100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Verpleegkundige kennis & Organisatiekunde, periode 2.2, Verpleegkunde, Windesheim €6,99   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Verpleegkundige kennis & Organisatiekunde, periode 2.2, Verpleegkunde, Windesheim

 4 keer bekeken  0 keer verkocht
  • Vak
  • Instelling

In deze samenvatting zitten enorm veel bloed, zweet en tranen waardoor jij een voldoende kan halen!

Voorbeeld 4 van de 35  pagina's

  • 12 september 2021
  • 35
  • 2020/2021
  • Samenvatting
avatar-seller
Samenvatting Verpleegkundige kennis en Organisatiekunde


Week 1
Organisatiekunde (HC)
Kent de kernbegrippen; kwaliteit van zorg leveren en participeren in kwaliteit van zorg uitleggen en
toepassen binnen de rol van professional en kwaliteitsbevorderaar. Binnen de rol van professional en
kwaliteitsbevorderaar passen een aantal kernbegrippen. Kwaliteit van zorg leveren is het op een methodische
en kritische wijze bewaken, uitvoeren en borgen van de kwaliteit van de verpleegkundige zorg. Participeren in
kwaliteitszorg is het leveren van een proactieve bijdrage aan de kwaliteitszorg van de zorgorganisatie.
Begrippen die er ook bijhoren zijn professioneel gedrag, onderzoekende houding en inzet EBP.
Heeft kennis van de WTZi en weet waarvoor deze wet bedoeld is en door wie deze wet wordt getoetst.
Zorgaanbieders die zorg willen aanbieden die onder de WLZ valt, hebben een WTZI-toelating nodig. Hiervoor
moeten zij aan diverse wettelijke eisen voldoen die in de wet staan. De belangrijkste eisen gaan over de
transpiratie van bestuursstructuur, de bedrijfsuitvoering en de bereikbaarheid van de acute zorg. Zo zijn er
eisen aan de inrichting van het bestuur van de zorginstelling, zoals het hebben van een onafhankelijk
toezichthoudend orgaan, hoe er winst mag worden uitgekeerd en aan de financiële administratie. Instellingen
zijn verplicht jaarlijks verantwoording af te leggen waarop de instelling het geld uit de WLZ en
zorgverzekeringswet besteed. De wet regelt ook hoe de toelating is geregeld. Het CIBG toets bij een aanvraag
voor toelating of de instelling aan de eisen voldoet en geeft de toelating af.
Heeft kennis van de wet BIG en begrijpt wat de betekenis van de wet is ten aanzien van het handelen van
een verpleegkundige in de zorg. De wet BIG geeft de verpleegkundige de ruimte om ook in opdracht van de
arts te kunnen handelen. De doelen van de wet BIG zijn: garanderen van kwaliteit van de beroepsbeoefenaren
in de gezondheidszorg en keuzevrijheid van de patiënt. Om die bepaalde handelingen uit te mogen voeren
moet je wel aan bepaalde eisen voldoen. Je moet bevoegd (Je hebt een opleiding afgerond tot zorgverlener)
en bekwaam (je kan de handeling nog goed uitvoeren) zijn. Artsen zijn zelfstandig bevoegd, die mogen een
opdracht uitvoeren en geven. Vpk is functioneel bevoegd, mag de handeling in opdracht uitvoeren maar niet
zelf de opdracht geven. Doordat je bent ingeschreven in de wet BIG heb je titelbescherming en periodieke
registratie. Je doet aan voorbehouden handelingen, doe je dit niet goed dan kan je door een klant naar het
tuchtrecht kunnen doorgestuurd. Dan kan je maatregelen opgelegd krijgen en soms zelf nog een straf.
Kan de belangrijkste elementen uit de Wkkgz benoemen. Heeft begrip van de termen en weet wanneer deze
toe te passen. Kijkt naar of er goede zorg wordt toegepast, melding van calamiteiten en vormen van geweld in
de zorgrelatie melden bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg, klachten en geschillenbehandeling en kijkt
naar wat de instelling zelf kan doen om de kwaliteit van de zorg te ondersteunen. Onder goede zorg valt: veilig,
doeltreffend, doelmatig en cliëntgericht, zorgverleners handelen in overeenstemming met de op hen rustende
verantwoordelijkheid, voortvloeiende uit de professionele standaard en rechten van de cliënt in acht genomen
en de cliënt met respect wordt behandeld. De zorgaanbieder organiseert de zorgverlening op zodanige wijze
dat het kwalitatief en kwantitatief klopt, bedient zich zowel kwalitatief als kwantitatief zodanig van personele
en materiële middelen en bouwkundige voorzieningen, draagt tevens zorg voor een zodanige toedeling van
verantwoordelijkheden, bevoegdheden alsmede afstemmings- en verantwoordingsplichten, dat een en ander
redelijkerwijs moet leiden tot het verlenen van goede zorg. Melding van calamiteiten: De zorgaanbieder doet
bij het Staatstoezicht op de volksgezondheid onverwijld melding van: iedere calamiteit die bij de zorgverlening
heeft plaatsgevonden, geweld in de zorgrelatie of de opzegging, ontbinding of niet-voortzetting van een
overeenkomst met een zorgverlener op grond van zijn oordeel dat de zorgverlener ernstig is tekortgeschoten
in zijn functioneren. Klachtenregeling:

