Paragraaf 1:
Sectoren in de economie:
Particuliere sector: het deel van de economie waar
burgers en bedrijven actief zijn.
Collectieve sector: het deel van de economie waar de
overheid en instellingen voor de sociale zekerheid actief
zijn. En waar iedereen gebruik van kan maken.
In de particuliere sector heb je altijd te maken met
marktwerking. Dit houdt in dat aanbieders van
producten met elkaar moeten concurreren om klanten
te werven. Ze concurreren door de prijzen laag te
houden en/of door goede kwaliteit te leveren.
Er zijn landen waar de overheid bepaalt wat er
geproduceerd wordt, hoeveel, door wie en voor welke
prijs. Zo’n economie noem je een planeconomie.
Een economie waarin vraag en aanbod de prijzen
bepalen en waarbij de overheid niet ingrijpt met regels,
noem je een vrijemarkteconomie.
Daarnaast heb je ook nog sociale markteconomie.
Hiervan is sprake van een marktwerking waarbij de
overheid ingrijpt met regels om de veiligheid te
waarborgen, basisbehoeften betaalbaar te houden en
iedereen een eerlijk bestaan te leveren.
, Ook kan het voorkomen dat de overheid taken
uitbesteedt of overdraagt aan particulieren bedrijven dit
noem je privatiseren.
CBS: Centraal Bureau voor de Statistiek. Verzamelt
informatie over economische veranderingen.
CPB: Centraal Planbureau. Onderzoekt de gevolgen
van economische maatregelen.
SER: Sociaal Economische Raad. Bestaat uit
werkgevers, werknemers en onafhankelijke
deskundige en geeft advies over
sociaaleconomische onderwerpen zoals:
werkgelegenheid, lonen, uitkeringen en
pensioenen.
Paragraaf 2:
Rijksbegroting: een overzicht van de verwachte
inkomsten en uitgaven van de overheid in een
bepaald jaar.
Miljoenennota: een toelichting op de
rijksbegroting.
Overschot: de overheid heeft minder uitgaven dan
inkomsten.
Tekort: de overheid heeft meer uitgaven dan
inkomsten. Bij een tekort kunnen ze gaan
bezuinigen, inkomsten vergroten of gaan lenen.
Staatsschuld: de totale schuld van de overheid bij
burgers, banken, verzekeraars en pensioenfondsen,
waarover de overheid rente moet betalen.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur yasminaverhoeff. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.