ECONOMIE
Inleiding
Hoe gaat het met de economie?
→ niet iedereen heeft er gevolgen aan gehad bv mensen die werken voor de overheid.
→ steunmaatregelen door de Belgische regering waardoor werkloosheid meeviel.
→ beurskoers na corona terug hersteld → goed signaal als de beurzen weer goed noteren, meer vertrouwen voor beleggers.
Als het goed gaat op de beurs, gaat het goed met de economie!
S&P → standards and poors (500 belangrijkste aandelen)
Een land is economisch gezond → wanneer de beurskoers sterk stijgt gedurende een periode
Mark-up verschil tussen prijs en variabele productiekost
Winstmarge 15% gestegen naar 85% in Amerika
Hoe? → innovatie, nieuwe producten aanbieden
Winst Amerikaanse bedrijf forst toegenomen maar helft van bedrijven geen toename van winst gekregen => bij andere helft wel genoten van de winst toename
→ topbedrijven hebben veel winst kunnen creëren
Hoe? → winst komt uit gebruiken door mankracht
grote bedrijven hebben veel middelen om die mankracht te beschermen om een soort monopolie te opbouwen.
Economie biedt je als wetenschappelijke discipline inzichten en methodes om geargumenteerde antwoorden te formuleren. Economische analyse maakt gebruik van
een ruime toolbox en biedt ruimte voor diversiteit, die we vinden in de praktische organisatie van moderne economieën. Tussen de rijkste landen zijn er belangrijke
verschillen in de structuur en werking van de economie, deze verschillen kunnen op lange termijn enorme gevolgen hebben.
Langetermijnevolutie van het bruto binnenlands product (BBP) per hoofd in geselecteerde landen (uitgedrukt in $)
→ evolutie van de rijkdom of het inkomen per hoofd van de bevolking in België, VS, Mexico en China.
Economen meten deze rijkdom obv BBP.
- Evolutie inkomen per hoofd (tussen jaar 1000-1800) → vlak verloop, mensen leefden in stationaire economie
(voedsel verkocht, geconsumeerd..) → maar welvaartsniveau bleef 800 jaar vlak
2 fenomenen:
Rijkdom in 4 landen tot 1800
China na 1800 niet rijker en tot 1970 bij armste landen ter wereld werd gerekend. Napoleon sprak rond 1800 zijn
ontzag uit voor het grote China: “Let China sleep, for when she wakes up, she will shake the world.”.
Rond 1800 was China even arm/rijk als de rest van de wereld, maar beschikte het wel over geavanceerde
technologieën en een enorme bevolking. In 1800 keken Europese staatslieden naar de ontwikkelingen in China,
maar rond 1900 had Europa geen interesse in arme China dat met moeite de eigen bevolking kon voeden.
Toenemende divergentie in de evolutie van de rijkdom na 1800. Eerste industrielanden manifesteerden zich
en de bevolking ervoer er jaarlijks een toename van de welvaart. industrialisatie bleef lang een geografisch
geconcentreerd fenomeen. Er ontstond ook een economische periferie waarin we de ontwikkelingslanden
vinden. Mexico was in 1800 al armer dan VS en deze inkomenskloof is altijd groter geworden. Mexico heeft toch
net als alle landen toegang tot belangrijkste technologieën. Mexico is intussen ook geïndustrialiseerd (blijft arm).
- Rond 1800 verandering: welvaart per hoofd begint te stijgen (zwarte lijn; Be, rode lijn. VS,
- Be laatste tijd in verticale omhoog (laatste 100 jaar ouders, grootouders: maatschappij radicaal verandert) -> onvergelijkbaar rijk geworden vooral laatste
100 jaar
- Westerse landen zijn die sprong beginne maken in 1850
- Mexico niet gereageerd gelijk westen -> pakweg 1900 stationair gebleven (maar is dan met sprongen welvaart gesprongen; maar hinkt enorm achterop)
→ blauwe lijn
- China ->in 1950 pas verticaal opgelopen ( pas later) China is factory - >China ontwikkeldste land rond 11de eeuw (bv buskruit, vuurwerk, meetkunde voor
scheepsvaarten ; al technologieën wat Europeanen niet konden ) -> enorme voorsprong , maar China had net veel gedaan
Europa bang voor China in die tijden -> als China mobiliseert (kracht leger) -> dan blijven we zo ver mogelijk weg (anders onrust in Europa) -> hoe komt
dat Westen sprong te maken in 1850 en de rest ter wereld niet
Hoe?
