Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Hoorcollege 1. Ontwikkeling van het gevangeniswezen en het gevangenisbeleid en doelen van de gevangenisstraf €2,99   Ajouter au panier

Notes de cours

Hoorcollege 1. Ontwikkeling van het gevangeniswezen en het gevangenisbeleid en doelen van de gevangenisstraf

5 revues
 51 vues  1 fois vendu
  • Cours
  • Établissement

R_Penol. Penologie/detentierecht. Uitwerking hoorcollege 1: Ontwikkeling van het gevangeniswezen en het gevangenisbeleid en doelen van de gevangenisstraf. Hier is zowel de literatuur behorende tot het hoorcollege, als de aantekeningen van het hoorcollege zelf te vinden. De overlappende literatuur m...

[Montrer plus]

Aperçu 3 sur 20  pages

  • 12 octobre 2020
  • 20
  • 2020/2021
  • Notes de cours
  • Inconnu
  • Toutes les classes

5  revues

review-writer-avatar

Par: meikejansze • 3 année de cela

review-writer-avatar

Par: juliettebout • 3 année de cela

review-writer-avatar

Par: carowolters • 3 année de cela

review-writer-avatar

Par: marijnlammerts • 4 année de cela

review-writer-avatar

Par: ambermoedikdo • 3 année de cela

avatar-seller
Hoorcollege 1. Ontwikkeling van het gevangeniswezen en het
gevangenisbeleid en doelen van de gevangenisstraf
Prof. mr. S. Meijer

Literatuur

Visie Recht doen, kansen bieden. Naar een effectievere tenuitvoerlegging van de
gevangenisstraf, Ministerie van Justitie en Veiligheid 2018

Inleiding
Ondanks dat criminaliteit een dalende trend vertoont in Nederland, heeft het vaak een
enorme impact op slachtoffers, zowel psychisch als financieel. Door te straffen laten we als
samenleving zien dat we ongeoorloofd gedrag niet tolereren en dat misdaad niet loont. Bij
strafbare feiten komen politie en justitie in actie, om recht te doen aan slachtoffers een de
gehele samenleving.
Jaarlijks worden vele straffen opgelegd, variërend van boetes en taakstraffen, tot specifieke
maatregelen, zoals terbeschikkingstelling (TBS) of plaatsing in een inrichting voor
stelselmatige daders (ISD). De zwaarste straf in Nederland is de gevangenisstraf. De
geloofwaardigheid en legitimiteit van ons hele strafrechtsysteem staat of valt met de
daadwerkelijke uitvoering van opgelegde straffen. Effectieve gevangenisstraffen dienen een
dubbel doel: zowel vergelding als het verminderen van recidive.

Echter heeft manier waarop we nu gevangenisstraffen uitvoeren niet altijd maatschappelijk
draagvlak en is ook niet altijd effectief. Als gedetineerden vroeg meer vrijheden krijgen doet
dat af aan de geloofwaardigheid van de gevangenisstraf als vrijheidsstraf. We slagen er
onvoldoende in herhaling te voorkomen en daarmee de samenleving te beschermen. Tal van
organisaties in de zorg, maatschappelijke instellingen, gemeenten, onderwijsinstellingen en
bedrijven moeten bijdrage leveren.

Drie uitgangspunten staan daarbij centraal:
1. Straf is straf  Gevangenisstraffen moeten genoegdoening bieden aan de samenleving,
slachtoffers en nabestaanden. De vrijheid van de veroordeelde wordt ontnomen,
waardoor hij een periode uit de samenleving wordt verwijderd. Aan dit kenmerk van de
gevangenisstraf moet recht worden gedaan bij de uitvoering van de straf.
2. Gedrag telt  Een gedetineerde is zelf verantwoordelijk voor het verloop van zijn
detentie: goed gedrag wordt beloond, slecht gedrag bestraft. Het gedrag van
gedetineerden gaat sterker meewegen bij de invulling van detentie. Hierbij wordt
rekening gehouden met iemands (geestelijke) beperkingen en wordt hulp geboden.
3. Werken aan veilige terugkeer  Om de samenleving te beschermen tegen criminaliteit,
moet zo veel mogelijk worden voorkomen dat gedetineerden na detentie in herhaling
vallen. Gevangenisstraf is niet alleen het ontnemen van iemands vrijheid, maar moet ook
bijdragen aan een veilige terugkeer van ex-gedetineerden in de samenleving.

Straf is straf
Straffen moeten geloofwaardig worden uitgevoerd. Een dader moet ervaren dat de
samenleving zijn gedrag niet accepteert. Vrijheidsbeneming is de zwaarste straf die
Nederland kent.

,Momenteel kunnen gedetineerden aan wie een forse gevangenisstraf is opgelegd een groot
deel van hun straf buiten de muren doorbrengen in het kader van een voorwaardelijke
invrijheidstelling (v.i.). Binnen het huidige systeem ontstaat na 2/3 van een straf van
rechtswege aanspraak op de v.i. Dit betekent dat gedetineerden voorwaardelijk in vrijheid
worden gesteld, tenzij de rechter, op vordering van het openbaar ministerie, anders bepaalt.
Op jaarbasis wordt circa 90% van de gedetineerden met een v.i.-waardige straf
(gevangenisstraffen van 1 jaar of meer) van rechtswege in vrijheid gesteld.

