College aantekeningen Contractenrecht (650263-B-6) blok 3 2022-2023
VERBINTENISSENRECHT HERKANSING - EINDTOETS: samenvatting van de hoorcolleges, werkgroepen en kennisclips. Bevat handige overzichten/stappenplannen en beschrijving arresten. Universiteit Leiden
Literatuursamenvatting contractenrecht
Alles voor dit studieboek (50)
Geschreven voor
Universiteit Leiden (UL)
Rechtsgeleerdheid
Verbintenissenrecht
Alle documenten voor dit vak (52)
Verkoper
Volgen
noawammes
Ontvangen beoordelingen
Voorbeeld van de inhoud
Hoorcollege week 4 Remedies
4.1 Nakoming en schadevergoeding
Nakoming
• hoe, wanneer, door wie, aan wie —> art. 6:27 e.v. BW
• hoofdregel = nakoming door een derde mag ex art. 6:30 BW (bijvoorbeeld
onderaannemer)
• soms brengt aard van overeenkomst dat werk niet mag worden uitbesteed (zoals
bij zelfportret of muziekoptreden)
• een ander kan op vordering van gerechtigde door rechter tot nakoming worden
veroordeeld
• geen tekortkoming of verzuim vereist bij vordering tot nakoming
• in praktijk zijn nakomingsacties vaak in garanties opgenomen
• business to business soms garantie in de vorm van sole remedy (op moment dat
niet aan specificaties wordt voldaan heeft afnemer uitsluitend het recht op herstel
of vervanging en geen andere rechten te gelden kan maken —> week 5)
• business to consumer bescherming als in algemene voorwaarden ex art. 6:236-a
(zwarte lijst) en 6:237-b (grijze lijst)
Schadevergoeding
stelplicht
vereisten art. 6:74 e.v.
1. tekortkoming in de nakoming ex art. 6:74 lid 1 BW
• prestatie achter blijven bij verbintenis; niet, niet tijdig of niet behoorlijk nakomen
• verbintenis moet opeisbaar zijn (met uitzondering van art. 6:80 BW)
2. schade
,3. causaal verband (conditio sine qua non)
• tussen tekortkoming en de schade
4. voor zover nakoming niet blijvend onmogelijk, moet sprake zijn van verzuim ex art.
6:74 lid 2 BW
a. nakoming is blijvend onmogelijk (geen ingebrekestelling voor verzuim)
b. nakoming is niet blijvend onmogelijk (ingebrekestelling voor verzuim vereist)
4b. nakoming is niet blijvend onmogelijk
• definitie verzuim in art. 6:81 BW
• hoofdregel = schriftelijke ingebrekestelling ex art. 6:82 lid 1 BW
• redelijke termijn; eerdere termijnen en door schuldenaar gewekte verwachtingen
tellen mee ex HR Fraanje/Alukon 2019
• Fraanje was hoofdaannemer en verbouwt sportcomplex
• Alukon was onderaannemer en moest aluminium kozijnen installeren; kozijnen
voldeden niet aan specificaties en keer op keer werd slecht gepresteerd
• Fraanje stelt Alukon in gebreke en geeft slechts korte termijn
• Fraanje spreekt Alukon aan tot schadevergoeding; Alukon verweert met dat geen
sprake was van redelijke termijn in zin van art. 6:82 lid 1
• Alukon zegt geen correcte ingebrekestelling dus geen verzuim dus geen
nakoming
• HR zegt dat hoofdregel is dat de termijn een bepaalde termijn moet zijn,
maar eerdere termijnen en gewekte vertrouwen van Alukon speelt ook
mee, dus aan vereiste van verzuim is voldaan
• nakoming blijft uit binnen die termijn
hoofdregel is schriftelijke ingebrekestelling ex art. 6:82 lid 1 BW
• uitzondering 1 ten aanzien van ingebrekestelling = art. 6:83 sub a tot c =
als fatale termijn is overeengekomen
• in contract schrijven welke termijnen fataal zijn; dan meteen in verzuim verkeren
zonder dat ingebrekestelling nodig is
• art. 6:83 BW is geen limitatieve opsomming ex HR Fraanje/Alukon 2019; ook
