Diversiteit examen wordt gekenmerkt aan het vragen van vele begrippen. Daarmee heb ik alle belangrijke begrippen gebundeld en de definities uitgebreid uitgelegd. 6 pagina's lang = moeten allemaal gekend zijn
Primitieve volkeren = mensengroepen die het dichtst bij de ‘eerste
mens’ stond
Parallellisme = ieder volk moet op dezelfde manier evolueren
volkeren die onder ons schaal staan zijn ergens
blijvens teken en moeten nog een inhaalbeweging
maken
Conventietherapie = homotherapie, homogenezing, een soort therapie
voor homo’s en lesbies
Intersectionaliteit = onderlinge verbondenheid van sociale constructies
Discrete categorieën = het opdelen van mensen is een vorm van
categorisering gaat over normaal en niet normaal
Vertovec = Engelse wetenschapper die onderzoek deed naar
immigratie en als eerste het concept van
superdiversiteit heeft laten ontstaan
Dekolonisatie = kolonisaties krijgen zelfstandigheid terug
Gemeengoed = internet is voor iedereen
Minority-majority steden = meerderheid van de bewoners maakt deel uit van
een minderheidsgroep
Aankomstbuurten = mensen die uit het buitenland komen vestigen zich
hier sneller en makkelijker omdat er goedkopere
huizen met migrant eigenaars zijn + veel netwerken
die bij hen aanleunen
Vervolgonderzoek Samenleven in diversiteit = onderzoek waar thema’s zoals sociale interactie,
identiteit, attitudes, taal en inburgering onder de
loep genomen worden en waar de onderlinge
samenhang tussen thema’s worden bestudeerd
Informele arbeid = zwartwerk, gaat over mensen die niet mogen
werken hier maar eigenlijk moeten werken om te
overleven
Antropos logos = studie van de mens hoe en waarom ze samenleven
– zoeken naar verbanden binnen en tussen
samenlevingen
Othering = onze blik op de ander
Etnocentrisme = ik beschouw mezelf als meer normaal/ beter dan
de ander
= bekijken en beoordelen van de andere culturen,
vanuit de eigen cultuur
Exotisme = het gevoel hebben dat de ander beter is dan jou
Barbaroi = slaven, zij waren anders dan de burgers
Plinische rassen = eigen ras met veel rariteiten die anders waren (bv.
omgekeerd voetigen) door Plinius De Oude
Wilde man = brabbelaar die niet kon spreken, zonder kleren,
liepen op handen en voeten in Middeleeuwen
eigenlijk de heidenen = de moslims
Theorie van Linnaeus = maakte een onderscheid tussen rassen, hij maakte
racistische theorieën om de kolonisaties te
rechtvaardigen
Flegmatisch = rustige, kalm reagerende mensen
Cholerisch = driftig (te veel geel sap)
Melancholisch = verdrietig, depressief
Sanguinisch = vurige, energieke mensen
De primitieven = bosjesmannen uit Zuid-Afrika
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur jasmijnvliebergh. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,19. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.