Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Intellectuele_eigendomsrechten_samenvatting €9,99
Ajouter au panier

Resume

Intellectuele_eigendomsrechten_samenvatting

1 vérifier
 568 vues  23 fois vendu

Dit is een samenvatting/overzicht van de lesnotities voor het vak IER, 3e Bachelor Rechten aan de UGent. Met deze samenvatting heb ik een 16/20 kunnen halen. Examenvragen komen vooral uit de leerstof die behandeld is in de les. Om die reden ligt de nadruk dan ook op de lesnotities. Deze notities zi...

[Montrer plus]

Aperçu 8 sur 128  pages

  • 13 juillet 2020
  • 128
  • 2019/2020
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (2)

1  vérifier

review-writer-avatar

Par: YBK • 1 année de cela

avatar-seller
studentar
Intellectuele rechten academiejaar 2019-2020




Intellectuele rechten –
notities
Enkele praktische zaken:
 Studie materiaal:
o PP
o Wetboek intellectuele rechten
o Handboek intellectuele rechten
 Examen;
o Allemaal openvragen: casussen ( gaat lukken want vele voorbeelden),
theorievragen,…
o 2,5 u tijd


1 INLEIDING TOT DE INTELLECTUELE RECHTEN
Volledig te kennen in boek.

1.1 Wat zijn de IER-rechten?
Intellectuele rechten gaan over de bescherming van de creaties van de geest. Als rechtssubject
heeft u twee categorieën rechten: private subjectieve rechten en niet-private subjectieve rechten
(= politieke rechten). Die politieke rechten gaan we niet behandelen. Private subjectieve
rechten zijn de rechten die u hebt om de doelstellingen in het leven te bereiken. Die private
subjectieve rechten delen we in:
 Extra-patrimoniaal = rechten die iedereen bezit, maar die geen deel uitmaken van uw
vermogen. Dat betekend bijvoorbeeld dat als u komt te overlijden dat die rechten niet in
het patrimonium van uw rechtsopvolgers komen. Ze zitten niet in uw vermogen, dus op
niet in die van uw opvolgers. We hebben twee grote categorieën van extra patrimoniale
rechten
o Familierechten  niet relevant voor dit recht
o Persoonlijkheidsrechten  een deel van IER rechten zijn persoonlijkheidsrechten.
Dit zijn rechten die een deel van uw persoonlijkheid beschermen.
 Bv. Auteursrecht: u hebt een recht op afbeelding/portretrecht = mensen
mogen niet zomaar doen wat ze willen met uw foto zonder uw
toestemming.
 Bv. Octrooirecht: erkenning dat u de uitvinder bent van iets. Dat geeft u
een zekere morele voldoening.
Maar er zijn ook een heleboel persoonlijkheidsrechten die totaal niets te maken
hebben met intellectuele rechten. Daarnaast zijn er ook een heleboel
persoonlijkheidsrechten die ontwikkeld zijn door de rechtspraak.
 Bv. Het recht op stemgeluid. Case: een reclamebureau die Rocco
Granata contacteert. Men vraagt hem om een reclamespot in te spreken.
Het bureau en Rocco Granata komen niet tot een akkoord. Om dit te
verhelpen hebben ze een stem-imitator gebruikt om zijn stem na te doen
Zo leekt het dat Rocco Granata dat spotje had ingesproken. De zanger is
naar de rechter gestapt en zijn recht op stemgeluid geëist. Natuurlijk is
deze man vrij bekend, dus dan is zijn recht op stemgeluid beter
beschermd en kan je beter afdwingen. Als je minder bekend bent, zal je


1

,Intellectuele rechten academiejaar 2019-2020


dit recht minder goed afdwingen. Dit recht is gebaseerd op artikel 1382
BW.
 Bv. Het recht op naam: Brantano is een schoenenwinkel en had wat
moeilijkheden door de andere winkels online. Toen Brantano zich moest
lanceren op de Vlaamse markt en de aandacht wou krijgen op de
Vlaamse markt voerde zij allerlei campagnes: zij gebruikte ‘Helmut Blotti’
voor de naam van schoenen en dat lijkt enorm op bekende Helmut Lotti
en zo allemaal nog van die voorbeelden.
 Patrimoniale rechten: we kennen drie soorten patrimoniale rechten: al die rechten geven
u een heerschappij. Hetgeen waarop u een heerschappij heeft verschil gewoon van recht
tot recht.
o Zakelijke rechten = u heeft de volledige absolute heerschappij over een zaak.
o Vorderingsrechten = u hebt recht op een gedraging van iemand anders.
o IER = geven een heerschappij op een creatie van de geest. U krijgt een
heerschappij op iets dat u met uw geest tot stand heeft gebracht (<> verschil met
de andere twee).
 Opmerking: de intellectuele rechten hebben ook wel een aantal
persoonlijkheidsrechten bevatten. Maar de kern is dat u ze wel
onderverdeeld bij de patrimoniale rechten.