→ industriële revolutie
→ Westen en economie van de rest van de wereld (perifeer) → wat is essentie industriële revolutie: combinatie van technologieën (in textielfabrieken, spinmachines
als drijfkracht, meest belangrijke begin technologieën, stoom & sporen) → technologieën algemeen bekend in de tijd.
Wat gebeurde in GB en België?
→ 120j was BE zeer belangrijke technologische macht
→ Toen industriële spionage -> Franse benden die technologie van Britten stelen en omgekeerd Britten die technologie stolen van Duitsland
→ Iedereen die wou weten wist hoe fabrieken moesten werken, machines → niet geheim
→ In Europa een dynamiek en in andere landen niks (China wist wat allemaal bewoog in Europa: verkenden continu alles) → maar niks meegedaan
→ Stoommachine zeer belangrijk! -> uitgevonden in 1800 : daardoor revolutie ontstaan
Waarom is GB-revolutie als eerste begonnen?
→ niet alleen in GB alles gebeurt (eerst hier en daarna in verschillende andere Europese landen)
Hoe?
→ Stuk door werk James What
→ Al stoommachine maar veel steenkool gebruiken (rendement laag) -> james Whatt heeft vat stoommachine sterker gemaakt, hogere temperatuur bereiken, meer
Durk -> heeft het gepatenteerd (technologie gebruikt in moderne fabriek) -> voor het eerst grote hoeveelheden produceren
→ Fabrieken groter -> meer tewerkstellen en produceren
→ Iedereen wist dat maar niet iedereen deed hiermee
Boodschap?
→ technologie verandert maatschappij.
Tussen rijke landen onderling zijn er inkomstenverschillen. Inkomstenkloof tussen BE en VS is op lange termijn vrij stabiel. Als China het recente groeiritme aanhoudt,
zal het inkomen per hoofd er tegen 2030 hoger zijn dan in heel wat Europese landen.
Privaat eigendom, private bedrijven met beperkte aansprakelijkheid en vrij ondernemerschap zijn de fundamenten van het kapitalisme.
Er is meer dan 1 economische systeem om welvaart te maken.
Het meer complexe verhaal
Stoommachine kwam door Watt
Eerste fabrieken niet toen stoommachine kwam (eerste fabrieken in Italië (textielproducten, carnaval producten, vulpennen gemaakt)
Britten hebben dat gezien en hebben technologie meegepikt (fabrieken bouwen voor productie textiel)
Waarom bouwden Britten textielfabrieken (landbouwers werkten in winter voor textiel: handelaars kochten hun producten van de boer -> maar toen
kwam er bevolking stijging, vraag steeg (boeren hadden veel macht)
Halime Gadzhal
, Textieleigenaars vonden dit niet goed: willen niet afhankelijk blijven van boeren -> openden textielfabrieken waar werknemers een jaar lang konden
werken (zonder stoommachine) -> machines aangedreven door paardenkracht -> paard liep rond en machine bewoog (pk-auto komt van dat tijdskader)
Ook bv waterkracht (tribune gelegd -door stromend water in beweging)
Fabriek geen uitvinding van stoommachine was veel eerder! Men heeft niet gewacht op meer Watt zijn machine
30j later
Kunnen we paarden niet vervangen?
Organiseren fabrieksactiviteiten niks te maken met machine -> economische verandering, structuur bedrijven veranderen!
Waarom enkel in IR in GB?
Vroeger waren ze afhankelijk van anderen (voor hout)
Ze hadden tekort aan energieproducten -> men had niet genoeg hout, begonnen aan ontginning steenkool (geeft meer warmte per kilogram dan hout)
Probleem?
In Europa weinig steenkool dus steenkoolmijnen bouwen (hoe diep je gat hoe meer water -> oplossen door paarden (maar men zocht naar technologieën
om waterpompen te verbeteren -> daardoor stoommachine uitgevonden
Britten hadden nood aan dit!
IR
In beperkte maten afhankelijk nieuwe technologieën
Nieuwe organisaties , maatschappelijk revolutie mee de doorgevoerd door technologische veranderingen
Als het makkelijk is om economische groei te krijgen, waarom niet in de rest van wereld?
