Gerontologie = tak van de wetenschap die het ouder worden bestudeerd, zowel lichamelijk,
maatschappelijk als geestelijk.
‘Geron’ = oudere.
‘Logie’ = leer.
Geriatrie = een medisch specialisme, gericht op de zorg en behandeling van ouderen. Een
klinisch specialist, gericht op ouderen.
‘Iatros’ = arts.
Vaak gaat het om meerdere aandoeningen tegelijkertijd. Het gaat om ziektebeelden die
worden veroorzaakt door ouder worden.
- Comorbiditeit = er zijn meerdere aandoeningen/ ziekten gerelateerd aan een
chronische ziekte bijv. depressie bij dementie.
- Multimorbiditeit = er zijn meerdere aandoeningen/ ziekten tegelijk aanwezig, bijv.
Parkinson en incontinentie.
De bevolking in Nederland wordt steeds ouder.
- Japan staat op plaats 1 met 24,4% 65-plussers.
- Nederland staat op plaats 20 met 18% 65-plussers.
- Europa heeft de meeste vergrijzing.
- Afrika de minste vergrijzing (hoewel ook stijgend).
Vergrijzing = het aantal ouderen in de totale bevolking wat toeneemt. (65-plussers)
- 300.000 in 1900 en 3.200.000 in 2018
Dubbele vergrijzing = binnen de groep 65-plussers neemt het deel 80-plussers toe.
- 779.000 in 2018
Ontgroening = het aantal jongeren in de totale bevolking neemt af.
Ontgrijzing = het aantal ouderen in de totale bevolking neemt af.
- In 2020 een evenwicht tussen jong en oud.
- Vanaf 2020 toename ouderen.
Demografische verschuivingen vragen om nieuwe oplossingen, ook binnen de
gezondheidszorg.
- Relevantie ziekten/ verschijnselen die samenhangen met ouder worden.
- Naar schatting heeft 35% van de 65-plussers een vorm van hulp of verzorging nodig.
- Normale veroudering, ziekten.
“Gezondheid is een toestand volledig lichamelijk, geestelijk en maatschappelijk welbevinden
en niet slechts de afwezigheid van ziekte of andere lichamelijke gebreken” WHO, 1948.
,Machteld Huber verander deze uitspraak.
- Van focus op ziekte en zorg naar focus op gezondheid en gedrag zelfmanagement
positieve gezondheid.
- Niet het aanbod maar de zorgvraag is leidend.
- Vraagt om een andere manier van werken.
- Focus veel meer op vroeg signalering, dus preventie.
- Ook met een ziekte/aandoening zou je je zelfstandig kunnen redden.
- Met deze definitie kun je dus gezond zijn naast het hebben van een ziekte.
Verschuiving van ziekte-denken functieproblematiek/- behoud
- Relevant te weten welke factoren bepalen dat somatische, psychische en sociale
functieproblemen zich voordoen.
- In welke levensfase worden deze factoren van invloed?
- Welke interventies kunnen worden toegepast en wanneer?
- De rol van de hbo-verpleegkundige en klinisch redeneren
Wat betekent functie, functiebehoud, functieproblematiek?
- Functie = iets kunnen. Over een functie beschikken om iets relevants te kunnen
realiseren.
- Essentiele rol in iemands leven om te kunnen blijven leven.
- Existentiële behoeften: eten, drinken, warmte en contact hebben.
- Ontbreken hiervan levert angst en stress op en uiteindelijk de dood.
- Je probeert functieproblematiek te voorkomen (preventie) koppel deze dingen met
het patroon van Gordon.
Hoe wil je ouder worden?
In welke mate bemoeien burgers zich met elkaar?
- Niet bemoeien (laisser faire)
- Preventie door weg -en regelgeving (rookverbod horeca)
- Een zo zelfstandig mogelijk leven (eigen regie en keuzes) zo waar mogelijk
bestaan.
Persoonsgerichte zorg
- Pijn die samengaat met een andere chronische ziekte kunnen lijden tot het ontstaan
van depressieve gevoelens, angst, slaapproblemen en verminderde zelfredzaamheid.
- Dagelijkse activiteiten zelf kunnen organiseren en uitvoeren en sociaal kunnen blijven
functioneren is belangrijk voor de mensen (dus ook ouderen)
- (Gezondheidspatronen van Gordon)
“Veroudering is een tijdafhankelijk biologisch proces dat, hoewel het niet een ziekte op
zichzelf betreft, functionele achteruitgangen risico op ziekte en dood met zich meebrengt”
Ouder worden gaat gepaard met veranderingen/ verliezen op lichamelijk, functioneel,
cognitief en sociaal vlak.
- Vroege ouderdom: 65-75 jaar. Je spreekt dan ook wel van jong bejaarden.
- Late ouderdom: 75 jaar en ouder. Je spreekt dan ook wel van hoogbejaarden. Zijn
meestal minder actief en hebben een minder goede conditie en gezondheid. Maar dit
is niet altijd zo. Dit verschilt per persoon.
, Waar zie veroudering aan:
- Kaalheid.
- Haar wordt vaak grijs.
- Je wordt dunner.
- De huid wordt slapper, wordt rimpeliger, wordt minder elastisch, gaat hangen, wordt
droger, vlekkiger, bleek en dunner.
- Slijtage, denk aan botontkalking (osteoporose).
- De lengte van de wervelkolom neemt af, kromlopen, versleten tussenwervelschijven.
- Spiermassa neemt af.
Veroudering is merkbaar aan:
- Afname in de functie van verschillende organen.
- Botontkalking (osteoporose) (vaker van vrouwen 600.000 dan bij mannen 300.000.
- Verminderde mobiliteit, gewrichten worden minder soepel.
- Spieren worden zwakker en dunner (atrofie).
- Achteruitgang gezichtsvermogen, gehoor, reuk en smaak.
- Lichaamsgewicht neemt af
- Verdwijnen eetlust.
- Percentage lichaamsvet neemt eerst toe (vooral rond de buik) en daarna weer af.
- Ouderdomskwaaltjes.
- Vermoeidheid overdag.
- Slapeloosheid ’s nachts.
- Verminderde energie.
- Pijntjes.
Psychologisch/ cognitief:
- Verandering in denken en voelen.
- Minder goed onthouden, vergeetachtig.
- Moeite met concentratie, het denken en oriëntatie.
- Meer tijd voor info verwerking, langzamer praten.
- Aanpassen aan moeilijke, uitdagende gebeurtenissen.
- 12% heeft depressie klachten.
Sociaal:
- Verouderen in een complex netwerk van sociale relaties (familie, vrienden, buurten,
dorpen, landen)
- Nieuwe rollen (bijv. grootouders)
- Vereenzaming (van verlies bijv. partner)
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lisakuiper1. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,03. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.