Tijdens de les wordt de fysiologie van de orgaanstelsels besproken. In de eerste les krijg je een document mee met voorbeeldvragen. Van deze vragen worden er enkele op het examen gevraagd. Dit is het deeltje respiratie.
Vragen respiratie
1. Hoe gebeurt de ventilatie van de menselijke long? (Mechanica & functionele anatomie)
Functionele anatomie
Anatomische dode ruimte
Er zijn 23 generaties aan vertakkingen van de trachea tot aan de periferie. In de eerste generaties
hebben we geen alveoli dus zijn deze vertakkingen puur een doorgeefsysteem waar geen
gasuitwisseling zal plaatsvinden.
→ Neus, farynx, trachea,..
→ Begeleiden ingeademde lucht naar alveoli
Functie
Nutteloze ventilatie want geen gasuitwisseling
Weinig flowregeling
Cellaag met ciliën
→ Vangen microben in mucuslaag en sturen deze terug naar de keelholte waar ze
geëlimineerd kunnen worden
Lucht zuiveren, opwarmen en waterdamp saturatie
→ Beter langs neus: groter oppervlak en rijke doorbloeding
→ Lymfatisch weefsel
In de verdere bronchioli is er geen kraakbeen support meer, maar nog steeds geen
gasuitwisseling
Alveolaire ruimte
Begint op vertakking 17 en gaat tot 23
Geen kraakbeen support meer
Eenvoudig epitheel
o Afgeplatte type 1 cellen
o Kubische type 2 cellen: produceren surfactant (belangrijk voor de mechanica
van de long)
Bloedtoevoer via de a. pulmonalis
Perfusie
Alveoli
o Zuurstofarme bloed komt via de a. pulmonalis binnen in de capillaire bedden rond de
alveoli en alveolaire zakjes. Het bloed wordt geoxygeneerd. Het bloed met
zuurstofspanning gaat afgevoerd worden naar de v. pulmonalis en vervolgens naar
de linker voorkamer en linker kamer.
o Het volume van bloed in de capillairen voor de gaswisseling komt ongeveer overeen
met 1 slagvolume. Bij een zwaardere inspanning kunnen we extra capillairen
rekruteren die in rust niet in gebruik zijn, zodanig dat dat volume tot 200 ml kan
gaan.
Luchtwegen t.e.m terminale bronchioli
o Bloedtoevoer komt van bronchiale arteriën die aftakken vanuit de aorta. Het
gedeeltelijk gedesatureerd bloed gaat samen met de v. pulmonalis naar de linker
1
, kamer. We krijgen dus een kleine veneuze bijmenging van gedesatureerd bloed =
shunt
Longwand
Pleura
o Tussen het longweefsel en de ribbenkas hebben we de pleura. De pleura is een
virtuele ruimte zonder lucht of vocht. De pleura is enerzijds met een blad aangehecht
aan de thoraxwand en het diafragma en anderzijds in contact met het alveolair
parenchym. Het resultaat hiervan is dat er in de pleura een subatmosferische druk is
die een koppeling maakt tussen de alveoli en de thoraxwand. De krachten die hier
ontstaan hebben een extra effect, namelijk dat die de alveoli proberen te dilateren
en dat die de thoraxwand een klein beetje naar binnen zuigt.
o Pneumothorax of klaplong kan ontstaan wanneer je door een wonde de pleura
doorbreekt, waardoor er lucht van de buitenwereld op die pleura terechtkomt.
Hierdoor gaat het longweefsel collaberen thv de hilus van de eerste vertakking van
de trachea. De pleura wordt volledig gevuld met lucht dus het parenchym gaat een
minimaal volume aannemen. De koppeling met thoraxwand is niet meer aanwezig
waardoor er een asymmetrie optreedt
Spieren
o Diafragma: platte spier die door de abdominale inhoud voor een deel geprojecteerd
wordt in de thoraxholte
o Intercostale spieren: door de aanhechting van de externe intercostale spieren gaan
die de afstand tussen de ribben verkleinen bij contractie maar daardoor ook een
opwaartse beweging van heel de ribbenkooi = inspiratie
o Sternocleidomastoideus/scalenus: hechten aan van de schedel op het sleutelbeen en
de bovenkant van het sternum ondersteunt niet de ademhaling
Mechanica
De krachten tussen de thorax en de pleura houden de longen open
o De longen hebben de neiging om in te klappen en de thorax om uitwaarts te trekken
door de elastische terugslag. Bij evenwicht heffen de elastische terugslagen elkaar
op.
Inspiratie = actief proces
o Door de contractie van het diafragma en de externe intercostale spieren, zal het
volume vergroten en de druk verkleinen waardoor er lucht wordt aangezogen
Expiratie = passief proces
o Het uitademen gebeurt door de relaxatie van de ademhalingsspieren.
Weerstand in de luchtwegen
o Tijdens de inspiratie is de intrapleurale druk zeer laag. We gaan lucht aanzuigen, wat
leidt tot dilatatie in de luchtwegen waardoor de weerstand in de luchtwegen daalt.
Tijdens de expiratie is de intrapleurale druk positief. Er wordt lucht uit de longen
gezogen, wat leidt tot constrictie in de luchtwegen waardoor de weerstand in de
luchtwegen stijgt.
De neurogene controle van de bronchii
o Als de parasympaticus wordt gestimuleerd, zal Ach worden vrijgesteld, wat zorgt
voor bronchoconstrictie weerstand stijgt
2
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper BMWstudent19. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,48. Je zit daarna nergens aan vast.