Britten hadden militaire technologie
we moeten kijken hoe een land innovatie organiseert? -> concept: 2 economen zei spreken over de Leviathan : Wat heeft de mens nodig om vooruitgang
te ervaren?
- Door WO 2 onstabiliteit -> klimaat dat innovatie mogelijk maakt, in chaotische omstandigheden geen plaats voor industrie (inspanning nodig, nijverheid!) -
> om ondernemerschap te hebben , heb je entiteit nodig om eigendomsrechten te beschermen bv. je start een zaak en iemand anders zegt vanaf nu is het
mijn zaak -> in zulke omgevingen ga je geen bedrijf opstarten
→ Sterke staat nodig die eigendomsrechten kan beschermen (monster die enorm veel macht heeft om bevolking te beschermen tegen maffia, misbreuk.)
-> eerste staatsconcept met als focus economische ontwikkeling
Staat moet helpen voor economische vooruitgang
In China heb je een staat die alles controleert en alles besloot -> in zulke staten geen plaats voor investeringen , private ondernemingen
Sterke staat , staat tegen nieuwe technologieën : verbood dat individuele zelf initiatieven konden nemen -> geen spoorwegen , geen moderne
technologieën (bewuste keuze!!!!)
Doe goede leviathan
→ getekend (leviathan luistert naar bezorgdheden van bevolking; bv wij willen experimenteren met nieuwe organisatie vormen) → China liet dit niet doen.
Waarom heeft Europa dit Leviathan ervaren?
1. We hebben dit te danken aan beleidscultuur → romeinse rijk was vroeger in onze streken de macht (keizer bepaalde alles : Romeinse keizer wou meer
macht en investeerde in infrastructuur ; bruggen bouwen, water irrigatie-> zeer centraal gezag die goed werkte)
2. Organisatie stammen → Franken hadden organisatievorm (hadden volkstribunaal; burgers kwamen samen , hadden geen baas) → cultuur franken
overleeft toen de Romeinen terugtrokken , dit is blijven hangen in verschillende Europese landen
Toen eerste staten ontstonden was er een comprimé cultuur ( volk die zelf keuzes maakt , bij industrialisatie heeft GB ze niet tegengehouden → balans
houden tussen Staat en bevolkingsgroepen) → in China had je dit niet: geen dialoog getolereerd)
Staat moet rekening houden met inspraak bevolking zelf → daarom kon Europese verhaal niet in rest van wereld gebruikt verspreid worden
Vrijheid geven aan bevolking niet alleen economisch ook politiek.
Technologie alleen is iets te eenvoudig ,( is zeer zelden alleen de oplossing)-> 1 factor heeft duidelijke oorzaken
We kunnen niet zeggen dat Britten zijn rijk geworden door stoommachine!
Echte verhaal wordt niet compleet vertelt-> opletten voor zeer eenvoudige verhalen
simplicity primeert (iedereen kan simpele problemen vinden ) disorderd complexity/ organized complexity
Warren Weaver : Je hebt 2 andere dimensies (complexiteit zonder oorzaak, we
3 Problemen weten niet hoe ze aan elkaar zijn gekoppeld)
Oorzakelijke factor, gevolg en resultaat bv. je drinkt
teveel -> en daarna ziek (dus minder drinken volgende Bv. hoe kan iemand altijd gelukkig zijn of hoe kunnen
dag) -> wat doen wij mensen graag? -> we zoeken we armoede elimineren
eenvoudige problemen (bv klimaatproblemen) VS heeft maatregelen genomen voor armoede ->
Brexit-> deel van de Britten vonden dat er veel maar toegenomen -> we willen problemen aanpakken,
buitenlanders waren die job kwam uitvoeren maar we maken het erger
→
→ Extreem complexe problemen -> niet zomaar oplossen (dat wil
niet beteken dat je niks mag doen) -> maar niet met 1 ding
oplossen (het valt te organiseren, er zit structuur der in)
→Bv . Klimaat (door CO 2 ) , we kunnen der iets aan doen! (aan
beginnen)
BBP per hoofd en andere welvaartsmaatstaven
Verband tussen het inkomen per hoofd en de samengestelde index van ‘well-being’ of welzijn, die oa rekening
houdt met kindersterfte, uitstoot van schadelijke stoffen en geletterdheid in een land.
Ons welbevinden neemt toe naarmate we rijker worden.
