
glucose homeostase; kritische onder-en bovengrenzen; mechanisme van het respecteren van de
Deze e-learnings moet je doornemen Week academiejaar (di 2u "les") PAL sessie die week, telkens op WOENSDAG Wrap-up ofte responsiecollege die week, telkens op VRIJDAG
Inleidende les over examenleerstof, PAL sessies en wrap-up13/02/2024
les
1. Biomoleculen 13/02/2024
2A Wat is metabolisme 13/02/2024 Geen PAL sessie!
2B Stofwisselingsziekten en metaboliet herstel 20/02/2024
3/1 Hormonen en neurotransmitters 20/02/2024
3/2 Peptide hormonen en schildklierhormoon 20/02/2024
3/3 Steroid hormonen 20/02/2024 PAL1 Baby met sufheid, constipatie en achterstand groei* vrij 23-2: bespreking van PAL 1
3/4 Neurotransmitters en adrenaline 27/02/2024
3/5 Lokaal werkende hormoon achtige stoffen 27/02/2024
3/6 Hormonen, flux, voeding, ziektebeelden 27/02/2024
4/1 Energie 27/02/2024 PAL2 Recurrente episoden van hypoglycemie* GEEN wrap-up les op vrij 1-3
4/2 Hoe het lichaam energie uitgeeft 05/03/2024
5/1 De energierekening betalen tijdens vasten 05/03/2024
5/2 Glycogeen metabolisme 05/03/2024
5/3 Gluconeogenese en ketogenese 05/03/2024 PAL3 Energie-uitgave tijdens topsportprestatie* vrij 8-3: PAL 2 en 3
6/1 Pentosefosfaatweg 12/03/2024
6/2 Synthese van vetzuren en cholesterol 12/03/2024
7 Lipidentransport en atherosclerose 12/03/2024 PAL4 GSD1a vrij 15-3: PAL 4
8/1 Afgeleiden van vetzuren en cholesterol 19/03/2024
8/2 Metabole detoxificatie 19/03/2024
9/1 Aminozuurmetabolisme en stikstofeliminatie 19/03/2024 PAL5 Pijn op de borst & gestegen plasma creatinekinase* vrij 22-3: PAL 5
9/2 Van aminozuren afgeleide moleculen 26/03/2024
10/1 Basen en nucleotiden 26/03/2024
10/2 Jicht 26/03/2024
12/1 Diabetes 26/03/2024 PAL6 Man van 50 met buikpijn, anorexie en icterus* vrij 29-3: PAL 6
12/2 Obesitas 16/04/2024 PAL7 Obesitas en UCD* vrij 19-4: PAL 7
23/04/2024 PAL8 Pijnlijke voet midden in de nacht* vrij 26-4: PAL 8
08/05/2024 PAL9 Jongen van 10 moe, bedwateren, acetongeur* vrij 17-5: PAL 9 (vrij 10-5 brugdag dus geen wrap-up les)
grenzen. Waarom een homeostase van de opgeslagen vetreserve? Hoe worden de grenzen afgebakend?
6) Bijzondere metabole paden van koolhydraten.
6a Glycogeenmetabolisme: glycogenolyse, glycogeensynthese, reciproke regeling in lever door het hormonaal
systeem; regeling in witte spiervezels.
6b Gluconeogenese en ketogenese: opbouw van de metabole paden en regulatie; ketogeen dieet.
6c Pentosefosfaatweg: structuur en modaliteiten; glucose-6-fosfaatdedrogenasedeficiëntie en malaria.
7) Synthese van vetzuren en cholesterol: de novo vetzuursynthese met de werking van een megasynthase;
fluxcontrole, vetzuurdesaturatie en -elongatie. De novo cholesterolsynthese en fluxcontrole via HMG-CoA
reductase; medische toepassingen; lipoproteïnen, cholesterol- en triglyceridentransport; atherosclerose en
metabole risicofactoren voor hart- en vaatziekte.
8) Afgeleiden van vetzuren en van cholesterol: eicosanoïden met belangrijke medische
toepassingen. Endocannabinoïden en de retrograde weg van neuronale communicatie. Galzouten, steroïden en
vitamine D met aanknopingspunten met andere modules zoals 3), 7) en 11d).