1.2 De indeling van de I.E.R.
Bijna elk land heeft een systeem van intellectuele rechten: bv. VS gebruikt de intellectuele
rechten in het kader van hun handelspolitiek. Zij gaan enkel handelen met landen die voorzien in
intellectuele rechten. Dus zo creëren ontwikkelingslanden ook deze soort rechten  zo kunnen VS
onderdanen optreden tegen die landen.
Hierdoor twee onder categorieën in intellectuele rechten die over de hele wereld gebruikt wordt:
 Industriële rechten / industrial rights: wat valt hier onder?
o Merkenrecht = vrij ruim recht. Mensen denken direct aan een woord bv. Adidas,
of een afbeelding, maar ook een vorm kan je deponeren als merk. Maar ook
bewegende beelden: bv. Microsoft heeft dat klassieke 4kleuren blokje, maar ook
de totstandkoming van dat blokje (wanneer je de computer opstart) hebben zij
ook onder hun merk.
o Tekeningen- en modellenrecht = bescherming van vormgeving bv. Vormgeving
van stoelen, laptops etc… maar dit recht is een beetje in ademnood want valt nu
ook deels onder auteursrecht dat zeer ruim is. Heel veel wat door dit recht wordt
beschermd, wordt vandaag de dag ook beschermd door auteursrecht.
o Octrooirecht = het recht van uitvindingen, het moet altijd gaan om technische
zaken die tot stand worden gebracht.
o Kwekersrecht = bescherming van plantensoorten, van groetensoorten,… bv. Het
creëren van een nieuw soort appel. Vroeger wouden consumenten graag platte
appels, maar vandaag de dag willen we liever harde appels. Kwekers gaan dan
via allerlei technieken zo’n appel creëren, en hebben daar bescherming voor.
o Chipsrecht = bescherming van elektronische schakelingen. Bv. De elektronische
schakelingen die in uw wagen zitten, in uw gsm,…  is hier ontstaan door druk van
de VS. De VS hebben dit echt afgedwongen. Dit is vooral fel als u een
Republikeinse president hebt.
o Benamingen oorsprong/ geografische aanduidingen/
herkomstaanduidingen = hier bestaat heel wat reglementering over, maar
verder niet bespreken.
o Handelsnaam = dit is verschillend van een merk! Een merk gebruikt u voor uw
waren of diensten. Een handelsnaam is iets wat u gebruikt om uw onderneming