Bevolking in armste landen al 150j niet van een hoog niveau van welbevinden genieten. Gevolgen → zien we
dagelijks op tv.
In het rijke Westen genieten we dagelijks van onze rijkdom, ook in minder rijke landen zijn levensverwachting en
welbevinden relatief. → indrukwekkende palmares van economische ontwikkeling na 1800.
Wat betekent welvaart ( veel inkomens, Wat zijn we der mee?)
Well-being index : wat is levensverwachting, begaafd alfabetisering, kwaliteit onderwijs, toegang
infrastructuur , bevraging sociale welzijn-> kwantificeren
Men keek naar verband well being of geluk/ tevredenheid en inkomen per hoofd
Rond 1870 begonnen/ zwarte punten zijn verbanden toen voor 61 landen tussen well being en inkomen per
hoofd , hogere inkomensniveau zorgt voor hogere well being -> gemeten in 1870
Blauwe punten : veel landen met lage niveau well being -> inkomensniveau maakt niet veel niveau - >
inkomen maakt uit maar niet dominante factor
Hoger inkomens leiden tot meer well being
Halime Gadzhal
,Hoe?
→ in rijkste landen minst economische onzekerheid (bv je verliest job -> sociale beschermingsmechanisme : minder zorgen hebben)
→ risico’s zijn afgedekt → gevoel op kansen van progressieve belangrijke onderdeel well being.
Moeten we absoluut streven naar meer welvaart?
Niet, een rijke maatschappij kan mechanisme verzekeringen die onzekerheid kan verminderen
→ inkomen belangrijk, maar niet enigste factor die rol speelt.
Man (local, visser) geniet van de zon naast palmboom. Amerikaanse toerist begint gesprek met man.
Man (local) eindigt kort gesprek met de vraag
‘Wat denk je dat ik nu aan het doen ben?’
Reconstrueer dit korte gesprek (je hebt 5 min tijd) en gebruik hierbij het woord ‘investeer’.
(mogelijke antwoorden)
- Ik investeer in mijn welzijn
- Je moet investeren in andere dingen (meer boten, werknemers -> productie vergoten) -> doe iets meer
- Toerist komt aan bij local en ziet dat hij niet veel doet: meer ophalen, vangen , kapitaal bouwen die man zegt dan wat moet ik doen met die kapitaal<, -> beleggen en dan
kan je op een eiland tegen een palmboom leunen -> Lokaal zegt wat denk je dat ik nu aan het doen ben?
- Wanneer de Westerling 40 jaar gaat werken doet hij dat nu al
Moet je zeer rijk zijn om lang te zijn?
- rijkste landen hoogste levensverwachting
- verband zeer duidelijk: hoe rijker land hoe hoger levensverwachting.
verband tussen inkomen per hoofd en de levensverwachting in een aantal landen in 1950 & 2000.
- Levensverwachting neemt toe als de economische welvaart toeneemt.
Elementaire verklaringen → opkomst van een levensstijl met aandacht voor hygiëne en de uitbouw van moderne
systemen van gezondheidszorg.
- Verschillen in levensverwachtingen tussen allerrijkste en minder rijke landen zijn niet zo groot. Verschillen in
levensverwachtingen tussen allerarmste en allerrijkste landen zijn zoals verwacht zeer groot.
→Gezondheidszorg belangrijk (US duurste systeem van gezondheidszorg: wek duur)→ levensverwachting daalt
voor blanke mannen/ vrouwen maar stijgt voor donkeren/ Aziaten
Complex probleem (te maken met stabiele lonen , lage blanke groepen gaan achteruit!)
Rijk zijn als land betekent niet dat iedereen zelfde levensverwachting heeft ( 1% rijkste mannen leven 15 jaar
langer 1% rijkste vrouwen leven 8 jaar langer dan 10% armste vrouwen )
Andere elementen spelen ook
Blue zones
Zones waarvan we weten dat daar opvallend veel oude mensen actief en gezond blijven
leven (mensen met 90j die actief zijn bv fietsen)
Gezocht naar verklarende factoren door in blauwe zones (niks met inkomen te maken maar met
levensstijl, kijken naar kernmerken van die oude mensen)
Wat is belangrijk?
