Financien en Fiscaliteiten (voor HBO Vastgoedopleidingen en overige beroepsopleidingen vastgoed en makelaardij)
Beste mede-studenten, waar de reeds beschikbare samenvattingen vaak onvolledig zijn, enkele hoofdstukken behelzen, vol staan met (schoonheids) foutjes, bied ik jullie hierbij een complete samenvatting aan van het boek Financiën en fiscaliteiten, geschreven door Jan Buist, Edwin Pijpers en Joost Li...
Auteurs Jan Buist
Edwin Pijpers
Joost Linnebank
Auteur samenvatting Roxanne den Breeijen
Pagina | 2
,HOOFDSTUK 1 INLEIDING OP DE FINANCIËLE ADMINISTRATIE
1.1 HET WAAROM VAN EEN FINANCIËLE ADMINISTRATIE
1.1.1 INTERNE NOODZAAK FINANCIËLE ADMINISTRATIE
1. Registratiefunctie;
- vastleggen en samenvatten van alle financiële gebeurtenissen (financiële feiten) in een
onderneming;
2. Controlefunctie;
- controle van bedrijfsprocessen;
3. Sturingsfunctie;
- onderneming sturen op basis van gedetailleerde, gerealiseerde informatie.
1.1.2 EXTERNE NOODZAAK FINANCIËLE ADMINISTRATIE
- voeren boekhouding verplicht vanuit wetgeving;
- inzage boekhouding door fiscus;
- inzage boekhouding door geldverstrekkers t.b.v. kredietverlening;
- inzage boekhouding door aandeelhouders en klanten.
1.1.3 JAARREKENING
- balans, winst- en verliesrekening met de toelichting.
Vereisten aan de jaarrekening;
- getrouw : vermelde gegevens moeten overeen komen met de werkelijkheid;
- duidelijk : er mogen geen misverstanden bestaan over de wijze waarop de
onderneming zijn financiële administratie inricht en bijhoudt;
- stelselmatig : een eenmaal gekozen indeling van de administratie mag niet zonder
goede reden worden gewijzigd.
‘Accounting standards’;
- geformaliseerde set afspraken volgens welke accountants hebben afgesproken te werk te
gaan bij de controle van een jaarrekening.
Goed koopmansgebruik;
- boeken van omzet op het moment dat de omzet werkelijk is gerealiseerd.
Bestendige gedragslijn;
- handhaven van de keuzes die het bedrijf maakt ten aanzien van de inrichting en het
bijwerken van de financiële administratie.
Pagina | 3
,1.2 BALANS
- overzicht van alle bezittingen en schulden van een onderneming op een bepaald moment.
Kenmerken balans;
- evenwicht : totaalbedragen van de bezittingen en de schulden moeten
aan elkaar gelijk zijn;
- indeling balans : linkerzijde (debetzijde) / rechterzijde (creditzijde).
1.2.1 ACTIVA
- bezittingen (bestemmingen) van een onderneming.
Vormen activa;
- vaste activa : bedrijfsmiddelen met een gebruiksduur langer dan één jaar;
- vlottende activa : bedrijfsmiddelen met een gebruiksduur korter dan één jaar;
- liquide middelen : aanwezige geldmiddelen.
1.2.2 PASSIVA
- schulden (vermogensbronnen) van een onderneming.
Vormen passiva;
- eigen vermogen : geïnvesteerd eigen vermogen door eigenaren;
- vaste passiva : schulden met een looptijd langer dan een jaar;
- vlottende passiva : schulden met een looptijd korter dan een jaar.
Vreemd vermogen;
- vaste- en vlottende passiva.
1.2.3 DE BALANS EN HET EIGEN VERMOGEN
- eigen vermogen is de schuld van de onderneming aan de eigenaren;
- eigen vermogen is het verschil tussen het totaalbedrag van de bezittingen en het totaal van
de schulden aan vreemd vermogen verschaffers.
Eigen vermogen = bezittingen – schulden
Bijzondere vormen van activa;
- materiële vaste activa : activa die tastbaar zijn;
- immateriële vaste activa : activa die niet tastbaar zijn, zoals goodwill;
- financiële vaste activa : bijvoorbeeld een belang in ander bedrijf, een
verstrekte lening aan derden;
- vlottende financiële activa : bijvoorbeeld beleggingen.
Bijzondere vormen van passiva;
- obligatielening : - langlopende lening door financiële instelling of
Pagina | 4
, belegger verstrekt aan bedrijf of overheidsinstelling;
- obligatielening tussen twee partijen is
‘onderhandse lening’;
- obligatielening op de effectenbeurs in de vorm van
verhandelbare obligaties;
- rekening-courant krediet : kort vreemd vermogen, verstrekt door bank;
- achtergestelde lening : - vreemd vermogen, waarbij de kredietverstrekker
genoegen neemt als laatste schuldeiser te mogen
optreden;
- kredietverstrekker meestal nauw verbonden met
het bedrijf;
- wordt beschouwd als ‘garantievermogen’ dat mede
deel uitmaakt van het eigen vermogen.