9) Aminozuurmetabolisme: essentiële versus niet essentiële aminozuren; ureum en de uitscheiding van
stikstof; synthese en afbraak van heem; andere aminozuurafgeleiden zoals: polyaminen, carnithine, creatine,
carnosine, , NO, melanine, catecholaminen en serotonine, GABA, thyroxine, histamine. De purine- en pyrimidine-
basen worden besproken in 10).
10) Nucleotidenmetabolisme: de novo en salvage synthese van purinen en pyrimidinen; verband met het
aminozuurmetabolisme; mechanisme van het purinosoom; antimetabolieten en resistentiemechanismen; afbraak
van purinen en pyrimidinen; jicht
11) Voeding
11a algemene principes: basisaspecten van de interactie tussen voeding en gezondheid; bepalen van de
voedingsstatus; aanbevolen inname van voedingsmiddelen; voedingsgerelateerde gezondheidspromotie; ;
voeding en volksgezondheid
11b macronutriënten: energiebalans; aanbevelingen en reële situatie van verdeling van macronutriënten in de
voeding, effecten op gezondheid; rol van vezels in de voeding; aanbevelingen en discussie over zout en suiker in
de voeding
11c mineralen (micronutriënten deel 1) : met bespreking van calcium, zink, ijzer, koper, magnesium, chloor,
1
,kalium, , fosfor, iodium, selenium en fluor
11d vitaminen (micronutriënten deel 2) met een onderverdeling in de vetoplosbare vitaminen (A, D, E, en K) en
de wateroplosbare vitaminen (B-complex en C)
2
, MODULE 1
1. Biomoleculen
Biomoleculen (terugkijken naar het eerste semester): structuur-functie relatie van de belangrijkste groepen van
biomoleculen: suikers, lipiden, proteïnen, nucleïnezuren. Onze bijzondere aandacht gaat naar orthologen,
paralogen en polymorfismen, hetgeen verbanden legt tussen het metabolisme en de moleculaire mechanismen
van evolutie.
1. Belangrijke klassen biomoleculen
• Koolhydraten (suikers)
• Lipiden (vetten) < vetzuren en glycerol
• Proteïnen (eiwitten)< aminozuren en peptiden
• Nucleïnezuren (DNA en RNA)< nucleotiden (ATP) en basen
- Alle levensvormen op aarde gebruiken deze bouwstenen
o Zelfde bouwstenen, zelfde bindingen
o Variaties in de details, heel veel soorten
- Al deze stoffen moeten opgelost zijn in waterig midden
o Compartimenten zijn afgesloten
Water (H20)
- =meest voorkomende biomolecule in ons lichaam: 70% van ons lichaam
- Veroorzaakt door ionisatie de belangrijkste zuurbase eigenschap van water
- Hoge warmtecapaciteit→ goed voor stabiele lichaamstemperatuur
Belang van biomoleculen in water:
1. Biomoleculen interageren sterk of zwak met water
a. Sterk: hydrofiele moleculen→ biomoleculen lossen op
b. Zwak: hydrofobe moleculen→ biomoleculen drijven weg van water: vetdruppels/
membranen
1.1 Koolydraten (suikers)
- Bouwstenen: monosachariden
- Bindingen: glycosidebindingen (=> disachariden, oligosachariden, polysachariden)
- Belang stereochemie : molecule met zelfde C, O of H-atomen kunnen een andere confirmatie
hebben
- Niet gecodeerd in het genoom (wel de enzymen die de suikers aanmaken)
- Polymeren geen unieke grootte→ dus molecuulmassa variabel getal: er zijn niet altijd
evenveel glucoses in glycogeen aanwezig
- Meest abundante biomoleculen op Aarde
o Cellulose (celwand plant), chitine (krab/kreegt) → pollysacchariden
- Belang: voeding, metabolisme, biomedische toepassingen
- Toepassingen:
o Carieus: aantasten tandglazuur door suikers
o Suikerziekte/diabetes
3