Het lichaam reageert op elke schadelijke prikkel. Zo`n prikkel kan een gewelddadige inwerking zijn, of
ziektekiemen, of hoge of lage temperaturen of de inwerking van bepaalde stoffen. Die ontsteking is
een poging van het lichaam om zich te verdedigen. Het in de verdediging gaan van het lichaam heet
afweer. De reactie op de prikkel heet afweerreactie. De prikkel die het weefsel beschadigt, kan van
buitenaf of vanuit het eigen lichaam komen. Door de ontsteking probeert het weefsel de prikkel tegen
te houden, zodat deze niet verder kan doordringen en niet meer schade kan veroorzaken. Een
ontsteking is dan ook een natuurlijke afweerreactie van gezond weefsel op een schadelijke prikkel.
Oorzaken van een ontsteking:
Mechanische oorzaken:
Een ontsteking die een mechanische oorzaak heeft, ontstaat door geweld. De kracht waarmee een
weefsel getroffen wordt, bepaalt de aangerichte schade. Er zijn scherpe en stompe trauma`s. Stomp
geweld, zoals stoten en vallen, veroorzaakt een beschadiging waarbij vaak een bloeding optreedt. Er
komt bloed buiten de bloedbaan terecht, in het weefsel. Dat bloed is de prikkel die leidt tot een
ontsteking. Door een val kan een kneuzing of contusie ontstaan, waarbij gewrichten of spieren
beschadig kunnen raken. Bij zwaar letsel kan ook een kneuzing van inwendige organen optreden, die
gepaard kan gaan met een bloeduitstorting. Een verzwikking of distorsie is het gevolg van een
plotselinge verkeerde beweging van een gewricht waarbij gewrichtsbanden scheuren en een grote
bloeduitstorting of hematoom ontstaat. Ook een sterke overbelasting van spieren, pezen en
gewrichten kan leiden tot een ontsteking. Overbelasting kan acuut ontstaan door zware inspanning bij
bukken, tillen en dragen of tijdens sport. Er ontstaat voor het desbetreffende lichaamsdeel een
piekbelasting, waardoor minder goed getrainde spieren en pezen direct letsel kunnen oplopen, zoals
scheurtjes en bloeduitstortingen. Een voorbeeld daarvan is spit. Dat is een acute rugpijn door
overbelasting van de rugspieren. Chronische overbelaste spieren en gewrichten gaan door wrijving
ontsteken en veroorzaken pijnklachten. Blijft de overbelasting aanhouden, dan bestaat het gevaar dat
de ontsteking in of rond die gewrichten of spieren chronisch wordt. Scherp geweld betreft ongevallen
door scherpe voorwerpen en veroorzaakt snijwonden, scheurwonden en steekwonden. Een scherp
voorwerp doorboort de huid en onderliggende weefsels. Deze wonden geven meestal vrij veel
bloedverlies. Na het stollen van het bloed treedt een ontsteking op in het wondgebied.
Fysische oorzaken:
Zowel te hoge als te lage temperaturen kunnen schade in de weefsels veroorzaken. Daarop reageert
het lichaam met een ontsteking. Verbranding, bevriezing, straling en elektriciteit zijn bekende fysische
prikkels die een beschadiging in de weefsels veroorzaken.
Chemische oorzaken:
Chemicaliën zoals zuren en logen die in contact komen met weefsels, veroorzaken etsing, een sterke
irritatie en beschadiging aan het oppervlak van het weefsel. Deze etsing is een flinke ontsteking in het
weefsel. Als er een gat in de maagwand (maagperforatie) ontstaat, loopt zure maaginhoud in de vrije
buikholte, waar het een ernstige ontsteking van het buikvlies veroorzaakt, een peritonitis. Sommige
medicatie wordt toegediend per infuus of via een injectie. Het kan tot heftige ontstekingen leiden
wanneer deze medicatie in het weefsel terechtkomt en niet in de bloedbaan. Dan is het extra
belangrijk om de infuusnaald of injectienaald zorgvuldig in het bloedvat in te brengen.
Ziekteverwekkers:
Ontstekingen door een infectie met ziekteverwekkers komen het meest voor. Wanneer
ziekteverwekkers in een weefsel binnendringen en zich daar kunnen vermenigvuldigen, treedt al vrij
snel een infectie met een ontsteking op. De mate van de ontsteking hangt af van de plaatselijke
afweer en de algemene afweer of immunologische reactie van het lichaam.