Niet roken
Familie
Men eet vooral groenten en fruit
Continu fysieke activiteiten (trappen op, fietsen) → levensstijl voeden
U leeft niet alleen voor uzelf → die doet klusjes voor je buren, vrijwilligerswerk
Elke dag groenten eten
Paar lokale factoren eten bv noten, wijn
→ andere landbouwcultuur door klimaat (liggen dicht bij zee, niet allemaal)
→ allemaal in zonnige gebieden
Evolutie van de atmosferische CO2-concentratie (in PPM)
Evolutie van CO2-concentratie.
Met onze rijkdom steeg ook de CO2-concentratie die verantwoordelijk is voor opwarming van aarde.
→ productie van economische welvaart is zeer energie-intensief en we gebruiken voornamelijk
fossiele brandstoffen. Bij de verbranding of het gebruik van fossiele brandstof komt CO2 vrij, die 100j
in onze atmosfeer blijft hangen. Economische rijkdom is C02-intensief en dat zal nog enkele decennia
zo blijven.
toekomstige generaties zullen geconfronteerd worden met een ingrijpende klimaatverandering.
→ kan zeer duur uitvallen en letterlijk disruptief worden.
Het huidige economische systeem biedt geen antwoord o deze globale ecologische uitdaging, we
moeten hard werken aan een duurzame economie.
Economische analyse is in de afgelopen decennia sterk geëvolueerd.
Bedrijven maken veel gebruik van fossiele brandstoffen -> koolstoffen , aardolie
(vloeibare koolstof), gas
CO2 blijft 100 jaar hangen
Klimaat gene milieuprobleem maar economisch probleem!
- Als klimaatverandering niet aangepakt -> is economische factuur 25% van het btw
- - Elke ramp verstoort bevoorraad ketening
Bv kijk naar Wallonië → door overstroming moeten veel mensen schade oplossen (kost veel geld, extra geld) → bedrijven kunnen niet beginnen met produceren
zonder klimaat op te lossen.
Klimaatverandering gaat economie veel veranderen tegen 2050? → krimping van 8% van economie Europa (Europa kan investeren in dijken , water controleren: in
beperkte mate getroffen worden → armere landen gaan harder getroffen worden : zijn kwetsbaar
Halime Gadzhal
, 1. Welvaart en marktevenwicht
Hoe gaat het met onze economie?
Veel bedrijven ondervinden vandaag grote problemen om geschikte werknemers aan te trekken.
Redelijk goed qua werkgelegenheid → veel vacatures, ook veel werklozen en niet actieven -> veel vacatures worden niet ingevuld
→ Leidt tot knelpuntberoepen (nu vooral in dienstensectoren)
- In Vlaanderen 45K vacatures die openstonden-> veel vraag naar human kapitaal (werk aan winkel)
Belgische economie is in het afgelopen kwartaal gegroeid met 0,4%. → goed, want economische groei zorgt voor meer jobs en hogere fiscale ontvangsten voor de
overheid.
regeringen geven meer uit dan ze ontvangen. → uitstaande overheids- en publieke schulden neemt toe. Factuur van deze schuld zal gedragen moeten worden door
de toekomstige generaties. Europese Commissie maakt zich grote zorgen over het Belgische begrotingsbeleid en dreigt frequent met procedures tegen BE.
Cijfers over werkloosheid, vacatures, groei en begrotingstekorten zijn belangrijk maar vertellen nooit het volledige verhaal.
Gezondheid van onze economie beoordelen we vanuit een holistisch perspectief.
Economen bestuderen vooral de creatie ban welvaart. → het gaat goed met onze economie vandaag.
Moderne economie: complexe systeem van productie en consumptie. Bedrijven, overheden en consumenten spelen diverse rollen in dit complexe systeem. Private
bedrijven produceren goederen en diensten en zorgen voor tewerkstelling. Overheden voorzien in het aanbod van publieke goederen en diensten, AK bij bedrijven
en stellen veel werknemers tewerk. Deze activiteiten en transacties gebeuren op markten, zoals markt voor goederen en diensten en arbeidsmarkt. Markten die
goed functioneren ondersteunen de economie. Overheden reguleren de economie en kunnen via fiscale beleid de economische activiteit aansturen. Consumenten
kopen goederen en diensten aan, betalen belastingen en vormen het menselijke kapitaal dat de economie doet draaien. Gezinnen investeren in de vorming en
scholing van hun kinderen en ondersteunen hierdoor de toekomstige economie. → als het goed gaat met onze economie, dan functioneert dit complexe systeem
goed. Onderscheid tussen werkveld van de econoom en van de bedrijfseconoom. Een bedrijfseconoom analyseert de operationele werking van de organisaties,
bedrijven en overheden. Economen bestuderen het globale economische systeem of belangrijke delen van het systeem. Zo analyseren arbeidseconomen de werking
van onze arbeidsmarkten. Uit hun analyses blijkt dat er vandaag zeer veel vacatures zijn, maar dat deze niet ingevuld raken omdat werkzoekenden niet beschikken
over de noodzakelijke vaardigheden of skills.
