Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Nederland- en Vlaanderenkunde €6,59   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Nederland- en Vlaanderenkunde

1 vérifier
 92 vues  2 fois vendu

Volledige samenvatting van het vak Nederland- en Vlaanderenkunde

Aperçu 4 sur 47  pages

  • 22 janvier 2021
  • 47
  • 2019/2020
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (2)

1  vérifier

review-writer-avatar

Par: annmarynissen • 1 année de cela

avatar-seller
Uantwerpenstudent98
Nederlands: Taal en cultuur
Deel 1: (taal)geschiedenis van de Lage Landen

1. Prehistorie (tot 57 v.C.)

1.1 enkele vondsten uit het stenen tijdperk
1.1.1 België

Neanderthalers in Spy
- Dicht bij Luik
- Man/mens van Spy
o Leefde +- 40000 jaar geleden
o 1 van de laatste neanderthalers die leefde op het Europese continent (Wallonië)
o Botten ontdekt in 1886 in grot in Spy
o Spyrou

Neanderthalers hadden dezelfde aanleg voor spraak als de moderne mens, maar spraken wellicht nasaler en in een
hogere toon (vorm tongbot/tongbeen)

1.1.2 Nederland

Hunebedden
- Ongeveer 5000 jaar geleden gebouwd in het noordoosten van huidige NL
- Grafmonumenten, gebouwd met reusachtige zwerfkeien
o Nu nog ruim 50 in provincie Drenthe en 2 in Groningen
- In de loop der eeuwen zijn er heel wat hunebedden verdwenen, o.a. omdat de stenen werden gebruikt als
bouwmateriaal.
- Trechterbekercultuur = de bouwers van de hunebedden maakten ook trechterbekers, dit waren
oorspronkelijk voorraadpotten voor bv. graan, zulke bekers werden meegegeven als grafgeschenk aan de
doden

1.2 Kelten en Germanen

 Keltisering

Oorspronkelijk Verspreiding
Huidige Frankrijk
Bohemen (Tsjechië) Zuiden van België
Zuid-Duitsland Noorden van België (beperkt, bovenlaag
bevolking)

Huidig Keltisch
Iers, Bretons, Gaelisch (Schotland), Welsh (Wales)

 Germanisering

Oorspronkelijk Verspreiding

, Het noordoosten v/d Lage Landen
Eerst: Noord-Nederland
Noord-Duitsland Daarna: rest v/d Lage Landen (o.a. Noord-
België)
Uiteindelijk: zuiden v/d Lage Landen
 In zuiden v/d Lage Landen ontmoetten de twee volkeren elkaar (ter hoogte van de huidige taalgrens =>
eigenlijk voor een stuk de aanleiding van de taalgrens)
o De Germanen noemden de Kelten Wahlos (huidige “Walen” komt hiervan)
o Gevolg: Germaans nam aantal woorden over uit Keltisch
 Woorden hadden te maken met bodemkunde (lood, ijzer, duin, lei)
 Ook andere woorden: ambacht, rijk, gijzelaar

Germanen + Kelten (leefden naast elkaar of vermengden zich)
Centraal België Zuidelijk België Noord-Frankrijk
 Twee grote migratiebewegingen  oorzaak taalgrens
 Hadden beide nog geen geschreven teksten
 -rix in Keltische eigennamen: koning of heerser binnen Keltische periode (< Lat. rex = koning)

2. Oudheid – Romeinse tijd (57 v.C. – 400 n.C.)


- 57 v.C. = moment waarop Julius Caesar Gallië veroverde en de Belgae versloeg
o Gallië verwees naar het huidige Frankrijk, België en zuidelijk NL
o Julius’ verslag over zijn veldtocht in De bello Gallico = de Gallische oorlog
o Lage Landen intrede in geschiedschrijving & einde prehistorie
- Na komst Romeinen begon in het veroverde gebied een proces van romanisering, ook op taalvlak
o Keltische bevolking  volkslatijn/vulgair Latijn als dagelijkse omgangstaal ipv eigen Keltische taal
- Gebied net onder de Rijn (= ruwweg zuidelijk NL en noordelijk België) behoorde tot het Romeinse rijk maar
veel minder sterk geromaniseerd dan de rest van Gallië  waarschijnlijk daar enkel leiders + hun families
die Romeinse taal&cultuur overnamen, maar de gewone bevolking bleef de Germaanse dialecten
gebruiken (uiteraard wel met veel Latijnse leenwoorden)
- Galliërs = term die Romeinen gaven aan Kelten (= dus synoniemen) en Kelten waren verschillende
stammen, waaronder de Belgae.
- Gebied ten noorden van de Rijn bleef onafhankelijk (wordt ook wel het vrije Germania genoemd). Dreven
handel met de Romeinen en leverden soms hulptroepen, daardoor zijn er tot in Friesland (want het waren
vooral Friezen) overblijfselen te vinden van de Romeinse cultuur.

2.1 De Belgae

- Julius C gaf de stammen die hij aantrof in Gallië een naam
- Stammen uit Lage Landen  “Belgae”  woonden in noordwesten van Gallië
- Met de term “galli” verwezen de Romeinen naar de Kelten
- Niet alle Belgae spraken echter Keltisch, sommige stammen een Germaans dialect en sommige stammen
een Keltisch dialect.
- Volgens Julius C  Belgae dappersten aller Galliërs, hardste en ruwste vechtjassen
- Belgae uiteindelijk verslagen door Romeinen in 57 v.C.

