Hedendaagse stromingen in de
communicatiewetenschappen
, Les 1 : Inleiding
Je kan niet invalshoek-loos communiceren. De vraag is of je je bewust bent van de
invalshoek die je gebruikt.
Er is altijd een dominantie visie waar vanuit we denken. We gaan er van uit dat dit is hoe de
werkelijkheid in elkaar steekt. Je kunt geen mening hebben zonder ideologie. Deze word je
aangeleerd door je omgeving. Waarden, visies, identiteiten die als normaal worden gezien,
hebben dus een ideologische weerslag. Dat wat wij als een probleem zien is bijvoorbeeld al
ideologisch.
Raam van Overton
Vaak worden neutraliteit en objectiviteit gelijkgesteld met wat op een welbepaald moment
wordt gepercipieerd als de maatschappelijke consensus, en de visies, waarden en
identiteiten die daarin als ‘realistisch’, ‘relevant’ en ‘normaal’ worden beschouwd,
Dus ‘populair’, ‘verstandig’ en ‘acceptabel’ Versus ‘ideologisch’, ‘radicaal’ en ‘ondenkbaar’.
Neutraliteit en objectiviteit zijn dynamische begrippen
Het raam van Overton bevat alles dat als politiek acceptabel wordt beschouwd in het huidige
klimaat van de publieke opinie. Alles erbuiten is extreem en onacceptabel. Het Overton-
venster kan in de loop der tijd verschuiven naarmate de publieke opinie verandert. Als dit
raam verschuift krijgt men een heel andere kijk op zaken. Er wordt aan getrokken door
bepaalde politici om het hun kant uit te schuiven (zie Wilders, Trump, ...)
- Algemeen stemrecht
- Stemrecht voor vrouwen
- Sociale zekerheid (verbod op kinderarbeid, arbeidsduur, betaald verlof en
pensioenen)
- Afschaffing van slavernij en gelijkberechtiging zwart en wit
Je kan op elk moment ideeën hebben in de samenleving die als verstandig of aanvaardbaar
worden geframed. Maar dat betekent automatisch dat er ook ideeën zijn die erbuiten vallen.
Die als radicaal of ondenkbaar worden beschouwd. Een continue ideologische strijd in de
samenleving over welke invalshoeken aanvaardbaar zijn en welke niet.
Bijvoorbeeld: In huidige maatschappij ook ideologische strijd: milieubeleid van Greta
Thunberg: sommigen zullen haar als radicaal beschouwen, anderen als realistisch
I have no ideology… But I think that …
Hoe je tegen de wereld aankijkt, is gerelateerd aan de positie die je erin inneemt. En of je
jezelf binnen of buiten een maatschappelijke consensus plaatst, binnen of buiten het raam
van Overton. En zo wordt ideologie een maatschappelijk gegeven eerder dan een individuele
keuze.
Afhankelijk van je positie in de samenleving zal je een ander antwoord geven op de vragen:
hoe is de wereld eraan toe, waar moet de wereld naartoe, en hoe geraken we daar?
• Wat is jouw startpunt?
• Wat is het startpunt van een bepaalde stroming?
• Ideologie is geen individuele keuze, maar maatschappelijk gegeven
1
,“what if the way we perceive a problem is already part of the problem?”
Hoe je kijkt naar de samenleving zal beslissen welke onderzoeksvraag en methodologie je
hanteert als mediaonderzoeker.
En dat alles geldt ook voor mediaonderzoek: welke plaats neemt een bepaalde
mediastroming in? Welke visie heeft zij op mens en samenleving? Welke zaken maakt zij
zichtbaar en onzichtbaar, vanuit welke invalshoek op de samenleving vertrekt zij?
Wat denken onderzoekers die vanuit een bepaalde stroming aan onderzoek doen? Welke
keuzes maken zij waardoor iets minder belangrijk wordt en iets anders belangrijker? Welke
onderzoeksvragen formuleren zij? Welke methodes gebruiken ze om die te beantwoorden?
