Samenvatting Inleiding in de psychologie
Hoofdstuk 1
1.1.3
Pseudopsychologie: Niet-onderbouwende psychologische aannamen die als
wetenschappelijke waarheden worden gepresenteerd (b.v. grafologie of astrologie).
Leren om kritisch na te denken over informatie:
1. Wat is de bron?
2. Is de bewering realistisch?
3. Wat is het bewijsmateriaal?
Anekdotisch bewijsmateriaal: Getuigenis van enkele mensen als bewijsmateriaal
beschouwen. (Niet representatief).
4. Is er sprake van bias?
Emotionele bias: De conclusie laten beïnvloeden door een onderliggend gevoel,
passie, aanname, mening etc. van een individu.
Confirmation bias: Neiging om terug te denken aan gebeurtenissen die de aannamen
bevestigen, een conclusie verwachten en daardoor tegenstrijdige informatie
negeren/vergeten.
5. Zijn er veelvoorkomende denkfouten?
Correlatie-causaliteit-denkfout: Oorzaak en gevolg verkeerd in verband leggen.
6. Zijn er verschillende invalshoeken nodig?
Dubbelblind onderzoek: Proefpersonen en onderzoekers weten niet wie welke
behandeling krijgt.
1.2
De zes psychologische perspectieven:
1. Biologisch perspectief: René Descartes dacht na over het dualisme; de scheiding
tussen lichaam en geest. De focus ligt op het lichaam, gebaseerd op het
zenuwstelsel, endocrien stelsel en de genen. Moderne biologische psychologen
hebben de geest en lichaam weer samengevoegd; de geest is het product van de
hersenen.
Neurowetenschap: Gericht onderzoek op de hersenen d.m.v. scans.
Evolutionaire psychologie: Veel is te verklaren door overgeërfde neigingen.
Natuurlijke selectie: De best aangepaste organismen leefden langer en konden zich
meer voortplanten, waardoor de soort langzamerhand beter kon overleven.
2. Cognitief perspectief: Gebaseerd op innerlijke interpretaties, waarnemingen,
verwachtingen, herinneringen. Focussen op de processen binnenin de hersenen.
3. Behavioristisch perspectief: Het idee dat je alleen alles kan waarnemen vanaf de
geboorte en wat de persoon doet.
Tabula rasa: een onbeschreven blad dat alle vaardigheden, intelligentie, ervaring etc.
ontwikkeld vanaf de geboorte door de opvoeding. De fysieke stimuli, het
waarneembare is het enige betrouwbare in onderzoek, dus niet de geest. Vooral
focus op de consequenties ervan (straf of beloning). Veel invloed van de omgeving.
4. Perspectieven van de gehele persoon:
- Psychodynamisch: Sigmund Freud geloofde sterk in dat al onze cognitie uit het
onbewuste kwam (psychoanalyse). Die gedachtes komen naar boven d.m.v.
dromen en freudiaanse versprekingen.
, - Humanistisch: Carl Rogers en Abraham Maslow geloofden dat hoe je over jezelf
dacht en je emotionele en fysieke behoeften een grote invloed hadden op je
gedrag. Mensen hebben namelijk een vrije wil, die kunnen doen wat ze willen.
- Karaktertrekken en temperament: Verschillen in fundamentele eigenschappen die
zo een persoonlijkheid vormen.
- Ontwikkelingsperspectief: Gebaseerd op nature of nurture. Mensen ontwikkelen
zich op een voorspelbare wijze doordat ze simpelweg verschillend reageren op
verschillende momenten in hun leven.
- Socio-cultureel perspectief: Sociale invloed is het grootst, dus ook cultuur. Ze
nemen ook de kracht van de situatie mee in de conclusie, wat voorheen niet het
geval was.
Holistisch: Gedrag doorgronden d.m.v. alle perspectieven.
Rationalisme: Het denken was de enige manier om gedrag te doorgronden
Empirisme: Waarnemingen, ervaringen, gebeurtenissen zijn de enige bron van kennis bij een
persoon.
Introspectie: Kijken naar de emotionele en sensorische prikkels binnen de hersenen om zo
het gedrag te verklaren.
Structuralisme: Wilhelm Wundt dacht dat de menselijke geest als een soort periodiek
systeem geclassificeerd kon worden (de elementen van bewuste waarneming). Het waren
dus combinaties van verschillende processen.
Functionalisme: Focussen op de functie van het bewustzijn en op welke wijze mensen zich
aanpassen.
Behaviorisme: Het gedrag is gebaseerd op alle meetbare en waarneembare
omstandigheden. Alle reacties die te zien zijn daadwerkelijk betrouwbaar.
1.3
De wetenschappelijke methode: Procedure waarbij ideeën worden onderworpen aan
onderzoek. Daardoor kunnen ze bewezen of verworpen worden.
Empirisch onderzoek: Verzamelen van objectieve info door metingen gebaseerd
op sensorische ervaringen en observatie.
Hierdoor ontstaan theorieën: Toetsbare verklaringen voor verzameling feiten of
waarnemingen.
De vier stappen:
1. De hypothese ontwikkelen: Een specifiek idee of vermoeden verwoorden dat
falsificeerbaar (weerlegbaar) is. Alle variabelen moeten duidelijk zijn (slecht, goed,
beter, leuker zijn niet goed) Operationele definities.
2. Het toetsen van de hypothese: Objectieve data verzamelen. Er moeten een
experimentele groep en een controlegroep worden toegepast tijdens het onderzoek.
De onafhankelijke variabele: De factor die je verandert in het onderzoek om de
invloed ervan te onderzoeken.
De afhankelijke variabele: Het gevolg van de onafhankelijke en de uiteindelijke
uitkomst van de hypothese.
Randomisering: Mensen per toeval in een onderzoeksgroep plaatsen.
3. De hypothese accepteren of verwerpen: De resultaten analyseren, zijn ze significant
of niet.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper juliabrekelmans. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.