2

,Intellectuele rechten academiejaar 2019-2020


aan te duiden. De naam waaronder u handel drijft. Uw handelsnaam kan u ook
gebruiken voor uw waren of diensten, het kan dus overlappen, maar het zijn wel
twee verschillende Intellectuele eigendomsrechten
o Gebruiksmodellen = beschermingssysteem van technische creaties maar die
niet beschermd worden onder octrooi. De voorwaarden van octrooi zijn vrij streng,
dus bepaalde landen in de wereld heeft een systeem van bescherming voor
kleinere uitvindingen. Wij in België hebben dat niet, maar sommige andere landen
wel. Bv. Duitsland.
 Copy right / auteursrecht (sensu lato): is een verzamel begrip en valt uiteen in
verschillende deelrechten
o Auteursrecht (sensu stricto) = niet alleen denken aan kunst en cultuur bv. Film,
gedichten; muziek… het beschermde voorwerp van auteursrecht is vele ruimer.
o Naburige rechten = beschermingssysteem voor prestaties die niet
auteursrechtelijk (sensu stricto) beschermd worden, maar waarvan men zegt dat
ze wel beschermingswaardig zijn. Waarom geen bescherming in auteursrecht?
Dit is soms door historische verklaringen, niet beschermenswaardig genoeg
vonden dus niet onder voorwaarden vallen… bv. Het recht van een uitvoerende
kunstenaar: het bespelen van je muziek heeft ook bescherming. Als een
zangeres zingt dan zal de tekst enzo beschermd zijn door auteursrecht, maar die
act is ook beschermt.  als u een filmpje maakt met uw gsm van dat optreden dan
pleegt u inbreuk op twee soorten rechten! De tekst + preformance.
o Bescherming computerprogramma’s
o Databanken = apart beschermingssysteem.
Pas op: deze twee zaken kwalificeert men niet als intellectuele rechten:
 Bedrijfsgeheimen/know how: dit is kennis van het bedrijf dat men probeert geheim te
houden. Als u een octrooi aanvraagt, moet u alles vrijgeven van kennis, dus
bedrijfsgeheimen gaan hier niet onder vallen. Nu is hier ook een apart
beschermingssysteem voor, maar geeft je geen exclusiviteit. Het beschermt gewoon
tegen bepaald gedrag van andere/tegen iemand die zonder uw toestemming de
geheimen wilt openbaar maken. Eenmaal openbaar gemaakt, stopt de bescherming dan
wel, want dan mag iedereen er gebruik van maken. bv. Iemand die je geheimen steelt en
openbaar wilt maken, hiertegen kan kan men optreden maar daarna stopt het.
 Domeinnamen = wetgeving die houders van intellectuele rechten beschermt. Men wilt
vermijden dat iemand uw merk snel afpakt voor u hebt geregistreerd. Je kan geen
domeinnaam deponeren waar iemand anders al recht op heeft.

1.3 Kenmerken van de IER
De intellectuele rechten zijn dus een volwaardige categorie binnen de patrimoniale rechten. Wat
maakt deze rechten anders dan andere? Waarom aparte categorie rechten? Al de intellectuele
rechten vertonen een bepaald aantal kenmerken die elk intellectueel recht heeft.
 Alle intellectuele rechten geven u een heerschappij, een monopolie: u kan alle andere
verhinderen zonder uw toestemming uw creatie te gebruiken. Voor u een monopolie en
voor een ander is dit een verbodsrecht. Bv. U mag Adidas niet gaan gebruiken, dus
verbod.
 Die rechten zijn aan éénieder tegenstelbaar. Iedereen moet ze respecteren, ook al weet
u niet dat ze bestaan. Het doet er dus niet toe of u er kennis van had dat die creatie
intellectueel beschermd werd. Het doet er niet toe of u ter goeder trouw of ter kwader
trouw was. U moet dus zeer voorzichtig zijn met alles wat u doet.
 Intellectuele rechten zijn begrensde rechten. Intellectuele rechten zijn eigenlijk
monopolie rechten, maar wij in de westerse wereld kennen eigenlijk het systeem van vrije
mededinging. Ondernemingen moeten op deze markt vrij kunnen handelen, en dat houdt