Visbokaal
De metafoor van de visbokaal vormt een rode draad in de cursus:
- Een vis is zich niet bewust van het water waarin hij zwemt: de onzichtbare,
onuitgesproken, maar heersende assumpties, visies, belangen en identiteiten in een
samenleving
- De vraag wordt dan telkens of een welbepaalde stroming bijdraagt aan het zichtbaar
maken van (het water in) de visbokaal waarin we leven, zodat die ter discussie kan
worden gesteld en alternatieven kunnen worden aangereikt.
- Enkel op die manier wordt een democratisch debat mogelijk gemaakt en wordt
democratisch burgerschap gestimuleerd.
- Doel van de cursus is hieraan bijdragen jullie helpen om de visbokaal waarin we
leven zichtbaar te maken, ter discussie te stellen en alternatieven aan te reiken =
democratisch debat stimuleren
De maatschappij kunnen we zien als een visbokaal. Deze visbokaal staat voor de
maatschappij waarin we leven. Het water is het huidige politieke en economische klimaat (de
dominante ideeën). We zien dit niet zoals het echt is zolang we erin blijven, dus we moeten
eruit treden om hier een nieuwe kijk op te krijgen en het te zien voor wat het echt is. Door
deel uit te maken van de samenleving, leven we in een visbokaal. Het water is iets dat we
nodig hebben, maar ons niet bewust van zijn (iets dat we normaal vinden).→welke
stromingen maken water zichtbaar en welke niet?
Maatschappelijke rol van de media
We stellen ons volgende vragen in verband met de maatschappelijke rol van de media:
• Is er een verschil tussen de feitelijke en wenselijke functies van media?
• Hebben media een sterke of beperkte invloed op gebruikers?
• Bieden media diverse en tegengestelde visies op vraag van de consument? Of
herhalen zij vooral eenzijdige visies die heersende waarden en belangen
reproduceren?
• Hebben media een verbindend of isolerend effect op individuen en groepen in de
samenleving?
• Is media-inhoud een oorzaak (of motor) van standpunten en machtsverhoudingen in
de maatschappij? Of eerder een gevolg (of weerspiegeling) ervan?
• Laten media ons toe om tot maatschappelijke consensus te komen? Of laten zij in
de eerste plaats toe om maatschappelijke ongelijkheid te bestendigen?
2
, Verschillende stromingen geven allemaal een ander antwoord op bovenstaande vragen.
Door antwoorden op deze vragen te verzamelen zijn we in staat om de veronderstellingen
over mens, media en maatschappij, van waaruit een bepaalde visie of stroming vertrekt,
bloot te leggen en te herkennen.
Stromingen = mediaonderzoek
Iedereen die uitspraken doet over media – mediaonderzoekers, politici, bekende figuren,
familie of vrienden - vertrekt van een onderliggende visie op de maatschappelijke rol van de
media.
Stromingsmodel
De stromingen hebben allemaal verschillende visies op de maatschappelijke rol van de media en
komen voort uit 2 paradigma’s of modellen: het pluralistisch consensusmodel en het kritisch
conflictmodel. Die zijn op hun beurt gebaseerd op, respectievelijk, de administratieve, toegepaste
en de kritische wetenschapsbenadering. Naar die laatsten wordt ook verwezen als, de dominante
en alternatieve wetenschapsbenadering. Elk onderzoek vertrekt vanuit een stroming.
Bv. een satirisch programma op zich is geen stroming, maar de manier waarop je ernaar kijkt
wel.
We leven allemaal in een context, media zijn door en door gecommercialiseerd dus we kunnen
onze vraag zo formuleren: stromingen geven antwoord op “wat zijn de gevolgen van een
commercieel mediasysteem?” (alle stromingen t.e.m. culturele studies) of “Hoe slagen
alternatieven in hun media- en maatschappijkritiek?” (alternatieve media, satire, fictie).
Vb. Facebookfragment (pol.-eco. analyse) en Zwarte Pietendebat (culturele media-analyse) à
Niet elk spanningsveld kun je toepassen op elke stroming.
3