als de schuldenaar niet of niet toereikend reageert op verzoek van schuldeiser
binnen redelijke termijn te laten weten hoe en wanneer hij gebreken zal
herstellen
• uitzondering 2 ten aanzien van ingebrekestelling = art. 6:82 lid 2 BW =
geen termijn nodig in bepaalde gevallen
• aanmaning die nutteloos blijkt te zijn; ingebrekestelling door aansprakelijk
stelling
4. voor zover nakoming blijvend onmogelijk is, geen ingebrekestelling voor verzuim
a. nakoming is blijvend onmogelijk
• ‘definitief geleden schade’ —> HR Kinheim/Pelders 2000
• “schade heeft geleden die niet… door de vervangende prestatie wordt
weggenomen… in zoverre is de tekortkoming dan niet voor herstel
vatbaar en is de nakoming blijvend onmogelijk”
• Pelders opnieuw schroefelementen leveren aan Kinheim, maar afnemers van
Kinheim blijven met schade zitten ook al zouden er nieuwe schroefelementen
komen; dan heeft het geen zin eerst een ingebrekestelling te sturen
• de zieke koe van Pothier; koe wordt geleverd aan een boer, koe blijkt ziek te
zijn, koe besmet de veestapel en overlijdt daarna; schade bestaat uit dat de koe
zelf is doodgegaan en veestapel is besmet; ten aanzien van de koe die dood is
gegaan is een ingebrekestelling nodig, verkoper kan nieuwe koe leveren, dan is
die schade hersteld; schade van besmette veestapel is definitief geleden, als
nieuwe koe werd geleverd is die veestapel nog steeds besmet, voor definitieve
schade hoeft geen ingebrekestelling te worden verstuurd
, • “in zoverre” = per schadepost beoordelen
bewijslast
verweer schuldenaar
• art. 150 Rv = hoofdregel = partij die zich beroept op rechtsgevolgen van
feiten of rechten, moet deze feiten en rechten stellen en bij voldoende
betwisting ook bewijzen
• tenzij = omkering bewijslast
• tenzij de tekortkoming de schuldenaar niet kan worden toegerekend (overmacht) =
omkering bewijslast
• geen schuld, want voldoende zorg
• komt ook niet voor zijn rekening krachtens….
- … wet; bijvoorbeeld kwalitatieve aansprakelijkheden ex art. 6:76
(hulppersonen), 6:77 (hulpzaken)
- …. rechtshandeling, bijvoorbeeld “ik garandeer dat”, “als overmacht wordt niet
aangemerkt ‘x’” [bij garantie geen beroep op overmacht bij tekortschieten]
- … in verkeer geldende opvattingen
N.B. overmacht staat aan schadevergoeding in de weg ex art. 6:74 lid 1 BW
schadevergoeding —> praktijk
• business to business exoneratie blijft in principe in stand
• business to consumer bescherming tegen exoneratie:
• exoneratie in algemene voorwaarden dan grijze lijst van art. 6:237 sub f en
vermoedt onredelijk bezwarend te zijn
• bij consumentenkoop en exoneratie, dan exoneratie vernietigbaar want in strijd
met dwingend recht van art. 7:24 lid 1 jo art. 7:6 lid 1 jo art. 3:40 lid 2
• bij productaansprakelijkheid kan aansprakelijkheid van producent niet worden
beperkt ex art. 6:192 lid 1 jo art. 3:40 lid 2
4.2 ontbinding & beëindiging
vereisten
1. wederkerige overeenkomst ex art. 6:261 BW
2. tekortkoming in de nakoming ex art. 6:265 lid 1 BW
3a. voor zover nakoming niet blijvend/tijdelijk onmogelijk is moet sprake zijn van
verzuim
3b. tijdelijk onmogelijk dan anders dan bij schadevergoeding toerekenbaarheid niet
relevant ex art. 6:265 lid 2 BW (ook bij overmacht kan overeenkomst worden
ontbonden)
4. tenzij tekortkoming ontbinding niet rechtvaardigt (tenzij formule van art.