● De zorgaanbieder treft schriftelijk een regeling voor een effectieve en laagdrempelige opvang en
afhandeling van klachten.
● De zorgaanbieder stelt de regeling vast in overeenstemming met een representatief te achten
organisatie van cliënten.
● De zorgaanbieder brengt de regeling onder de aandacht van cliënten
● De zorgaanbieder wijst klachtenfunctionaris aan
● De zorgaanbieder beslist binnen zes weken over een klacht (eenmalige verlenging van max. 4 weken).

Geschillenregeling:

, ● De zorgaanbieder is aangesloten bij een geschilleninstantie, die is erkend door de minister.
● De geschilleninstantie is ingesteld door een of meer representatief te achten cliëntenorganisaties en
door een of meer representatief te achten organisaties van zorgaanbieders.
● De geschilleninstantie is bevoegd over een geschil een uitspraak te doen bij wege van bindend advies,
alsmede een vergoeding van geleden schade toe te kennen tot in ieder geval € 25.000,–.

Heeft kennis van de wet medezeggenschap en kan deze in relatie brengen met kwaliteitszorg binnen een
zorgorganisatie. De cliëntenraad is een stakeholder die invloed heeft op hoe de zorg geleverd wordt en kan
ook wat zeggen over de kwaliteit van de zorg. De cliëntenraad wordt het liefst gevormd door mensen die zelf
zorg ontvangen, maar toch zie je vaak dat vertegenwoordigers van de zorgvragers de cliëntenraad vormen.
Cliëntenraad moet officieel zijn geïnstalleerd in een zorgorganisatie. Er moet geregistreerd worden wat er van
terecht komt en hoe zij daarin betrokken worden. De zorgaanbieder stelt voor elke door hem in stand
gehouden instelling een representatieve cliëntenraad in, die binnen het kader van de doelstellingen van de
instelling in het bijzonder de gemeenschappelijke belangen van de cliënten behartigt. De cliëntenraad heeft
recht op informatie en gevraagd en ongevraagd adviesrecht. De zorgaanbieder stelt jaarlijks een schriftelijk
verslag op over de wijze waarop ten aanzien van de instelling deze wet is toegepast.
Weet wat wordt bedoeld met een kwaliteitszorgsysteem.
De zorgaanbieder draagt zorg voor systematische bewaking, beheersing en verbetering van de kwaliteit van de
zorg.
a) het op systematische wijze verzamelen en registreren van gegevens betreffende de kwaliteit van de
zorg op zodanige wijze dat de gegevens voor eenieder vergelijkbaar zijn met gegevens van andere
zorgaanbieders van dezelfde categorie;
b) het aan de hand van de gegevens op systematische wijze toetsen of de wijze van uitvoering leidt tot
goede zorg;
c) het op basis van de uitkomst van de toetsing zo nodig veranderen van de wijze waarop wordt
uitgevoerd.
Deel organisatiekunde (HC) en verpleegkundige kennis (WC)