Immunologische oorzaken:
1
,Het afweersysteem van ons lichaam, het immunologisch systeem, kan door een verkeerde manier van
reageren zelf de oorzaak zijn van ontstekingen. Soms reageert het immunologische systeem
overgevoelig op een vreemde stof, een antigeen, het maakt antistoffen tegen deze vreemde stof,
waarbij de reactie verergert bij elk contact met dit antigeen. Er is dan sprake van een allergische
reactie of allergie. De felle reactie tussen antigeen en antistoffen veroorzaakt een ontsteking. Soms
functioneert het afweersysteem op een geheel verkeerde manier en maakt het afweerstoffen tegen
lichaamseigen weefsel. De reactie in het weefsel tussen weefseleiwitten en de antistoffen noemen we
auto-immuunreactie. De ziekte die een gevolg is van deze reactie heet een auto-immuunziekte.
Verschijnselen van een ontsteking:
Bij het ontstaan en verloop van een ontsteking spelen stoffen zoals histamine, serotonine,
bradykinine en prostaglandinen uit het beschadigde weefsel een rol. Deze chemische stoffen zijn
deels afkomstig van beschadigde weefselcellen en deels van bloedcellen. Zo is histamine onder
andere verantwoordelijk voor:
- Verwijding van de bloedvaten in het beschadigde weefsel, waardoor een ophoping van bloed
optreedt. Deze reactie leidt tot roodheid en warmte van het weefsel.
- Toename van de permeabiliteit (doorlaatbaarheid) van de vaatwand, zodat extra vocht en
cellen uit de bloedbaan het beschadigde weefsel kunnen binnengaan.
- Prikkeling van de zenuwuiteinden van de pijnvezels. Daarbij spelen naast histamine ook
serotonine, bradykinine en de prostaglandinen een rol. Vooral de prostaglandinen maken de
zenuweinden gevoelig voor pijn.
De ontsteking maakt een normaal gebruik van het lichaamsdeel onmogelijk: de functie is gestoord. De
kenmerkende symptomen van een ontsteking zijn:
Hoewel een ontsteking een nuttige reactie is bij de verdediging van het lichaam, kunnen we ons door
die reactie ook erg ziek gaan voelen. De chemische stoffen die vrijkomen uit het beschadigde weefsel
hebben namelijk ook andere effecten in het lichaam. De verschijnselen die daardoor optreden zijn de
algemene ziekteverschijnselen van een ontsteking, zoals koorts, een gevoel van vermoeidheid en
lusteloosheid, spierpijn, hoofdpijn, minder eetlust en soms ook een gevoel van misselijkheid. Die
algemene symptomen zijn soms ze overheersend, dat symptomatische therapie nodig is. Een
ontsteking gaat ook bijna altijd gepaard met veranderingen in het bloed en het afweersysteem. Zo
ontstaat bij een ontsteking binnen 6 tot 8 uur een sterke stijging van het C-reactief proteïne (CRP) in
het bloed. De concentratie van dit door de lever aangemaakte eiwit daalt ook weer snel als herstel
optreedt, waardoor de bepaling van het C-reactief proteïne niet alleen informatie geeft over de ernst
van de ontsteking, maar ook over het effect van de behandeling. De toename van het aantal
leukocyten in het bloed is niet toevallig. Deze cellen hebben een belangrijke functie bij de plaatselijke
afweer tegen vreemde prikkels. Bij de beschadiging komen stoffen vrij die leukocyten aantrekken.
Leukocyten maken dankbaar gebruik van de verwijding en de verhoogde doorlaatbaarheid van de
bloedvaten. De leukocyten verlaten de bloedbaan en treden het beschadigde weefsel binnen om
ziekteverwekkers te doden en dood weefsel op te ruimen. Dit proces heet fagocytose. Als gevolg van
de verhoogde doodlaatbaarheid van de vaatwand verlaten ook verschillende soorten de eiwitten de
bloedbaan: deze eiwitten treden dan het beschadigde weefsel binnen. Elk eiwit heeft een eigen functie
binnen het ontstekingsproces:
- De bloedstolling, de stollingseiwitten, waardoor de bloeding in het beschadigde weefsel
beperkt blijft.
- Het onschadelijk maken van de binnendringende ziektekiemen of allergenen, de
afweereiwitten of antistoffen.
- Reparatie van het beschadigde weefsel, hetzij door te helpen bij opbouw van het
oorspronkelijke weefsel, hetzij door te helpen bij de vorming van een litteken.