1.3 RESULTATENREKENING
- overzicht van omzetten en kosten;
- winst of verlies (resultaat) wordt toegevoegd aan het eigen vermogen.
1.4 JAARVERSLAG EN JAARREKENING
Jaarrekening;
- balans en resultaatrekening met toelichting;
- in sommige gevallen geldt een verplichting tot het opnemen van een accountantsverklaring.
Jaarverslag;
- balans en resultaatrekening met toelichting, beschrijving van de gang van zaken in het
boekjaar.
Inhoud jaarverslag;
- balans per begin en einde van het boekjaar;
- resultatenrekening over het afgelopen boekjaar;
- toelichting op en verantwoording van de jaarcijfers;
- beschrijving van ontwikkelingen in het verleden en de verwachtingen in de toekomst.
3. Gepubliceerde balans;
- bedoeld voor inzage door belanghebbenden;
- moet voldoen aan wettelijke voorschriften;
Pagina | 5
,4. Bedrijfseconomische balans;
- geeft inzicht in de onderneming vanuit bedrijfseconomisch oogpunt;
- er wordt geen rekening gehouden met fiscale faciliteiten;
5. Fiscale balans;
- bedoeld voor inzage door fiscus en bepalen van belastingafdracht;
6. Geconsolideerde balans;
- samenvoegen van verschillende balansen van verschillende ondernemingen;
- ‘moedermaatschappij’ moet voor meer dan 50% deelname hebben in afzonderlijke
dochtermaatschappij.
1.5 NORMEN OPSTELLEN JAARREKENING EN ACCOUNTANTSCONTROLE
Interne controle;
- controle door of namens de leiding;
- ter voorkoming van (het doorwerken van) onvolkomenheden in de administratie.
Externe controle;
- controle door externe partijen namens de leiding;
- wettelijk verplicht voor NV’s en BV’s.
Andere begrippen;
- formele controle;
- materiële controle.
Formele controle;
- controle op voldoen aan voorschriften, rekenkundige juistheid en cijfermatige
overeenstemming.
Materiële controle;
- controle op de juiste weergave van gegevens (conformiteit);
- controle op aanwezigheid bezittingen en schulden;
- controle op juistheid van kosten en opbrengsten.
Raad voor de jaarverslaggeving (RJ);
- overlegorgaan van financieel deskundigen en organisaties;
- RJ heeft mogelijkheid tot het opstellen van aanvullende regelgeving t.a.v. verslaggeving;
- RJ kan periodiek de regelgeving t.a.v. de verslaglegging aanpassen.
Autoriteit Financiële Markten (AFM);
- organisatie gericht op de controle van jaarverslagen van beursgenoteerde ondernemingen;
- beursgenoteerde onderneming heeft wettelijke verplichting tot het deponeren van
Pagina | 6
, jaarverslag bij AFM.
Accounting principles;
- boekhoudregels bij controle van de jaarrekening;
1. Toerekeningsbeginsel
- baten en lasten boeken in de periode waarop zij betrekking hebben;
2. Stelselmatigheid
- indeling balans en verlies- en winstrekening mogen niet afwijken van vorig boekjaar;
3. Salderingsverbod
- activa en passiva mogen niet tegen elkaar worden weggestreept;
4. Voorgaand boekjaar
- opname van vorig boekjaar ter vergelijking.
Accountantscontrole;
- interim controle : controle op administratieve organisatie;
- eindejaarscontrole : controle op jaarverslag en jaarrekening.
Accountantsverklaring;
- verklaring dat de jaarrekening, met inachtneming van de van toepassing zijnde
maatstaven, correct is opgesteld en dat de cijfers, voor zover hij heeft kunnen vaststellen,
getrouw, juist en volledig zijn;
- mogelijkheid tot afgifte ‘verklaring van oordeelonthouding’;
- mogelijkheid tot afgifte afkeurende verklaring over (gedeelten van) de jaarrekening.
International Financial Reporting Standards (IFRS);
- stelsel van internationale boekhoudregels bedoeld om de financiële rapportage van
bedrijven in verschillende landen onderling eenvoudiger te kunnen vergelijken;
- rapportage op basis van ‘fair value’, rapportage op basis van actuele waarde;
- beursgenoteerde bedrijven verplicht tot presenteren jaarverslag in de IFRS-vorm.
Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft);
- tegengaan van witwassen van opbrengsten uit misdrijven en financieren van terrorisme;
- waarborgen van de integriteit van het financiële en economische stelsel.
Wwft van toepassing op;
- financiële instellingen;
- vrije beroepsbeoefenaren;
- makelaars en andere tussenpersonen in onroerende zaken.
1.6 BOEKHOUDPAKKETTEN
Voordelen digitaal boekhoudpakket;
- eenmalige invoer van NAW gegevens;
- eenmalige invoer van bedrag;
- koppeling databases en / of telebankier software;
- automatische en snelle aanmaak grootboeken, resultaten en balans;
- eventuele veranderingen of correcties zijn eenvoudig in te voeren;
Pagina | 7
,- maken van fouten tijdens het boeken wordt zoveel mogelijk voorkomen;
- up-to-date overzichten mogelijk.