3

,Intellectuele rechten academiejaar 2019-2020


ook in dat u vrijheid van kopie heeft: als uw concurrent iets creëert, dat u dat moet
kunnen namaken. Maar vrijheid van kopie zorgt ervoor dat de ontwikkeling/innovatie stop
wordt gezet: waarom zou u tijd en geld steken in het creëren van iets origineel en nieuw,
als iedereen het mag namaken zonder investeringen, waarom zou jij het dan nog doen?
Dus oplossing: vrijheid van kopie inperken  dat zijn intellectuele rechten. Het zijn ‘eilanden
in de zee van vrije mededinging’. Je mag vrij handelen en vrij mededingen, maar hier en
daar moet je bepaalde rechten respecteren. Dan begrijpt u ook dat de OH niet graag
monopolies gaat geven (zeker binnen de EU, streng optreden). De wetgever staat het
dus toe, maar er kan geen onbeperkte monopolie ontstaan. Om die reden zijn die
monopolie rechten/intellectuele rechten begrensd.
o Territoriale rechten = u krijgt de intellectuele rechten enkel in het gebied dat u
vraagt.
 Bv. Merk aanvragen voor de BENELUX. U krijgt dan ook enkel
bescherming binnen de BENELUX. Buiten dat gebied mag iedereen uw
recht gebruiken. Als u het niet aanvraagt in bepaald gebied, dan geniet u
daar dan ook geen bescherming.
 Bv. VTM had merkrecht aangevraagd in de BENELUX. Vervolgens
gebruikte een Turkse onderneming exact datzelfde teken voor zijn
onderneming. VTM kan hier niet tegen doen, buiten als die Turkse
onderneming begint uit te voeren naar België ofzo.
o De bescherming is bovendien ook slechts voor een bepaalde duur. De duurtijd
hangt af van intellectueel recht tot intellectueel recht.
 Bv. Octrooi is 20 jaar en u kan dat niet verlengen. Buiten in farmacie
eventueel 25 jaar. Auteursrecht is 70 jaar tot na uw overlijden. Een merk
kan je aanvragen voor 10 jaar maar oneindig laten vernieuwen. Het is te
belangrijk.
o Voor zo’n recht te verkrijgen moet je voldoen aan bepaalde voorwaarden: de idee
erachter is, is dat men geen bescherming wil geven aan zaken die banaal zijn. Er
moet iets origineel beschermd worden.
 Het voorwerp van een intellectueel recht is een creatie van de geest.
 Intellectuele rechten hebben een grote waarde. De waarde van een bedrijf is soms
afhankelijk van de octrooien dat het bezit.
o Bv. Perrier is ook maar water, maar door de naam kopen mensen het water.
o Bv. UCB is een beursgenoteerd bedrijf en je kan zien aan de koers van UCB hoe
het staat met hun octrooien. UCB was een bedrijf die medicamenten maakten
voor allergieën. Had een waarde van 80 euro per aandeel. Vanaf octrooi bijna
ging aflopen, begonnen de beurswaarde af te takelen tot 26 euro. Nu heeft UCB
twee bedrijven opgekocht die pas een octrooi hadden verkregen. Terug
beurswaarden naar 80 tal euro. Maar binnen 5 tal jaar zal de octrooi terug
vervallen. Om deze ‘drop’ tegen te gaan, gaat men weer een farmaceutisch
bedrijf opkopen. Aandelen kunnen zo weer stabiel blijven. Als bedrijven worden
overgenomen met een waardevol octrooi, dan heb je een stabiele economische
waarde voor je bedrijf.
Pas op:
 Bestaan via optreden wetgever = voor alle intellectuele rechten heeft de wetgever
wetgeving voorzien. Er bestaan dus niet zo’n zaken als ‘ongeschreven’ intellectuele
rechten. Wordt het niet gecreëerd door de wetgever, dan bestaat het niet.
 Geen begrensde categorie = er komen regelmatig nieuwe intellectuele rechten bij. Het is
geen statisch gegeven. De wetgever creëert er bij wanneer daar nood aan bestaat.
Wanneer bestaat daar nood aan? ‘omdat men zeurt aan de oren van de wetgever’.
Binnen twee jaar komt er bijvoorbeeld een nieuw intellectueel recht bij. Dat recht gaat

4

,Intellectuele rechten academiejaar 2019-2020


liggen bij de naburige rechten. Enkele jaren geleden is er een nieuwe richtlijn
goedgekeurd en wij moeten die in België omzetten. Alle lidstaten moeten een nieuw
naburig recht voorzien voor persuitgevers. Alle uitgevers van kranten/tijdschriften zijn
gaan klagen bij EU commissie. Die persuitgevers gaan nu bescherming krijgen.