Het openbaar ministerie bepaalt of, en zo ja welke, bijzondere voorwaarden aan de v.i.
moeten worden verbonden. Als geen v.i. dient te worden verleend (uitstel of afstel van de
v.i.) vordert het o.m. dit dan bij de rechter, die de uiteindelijke beslissing neemt. Om
meerdere redenen ziet het kabinet aanleiding de wet zo aan te passen dat de v.i. niet langer
door werking van de wet wordt verleend, maar door per gedetineerde een specifieke
afweging te maken over de verlening van v.i. Deze persoonsgerichte benadering draagt bij
aan een betere aansluiting tussen de v.i. en de rest van de detentiefasering. Bij de beslissing
van het o.m. tot toekenning van de v.i. gelden straks de volgende 3 criteria: 1) eventuele
risico’s bij vrijlating, 2) gedrag van de gedetineerde tijdens de gehele detentieperiode en 3)
de belangen van slachtoffers. Niet alleen de afwezigheid van wangedrag, maar ook de
aanwezigheid van goed, constructief gedrag en het meewerken aan de eigen re-integratie
gaan een belangrijke rol spelen bij de verlening en invulling van een voorwaardelijke
invrijheidstelling. De nadruk verschuift hiermee van het zich onthouden van onacceptabel
gedrag naar het zichtbaar tonen van inzet om gedrag te veranderen en naar vermogen
verantwoordelijkheid te nemen voor de eigen toekomst.
Het openbaar ministerie wordt niet alleen belast met de beslissing over toekenning van de
v.i., maar ook met de beslissing over herroeping van de v.i. waardoor de veroordeelde weer
wordt ingesloten in een inrichting.

Een tweede aanpassing betreft de duur van de v.i. Hoe langer een opgelegde staf is, hoe
groter het ‘gat’ wordt tussen de originele celstraf en de uiteindelijke duur van vastzitten. Dit
tast de geloofwaardigheid een inzichtelijkheid van een straf aan, en ondermijnt hete
rechtvaardigheidsgevoel. Het kabinet vindt dat de tijd die daadwerkelijk in detentie wordt
doorgebracht en de opgelegde straf weer meer met elkaar overeen moeten komen. De
wijziging strekt tot het maximeren van de periode van v.i. op 2 jaar. Deze termijn sluit aan bij
de gemiddelde toezichtsduur met betrekking tot bijzondere voorwaarden van 1,5 tot 2 jaar.

Samengevat zijn er de volgende voorgenomen maatregelen:
- De periode van v.i. wordt gemaximeerd op 2 jaar.
- V.i. wordt uitsluitend nog verleend op basis van een individuele afweging en beoordeling.
- Bij de toekenning van v.i. wordt getoetst op: 1) gedrag van de gedetineerde, 2) een
risicobeoordeling en 3) de belangen van slachtoffers en nabestaanden.
- Het gevangeniswezen start een programma voor de ontwikkeling van risicotaxatie voor
het verlenen van externe vrijheden.
- Niet-naleving van gestelde voorwaarden krijgt direct consequenties.

, Gedrag telt
Om recidive te voorkomen is het daarnaast van belang dat gedetineerden hun tijd in
detentie goed benutten om te werken aan het op orde krijgen van hun leven. Het is
belangrijk dat gedetineerden hun tijd actief doorbrengen, verantwoordelijkheid nemen en
hun gedrag veranderen om zo de kans op een geslaagde terugkeer in de maatschappij zo
groot mogelijk te maken. Gedetineerden zullen dan ook aangesproken moeten worden op
hun gedrag. Goed en constructief gedrag wordt beloond. Slecht gedrag wordt bestraft. Er
moet rekening worden gehouden met eventuele (geestelijke of financiële) beperkingen bij
het stellen van doelen. De voorbereiding van hun terugkeer vermindert het risico op
recidive. Inzet op toezicht en controle na de gevangenisstraf is dan ook essentieel. Om deze
reden wil het kabinet de persoonsgerichte aanpak versterken door gedrag zwaarder mee te
laten wegen voor het detentieverloop.




- Aanvang detentie: snelle en volledige screening (1)  Bij binnenkomst in detentie moet
een gedetineerde snel en volledig worden gescreend. Deze is gericht op realisatie van
een veilig detentieklimaat en praktische re-integratiezaken zoals zorg en schulden. Dit
kan door relevante informatie van andere partijen, zoals de reclassering, te betrekken. Er
komt ook aandacht voor eventuele beperkingen. Bij vermoedens van problematiek zal
bepaald worden welke interventies moeten worden ingezet en welke gedrags- en re-
integratiedoelen realistisch zijn. De doelen worden opgenomen in een persoonlijk
detentie- en re-integratieplan. Deze wordt na binnenkomst voor iedere gedetineerde
opgesteld en bevat concrete acties gericht op een positief en actief detentieverloop en
op het werken aan een maatschappelijk aanvaardbaar bestaan na detentie. Het plan
vormt een leidraad voor de invulling van de detentie, de detentiefasering, het verlenen
van de v.i. en voor overdacht van informatie aan partners.
- Basisprogramma en plusprogramma (2 en 3)  Binnen het gevangeniswezen wordt
onderscheid gemaakt tussen een basisprogramma en een plusprogramma. In principe
start een gedetineerde in het basisprogramma, dat activiteiten bevat waarop de
gedetineerde recht heeft (verblijf in de buitenlucht, bezoek, onderwijs en geestelijke
verzorging). Als gedetineerden een aaneengesloten periode goed gedrag laten zien,
kunnen zij promoveren naar het plusprogramma. Deze bestaat voor een deel uit
dezelfde activiteiten als een basisprogramma, alleen worden deze activiteiten dan vaker
aangeboden en gerichter ingevuld. Daarnaast kunnen gedetineerden deelnemen aan re-
integratietrainingen en kunnen zij in aanmerking komen voor verlofverlening.
- Re-integratieverlof (4)  Verlofverlening draagt bij aan re-integratie en zo aan het
voorkomen van recidive doordat gedetineerden hierdoor onder controle geleidelijk

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur dominiquekl. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

72042 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€2,99  1x  vendu
  • (5)
  Ajouter