De kernbegrippen; verpleegkundig leiderschap, veiligheid en ondernemerschap uitleggen en toepassen
binnen de rol van organisator. Binnen de rol van organisator passen een aantal kernbegrippen.
Verpleegkundig leiderschap is dat je het initiatief neemt in het voeren van regie over eigen vakgebied vanuit
een ondernemende, coachende en resultaatgerichte houding. Veiligheid bevorderen is het continu en
methodisch bijdragen aan het bevorderen en borgen van de veiligheid van zorgvrager en medewerkers.
Verpleegkundig ondernemerschap is het overzien van en handelen naar financieel-economische en
organisatiebelangen binnen de verschillende contexten van zorg. Ook relevante kernbegrippen zijn continuïteit
van zorg, multidisciplinair samenwerken en professioneel gedrag.
Kent het begrip veiligheid van zorg en de belangrijkste veiligheidsthema’s. Patiëntveiligheid is het (nagenoeg)
ontbreken van (de kans op) aan de patiënt toegebrachte lichamelijke en/of psychische schade die is ontstaan
door het niet volgens de professionele standaard handelen van hulpverleners en/of tekortkoming van het
zorgsysteem ….

Verpleegkundige kennis

Kan de PDCA-cyclus beschrijven en inhoud geven ten aan zien van
de kwaliteitscyclus. Walter A. Shewhart ontwikkelde de PDCA cyclus.
Deze zogenoemde Deming cirkel is een goed controlemiddel om de
kwaliteit van veranderingen en verbeteringen binnen de organisatie
te bewaken. De PDCA staat voor de afkorting van de 4 belangrijkste
stappen: plan, do, check en act. Het model heeft een cyclisch
karakter waardoor er continu aandacht is coor kwalitetisverbetering.
Na evaluatie en eventuele bijsturing, begint het proces weer van af
voren. Het is een flexibel en dynamisch model. Een organisatie kan
zich in verschillende fasen van het model bevinden. In alle fasen is er
ruimte om met het verbeteren van kwaliteit te beginnen.
Kwaliteitssysteem is eigenlijk de eerdere versie dan de PDCA-cyslus.
eerst stond de C voor een S namelijk study.

