1.2
Niet gericht op ATP productie, het is een pathway die uw cellen zullen volgen als ze andere
zaken willen aanmaken.
2.1
2 redenen dat uw lichaam deze aanwendt, dat is enerzijds omdat die pathway hexose:
glucose en fructose kan omleiden naar ribosen, een vijfringstructuur van uw suiker. Ribose
suiker is vertrekpunt voor aanmaak nucleinezuren. Uw lichaam moet die ribosen maken. Al
uw cellen hebben de noodzaak om ribose aan te maken, want al uw cellen willen graag
nucleotiden en nucleoside, deze pathway gaat dus door in alle cellen van uw lichaam.
Pathway levert ons nog een ander belangrijk intermediair: NADPH, een energierijke
elektronendrager, zullen we gebruiken om energie te investeren in reductieve biosynthese,
anabole reacties bv aanmaak vetten of cholesterol, daarvoor energierijke elektronendrager
nodig. 2 plaatsen waarop we NADPH maken: belangrijkste pentosefosfaatpathway, en nog
een andere reactie, die gekatalyseerd wordt door het malic enzym met een omzetting naar
malaat waar je ook NADPH genereert.
Pathway is een aftakking van uw glycolyse, en er is een mogelijkheid om daar terug aan aan
te sluiten, daarom shunt.
2.2
Hetzelfde op een ander schema.
Deze pathway speelt zich volledig af in het cytoplasma. Waarom zal uw hexokinase stap niet
uw favoriete regelstap zijn van uw glycolyse? Omdat je nog te veel opties hebt voor uw
glucose 6 fosfaat.
Als je dit zou regelen ga je niet enkel glycolyse, maar ook glycogeensynthese en
pentosefosfaat pathway regelen.
3.1
Pathway ziet er op het eerste zicht niet zo rechtoe rechtaan uit, is ook wel zo maar we gaan
dat vereenvoudigen. Belangrijkste om te weten, als je naar geheel van de pathway kijkt, is
dat je duidelijk ziet dat die uit twee delen bestaat, zie stippellijn. Bovenste deel is NADPH
productie, onderste deel is verschuiven van suikers in elkaar, enerzijds om ribose te maken
en anderzijds om die suikers terug te kunnen laten aansluiten aan de glycolyse. Belangrijk
om het concept te begrijpen, als we die pathway willen begrijpen, kijken we best naar 3
glucose 6 fosfaat moleculen die die pathway tegelijkertijd binnenkomen. Vanut 3 glucose 6
fosfaat zullen 3 CO2 moleculen afsplitsen.
Logisch want we gaan van een hexose naar een pentose. Ribose als basis voor de synthese
van onze nucleosiden. Ergens in die reorganisatie van uw suikers creer je ribose 5 fosfaat dat
je kunt laten aftakken naar uw nucleinezuursynthese. Als je die suikers verder in elkaar laat
omzetten maak je uiteindelijk twee moleculen fructose 6 fosfaat en 1 glyceraldehyde 3
fosfaat, dit zijn beide intermediairen van de glycolyse. Je kunt die producten omzetten naar
gucose 6 fosfaat, vanuit uw glyceraldehyde 3 fosfaat kun je maar een halve hiervan vormen.
Als je deze pathway wilt volgen kun je volledig terug naar glucose 6 fosfaat.
, 3.2
Pathway bestaat uit 2 verschillende delen: eerste deel verantwoordelijk voor NADPH
productie en is irreversibel. Als glucose 6 fosfaat beslist zich om te vormen naar ribulose 5
fosfaat is dat irreversibel. Dit is het oxidatieve deel van de pathway. Het tweede deel dat is
niet oxidatief, geen elektronen opnemen of afgeven, dat zijn allemaal reversibele pijlen. Stel
ons lichaam heeft geen NADPH nodig, niet in een situatie dat we vetten willen aanmaken,
dan is het dom om vanuit de glycolyse af te takken naar hier, om iets aan te maken eerst dat
we niet nodig hebben en dan uit te komen bij ribose dat we wel nodig hebben. Doordat dit
dus reversibel is, kun je evengoed vanuit de glycolyse aftakken vanuit glyceraldehyde 3
fosfaat en glucose 6 fosfaat, dan gebruik je enkel het niet oxidatieve deel.
Dan hoef je dat eerste stuk niet mee te nemen.
Niet alle cellen maken vetten aan, reductieve biosynthese, bv uw huidcellen, maar die
hebben wel DNA nodig, dus gebruiken enkel het niet oxidatieve deel.
4.1
Pathway in twee verdeeld. Aantal glucose moleculen is weergegeven.
4.2
Je vertrekt van 3 moleculen glucose 6 fosfaat en eindigt in uw eerste deel met drie molecule
ribulose 5 fosfaat. In dat eerste deel zijn er twee belangrijke reacties, waar je NADPH
aanmaakt. Logisch dat dat dehydrogenasen zijn, gaan energierijke elektronen onder de vorm
van hydriden wegtrekken en overdragen op NADP met de vorming van NADPH.
5.1
Deel dat uw cellen doen als ze enkel ribose willen hebben of willen terugkeren naar de
glycolyse. Ribulose 5 fosfaat daar gaan twee verschillende enzymen op inwerken, epimerase
en ketoisomerase. Zo worden 2 molecule xylulose 5 fosfaat en 1 molecule ribose 5 fosfaat
gemaakt. We vertrekken van 3 moleculen ribulose 5 fosfaat en we krijgen 3 riboses in de
plaats, aantal koolstoffen blijft gelijk. Xylulose 5 fosfaat, transketolase grijpt daarop in,
vitamine afhankelijk enzym, thiamine voor nodig, vitamine B1. Een van die twee moleculen
en uw ribose 5 fosfaat zullen worden omgevormd naar een glyceraldehyde 3 fosfaat en
sedoheptulose 7 fosfaat. Deze twee moleculen gaan oiv transaldolase isomeriseren naar
fructose 6 fosfaat en erythrose 4 fosfaat. Fructose 6 fosfaat kan naar de glycolyse. Onder
invloed van transketolase gaat wat overblijft met elkaar reageren, zo wordt een fructose 6
fosfaat en glyceraldehyde 3 fosfaat gevormd en die kunnen naar de glycolyse.
5.2
Xylulose 5 fosfaat, via deze heeft uw pathway invloed op de flux doorheen uw glycolyse. Als
je een heel actieve pentose fosfaat pathway hebt, wil dat zeggen dat je veel suikers hebt, die
je wilt afleiden naar uw glycolyse dus goed als uw glycolyse ook actief is. Vie
fosfofructokinase 1. Dat enzym is onderhevig aan allostere regulatie door uw fructose 2 6
bifosfaat, die molecule die gevormd wordt vanuit fructose 6 fosfaat door een tandem enzym
met een kinase en fosfatase kant.
Xylulose wilt uw glycolyse activeren, gaat omgekeerde van uw glucagon doen. Xylulose gaat
ervoor zorgen dat uw tandem enzym niet gefosforyleerd wordt, als uw kinase activiteit actief
is, gaat er een omzetting naar bifosfaat zijn en gaat uw PFK1 positief allosteer worden
gestimuleerd en gaat ge uw glycolyse naar beneden doorzetten.