In mijn persoonlijke samenvatting vind je al de te kennen theorie terug, inclusief verdere verduidelijking en voorbeelden. Daarnaast zorgt het gebruik van kleur ervoor dat het makkelijker studeerbaar is!
Voor dit vak heb ik 18 op 20 gehaald.
De scheepvaart is ontstaan als een noodzaak aan vervoer.
- Veel exporteurs verlangden frequente leveringen en regelmatige contacten
met zo veel mogelijk verschillende afzetmarkten.
- Lijndiensten werden opgezet om te voldoen aan al deze eisen.
2. Zeerecht
Het Zeerecht in het algemeen is opgenomen in Boek II van het Wetboek van
Koophandel (doorgaans Zeewet genoemd).
- Het Comité Maritime International (CMI) heeft in de 20ste eeuw voor een
grote harmonisatie van het zeerecht gezorgd.
- Trampvaart of wilde vaart
• Enkel ingezet wanneer er behoefte is
▪ Charter-schepen
▪ Voor 1 partij goederen van plaats A naar B kan brengen.
• Charter operator: Marine Chartering, Gearbulk, Spliethoff, Flinter
- Industriële of eigen vaart
• Ontstaan uit noodzaak door de welbepaalde aard van goederen.
▪ Bv: petroleum of fruit kan enkel met daarvoor speciaal
uitgeruste schepen
• Grote bedrijven: petroleumschepen van Shell, fruitschepen van
Chiquita
3.2 Indeling volgens geografie
- Deepsea shipping
• Wanneer het maritieme transport oceanen doorkruist.
• Verdere indeling in vaargebieden
▪ Bv: Far East - Europe, Transatlantic, Transpacific, …
, - Shortsea shipping
• Shortsea schepen zijn kleinere eenheden die langs de kust varen of
binnen bepaalde “ranges” grotere rivieren of kanalen.
▪ Het vervoer omvat een traject dat tenminste een deel uit zee
of oceaan bestaat, maar waarbij de oceaan niet wordt
gekruist
Speciaal aspecten van shortsea:
- “Feeder”-diensten
• Zorgen voor de aanvoer of afvoer van de grotere containerschepen
• Door schaalvergroting in de lijnvaart, kunnen er minder havens
worden aangelopen (parameters: diepgang, superinfrastructuur)
▪ -> Shortsea Shipping vormt in dat kader een verlengstuk van
de lijnvaart
- Kruiplijncoasters
• Het voordeel van deze zee-riviertrafiek is dat de lading landinwaarts
kan worden geladen of gelost, dicht bij de klant, zonder extra
overslag.
- Conclusie: momenteel veel aan het investeren in shortsea shipping:
• “Motorways of the Sea”: doel is om lading van het wegvervoer naar
het vervoer over zee te brengen.
• Zo ontstaan maritieme snelwegen: snelle en milieuvriendelijke
verbindingen
4. Soorten goederen
4.1 Containerlading
Een container = een rechthoekige constructie, bestand tegen alle
weersomstandigheden. Is gemaakt uit staal of aluminium. Hij kan paletten,
dozen, kisten bevatten. Hij kan ook bulklading bevatten. De container kan op
diverse transportmiddelen worden overgeladen en is herbruikbaar.
- De ISO-containers (International Organization for Standardization) heeft
standaarden gepubliceerd.
• Standaardafmetingen zijn noodzakelijk omwille van geïntegreerd
vervoer.
• De pallet-wide container van 45’
▪ = voorkomende laadeenheid in de shortsea en intermodaal
verkeer. Deze container kan 33 paletten bevatten.
- BIC (Bureau International des Containers et du Transport Intermodal)
• = internationale identificatiecode voor containers -> opmerking!!
- CSC plaat (Container Safety Convention) (= operational marking)
• Vermeldt de maximum payload + tarra gewicht van
container
, - Voordelen containerisatie
• Kortere laad-en lostijd
• Minder beschadiging van de goederen.