,Kan aangeven welke stakeholders betrokken zijn bij het kwaliteitsbeleid van de zorgorganisatie. Je hebt
interne en externe stakeholders. Stakeholders (belanghebbenden) stellen eisen waaraan de kwaliteit van de
zorg aan moet voldoen. Interne zijn de directie en het zorgpersoneel en personeel ondersteunende diensten.
Externe zijn zorgorganisatie, gemeente, verzekeraars, cliëntenraad, klachtencommissie, raad van toezicht en
het IGZ.
Kan aangeven naar welke 11 thema’s vanuit VMS-veiligheid wordt gekeken in het ziekenhuis en wat is er
anders in de langdurige zorg.
● Verwisseling van en bij patiënten: Daarbij kan het gaan om verwisseling van de patiënt, maar ook om
verwisseling van de te opereren plaats of zijde.
● Kwetsbare ouderen: Verhoogde kans op complicaties in het ziekenhuis, zoals een infectie,
ondervoeding, delirium of vallen.
● Optimale zorg bij acute coronaire syndromen: Een hartinfarct (acuut coronair syndroom, ofwel ACS) is
een gevaarlijke aandoening, die met ernstige ritmestoornissen en soms zelfs met de dood gepaard
kan gaan.
● Nierinsufficiëntie: Het voorkomen van contrastnefropathie bij patiënten die radiologisch onderzoek
met jodiumhoudende contrastmiddelen ondergaan.
● Vroege herkenning en behandeling van pijn: Twee derde van de patiënten in ziekenhuizen ervaart
pijn. Slecht behandelde acute pijn kan ernstige medische complicaties geven en de genezing
vertragen.
● Voorkomen van wondinfecties na een operatie: postoperatieve wondinfectie.
● Veilige zorg voor zieke kinderen: Interventies ter verbetering van de zorg voor zieke kinderen
(medicatiefouten, pijn, lijnsepsis, bedreiging van de vitale functies, verwisseling).
● Voorkomen van lijnsepsis en behandeling van ernstige sepsis: Sepsis is een gegeneraliseerde
ontstekingsreactie veroorzaakt door een infectie.
● High risk medicatie: Dit zijn alle geneesmiddelen die worden geïnjecteerd. Bijna de helft van de
geregistreerde fouten vindt plaats tijdens het toedienproces. Ook worden er regelmatig
voorschrijffouten gemeld.
● Medicatieverificatie bij opname en ontslag: De zorg rondom het gebruik van medicijnen is complex
(voorschrijven, klaar maken, toedienen), omdat hier vaak verschillende zorgverleners bij betrokken
zijn.
● Vroege herkenning en behandeling van de vitaal bedreigde patiënt: Voorafgaand aan een
circulatiestilstand laten patiënten vaak signalen en symptomen van lichamelijke instabiliteit zien.
Binnen zes uur voorafgaand aan deze instabiliteit kunnen zij afwijkingen vertonen in bloeddruk,
hartfrequentie, ademfrequentie en/of bewustzijnsverandering.
In de langdurige zorg wordt er vooral gekeken naar de volgende thema’s: medicatieveiligheid, ondervoeding,
decubitus, valincidenten.
Kan aangeven hoe een MIC en een MIC-commissie bijdragen aan collectieve preventie binnen de
zorginstelling. Melding incidenten cliënten. De MIC wordt ingevuld na iedere gebeurtenis, maakt niet uit of het
veroorzaakt is door het handelen van een mens, waarbij cliënt letsel opgelopen heeft of had kunnen oplopen.
Doordat deze gegevens verzamelt worden kan het worden voorkomen in de toekomst. Als het probleem zit bij
apparatuur kan dit worden vervangen of weggedaan, om zo ervoor te zorgen dat het niet nog een keer
gebeurt. Bij handelen van mensen kan iemand ontslagen worden of nieuwe training bijvoorbeeld.
Weet wat de Prisma-methode inhoudt ten aanzien van het analyseren van meldingen incidenten. Prisma
staat voor Prevention and Recovery Information system for Monitoring and Analysis. Het is een methode om
te analyseren welke oorzaken er aan een incident hangen. Doel van de methode is het systematisch
verzamelen en vastleggen van incidenten en de oorzaken daarvan om hiervan te leren en al doende de zorg
veiliger te kunnen maken. De Prisma Methode brengt het ontstaan van (bijna-)incidenten in beeld in de vorm
van een ‘oorzakenboom’. Het gaat via de volgende stappen:
- Stap 1: incident melden
- Stap 2: Stel een team samen
- Stap 3: Maak een reconstructie
- Stap 4: Maak een oorzakenboom
- Stap 5: Benoem de oorzaken
- Stap 6: Benoemd de verbetermaatregelen en organiseer de uitvoer, borging en de evaluatie daarvan.
- Stap 7: Stel het eindverslag op.
Kan aangeven welke resultaten in een zorgorganisatie worden beoogd met het werken met de Prisma-
methode.

, - Bewustwording en nieuwe inzichten: er zijn vaak andere en meerdere basisoorzaken voor een
incident aan te wijzen;
- Er vinden veel meer verbeteracties plaats dan bij andere methoden van analyseren;
- Meer preventieve acties, bijvoorbeeld n.a.v. een incident met een postoel: alle postoelen vervangen
omdat er een technische oorzaak bleek te zijn;
- Medewerkers die betrokken worden bij de analyse (d.m.v. een interview of een gesprek/overleg met
adviseur en manager) voelen zich gehoord en gezien – zij zijn blij met de aandacht die ze krijgen, want
zij zitten soms erg met het gebeurde (of het nu wel of niet hun fout was);
- Medewerkers ervaren dat het zin heeft incidenten te melden, ze zien dat er iets met hun melding
gebeurt;
- Medewerkers kijken naar de cliënt als persoon in relatie tot zijn omgeving;
- Er wordt minder snel de schuldvraag gesteld nu men in de gaten krijgt dat er vaak diepere oorzaken
achter de voor de hand liggende oorzaken liggen.
Heeft kennis van de beroepscode voor verpleegkundigen en verzorgenden (januari 2015) en weet wat
bedoeld wordt met de professionele standaard. In de beroepscode staat de normen en waarden van een
verpleegkundige, bejegening, kennis van richtlijnen en protocollen, grenzen van verantwoordelijkheid,
verdeling van middelen enz. De professionele standaard is het geheel van professioneel medische normen dat
beschrijft wat in een bepaalde situatie goed handelen is. -> de algemeen aanvaarde uitgangspunten.
Weet hoe de beroepscode zich verhoudt tot de zorgwetgeving en de begrippen veiligheid en kwaliteit van
zorg. De beroepscode richt zich op de verpleegkundige/verzorgende. Het maakt daarbij niet uit in welke
functie je werkt. Ook als je vanuit een andere functie dan de primaire zorg, zoals bijv in onderwijs, draag je bij
aan de beroepsuitoefening en heb je verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van zorgverlening.