1.4 Verschilpunten tussen auteursrecht en industriële
eigendomsrechten?
Waarom maakt men het verschil tussen copy right en Industrial rights? Men heeft dit onderscheid
gemaakt omwille van het verschil tussen de twee. Dit onderscheid vervaagt wel meer en meer.
Wat zijn de verschil punten?
 Formaliteiten: als u een industrieel eigendomsrecht wilt, dan moet u bepaalde
formaliteiten nagaan. Bv. Merk moet u gaan registreren, betalen etc… voor
auteursrechten hangt de bescherming niet af van bepaalde formaliteiten. U creëert en
vanaf dan geniet u de bescherming.
o Nuance: de formaliteiten verbonden aan industriële rechten zijn niet altijd
uitgebreid (waardoor ze bijna ‘niets’ zijn). Zo heb je Bv. Handelsnaam is een recht
van ingebruikname. Door het op uw bedrijf te plakken, is de formaliteit voldaan 
dus niet echt een uitgebreide formaliteit.
 Duur: industriële eigendom heeft kortere duurtijd dan auteursrechten (die eigenlijk te lang
heeft).
o Nuance: merken zijn oneindig verlengbaar, maar wel korte periode van 10 jaar
 De toegekende rechten: het auteursrecht was eigen dat u twee categorieën van rechten
verkreeg: exploitatierechten (=rechten om te commercialiseren, inkomsten genereren) en
morele rechten (= rechten die uw persoonlijkheid als auteur beschermen. Bv. U schrijft
een tekst en stuurt dat door naar de uitgever. De uitgever gaat die tekst aanpassen
zonder uw toestemming  je kan hier tegen optreden). Bij industriële eigendom krijg je
enkel vermogensrechten.
o Nuance: in het auteursrecht heeft u een aantal categorieën waarbij je die morele
rechten niet meer krijgt bv. Databanken hebben geen morele rechten meer.
o Nuance: binnen industriële eigendomsrechten heb je soms zeer kleine morele
rechten. Bv. Vermelding van uitvinder.
 Beschermingsvoorwaarden: in het domein van industriële eigendomsrechten zijn de
beschermingsvoorwaarden objectief (= de rechter moet kijken naar objectieve gegevens
om te zien of iets beschermd wordt bv. Is de uitvinding ‘nieuw’, dus bestond de uitvinding
reeds? Aangeven via feiten, onderzoek…). In auteursrechten zijn de
beschermingsvoorwaarden subjectief (= de rechter heeft beoordelingsmarge bij het
bepalen of iets beschermd zal worden of niet. Sommige rechters stonden bekend om
meer bescherming te geven of juist minder).
o Nuance: ook in de industriële eigendom heb je nu een aantal rechten waar de
subjectiviteit een rol speelt. Bv. Merkenrecht: voorbeeld later bespreken. Fun is
beschrijvend <> neen is een voldoende duidelijk merk want is onderscheidend.
 Economische rol <> culturele rol : het auteursrecht heeft een culturele rol en industriële
eigendomsrechten hebben een economische rol.
o Nuance: dat is de dag van vandaag totaal niet meer zo. Auteursrechten zijn
vandaag ook een geldbron.

1.5 De bescherming van één creatie door meerdere I.E.-rechten
Kan één creatie beschermd worden door verschillende intellectuele rechten?
 Beginsel van de cumulatie: je kan iets laten beschermen als merk, maar tegelijk ook als
tekening en model. Je kan dus meerdere bescherming hebben! Er zijn wel enkele
uitsluitingen in de regeling. Bv. Techniek niet, dat is meestal octrooi. Theoretisch kan je

5

,Intellectuele rechten academiejaar 2019-2020


dus cumuleren maar praktijk is anders. Voor industriële eigendom bijvoorbeeld moet je
voorwaarden voldoen + het kost je ook geld. Je kan niet voor 1 creatie wereldwijd alle
rechten aanvragen  U gaat moeten zoeken naar wat het meest aangewezen recht is. Het
recht verkrijgen met meeste bescherming.
o Bv. Lego heeft ook niet voor alles bescherming. Men kiest gewoon het deel uit
dat het meeste bescherming nodig heeft en de rest laat men over aan de rechter
als er conflict over ontstaat (want auteursrecht wordt ingevuld door
beoordelingsmarge van de rechter en ontstaat vanaf creatie).
 Problematiek van de kosten

1.6 Territorialiteit
Beginsel: Het intellectueel recht biedt enkel bescherming in het territorium waarvoor je het hebt
aangevraagd.
Oplossing?
 Land per land werken: nationale procedure doorlopen. Bv. In BENELUX naar het
merkbureau gaan en daar bescherming aanvragen, vervolgens naar Turkije gaan en daar
bescherming aanvragen  in de praktijk doet men dit echter niet. Want er bestaan
internationale verdragen en daarin is de mogelijkheid voorzien van de internationale
aanvraag
 Internationale aanvraag: 1 aanvraag indienen en in die aanvraag de landen aanduiden
waar u bescherming wilt genieten. Dat internationaal aanvraag formulier wordt dan
verzonden naar alle landen die u hebt aangeduid en start in elk land apart de aanvraag
procedure (centralisering van de aanvraag: dus 1 aanvraag, maar verschillende
procedures). Bv. Voor 12 landen 1 aanvraag i.p.v. 12 aanvragen  en die geldt dan als
aanvraag voor de 12 landen.
 Communautaire IE-rechten: dit gaat nog een stap verder, nl. centralisering van de
aanvraag, centrale verlening en eenheid van recht. Bv. Het Uniemerk en
gemeenschapsmodel. Bij de communautaire rechten worden de aanvragen gedaan via
één aanvraag bij één centrale instelling (en dit verplicht voor alle landen van de EU). Na
de verlening worden ze beheerst door één uniforme wetgeving. (later meer)
Een belangrijke uitzondering op het besproken territorialiteitsbeginsel is de communautaire
uitputting = Het beginsel komt er kort gezegd op neer dat de houder van een intellectueel
eigendomsrecht zich niet op dit recht kan beroepen om zich te verzetten tegen de invoer en de
verkoop van een product dat door hemzelf of met zijn toestemming rechtsgeldig op de markt
werd gebracht in een andere EER-lidstaat (later meer).

