Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Osteologie II (2) Examenvragen €3,99   Ajouter au panier

Réponses

Osteologie II (2) Examenvragen

 187 vues  9 fois vendu

Alle examenvragen uit de examenbundel beantwoord met hier en daar extra informatie voor oriëntatie!

Aperçu 2 sur 9  pages

  • 25 août 2020
  • 9
  • 2019/2020
  • Réponses
  • Inconnu
Tous les documents sur ce sujet (2)
avatar-seller
myrtheelise98
Examenvragen Osteologie 2
1. Bespreek de fonteinstreek bij het paard

Deze regio bevindt zich ter hoogte van de tarsus, namelijk bij het tarsocruraal gewricht. Hier zit een
ruim gewrichtskapsel tussen de talus, calcaneus en de distale epifyse van de tibia. Aan de dorsale
zijde van het tarsocrurale gewricht bevindt er zich de trochlea van de talus die articuleert met de
cochlea tibiae. In de fonteinstreek ligt het spatbeentje, dit is het os tarsi 1 en 2 versmolten. Op het
tarsocrurale gewricht komt ter hoogte van de fonteinstreek veel druk te liggen. Bij punctie van het
gewrichtsvocht hier zal dit vocht er dan ook uit spuiten. Distaal van de talus en proximaal van het
spatbeentje ligt het os tarsi centrale.

2. Waarom is een patellaluxatie frequenter bij kleine hondenrassen?

Bij kleine honden zijn de ligamenten vaak niet mee ingekort met hun kleinere voorkomen. Hierdoor
hebben de patellabanden meer flexibiliteit. Ook kan het zijn omdat de trochlea femoris ondieper is,
de ruimte waar de patella in ligt, waardoor de patella gemakkelijker uit de trochlea kan schieten. De
luxatie vindt meestal plaats naar mediaal. Bij carnivoren zijn er 3 verschillende banden, namelijk:

a. Ligamentum femoro-patellare laterale
a. Epicondylus lateralis femoris -> lateraal op de patellabasis
b. Ligamentum femoro- patellare mediale
a. Epicondylus medialis femoris -> mediaal op de patellabasis
b. Beiden zorgen voor het stabiel houden van de patella ter hoogte van de trochlea
femoris
c. Ligamentum patellae
a. Van apex patellae -> tuberositas tibiae
b. Carnivoren hebben dus maar 1 rechte patellaband
c. Ligt in de m.quadriceps femoris

Bij grote huisdieren is er naast de lig.femoropatellare laterale en mediale sprake van 3 rechte
patellabanden waardoor zij bijna nooit last hebben van een patellaluxatie. Dit zijn de volgende:

a. Lig. Patellae laterale
a. Bo : apex patellae -> lateraal van crista tibiae
b. Eq : apex patellae -> proximaal van crista tibiae
b. Lig. Patellae intermedium
a. Bo : apex patellae -> proximaal van crista tibiae
b. Eq : apex patellae -> mediaal van crista tibiae
c. Lig. Patella mediale
a. Fibrocartilago patellae -> mediaal op tuberositas tibiae
i. Dit ligament kan achter het tuberculum ossis femoris haken door het
aanspannen van de m.quadriceps femoris en is dus een belangrijk onderdeel
van het passief sta-apparaat ter hoogte van het achterbeen van het paard.

, 3. Bespreek podotrochleose.

Dit wordt ook wel navicular disease genoemd. Het is een aandoening van het straalbeen waarbij er
op RX-opnames gaten te zien zijn in het straalbeenbot. Dit kan komen door een ontsteking. Het dier
zal gaan manken, wat natuurlijk veel kan betekenen. Er is daarom geleidingsanesthesie vereist om
erachter te komen waar de oorzaak ligt van het manken. Je begint hierbij distaal en gaat steeds wat
hoger verdoven. Vroeger werd hiervoor een neurectomie aangewend, wat een tijdelijke oplossing is
van de pijn.

4. Waar voert men een epidurale anesthesie uit bij een koe? Bespreek deze locatie.

Dit wordt ofwel gedaan ter hoogte van het spatium sacrococcygeale intervertebrale (S5-Co1) ofwel
ter hoogte van het spatium intercoccygeale intervertebrale van de eerste en 2 e staartwervel (Co1 en
Co2). Hier bevindt er zich geen ruggenmerg meer, wat juist goed is. Enkel het arachnoidea is nodig
voor zo een anesthesie. Als je te veel weerstand voelt bij het verder steken van de naald is het
waarschijnlijk dat je tegen het corpus vertebrae aan zit.

Bij een hond zal een epidurale anesthesie met name gegeven worden in het spatium lumbosacrale.
Je zet het dier in hurkzit waardoor deze ruimte zal vergroten. Je voelt verder naar de
spinaaluitsteeksels van het sacrum en moet de naald craniaal hiervan in gaan steken. Je prikt dan het
lig. Interarcuale door met als bijkomstigheid een plofgeluid. De naald moet altijd verticaal geplaatst
worden tot dit geluid. Na het geluid moet je de naald niet meer verder steken.

5. Bespreek het ligamentum sacrotuberale (ligging, functie, diersoortverschillen)

Het ligamentum sacrotuberale heet ook wel de brede bekkenband. Het is een versteviging van het
iliosacraal gewricht ter hoogte van de achterzijde van het bekkenkanaal. Deze komt bij de hond voor
als een enkelvoudige dunne streng en is bij de kat afwezig. Bij grote huisdieren is deze erg
volumineus. Hij loopt bij de hond van pars lateralis sacrum+transversaal uitsteeksel caudaalwervel -
> tuber ischiadicum. Bij grote huisdieren bestaat de brede bekkenband uit een spinaal deel en een
tuberaal deel. Het spinale deel loopt van pars lateralis sacrum -> spina ischiadica. Het tuberale deel
loopt vanaf het pars lateralis CO1-> tuber ischiadicum. Hierbij moet het spinale deel NIET verward
worden met het lig.sacro-iliacum!

Bij grote huisdieren worden er 2 ruimtes gevormd door de heupbeenderen en de brede bekkenband.
Dit zijn het foramen ischiadicum minor en major. Major ligt hierbij ter hoogte van het ilium en de
minor ligt ter hoogte van het os ischium.

Bij het rund is dit een belangrijke structuur omdat deze gepalpeerd kan worden. De hardheid van het
ligament geeft dan aan wat het stadium van de dracht is. Hoe dichter naar de bevalling toe hoe meer
de band verweken zal door elastase. Bij het paard is dit ook het geval, maar bij het paard is dit niet
voelbaar omdat de bilspieren hierbij in de weg zitten.

Tussen het rectum en het zitbeen bevindt er zich een put, namelijk de fossa ischiorectalis. Wanneer
je met je duim in deze put gaat kun je met je andere vingers de brede bekkenband vastnemen.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur myrtheelise98. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

64438 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€3,99  9x  vendu
  • (0)
  Ajouter