2.2 Reflectie

,Twee opvattingen van ‘een natiestaat’:

- Essentialistische visie: bevolking deelt al een geschiedenis en cultuur, dus het ligt voor de hand dat ze op
een gegeven moment een eigen staat krijgt. => wat niet anders kan, is noodzakelijk
- Constructivistische visie: staat is geen natuurlijke entiteit, maar een constructie. Deze constructie is het
resultaat van ideologische en politieke ingrepen, maar evengoed van toevallige omstandigheden. => niet
van nature, er komen toevalligeden aan te pas bv. Politieke omstandigheden

1830  natiestaat België ontstond

- Behoefte aan geschiedschrijving die bewees hoe oud België was
- Zoektocht naar momenten uit het verleden die zo beschreven werden dat het leek of België al duizenden
jaren wachtte op zijn onafhankelijkheid
- Belgae gezien als “oude belgen” in deze context  = rechtsreekse voorouders van de Belgen anno 1830
- = traditionele benadering uit “vaderlandse geschiedenis”  essentialistische opvatting van natiestaat

Visie realistisch? Is er een rechte lijn tussen huidige België en Oude Belgen?

 We weten niet waar ze woonden en of het gebied samenviel met België
 Romeinen overwonnen dit volk  weggejaagd en uitgemoord, genocide  bloedband (bv Eburonen) met
Belgae is zeer klein
 België was vroeger doorgangsgebied, dus veel verschillende immigratie

Eburonen

- Standbeeld Ambiorix op Grote Markt Tongeren  leider Eburonen
- Weinig zekerheid
- Stam leefde volgens J.C. tussen Maas en Rijn (Limburg + Luik)
- Standbeeld opgericht in 19e eeuw  natiestaat, legitimeren waarom ze een eigen volk zijn, verdiepen in
de geschiedenis van eigen land en taal

2.3 Stammen in de Lage Landen rond het begin van de jaartelling (= jaar 0)

Zie kaart p 17

Opmerkingen bij kaart:

- Dit zijn andere stammen dan vorige pagina’s = gevolg van de migratiebeweging (latere stammen dan
vorige pagina)
- Het rijk van de Friezen was oorspronkelijk veel groter dan nu
- Kustlijn: = anders dan hoe het vandaag is, vorm van kustlijn verandert doorheen de jaren (bv dijken etc.)
o Vroeger (14de-15de eeuw) had men aparte belastingen voor dijken, ze hadden geen geld.
o 1421: Sint-Elisabethsvloed: veel kusten en dijken overstroomd, Belgische en Nederlandse kustlijn
hertekend, aantal dorpen verdwenen.
- Door overstromingen zijn eilanden weggespoeld en ontstaan

2.3.1 Focus 1: de Bataven

- Bataven spelen een centrale rol in “vaderlandse geschiedenis” van Nederland
- Bataven = Germaanse stam
o Opstand tegen de Romeinen in 69-71 n.C. onder leiding van Julius Civilis (was eerst eigenlijk aan
de kant van de Romeinen, vocht voor hen in het Romeinse leger tot dat zijn broer gedood werd
door de Romeinen, toen begon hij te strijden voor onafhankelijkheid)

, o Naam v/d stam leeft nog voort in de naam van een NL streek: de Betuwe (fruitstreek)
- In de 16e – 17e eeuw (gouden eeuw van Holland + Spaanse periode)  ware cultus rond de Bataven.
Batavia werd synoniem met Holland (Westen van Nederland) en met de term Bataven verwees men naar
de Hollanders. Ook de hoofdstad van de kolonie Nederlands-Indië werd Batavia genoemd.
- Vanaf de 18e eeuw werd “Bataaf” synoniem met “Nederlander” in het algemeen. Van 1795-1806 heette
het huidige Nederland “Bataafse republiek”.

2.3.2 Focus 2: de Nerviërs

Kruispunt huidige Belgiëlei en Nerviërstraat in Antwerpen stond tot 1954 een standbeeld van Boduognat = leider
van de Nerviërs. Standbeeld opgericht in 19e E.

2.4 Een periode van wederzijdse talige beïnvloeding
2.4.1 Keltische en Germaanse woorden in het Latijn

Keltische bevolking paste zich aan aan Romeinse taal en cultuur. In Gallië ontstond een specifieke variëteit van
Latijn. Deze variëteit had eigen uitspraak en bevatte heel wat Keltische leenwoorden. Enkele voorbeelden van de
‘verlatijnste’ Keltische woorden die later ontleend worden in het Nederlands en het Frans:

Latijns woord met Keltische wortels  hedendaags NL/FR
- Bracae  broek
- Caballus cheval
- Camisa  chemise
- Carrs  kar

Vulgair Latijn en daaruit ontstane Romaanse talen leenden ook woorden uit taal van Germanen. Enkele
voorbeelden van Germaanse woorden die teruggevonden zijn via Latijnse of Romaanse bronnen:

Germaanse woorden teruggevonden via  Hedendaags NL/FR
Latijnse of Romaanse bronnen
- Ganta  gans
- Glesum  glas
- Sapo  zeep, savon
- Suppa  soep, soupe

2.4.2 Latijnse leenwoorden in de Germaanse talen

Omgekeerd hebben de West-Germaanse talen ook heel wat woorden uit het (vulgair) Latijn overgenomen:

Latijn NL
- Via strata straat
- Vinum wijn
- Murus muur
- Porta poort
- Fructus vrucht
- Caseus kaas

2.5 Volksverhuizingen: einde van het West-Romeinse rijk

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Uantwerpenstudent98. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,59. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

76462 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,59  2x  vendu
  • (1)
  Ajouter