1.7 Belangrijke verdragen
Heel typisch en eigen aan het intellectueelrecht is dat er al heel lang en heel veel verdragen
bestaan.
Waarom zijn er zoveel overeenkomsten gesloten op het domein van de intellectuele rechten?
Redenen/doelstelling verdragen (soms gecumuleerd)?
 Harmonisatie van de bescherming: op het domein van de intellectuele eigendom heeft
men al zeer vroeg verdragen beginnen afsluiten. Er zijn domeinen binnen IER die op het
Europese niveau bijna geen richtlijnen zijn omdat die materie internationaal werd
georganiseerd. Bv. Op het gebied van auteursrecht is er al een hele ‘soep’ aan richtlijnen.
 Minimum niveau bescherming voorzien: de bescherming die landen verlenen moeten
hoog worden gelegd. Bv. VS die merken hadden die massaal gekopieerd worden in
Aziatische landen en oostblok landen. Daarmee handelsakkoorden sluiten en eisen dat
zij intellectuele rechten aanmaken. Dit is nu een internationaal principe: iedereen heeft
zo’n verdragen en dus zo’n verplichtingen.


6

,Intellectuele rechten academiejaar 2019-2020


 Bescherming van buitenlanders: intellectuele eigendomsrechten vereist
reciprociteit/wederkerigheid. Bv. In België beschermt men Belgische creaties, en andere
creaties beschermen wij pas als in het buitenland een gelijkwaardige bescherming
krijgen. Men voorziet zo’n voorwaarden in nationale wetgeving.
o In de EU geldt dit al niet meer, want wij hebben regels rond non-discriminatie: je
moet andere onderdanen gelijkwaardige manier beschermen als eigen
onderdanen.  phil collins arrest van HvJ. Intellectuele rechten moeten gelijkaardig
zijn aan eigen onderdanen en buitenlandse.
o Maar wat met niet-EU onderdanen? Daar geldt weer de regel van reciprociteit! De
Belgische rechter zal zien naar de bescherming van Belg in buitenland en die
bescherming geven aan de buitenlander.  men wilt hier van afstappen en heeft
het beginsel van assimilatie invoeren. Zelfde bescherming aan eigen
onderdanen en niet-onderdanen.
 Centralisatie aanvraag = systeem dat je niet apart aan elk land moet vragen voor een
intellectueel recht, maar dat je bij 1 centraal systeem de aanvraag doet voor een hele
reeks landen die je oplijst op je aanvraag.
Er bestaan twee soorten verdragen:
 Algemene verdragen = verdragen die gelden voor meerderen IER. Bv. STRIPS verdrag
en Unie Verdrag van Parijs
 Specifieke verdragen = verdragen die over 1 specifiek IER gaan.

1.7.1 BESPREKING VERDRAGEN:
1.7.1.1 WIPO/OMPI-verdrag
WIPO = world intellectual property organisation.
OMPI = Franse vertaling: organisation mondial de propriété intellectuelle
 14 juli 1967
 oprichting WIPO/OMPI: Dit is een internationale organisatie en dit verdrag richt deze IO
op. De organisatie heeft haar hoofdzetel in Genève.
 gespecialiseerde organisatie binnen V.N.: De organisatie heeft een band met de VN (het
is geen dochter organisatie zoals unicef), het zit onder de vleugels van de VN.
 functionele organisatie (tot één activiteitsdomein beperkt)  Het is een functionele
organisatie want houd zich enkel bezig met IER.
 doel WIPO/OMPI:
o bevordering IE
o administratieve samenwerking tussen Unies bevorderen
 functies WIPO/OMPI o.a.: Waar houdt het zo mee bezig? Doet vooral twee zaken:
o Beheer van internationale overeenkomsten over intellectuele eigendom.
 De akte van bekrachtiging hier neer te leggen
 Het organiseert ook op regelmatige tijdstippen een herziening van die
verdragen: roept een diplomatieke conferentie bijeen en dan vergadert
men over de herziening van verdragen.
 Op regelmatige tijdstippen - als dat nodig is - nieuwe verdragen sluiten
o Zij zijn een soort brievenbus; wie verstuurd de internationale aanvraag naar alle
landen die u in uw centrale aanvraag hebt aangeduid? WIPO/OMPI doet dit.
Meer als 175 landen zijn hier bij aangesloten.
1.7.1.2 Unie Verdrag van Parijs
 betreft enkel industriële eigendom  Dit is het verdrag dat de industriële eigendom
beschermd, dus niet auteursrecht.
 gesloten op 20 maart 1883