6:265 lid 1 vereist voldoende gewicht voor ontbinding)
• aan de schuldenaar om te bewijzen dat de tekortkoming de ontbinding niet
rechtvaardigt
b) gezien bijzondere aard van tekortkoming
c) gezien geringe betekenis van tekortkoming
• dan is tekortkoming niet van voldoende gewicht om ontbinding te
rechtvaardigen
d) alle overige omstandigheden van het geval ex HR eigen haard 2018
• stichting sociale woningbouw die flats verhuurd
• flat verhuurd aan gezin
• gezin benaderd door ander gezin; hurende gezin ging tijdelijk ergens anders
wonen zodat andere gezin met jong kind niet op straat kwam te staan
• huurovereenkomst bevat clausule met dat onderhuur niet was toegestaan
, • dus tekortkoming door gezin dat flat huurde
• Eigen Haard ontbond de huurovereenkomst en vorderde ontruiming van de
woning
• kort geding rechter stelde prejudiciële vragen aan HR
• als hoofdregel heeft te gelden dat alleen een tekortkoming van voldoende
gewicht noodzakelijk is om ontbinding te rechtvaardigen, maar procesrechtelijk
is het nog steeds aan de schuldeiser om de tekortkoming te bewijzen en aan de
schuldenaar om te bewijzen dat de tekortkoming te gering is, alleen kan naast
bijzondere aard en geringe betekenis ook worden gekeken naar overige
omstandigheden van het geval (of tekortkoming voldoende gewichtig is)
modaliteiten en gevolgen
• gerechtelijk of buitengerechtelijk
• vaker buitengerechtelijk door brief te sturen
• geheel of gedeeltelijk
- gedeeltelijke ontbinding heeft voordelen want dan gaat tenzij formule van art.
6:265 lid 1 minder snel op (dan is er sneller sprake van rechtvaardiging; want
slechts gedeelte van de overeenkomst wordt ontbonden)
• kwantiteit (helft van de goederen tegen de halve prijs)
• kwaliteit (genoegen nemen met gebrek tegen prijsvermindering)
• rechtsgevolgen
• bevrijding voor de toekomst, ongedaanmakingsverbintenissen voor het
verleden ex art. 6:271 BW, geen terugwerkende kracht
• waardevergoeding bij diensten ex art. 6:272 BW
- “als aard van de prestatie ongedaanmaking uitsluit daarvoor een
waardevergoeding in de plaats treedt”
- waardevergoeding ten tijde van ontvangst
• bij achteraf onterecht gebleken ontbinding toch einde overeenkomst HR
G4/Hanzevast 2011
• G4 bouwt kantoorgebouwen voor Hanzevast
• partijen verschillen van mening over de vraag of kantoorcomplex voldoet aan het
overeengekomene en of er meerwerk verschuldigd is
• Hanzevast stuurt ontbindingsbrief; uit bodemprocedure blijkt dat ontbinding
onterecht is en dat inderdaad voor het meerwerk zou moeten worden betaald
• HR uit ontbindingsverklaring die achteraf onterecht bleek kan worden afgeleid
dat Hanzevast uit nakoming zal tekortschieten; verzuim treedt ook zonder
ingebrekestelling in als sprake is van een onterechte ontbindingsverklaring
• G4 is gerechtigd om schadevergoeding te vorderen
• partijen gaan niet meer verder met overeenkomst uitvoeren, dus partijen
gedragen zich alsof er een beeindigingsovereenkomst is gesloten
• al zou je zeggen dat overeenkomst nog in stand is omdat ontbindingsverklaring
onterecht was, gedragen partijen zich toch zo dat partijen het eens zijn dat de
overeenkomst is geëindigd
• beroep op voortbestaan van de overeenkomst stuit af op de beperkende werking
van de redelijkheid en billijkheid
• Hanzevast is wel schadeplichtig binnen de grenzen van art. 6:277 BW
- ontbindingsverklaring art. 6:83 sub c [verzuim ook zonder ingebrekestelling bij
onterechte ontbinding] => verzuim dus schadevergoeding
- gedragingen => partijen gedraging zich zo dat zij beëindigingsovereenkomst
hebben besloten
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper noawammes. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.