ORGANISCHE CHEMIE
Inhoudsopgave
ORGANISCHE CHEMIE.................................................................................................................................... 1
HC 1 en 2 Atoom- en molecuulbouw....................................................................................................................1
Periodiek systeem............................................................................................................................................1
Orbitalen..........................................................................................................................................................2
Hybridisatie......................................................................................................................................................4
Dipoolmomenten.............................................................................................................................................4
Zuren en basen................................................................................................................................................6
HC 3 en 4 Stereochemie........................................................................................................................................6
Soorten isomeren............................................................................................................................................6
Fischer projecties.............................................................................................................................................8
HC 5 en 6 Reactiemechanismen...........................................................................................................................9
Functionele groepen........................................................................................................................................9
Soorten reacties.............................................................................................................................................10
Soorten reactiemechanismen........................................................................................................................12
HC 7 en 8 koolhydraten......................................................................................................................................16
HC 9 en 10 lipiden...............................................................................................................................................24
Vetzuren.........................................................................................................................................................24
Fosfolipiden...................................................................................................................................................26
Steroïden........................................................................................................................................................29
Glycolipiden...................................................................................................................................................29
HC 1 en 2 Atoom- en molecuulbouw
Periodiek systeem
Atoom = protonen, neutronen en elektronen
Atoomnummer = aantal protonen (links boven)
Massagetal = aantal protonen en neutronen (onderin)
Elektronen bevinden zich in schillen rond de kern (orbitalen), ze zijn verantwoordelijk
voor bindingen
Elektronen schillen
1e schil max 2 elektronen
2e schil max 8 elektronen
3e schil max 8 elektronen
Octetregel 8 elektronen in de buitenste schil edelgasconfiguratie meest energie
gunstig
Ionbinding wordt gevormd door de aantrekkingskracht tussen ionen met een tegengestelde
lading het ene atoom heeft een elektron te veel, de andere te weinig ze streven beide
naar de edelgasconfiguratie en zullen dus een elektron afstaan/opnemen ze worden nu bij
elkaar gehouden door een elektrostatische verbinding
,Elektronegativiteit de maat waarmee een atoom een elektron wil afstaan (lage
elektronegativiteit) of wil opnemen (hoge elektronegativiteit). Als het verschil in
elektronegativiteit tussen twee atomen groter is dan 2 dan vindt er overdracht van elektronen
plaats, in de vorm van een ion binding.
Covalente bindingen wordt gevormd als er geen elektronenoverdracht plaatsvindt maar
als de elektronen worden gedeeld de twee atomen zitten aan elkaar vast
Apolair de gebonden atomen zijn hetzelfde ze hebben dezelfde elektronegativiteit en
trekken dus even hard aan de elektronen
Polair de gebonden atomen zijn verschillend ze hebben een andere elektronegativiteit en
zullen dus niet even hard aan de elektronen trekken
Apolair < 0,4 > polair < 2,0 > ionbinding
Lewis structuren opstellen
1. Het aantal valentie elektronen/elektronen in de buitenste schil bepalen
2. Benodigde aantal elektronen bepalen aan de hand van de octetregel
3. Het aantal gemeenschappelijke elektronen paren bepalen door stap 2 – stap 1 te doen
4. Het aantal vrije elektronen paren bepalen door stap 1 – stap 3 te doen
Extra regel:
Het minst elektronegatieve atoom (behalve H) staat in het midden
Orbitalen
Orbitaal een elektron heeft kans van 90% is dat het zich in een bepaalde ruimte bevindt,
deze ruimte wordt een orbitaal genoemd.
Regels voor het vullen van orbitalen:
Elk orbitaal kan maximaal 2 elektronen bevatten
Een elektron bevindt zich altijd in het orbitaal met de laagste energie
In orbitalen die dezelfde energie hebben (bijv. 2px, 2py en 2pz) zullen de elektronen
eerst verdeeld worden voordat de schillen apart van elkaar volledig gevuld worden.
, Hoe ‘hoger’ de schil, hoe hoger de enegie
Een vrij elektronen paar in een orbitaal gedracht zich als een elektronen paar in een
enkele binding
Vormen van de verschillende orbitalen:
S-orbitalen symmetrisch
o Er zitten geen S-orbitalen in een molecuul
P-orbitalen diabolo vorm
Orbitalen in moleculen
Van de overlappende orbitalen van beide atomen wordt als het ware een nieuw
orbitaal gevormd een overlappend orbitaal is energie gunstig
o De eenheid van een binding is Ångström (een chemische binding is ongeveer 1
Å = 0,1 nm)
Soorten bindingen in molecuul orbitalen
Sigma bindingen orbitalen in de lengteas van atomen
Pi bindingen orbitalen staan loodrecht op de lengteas van atomen
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur BMWsamenvattingen. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.