1.7 KOPPELING INTERNETBANKIEREN EN BOEKHOUDPAKKETTEN
- automatisch inlezen van bankafschriften;
- herkenning binnenkomende betaling van een debiteur;
- herkenning bankrekeningnummer van debiteur;
- herkenning factuurnummer dat is betaald;
- herkenning bedrag dat is betaald.
1.8 BOEKHOUDING EN ACCOUNTANT
- accountant strikt gezien enkel noodzakelijk in geval van accountantsverklaringen.
Pagina | 8
,HOOFDSTUK 2 HET BOEKHOUDPROCES
2.1 HET GROOTBOEK
- verzameling van ‘minibalansen’ van iedere balansrekening;
- grootbroekrekening van iedere balanspost;
- grootboekrekeningen aan debetzijde ook wel ‘rekeningen van bezit’;
- grootboekrekeningen aan creditzijde ook wel ‘rekeningen van schuld’.
2.1.1 BOEKEN IN REKENINGEN VAN BEZIT
Boekingsregels;
- een rekening van bezit debiteren we als het bezit toeneemt;
- een rekening van bezit crediteren we als het bezit afneemt.
2.1.2 BOEKEN IN REKENINGEN VAN SCHULD
Boekingsregels;
- een rekening van schuld crediteren we als de schuld toeneemt;
- een rekening van schuld debiteren we als de schuld afneemt.
2.1.3 BOEKEN IN KOSTEN- EN OPBRENGSTENREKENINGEN
Kosten- en opbrengstenrekeningen (hulprekeningen van eigen vermogen);
- geen beginsaldo;
- verschil tussen opbrengsten en kosten wordt aan het einde van het jaar overgeboekt naar
het ‘eigen vermogen’.
Boekingsregels hulprekeningen van het eigen vermogen;
- kosten : debiteren (eigen vermogen neemt af);
- opbrengsten : crediteren (eigen vermogen neemt toe).
2.1.4 BTW
Belasting Toegevoegde Waarde (BTW / omzetbelasting);
- betaalde BTW terug te vorderen van de fiscus.
2.1.5 FINANCIAL EN OPERATIONAL LEASE
Financial lease;
- ‘on-balance’-financiering, de gefinancierde bedrijfsmiddelen staan op de balans;
- financiering middels vreemd vermogen, dat speciaal voor de aanschaf van die activa is
aangewend;
- onderneming verkrijgt eigendom (debet);
- onderneming heeft leaseschuld (credit).
Operational lease;
- ‘off-balance’-financiering, de gefinancierde bedrijfsmiddelen staan niet op de balans;
Pagina | 9
, - onderneming verkrijgt geen eigendom;
- onderneming ‘huurt’ voor een vooraf vastgelegde periode.
Sale- and lease back;
- verkoop van activa aan een leasemaatschappij;
- terughuren van activa door onderneming.
2.2 JOURNAALPOSTEN
- verwerken van de totalen in een dagboek via journaalposten;
- journaalposten worden overgebracht naar grootboeken.
Regels m.b.t. inhoud en indeling journaalpost;
- noteren debetboeking, daarna creditboeking;
- creditboekingen vooraf laten gaan door het woord ‘aan’;
- noteren van rekeningnummer betreffende grootboekrekening;
- noteren naam grootboekrekening;
- noteren welke rekening moet worden gedebiteerd of gecrediteerd;
- noteren van te debiteren of te crediteren geldbedragen.
2.3 PERMANENTIE IN DE BOEKHOUDING: KOSTEN
Permanentie, ‘permanence de l’inventaire’;
- maandelijks boeken van kosten, onafhankelijk van het moment van betalen.
Balansrekeningen t.b.v. het periodiek en maandelijks boeken van kosten;
- 190 vooruitbetaalde bedragen (debetzijde balans);
- 193 te ontvangen bedragen (debetzijde balans);
- 191 vooruit ontvangen bedragen (creditzijde balans);
- 192 te betalen bedragen (creditzijde balans).
Transitorische posten (190/193);
- kosten / opbrengsten die vooruit zijn betaald c.q. ontvangen;
- eerst betaling, dan kosten boeken OF eerst ontvangst betaling, daarna opbrengsten boeken.
Anticipatieposten (191/192);
- kosten / opbrengsten die achteraf worden betaald;
- eerst kosten, dan betaling boeken OF eerst omzet, daarna ontvangst boeken.
2.4 PERMANENTIE IN DE BOEKHOUDING: OPBRENGSTEN
Zie 2.3 PERMANENTIE IN DE BOEKHOUDING: KOSTEN
2.5 DE BALANS EN RESULTATENREKENING OPMAKEN
Periodieke opmaak balans en resultaat;
- inzicht in de (nieuwe) waarde van bezittingen en schulden;
- inzicht in opbrengsten en kosten.
Pagina | 10
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur rmrokers. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €9,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.