Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Mogelijke examenvragen Europees recht €7,49
Ajouter au panier

Autre

Mogelijke examenvragen Europees recht

 37 vues  1 fois vendu

Mogelijke examenvragen van de hoofdstukken 1, 2, 3, 4, 5, 6, 8, 9, 10

Aperçu 4 sur 61  pages

  • 1 janvier 2021
  • 61
  • 2020/2021
  • Autre
  • Inconnu
book image

Titre de l’ouvrage:

Auteur(s):

  • Édition:
  • ISBN:
  • Édition:
Tous les documents sur ce sujet (3)
avatar-seller
sebbbbnem
Handboek Europees recht, een inleiding – Constantijn Bakker

EXAMENVRAGEN EUROPEES RECHT

INLEIDING

1. Hoe komt een verdrag tot stand?
Verdragen zijn internationale (schriftelijk) juridische overeenkomsten die worden gesloten
tussen staten, met het oog op de regelgeving van hun onderlinge verhoudingen. Dat
verdrag kan pas in werking treden als het in de betrokken landen formeel goedgekeurd
(geratificeerd) is. Ratificatie gebeurt door de staatshoofd en ken pas gebeuren nadat er
een parlementaire goedkeuring is voor gekregen voor het verdrag.

De verschillende stappen:
1) Het verdrag onderhandelen
2) Het verdrag sluiten d.m.v. ondertekening of parafering. De ondertekening houdt in
dat de verdragstekst als authentiek en definitief wordt erkend, en dat hij niet meer
gewijzigd kan worden.
3) De parlementaire instemming van de wetgever (Kamer en Senaat)
4) De bekrachtiging of ratificatie. Om op internationaal vlak gebonden te zijn moet het
verdrag bekrachtigd worden door de Koning.
5) De publicatie en registratie dat in het BS geschiedt; het verdrag moet ook
geregistreerd worden bij het secretariaat-generaal van de VN.


2. Leg het smeerkaas-arrest Franco-Suisse Le Ski uit?
Dat is een arrest van het HVC waarin werd gesteld dat een verdrag met directe werking
in de interne Belgische rechtsorde voorrang krijgt op de wetten van het Belgisch
Parlement en ook op de Grondwet, zelfs wanneer deze wetten dateren van na de wet die
het verdrag heeft goedgekeurd.


3. Het verschil tussen monisme en dualisme?
- Monisme: hier vormen het internationaal –en nationaal recht één rechtssysteem,
en is er geen omzetting nodig van het internationaal recht naar nationaal recht. Bij
een conflict tussen internationaal en nationaal recht heeft het internationaal recht
voorrang, bv. Frankrijk, België, Nederland

- Dualisme: hier vormen het internationaal –en nationaal recht twee afzonderlijke
rechtssferen. Enkel het nationaal recht is hier belangrijk.

1

, Handboek Europees recht, een inleiding – Constantijn Bakker

Het internationaal recht moet hier eerst omgezet worden naar nationaal recht. Bij
een conflict heeft dan ook het nationaal recht voorrang, bv. Italië, Denemarken, VK


EUROPESE SAMENWERKING

1. Wat betekent soevereiniteit?
Het recht van een land om binnen haar eigen landsgrenzen macht uit te voeren, bv. Het
softdrugsbeleid in NL – niemand heeft daar iets over te zeggen.


2. Europese integratie
Europese eenmaking - het één worden van de EU-landen.


3. Op welke manier wordt een Europese organisatie opgericht?
Via een verdrag tussen de betrokken landen (oprichtingsverdrag).


4. Som de Europese organisaties op en hun taken?
- Intergouvernementele organisaties:
 Een organisatie die niets kan doen zonder toestemming van alle lidstaten.
Ze kan alleen activiteiten ontwikkelen wanneer alle aangesloten landen
akkoord gaan.

 Staten behouden hier hun volledige soevereiniteit en kunnen niet gebonden
worden (tegen hun wil) door besluiten van deze organisatie.
o Bv. Raad van Europa, OECD, Europol, EGKS, EEG/EG, OESO,
Benelux, EFTA, EER, NAVO, WEU, OVSE, GBVB

- Supranationale organisaties: IN DE PRAKTIJK COMMUNAUTAIR genoemd!
 Er wordt een organisatie opgericht die bevoegdheden van de samen-
werkende staten overneemt. Deze organisatie kan op een aantal gebieden
handelen zonder toerstemming van alle lidstaten.