Week 2
Organisatiekunde (HC)
Herkennen wanneer we spreken van een organisatie. Een organisatie is een min of meer duurzaam
samenwerkingsverband tussen twee of meer personen. Hierbij worden middelen, kennis en vaardigheden
gebundeld om een gemeenschappelijk doel te bereiken of in een behoefte te voorzien. Voorbeeld is een
groepje studenten, het Isala of Unilever. Moony en Riley hebben in 1933 bedacht dat een organisatie dus
mensen moet hebben, een vorm van samenwerking en een doel.
Aangeven wat een organisatie in de gezondheidszorg typeert. Een organisatie in de gezondheidszorg wordt
meestal gekenmerkt door dat het een non-profit organisatie is. Dat betekent dat ze niet streven naar het
maken van winst. Daarnaast heeft die een maatschappelijke doelstelling en is het dienstverlenend. Het is vaak
een complexe organisatie omdat er verschillende kennisgebieden zijn en dus ook mensen met verschillende
opleidingen. En dat betekent dat het een multidisciplinaire samenwerkingsverband is. In de zorg zijn er zowel
platte als hiërarchische structuren. Thuiszorg is bijvoorbeeld platter dan een ziekenhuis. Dan staan er waarden
centraal als klantgerichtheid, autonomie en inspraak. Handelen gaat volgens methodieken.
De kenmerken van de twee belangrijkste non-profit organisatie vormen herkennen. Kan een stichting zijn of
een vereniging. Stichting is professioneler. Stichting is een rechtspersoon waarin een bestuur een vermogen of
andere middelen aanwendt voor een ideëel doel. Democratisering van een stichting door de vraag om
transparantie en inspraak bijvoorbeeld vanuit de overheid. Daarom nu meestal verplicht een deelnemersraad
(in de zorg een cliëntenraad) en een adviesraad (de VAR van verpleegkundigen). Een vereniging, is een
samenwerkingsverband van leden die een gemeenschappelijk ideëel doel nastreven. Inspraak via een
ledenvergadering ( voorbeeld sportverenigingen). Een bijzonder vorm van een vereniging is een coöperatie,
een samenwerkingsverband met een economisch doel (Bakkerijen/ grasdrogerijen etc, de Rabobank)
Weergeven hoe doelen voortkomen uit de missie van de organisatie en welke doelen het om gaat. Vanuit de
doelen de beleidsterreinen benoemen die in een zorgorganisatie aanwezig zijn. Een van de belangrijkste
kenmerken is dat je een doel nastreeft. Een doel komt voort uit een missie en een visie. Je moet het doel
SMART omschrijven. Een hoofddoel bestaat uit meerdere nevendoelen. Doelen zijn in eerste instantie extern
gericht, dit zijn doelen die buiten de eigen organisatie gelegen zijn. Zoals cliënten helpen uit hun depressie te
komen. Extern doel kan je alleen bereiken als je ook interne doelen hebt. Interne doelen zijn gericht op de
toekomst van de organisatie zelf, dus werkgelegenheid, werkklimaat voor medewerkers, continuïteit. Vaak
wordt het doel bepaald door de oprichters van een organisatie. Misssion of statement = een korte formulering
van de bestaansreden van een organisatie. Visie = koers op langere termijn, manier waarop zal worden
gewerkt. Nadat de doelen zijn gesteld wordt het omgezet in beleid, het is meer een planmatige manier van het

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

√  	Verzekerd van kwaliteit door reviews

√ Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ivyverschure. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 77764 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€6,99
  • (0)
  Kopen