Samenvatting Economie A
1
,WAT IS ECONOMIE? WAT DOET DE ECONOOM?
Prosumenten : Consumenten die ook goederen of diensten aanbieden in markten die voorheen door
de klassieke producenten of bedrijven bespeeld werden.
vb. Uber, airbnb
⇒ Het klassieke onderscheid tussen consumenten en producenten staat meer en meer onder druk
Adam Smith
- Klassieke visie
- Arbeidsspecialisatie / arbeidsverdeling
- Vrije markt (leidt tot welvaart)
- Economische groei is gevolg van kapitaalaccumulatie, investeringen en specialisatie
Kapitaalaccumulatie of kapitaalvorming is de toename van kapitaal door investeringen. Behaalde
winsten uit de bedrijfsvoering wordt hierbij door de eigenaar niet gebruikt voor de eigen
consumptie, maar voor de financiering van de groei van de onderneming.
We moeten als individu en als maatschappij omgaan met beperkingen en schaarste.
( → een middel is schaars wanneer de vraag naar een goed of product groter is dan het aanbod)
Schaars is niet gelijk aan zeldzaam!!
→ een goed is pas schaars als ze ook gewild zijn
vb. Schilderij (het mag dan nog uniek, heel mooi en duur zijn, als niemand het wilt is het niet schaars)
Economie draait om keuze’s (bv. Als ik nu deze computer koop, kan ik niet meer die iphone kopen)
Economische behoeften: De verlangens van de mens waaraan hij/zij slechts kan voldoen door het
inzetten van schaarse middelen.
2
,1.1 KEUZE, AFRUIL EN OPPORTUNITEITSKOSTEN
Bij elke keuze die we maken, geven we iets op. Als we in een Italiaans restaurant gaan eten, kunnen
we niet meer in het Chinese restaurant gaan eten. Als ik nu die jas van €100 koop, kan ik dat bedrag
niet meer besteden aan nieuwe schoenen. Als je ‘s avonds gaat sporten, dan kan je die avond niets
bijverdienen bij je job in de horeca.
Uitleg opportuniteitskost : Wie ver vooruitkijkt, zal concluderen dat niet studeren aan de
universiteit een hoge opportuniteitskost heeft in een vergelijking met kiezen voor de arbeidsmarkt
na de middelbare school. (een gemiste kans)
1.2 KOSTEN TEGENOVER BATEN; SHORTCUTS OF DE MARGINALE ANALYSE
In heel wat situaties kun je een optimale beslissen nemen door per stap de marginale baten van
een beslissing te vergelijken met de marginale kosten.
Marginale kosten : De kosten van een bijkomende eenheid inspanning, output of productie.
Marginale opbrengst : De baten of opbrengst van een bijkomende eenheid inspanning, output of
productie.
Als je begint met schaken zal je het eerste jaar veel leren, naarmate de jaren volgen zal dit steeds
minder worden. → De marginale baat van je leerinspanning zal veranderen, die is het hoogst in het
eerste jaar en daalt na meerdere jaren studie.
De marginale kost die vasthangt aan je schaakstudie is het feit dat al de tijd die je steekt in het
schaken, je niet kan steken in werken en geld verdienen in je horecajob. Dit fenomeen biedt een
economische verklaring voor het frequent uitdoven van hobby’s bij beoefenaars na enkele jaren.
Marginale opbrengst (dalende curve)
Marginale kost (stijgende curve)
Optimale
3
,1.3 HET GEBRUIK VAN MODELLEN EN AANNAMES
Modellen zijn altijd een vereenvoudiging van de werkelijkheid.
Ceteris paribus : wanneer men de invloed van veranderingen in één grootheid (de verklarende
variabele) op één andere grootheid (de te verklaren variabele) onderzoekt.
voorbeeld ceteris paribus ; de vraag naar vliegtuigtickets kan bijvoorbeeld snel zakken door
terroristische aanslagen
1.4 HET EERSTE MODEL / DE GRENS VAN DE PRODUCTIEMOGELIJKHEDEN
De grafische weergave van alle mogelijke combinaties van output noemen we de
productiemogelijkhedengrens (PMG). (een curve die de maximale productie van combinaties
van twee goederen voorstelt bij stabiele productiefactoren (en technologie)
(zie notities)
Blauwe lijn ; productiemogelijkhedengrens
Alle punten onder de curve zijn haalbaar, maar hier
heb je niet zo veel aan aangezien dit niet je
maximale productiecapaciteit is.
Alle punten boven de curve zijn niet haalbaar /
bereikbaar met je ingezette productiefactoren.
(gevolg van schaarste)
De opportuniteitskost kan veranderen naargelang je
verschuift langs de PMG.
Heterogeniteit van de productiefactoren vb. niet elke arbeider is even geschikt voor ananas
productie, sommigen zijn gespecialiseerd in ananassen, anderen in kokosnoten
De opportuniteitskost voor ananassen is verschillend met die van kokosnoten, zo kan je
bijvoorbeeld in ruil voor 1 ananas, 3 extra kokosnoten plukken. Maar voor 1 kokosnoot kan je geen
hele ananas oogsten.
4
, Pareto-efficiënte manier : er is geen combinatie van productiefactoren mogelijk om meer te kunnen
produceren
Pareto-efficiënte : als je van geen enkel goed meer kunt produceren zonder van een ander goed
minder te produceren. Alle punten op de productiemogelijkhedengrens, en alleen deze, zijn
Pareto-efficiënt.
Alle punten onder de PMG zijn Pareto-inefficiënt, omdat je in dit geval met een gegeven
productiefactoren en technologie meer kunt maken van een goed zonder een deel van de productie
van het andere goed op te geven.
Dit kan leiden tot recessie, waarbij de economische activiteit tijdelijk daalt i.p.v. stijgt.
Recessie : Een tijdelijke afname van het niveau van de economische activiteit die minstens twee
kwartalen aanhoudt.
De PMG laat toe om de economische groei visueel voor te stellen.
Economische groei : toename van het niveau van de economische activiteit
Een toename van de productiefactoren kapitaal en arbeid kan er voor zorgen dat de PMG hoger
komt te liggen (zie cursus), en betekent dat de economie meer van beide producten kan
produceren. In praktijk hoeft de productie van beide goederen niet evenredig toe te nemen.
1.5 HET TWEEDE MODEL : DE ECONOMISCHE KRINGLOOP
CURSUS PAGINA 40-45!!!!
We weten dat we een economie moeten zien als een kringloop, waarin continu middelen circuleren
tussen de verschillende economische agenten.
5