 Lidstaten staan hier vrijwillig een deel van hun soevereiniteit af.

 Aangezien beslissing bij supranationaal niveau soms bij meerderheid
genomen wordt, kan het gebeuren dat een lidstaat door een andere lidstaat
gedwongen wordt een bepaalde beslissing door te voeren dus de
organisatie zaken kan opleggen aan de lidstaten.

o Bv. De lidstaten moesten hun bevoegdheden ter zake van de
buitentarieven overdragen aan de EEG.
2

, Handboek Europees recht, een inleiding – Constantijn Bakker

 Buitentarieven = douanerechten op producten afkomstig van
niet (EU) landen.

o Bv. De EU: op andere gebieden heeft zij wel meer het karakter van
een intergouvernementele organisatie, de EEG

- Federalisme: 1 centraal overheid, bv. USA, Duitsland
 De soevereiniteit bestaat hier alleen op federaal niveau. Zelfstandigheid van
lidstaten is hier niet aan de orde! De federale overheid kan lidstaten tot
allerlei besluiten dwingen.

 Ze neemt op veel belangrijke gebieden de bevoegdheden van de samen-
werkende staten over.


5. Wat is een vrijhandelszone?
Een samenwerkingsvorm waarbij een groep landen besluit om de onderlinge handels-
belemmeringen, zoals in- en uitvoerrechten, af te schaffen. Hier kan een product vrij
worden verhandeld naar een andere lidstaat van de vrijhandelszone. Dit heeft als
voordeel dat het voor bedrijven aantrekkelijker wordt om zich binnen deze groep landen
te vestigen en grensoverschrijdende handel te drijven. Ook worden bedrijven hierdoor
aangemoedigd om in deze landen investeringen te doen.


6. Wat is een douane unie?
Een samenwerking op het gebied van douanetarieven en vormt de grondslag van de
interne markt. Sinds de inwerkingtreding ervan worden in het goederenverkeer tussen de
EU-lidstaten onderling geen invoerrechten meer geheven. Bovendien geldt in de gehele
EU een gemeenschappelijk douanetarief voor goederen uit derde landen.


7. Wat zijn de kenmerken van een gemeenschappelijke markt?
Het idee van een gemeenschappelijke markt betekende dat er op het grondgebied van
de aangesloten landen één Europese binnenmarkt moest ontstaan. Dit zou worden
verwezenlijkt door in economische zin de staatsgrenzen af te schaffen. D.w.z. dat er een
vrij verkeer van goederen, diensten, personen en kapitaal is.




3

, Handboek Europees recht, een inleiding – Constantijn Bakker

8. Leg de weg naar de EGKS uit alsook wat het belang van de Hoge Autoriteit
daarin is?
- Opgericht in 1951, om gewapende conflicten tussen de hoofdrolspelers van WOII
te stoppen via het gebruik van Kolen en Staal, omdat de gehele oorlogsindustrie
van deze twee sectoren afhankelijk was.

- Ze was de aanzet van de EEG door Robert Schuman (Franse minister van
buitenlandse zaken)
 Kolen: vormden toen een bron van energie
 Staal: was nodig voor het maken van wapens, machines, …

- Ze wilde de gehele oorlogsindustrie onder haar gezag plaatsen - onder de leiding
van de Hoge Autoriteit – om een gemeenschappelijke markt te creëren.
 De Hoge Autoriteit:
o Het bestuur werd volledig aan hem opgedragen.
o Kan volledig onafhankelijk opereren van de landen die de EGKS
hadden opgericht


9. Welke zijn de kenmerken van de EEG vergeleken met de huidige EU?
- Werd opgericht in 1958 (n.a.v. verdrag van Rome) onder leiding van Paul Henri
(minister van buitenlandse zaken) om een “intensievere samenwerking” te
creëren.

- Ze kwam met het idee om een organisatie op te richten die tot taak zou hebben
om een gemeenschappelijke markt te creëren, zoals de EGKS. Deze gemeen-
schappelijke binnenmarkt omvat:
 De kolen –en staal sector
 Alle economische activiteiten

- Ze is een supranationale organisatie die tot stand kwam op een intergouver-
nementele manier.


10. Welke instellingen zijn binnen de EEG belast met wetgeving, bestuur en
rechtspraak?
- Wetgeving: Commissie, Raad en Europees Parlement
- Bestuur: Raad en Commissie
- Rechtspraak: Hof van Justitie


4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur sebbbbnem. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

49160 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€7,49  1x  vendu
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté