Complete samenvatting van het boek Praktisch bestuursprocesrecht. Alle wetsartikelen zijn genoemd in de tekst. Er zitten ook duidelijke tabellen en overzichtjes van verschillende procedures.
Hoofdstuk 1 Bestuursprocesrecht in vogelvlucht
Paragraaf 1 Wat is bestuursprocesrecht?
Bestuursprocesrecht = het geheel van procedureregels in verband met rechtsbescherming tegen
besluiten van bestuursorganen.
Een belangrijk onderwerp van de bestuursrechter is echter de totstandkoming van het bestreden
besluit en de bekendmaking daarvan.
In figuur 1.1 is schematisch bestuursprocesrecht in de brede zin weergegeven.
Besluitvorming door
bestuursorgaan
inroepen
oordeelsvorming door
rechtsbescherming door
rechter
belanghebbende
Figuur 1.1 Bestuursprocesrecht in de brede zin
Centrale begrippen in het bestuursprocesrecht zijn besluit, bestuursorgaan en belanghebbende.
Degene wiens belang rechtstreeks is betrokken bij een besluit van een bestuursorgaan kan
daartegen in de meeste gevallen opkomen en hierover een oordeel vragen van de rechter.
Het bestuursprocesrecht is onder andere gericht op de rechtsbescherming van degene die beroep
instelt. Het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen kan zich tegen het beroep van de
belanghebbende verweren voor de bestuursrechter.
Voordat de bestuursrechter echter om een oordeel kan worden gevraagd moet het bestuursorgaan
dat het besluit heeft genomen eerst het zogenaamde primaire besluit heroverwegen. Het
bestuursorgaan moet daarbij in beginsel nieuwe feiten en omstandigheden betrekken die na de
totstandkoming van het primaire besluit bekend zijn geworden en moet de besluitvorming dus
geheel overdoen. Het is de taak van de bestuursrechter om een onafhankelijk oordeel te geven over
de rechtmatigheid van het besluit dat het bestuursorgaan na de heroverweging heeft genomen.
De bestuursrechter toetst dus of de beslissing op bezwaar of administratief beroep in strijd is met
het recht. Over de doelmatigheid mag de bestuursrechter niet oordelen, aangezien hij zich dan met
het beleid van het bestuursorgaan zou bemoeien. De bestuursorgaan zou daarmee op de stoel van
het bestuursorgaan gaan zitten en dat is dus in strijd met de trias politica. De bestuursrechter toets
de rechtmatigheid van een besluit ex tunc, dat wil zeggen op het moment dat het werd genomen;
het bestuursorgaan heroverweegt de rechtmatigheid en de doelmatigheid van het besluit in beginsel
ex nunc, dat wil zeggen naar het huidige moment.
De bestuursrechter beslecht het hem voorgelegde geschil zoveel mogelijk definitief (Art. 8:41a Awb).
Uitgangspunt hierbij is rechtspraak in twee instanties. Dat wil zeggen dat een belanghebbende in
,beroep een oordeel van de rechter kan vragen en daarna, in hoger beroep, opnieuw een oordeel van
een andere, hogere rechter.
In het bestuursprocesrecht geld geen verplichte procesvertegenwoordiging. Een belangrijk gegeven
in het bestuursprocesrecht is verder het verbod van reformatio in peius waarmee in beginsel wordt
voorkomen dat degene die opkomt tegen een besluit van een bestuursorgaan door zijn actie
nadeliger uit zal zijn.
Mediation is een methode waarbij een mediator partijen begeleidt en stimuleert om zelf een
oplossing te zoeken voor het verschil.
Paragraaf 2 een korte blik op de voorprocedures
Bij administratief beroep doet een belanghebbende een beroep op de ‘administratie’. Dit is een oud
woord voor openbaar bestuur. Bezwaar en administratief beroep zijn beide voorzieningen bij het
openbaar bestuur, waarbij een bestuursorgaan door de belanghebbende word gedwongen tot
heroverweging van het besluit. Een van deze twee voorprocedures moet worden doorlopen voordat
een oordeel van de rechter kan worden gevraagd. De bezwaarprocedure is in de meeste gevallen
voorgeschreven.
Administratief beroep komt maar weinig voor. Bezwaar wordt ingediend bij het bestuursorgaan dat
het besluit heeft genomen, administratief beroep wordt ingesteld bij een ander, meestal hoger
bestuursorgaan. De bezwaarprocedure biedt het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen een
herkansing. In de procedure van administratief beroep beoordeelt een ander bestuursorgaan de
zaak en neemt daarop besluit. Beide procedures bieden rechtsbescherming voor aan
belanghebbende(n), bevorderen dat standpunten duidelijk worden en dat misverstanden worden
opgehelderd.
Door deze zogenaamde zeeffunctie kan een onnodig beroep op de rechter worden voorkomen.
Bovendien krijgt de rechter in beroep een goed uitgekristalliseerd besluit ter beoordeling
voorgelegd. In de bezwaarprocedure c.q. de procedure van het administratief beroep toets het
bestuursorgaan het bestreden besluit in beginsel ex nunc op grondslag van het bezwaar of beroep,
waarbij zowel de rechtmatigheid als de doelmatigheid van het primaire besluit wordt her
beoordeeld. Tegen de beslissing van op bezwaar c.q. de beslissing in administratief beroep kan
vervolgens beroep worden ingesteld bij de bestuursrechter
Primaire besluit
Administratief
Bezwaar
beroep
Beslissing op Beslissing op
bezwaar administratief
beroep
Beroep bij
bestuursrechter
Figuur 1.2 Voorprocedures in het bestuursprocesrecht
,Paragraaf 3 Schets van de bestuursrechtspraak in Nederland
Art. 8:6 Awb bepaalt dat tegen bestuursrechtelijke besluiten beroep kan worden ingesteld bij de
rechtbank, tenzij een van de andere bestuursrechters bevoegd is die zijn genoemd in hoofdstuk 2
van de Bevoegdheidsregeling bestuursrechtspraak. De andere bestuursrechters zijn de Afdeling
bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS), de Centrale Raad van Beroep (CRvB), het
College van Beroep voor het Bedrijfsleven (CBB) en het gerechtshof. Tegen de uitspraak van de
rechtbank kan hoger beroep worden ingesteld, waarna een andere rechter zich over de zaak buigt.
De ABRvS is in Art. 8:105 Awb aangewezen als hoger beroepsrechter, behalve voor besluiten
waarvoor in hoofdstuk 4 van de Bevoegdheidsregeling bestuursprocesrecht de CRvB, het CBB of
Gerechtshof als hoger beroepsrechter zijn aangewezen.
Bezwaar Hoger
Besluit Beroep
(Meestal) beroep
Figuur 1.3 Beroep en Hoger beroep in het bestuursprocesrecht
(Soms Rechtbank, ABRvS, tenzij CRvB,
administratief tenzij CRvB, CBB of Gerechtshof
beroep) CBB, ABRvS of (Art. 8:105 Awb)
Gerechtshof
(Art 8:6 Awb)
De bestuursrechter leidt actief het rechtsproces en toets het bestreden
besluit op basis van het beroepschrift, verweerschrift en andere stukken die door belanghebbende
of het bestuursorgaan zijn aangedragen. Voordat de rechter het beroep inhoudelijk beoordeelt gaat
hij na of hij absoluut of relatief competent is, dat wil zeggen of hij in het algemeen mag oordelen
over een bepaald soort zaak en of hij in het specifieke geval hiertoe bevoegd is. Ook gaat hij na of
het beroep ontvankelijk is. Betaling van het griffier recht en het doorlopen van een verplichte
voorprocedure zijn extra ontvankelijkheidseisen. Vervolgens oordeelt de rechter, eventueel na
verhoor van getuigen of deskundigen of het beroep ongegrond is. Soms bezichtigd de rechter eerst
zelf de situatie waarop het bestreden besluit strekking heeft, waardoor hij zich een beter beeld kan
vormen van de standpunten van de partijen.
Beslissing op
bezwaar of Beroepschrift
Beroep
administratief verweerschrift
beroep
, De bestuursrechter kan een besluit van een geheel of gedeeltelijk vernietigen en de rechtsgevolgen
ervan geheel of gedeeltelijk in stand laten. Doorgaans draagt de bestuursrechter het bestuursorgaan
op een nieuw besluit te nemen, maar de rechter kan ook zelf in de zaak voorzien. Hij neemt dan een
nieuw besluit in plaats van het bestuursorgaan. De bestuursrechter veroordeelt vrijwel altijd het
bestuursorgaan tot betaling van het griffierecht en de proceskosten. Daarnaast kan de
bestuursrechter op verzoek van de indiener van het beroep, in dezelfde of in een aparte procedure,
het bestuursorgaan veroordelen tot schadevergoeding. De bestuursrechter kan het beroep ook
versneld of vereenvoudigd behandelen. Ten slotte kan de bestuursrechter lopende de procedure, op
verzoek van de partijen, een voorlopige voorziening treffen. Hij doet dan als voorzieningen rechter
een voorlopige uitspraak ten aanzien van het bestreden besluit. Dit kan de voorzieningenrechter ook
doen tijdens een voorprocedure. Daarmee kan enerzijds worden voorkomen dat het besluit wordt
uitgevoerd met onherroepelijke gevolgen, anderzijds kan ook het nemen van een besluit hiermee
worden afgedwongen.
Paragraaf 4 Andere rechters
De burgerlijke rechter heeft in het bestuursprocesrecht een zogenoemde vangnetfunctie voor de
gevallen waarin de bestuursrechter geen of onvoldoende rechtsbescherming biedt, omdat de Awb
of een bijzondere wet geen bestuursrechtelijke voorziening bevat. Een aantal bestuurshandelingen,
zoals feitelijke handelingen en uitgezonderde besluiten, valt namelijk niet onder rechtsbescherming
van de Awb. Daarnaast kan een belanghebbende er ook voor kiezen om van het openbaar bestuur
schadevergoeding te eisen op grond van een onrechtmatige overheidsdaad en dit besluit door de
burgerlijke rechter te laten toetsen. Ten slotte kan een (rechts)persoon in een civielrechtelijk
kortgeding snel een oordeel van de burgerlijke rechter te vragen als er geen procedure bij de
bestuursprocesrechter loopt.
Op Europees niveau zijn voor het bestuursprocesrecht van belang het Europees Hof voor de Rechten
van de Mens (EHRM) en het Europees Hof van Justitie (HvJ EG). Besluiten of bestuurshandelingen
kunnen in strijd zijn met grondrechten van de burger die zijn vastgelegd in het Europees Verdrag tot
bescherming van de rechten van de mens (EVRM). Slachtoffers van schending van een bepaling uit
dit verdrag door de Nederlandse overheid kunnen, als zij in Nederland zijn uitgeprocedeerd, van het
EHRM een oordeel vragen over de schending. Indien voor een geschil eenduidige uitleg van het
Europese recht noodzakelijk is, dan kan de Nederlandse rechter het Europese Hof van Justitie
verzoeken om een zogenaamde prejudiciële beslissing over de uitleg van het gemeenschapsrecht.
De nationale rechter is aan deze uitleg gebonden bij zijn uitspraak in het geschil.
Hoofdstuk 2 Voorbereiding van een beschikking
Paragraaf 1 op aanvraag of ambtshalve
Art. 1:3 lid 1 Awb verstaat onder een besluit: ‘een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan,
inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling’. Er moet dus sprake zijn van een beslissing die
aan de volgende criteria voldoet:
- Er is een beslissing,
- Genomen door een bestuursorgaan (Art. 1:1 Awb),
- Die op schrift is gesteld,
- Gericht is op rechtsgevolg,
- En publiekrechtelijk van aard is.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper jilldejonge12. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.