2
,Jeuk:
Naast pijn kan bij een ontsteking ook nog wel een jeuk ontstaan. Dit heeft vooral te maken met het
vrijkomen van stoffen als histamine, prostaglandinen en neuropeptiden. Deze stoffen prikkelen de
zenuwen tussen de opperhuid en lederhuid, waardoor jeuk ontstaat. Ze komen voornamelijk vrij bij
ontstekingen van de huid.
Vormen van ontsteking:
De vorm waarin een ontsteking verloopt, is afhankelijk van de plaats in het lichaam en het soort
weefsel dat door een prikkel beschadigd wordt. Bevindt de ontsteking zich in het oppervlak van de
slijmvliezen dan is sprake van een catarre. De oppervlakkige ontsteking zorgt voor zwelling van het
slijmvlies en een afscheiding van waterig slijm, zoals bij neusverkoudheid (neuscatarre), of bronchitis
(bronchiale catarre), of gastritis (maagcatarre) en enteritis (darmcatarre). Een ontsteking die dieper in
het weefsel doordringt veroorzaakt door een flinke zwelling. Omdat het weefsel wil voorkomen dat de
prikkel verder doordringt, vormt zich rond het beschadigde gebied een extra hoeveelheid vocht. In dat
vocht bevinden zich extra eiwitten en witte bloedcellen. Deze vochtophoping is merkbaar aan een
sterk gezwollen rood gebied rondom de weefselbeschadiging. Dat gebied voelt steviger en warmer
aan dan de rest van het weefsel. Dit extra gezwollen deel rondom de ontsteking heet een infiltraat.
Uitwendig is een infiltraat merkbaar als een verdikt rood gebied rondom een wond of een infectie. En
heftige ontsteking van een inwendig orgaan als long, galblaas of blindedarm kan ook gepaard gaan
met de vormig van een infiltraat. Omdat dit niet uitwendig te zien is, kun je een dergelijke infiltraat
alleen vaststellen met percussie en palpatie bij het lichamelijke onderzoek. Ook met röntgenfoto`s van
de borst of een echografie van de buik kun je een infiltraat opsporen. De functie van dit infiltraat is
zeer belangrijk: het is een uiterste poging om de prikkel niet verder in het lichaam te laten doordringen.
Voor bij diepere infecties is dit van levensbelang. Slaagt het infiltraat er niet in de ziektekiemen tegen
te houden, dan dreigt de infectie zich naar andere weefsels en diepere structuren in het lichaam uit te
breiden.
Verloop van een ontsteking:
Het verloop van een ontsteking is afhankelijk van de algemene conditie en de afweer van de patiënt,
het weefsel waarin de ontsteking plaatsvindt, de hevigheid van de ontsteking en de ingestelde
behandeling. Wanneer een ontsteking zeer heftig verloopt, kan een deel van het weefsel ernstig
beschadigd raken en afsterven. Het doodgaan van weefsel dat in de ontsteking ligt, heet necrose.
Een heftige verlopende ontsteking die weefselversterf oplevert, heet een necrotiserende ontsteking.
Het lichaam stoot de necrotische gedeelten af waardoor gaten of zweren in het weefsel ontstaan.
Necrose vertraagt de wondgenezing. In geval van en heftige of langdurige ontsteking kan binnen een
infiltraat versterf van weefsel optreden. Door necrose ontstaat een holte in het infiltraat waarin het
dode weefsel zich verzamelt. De vloeibare massa dood weefsel noemt je pus of etter. Deze
nieuwgevormde holte, die gevuld is met pus, heet een abces. Treedt pusvorming op in een reeds
bestaande holte, dan spreekt je niet van abces, maar van een empyeem, zoals bij een neusbijholte,
de galblaas en de pleuraholte.
Afweer:
De afweer bij een ontsteking verloopt via twee mechanismen: de directe afweer en de indirecte afweer
door het immunologisch systeem. De directe afweer (plaatselijke afweer) is op de plaats van de
ontsteking actief en bestaat overwegend uit leukocytenactiviteit, met name activiteit van de
granulocyten. De granulocyten komen door de verwijding van de bloedvaten snel op de plaats van de
ontsteking aan en zijn in staat ziekteverwekkers snel onschadelijk te maken door fagocytose. Door de
prikkels uit de ontsteking maakt het beenmerg in korte tijd nieuwe granulocyten aan en geeft deze af
in de bloedbaan. Bij de indirecte afweer is het immunologisch systeem van het lichaam betrokken. Het
duurt enige tijd voordat deze afweer voldoende in actie komt. Het immunologische systeem werkt met
name in de afweer tegen ziekteverwekkers en vreemde eiwitten.