• ‘Door to door’ is mogelijk dankzij overzetten tussen modi
- Nadeel containerisatie: herpositioneren van lege containers
• Oplossing: strategische hubs in het achterland als
draaipunt voor het matchen van containers
5. betrokken partijen, hulp- en tussenpersonen
Belangrijk: De grootste moeilijkheid zit in het nagaan van welke partij in welke
contractenreeks thuishoort.
Carrier/ De zeevervoerder (rederij)
= staat in voor het overzees vervoer van goederen en staat rechtstreeks in
contractueel verband met de verscheper/ontvanger.
- Een vervoerder handelt in eigen naam én voor eigen rekening
- “Registered owner”: De rederij of misschien correcter de onderneming die
officieel geregistreerd staat als eigenaar v/h schip -> meestal banken $$
- “Disponent owner” voor de rederij (de onderneming) die de operationele
en commerciële uitbating van het schip doet.
Zeevervoerders kunnen opereren als VOCC of NVOCC:
VOCC (“Vessel Operating Common Carrier”)
= de eigenlijke zeevervoerders
- act as a carrier to the shipper (VOCC’s B/l)
NVOCC (“Non Vessel Operating Common Carrier”)
= “virtuele” rederijen die geen schepen in eigendom of uitbaten, maar hun lading
onderbrengen bij VOCC’s
- NVOCC act as a shipper to the carrier (VOCC’s B/l)
- And NVOCC act as a carrier to the shipper (NVOCC’s house B/l)
Conclusie:
• VOCC IS de zeevervoerder.
• NVOCC geeft zich uit ALS de zeevervoerder
Zowel VOCC en NVOCC treden op als commissionair-vervoerder en handelen in
eigen naam én voor eigen rekening.
- De commissionair-vervoerder belooft een resultaat en wordt vermoed
aansprakelijk te zijn (tot bewijs van het tegendeel) als het resultaat niet
wordt bereikt.
, Let op bij het invullen van de Bill of lading:
- NVOCC doet alsof die de shipper is bij de VOCC omdat die niet de
gegevens van zijn oorspronkelijke shipper wilt vrijgeven -> anders kan
VOCC makkelijk de klanten van NVOCC stelen!!
- Dus NVOCC zal altijd als shipper en als consignee staan vermeld op B/L
van VOCC = master bill of lading
- Daarnaast maakt de NVOCC een eigen B/L voor de daadwerkelijke shipper
en consignee = house bill of lading
• Veel gemaakte fout: daar gaat NVOCC natuurlijk niet ingevuld staan
als shipper of consignee want NVOCC staat hier als zeevervoerder!!
Beroepsverengingen van de zeevervoerders:
- FONASBA = wereldwijd de overkoepelende beroepsvereniging
- ECASBA = de Europese organisatie die de belangen behartigt van de bij
hun aangesloten zeevervoerders en scheepsagenten
- De Antwerpse Scheepvaartvereniging (ASV)= belangen behartigt v/d bij
hun aangesloten zeevervoerders die actief zijn in de haven Antwerpen.
The notify party
= de partij die de carrier moet verwittigen wanneer de lading is aangekomen op
haven van bestemming (kan agent zijn, expediteur of consignee/ geadreseerde)
= Een verlader is eenvoudigweg de partij die een lading laat transporteren door
een vervoerder of gebruik maakt van eigen vervoer.
- Onderscheid rechtstreekse en onrechtstreekse verlader
• Rechtstreeks: bv BASF boekt rechtstreeks bij MSC
• Onrechtstreeks: bv BASF boekt bij MSC via Expeditors International
(= third party Logistics provider)
Belangenorganisatie van Logistieke professionals:
- OTM: organisatie die de belangen verdedigt van de verladers, zijnde de
bedrijven die voor het vervoer van hun producten gebruik maken van
eigen vervoer of van transportbedrijven.
Soort verlader:
- “BCO” Beneficial cargo owner: een importeur die vanaf het beginpunt
(point of entry : PREC of POL) hun lading controleren en organiseren.
• Zij gebruiken géén derde partij
• BCO’s zijn vaak grotere bedrijven die op regelmatige basis invoeren.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur studentmodeltraject. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.