7

, Intellectuele rechten academiejaar 2019-2020


 in België: versie 14 juli 1967  bestaan verschillende versies, wij zijn lid bij de versie van
1967.
 meer dan 160 landen partij
 groepen bepalingen  Verschillende zaken opgenomen in dit verdrag:
o administratieve bepalingen = niet dieper op ingaan
o grensoverschrijdende situaties (assimilatiebeginsel) = de onderdanen van andere
aangesloten landen op dezelfde manier behandelen als je eigen onderdanen
beschermd.
o vergemakkelijken en behoud I.E.R. = nu niet behandelen, maar we gaan dit later
zien.
 (vb. recht van voorrang)
o bepalingen materieel recht = men heeft voor alle intellectuele rechten geprobeerd
om bescherming te voorzien.  dit verdrag loopt een beetje achter, want de
drempels van bescherming liggen zeer laag. Toch blijft het belangrijk voor België,
want (zie voorbeeld)
 Bv. Bescherming van de handelsnaam is enkel mogelijk door dit verdrag.
Wij hebben geen speciale nationale bescherming voorzien in onze
wetgeving. (vb. verplichting tot opnemen regels in nationale wetgeving)
Bepalingen hebben directe werking.
1.7.1.3 TRIPS verdrag
= Agreement on Trade-Related Aspects1 of Intellectual Property Rights. Bijzonder verdrag dat te
situeren binnen WTO.
 15 april 1994: overeenkomst tot oprichting WHO
 TRIPS-Verdrag = bijlage
 ontstaansreden:
o Malaise in WIPO/OMPI: heel veel ontwikkelingslanden willen toetreden tot dit
verdrag, maar onder voorbehoud dat de westerse landen hun kennis delen rond
IER. Die westerse landen lieten dit niet toe, of zagen dit niet zitten  stopte werking
in WIPO/OMPI. Tegenstelling tussen die landen zette het op pauze, dus daarom
TRIPS ingesteld.
o probleem namaak  Wat was het probleem? WIPO/OMPI beheren alle verdragen
omtrent intellectuele eigendom. Maar het grootste probleem binnen intellectuele
eigendom is namaak. Heel veel landen blijven dit doen. Heel die handel van
namaak moet stilgelegd worden. WIPO/OMPI heeft niets in zijn verdragen
omtrent de bestrijding van die namaak. Om dit te regelen is men gaan kijken naar
WTO. TRIPS verdrag is dus een soort annex verdrag bij WTO  als u tot TRIPS
wilt toetreden, dan moet u ook toetreden tot WTO en omgekeerd.
o verhogen niveau bescherming = hoger maken dan bescherming in de oude
verdrag zoals bv. Unie verdrag van Parijs
o verder harmoniseren = als u gaat kijken naar TRIPS verdrag dan vormt dit
verdrag een soort van klein wetboek van de IER. Zo goed als bijna alle
intellectuele rechten worden erin geregeld: merken, octrooien, auteursrecht,
kwekersrecht… in TRIPS probeert men verder internationaal te harmoniseren.
o effectieve handhaving = bepalingen in verdrag tegen de bestrijding van namaak
(typisch dit verdrag).
 Hoe doet men dit? De landen die toetreden moeten bepaalde procedures
voorzien in hun nationale wetgeving.
 behandeling vanuit hun handelsaspecten (I.E.R. op zich: WIPO/OMPI)
1
Onderlijnt want dit is belangrijk verschil met WIPO/OMPI  slaat op IER op zich. Hier gaat het om de
handelsaspecten van die rechten.

8

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur studentar. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €9,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

56326 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€9,99  23x  vendu
  • (1)
Ajouter au panier
Ajouté