Behandeling van een ontsteking:
3
, Een ontsteking is een nuttige reactie om de schadelijke prikkel tegen te gaan. Het lichaam heeft tijd en
rust nodig om een ontsteking te laten rusten. Te veel spanning of het te veel gebruiken van het
getroffen lichaamsdeel kan het genezingsproces aanzienlijk vertragen. Ook de algemene conditie en
de werking van het afweersysteem is van belang van de genezing. Rust en een gezonde voeding
brengen het lichaam in de juiste conditie, waarmee de kans dat de ontsteking uit zichzelf geneest
toeneemt. Rust is zeker van belang bij de aanwezigheid van een infiltraat. Soms zijn de verschijnselen
van een ontsteking zo hevig dat ingrijpen door een arts nodig is. De behandeling richt zich eerst op het
wegnemen van de oorzaak. Tevens kan het bestrijden van de ontstekingsverschijnselen met
medicijnen verlichting brengen. Het toedienen van warmte aan een oppervlakkige ontsteking kan
genezing bevorderen. De warmte leidt tot extra verwijding van bloedvaten, waardoor de aanvoer van
afweercellen en eiwitten toeneemt. Een abces kan door warmte eerder rijp zijn en spontaan
openbarsten. Dreigt het abces naar een ongunstige plaats door te breken, dan kan de arts het abces,
als het bijna rijp is, openmaken. Men spreekt dan van incideren of insnijden van het abces. Na de
behandeling laat de arts een drain in de wond achter om te zorgen dat de rest van het pus kan blijven
afvloeien (draineren).
Genezing van een ontsteking:
Regeneratie:
Ouder cellen worden door fagocytose opgeruimd. De gezonde cellen rond de beschadiging maken
daarna door deling weer nieuwe cellen, die helemaal lijken op de oorspronkelijke cellen. Dit proces
heet regeneratie. Het vermogen om te herstellen, het regeneratievermogen, is niet voor elk weefsel
hetzelfde. Sommige weefsels herstellen zeer snel, zoals de huid, de slijmvliezen en het botweefsel.
Beschadigd zenuwweefsel en spierweefsel regenereren vrijwel niet. In de specifieke weefsels treedt
littekenvorming op.
Littekenvorming:
Bij herstel van spierweefsel en zenuwweefsel speelt bindweefsel een rol. Dat weefsel vult de plaats op
van de oorspronkelijke cellen. Omdat bindweefsel er heel anders uitziet dan de oorspronkelijke cellen,
valt de reparatie ook duidelijk op. Bindweefsel is anders van kleur en heeft andere eigenschappen dan
de cellen in het oorspronkelijke weefsel. Er is sprake van een litteken. Littekens ontstaan in weefsels
die niet uit zichzelf kunnen herstellen, zoals zenuwweefsel en spierweefsel, of wanneer de
beschadiging te diep en te groot is. Voorbeelden van beschadigingen die genezen door vorming van
een litteken zijn:
- Een diepe snijwond en een chirurgische wond (operatiewond)
- Een groot abces in de huid, zoals bij een steenpuist of bij ernstige vormen van jeugdpuistjes
(acne).
- Een spierscheur
- Een dwarslaesie of hersenbloeding
- Een hartinfarct.
Een groot nadeel van bindweefsel is dat het nauwelijks kan oprekken. Daardoor ontstaat deels
functieverlies in een weefsel. Soms treedt de vorming van bindweefsel in de wond een stoornis op,
met als gevolg dat er na het herstel te veel bindweefsel boven het oppervlak uitsteekt. Men spreekt
van een hypertrofisch litteken bij afzetting van teveel bindweefsel in het weefsel dat aan de wond
grenst. Dan ontstaat daar een verdikking. Het litteken ziet er dan breed en hobbelig uit. Deze afwijking
heet keloïd. Dergelijke ontsierende littekens vormen dikwijls voor na uitgebreide verbrandingen van
de huid.
H5 Afweer en afweerreacties:
De afweer van het lichaam:
De directe afweerreactie treedt vrijwel direct op en kenmerkt zich door een ontstekingsreactie met
pijn, warmte, roodheid en zwelling. Deze plaatselijke ontstekingsreactie is een uiting van de snelle en
algemene reactie. Hierbij spelen bepaalde witte bloedcellen, de granulocyten, een belangrijke rol. De
granulocyten proberen vreemde indringers, zoals bacteriën, door middel van fagocytose te vernietigen
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur RickRed. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,09. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.