Nederlandse communicatie
Rechtstaal: een vak apart
Hoofdstuk 1 Rechtstaalbeheersing
Rechtstaal als afwijkende vaktaal
- Vaktaal = taal eigen aan een bepaalde beroepsgroep
- Rechtstaal = vaktaal van de juristen (advocaten, magistraten,
deurwaarders, notarissen & paralegals)
3 criteria van een vaktaal:
- Wie gebruikt de taal?
- Wat wordt er met de taal gezegd?
- Waar en met wie wordt de vaktaal gebruikt?
Rechtstaal gewone vaktaal!
Gewone vaktaal Rechtstaal
Wie? vakspecialisten Wie? juristen (etc.)
Wat? afgebakend vakgebied Wat? alle domeinen uit realiteit
Waar en met wie? andere Waar en met wie? vakspecialisten,
vakspecialisten (‘vakintern’) maar vooral leken (‘vakextern’)
Kenmerken van rechtstaal
- Het eigen vakjargon
- Verouderde woorden en formuleringen
- Latijnse en Franse woorden
- Vage woorden
- Passieve en zelfstandige naamwoorden
- Lange zinnen met veel bijzinnen
- Extreme precisie
- …
Ontoegankelijkheid
Verklaring 1: Wetteksten zijn zodanig ingewikkeld dat ze specifieke vaktermen
vragen en niet in eenvoudige zinnen uitgelegd kunnen worden.
- Ja, want: door de toename van menselijke kennis en technologie, worden
ook wetten steeds technischer en ingewikkelder.
- Ja, maar: aandacht voor eenvoudige zinsconstructies en een heldere
structuur maf daarbij niet verdwijnen.
Verklaring 2: Heel wat nieuwe wetteksten baseren zich op oude wetteksten en
worden bijgevolg geschreven in een ouderwetse taal.
- Ja, want: de grote basiswetboeken zijn meestal al erg oud en afgeleide
bepalingen moeten de basisterminologie overnemen.
- Ja, maar: wanneer men wetboeken moderniseert, zou men ook de taal
moeten vernieuwen. Bovendien mag men bij het samenvoegen of op
elkaar afstemmen van wetten de formulering aanpassen as dat de inhoud
niet wijzigt (coördineren van wetten)
, Verklaring 3: Modernisering van de rechtstaal brengt de rechtsgeldigheid in het
gedrang.
- Ja, want: als een rechter plots van de bestaande terminologie zou afwijken,
kan zijn vonnis wel eens verworpen kunnen worden in hoger beroep of
cassatie.
- Ja, maar: waarom zouden woorden niet in hun algemeen-aanvaarde
betekenis gebruikt mogen worden?
Verklaring 4: Het recht is een zodanig belangrijke en ‘verheven’
maatschappelijke instelling, dat het recht heeft op een aparte, ‘verheven’ stijl die
past bij het sacrale karakter ervan.
- Ja, want: juridische teksten behoren tot de meer formele taalregisters en
kunnen dus niet in dagelijkse spreektaal geschreven worden.
- Ja, maar: ook een formele, zakelijke stijl kan duidelijk zijn.
Hoofdstuk 2 Evolutie van de Nederlandse rechtstaal in
België
- Grondwet: principe van de taalvrijheid
- Besluit van het Voorlopig Bewind van 16 november 1830
- 1830 – 1898: justitie volledig Franstalig
o 1831: Bulletin officiel des lois et arrêtés royaux de la Belgique:
officieuze vertalingen
o 1841: Karel Ledeganck: vertaling Burgerlijk wetboek erg
dialectisch, stuntelige vertalingen
o 1845: Moniteur Belge: eentalig Frans
o 1870 – 1898: eerste initiatieven
1873: eerste taalwet (wet-Coremans, justitie)
1878: tweede taalwet (bestuurszaken)
1883: derde taalwet (onderwijs)
- 1898: Gelijkheidswet (wet Cooremans – de Vriendt)
o Officiële publicatie van wetteksten in beide landstalen in het
Staatsblad met dezelfde rechtskracht
- 1923: ‘commissie tot vertaling van de wetboeken’ (o.l.v. Emile van
Dievoet)
- 1954: Wetboekencommissie heropgericht
o Nieuwe doelstelling: evenwaardige Nederlandstalige versie maken
- Commissie van Dievoet
o Grondlegger van de officiële Nederlandse rechtstaal in België
Aansluiting bij Nederlandse terminologie (Nederlandse
equivalenten / purismen)
Bv. onderzoek i.p.v. enquête, vrijstelling i.p.v. dispensatie,
getuige ter ontslasting (i.p.v. getuige à décharge)
o Niet alle Franse invloed kon geweerd worden
Vele wetteksten afgekondigd in slecht Nederlands;
Taalgebruik in rechtszaken pas in 1935 volledig geregeld;
Voertaal onder juristen vaak erg Fransgekleurd.
Conclusie
- Historische achterstand
- Pas volwaardige rechtstaal sinds midden 20e eeuw >< Nederland
- Overheersende invloed Frans
- Recent meer aandacht
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur kiarajennes. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.