Wat is een goede economie nu?
Als die vandaag veel welvaart kan creëren en toekomstige economie (niet alleen kijken naar productie van vandaag/ kijken wat je opbouwt in je
economie)
Kijken naar onderwijs: menselijk kapitaal wordt hier gebouwd
Werk aan de winkel!
→ wat blijkt uit onze onderwijsprestatie ,dat die sterk achteruit gaat bv. begrijpend lezen ,vaardigheden (gemeten bij 10-jarigen)
Alarmsignaal die afgaat tot capaciteit begrijpend lezen bij 10-jarige (op internationaal niveau
Kwaliteit onderwijs gaat sterk achteruit -> lat lag lager met als gevolg de slechte resultaten
Volgens economen:
1) Te maken met organisatie onderwijs: geven te weinig autonomie aan leerkrachten ( in middelbaar zeggen wat in leerplan , op unief niet)
Landen met goede onderwijsprestatie hebben autonomie (zelf programma stellen), in Vlaanderen heeft iedereen exact hetzelfde
2) veel administratieve taken uitvoeren, veel motiveren -> minder tijd aan lesgeven
Global competitiveness index
World Economic Forum (WEF): organisatie dat werd opgericht in 1971 om een betere samenwerking tussen overheden en het bedrijfsleven te faciliteren.
World economic forum: Geeft altijd top (in Finland)
Wat doen ze precies?
→Maken rankschikking van competitiviteit van landen; hoe functioneert economie (niet alleen kijken naar rijkdom , ook kijken of landen investeren in onderwijs, is
staatsschuld niet te groot, zijn markten afgeschermd….. 150 indicatoren worden samen geanalyseerd) -> Be doet niet slecht eerst plaats 17 nu plaats 22
→Meetinstrument
GCI = global comperitiveness index, de beste landen in de ranking hebben een economie die vandaag zeer goed draait vanuit het welvaartsperspectief en die zich
bovendien goed voorbereidt op toekomstige evolutie en oppurtiniteiten. België op plaats 20 van de 137 = niet slecht maar andere Europese economiën doen beter.
Bv. Zwitserland op plaats 1, Nederland op plaats 4.
België kampt met:
Problematische macro-economische omgeving → zwakke begrotingsdiscipline
Hoge uitgaande schuld
Arbeidsmarkt werkt niet optimaal
Scoort wel goed op vlak van gezondheidszorg, kwaliteit basisonderwijs en sofisticatie van bedrijfsleven.
Daling van plaats 19 naar 20, het gaat goed met onze economie maar de trend is niet positief.
Chronische aandoeningen
- Bij corona geleerd; dat wie chronische aandoeningen heeft (diabetes.) → zeer kwetsbaar voor corona (oververtegenwoordigd in ziekenhuizen)
- Wat is nu fundamenteel?
→Grote deel chronische ziektes te vermijden (door gezonde voedingspatroon, alcohol consumptie matig blijft, veel bewegen → 80% chronische aandoeningen
verminderen)
→Chronische aandoeningen kosten veel 1/3 totale kosten van gezondheid
→Meer investeren in preventie: waardoor groeien van chronische aandoening vermeden wordt → maar 2% voor preventie
We moeten meer investeren in actieve preventie → heeft zeer hoge factuur voor gezondheidsfactuur.
Welvaart: een interdisciplinaire zoektocht
Economen bestuderen het ontstaan, de evolutie en de verdeling van economische welvaart.
Welvaartsanalyse is interdisciplinair en beperkt zich niet alleen tot de fysieke productie van materiële goederen en diensten.
Modern welvarend land streeft niet alleen naar een efficiënte economie maar ook naar een inclusieve maatschappij met een zo hoog mogelijk niveau van welzijn.
Dezelfde kansen en hoge levenskwaliteit voor iedereen
Vrije toegang tot onderwijs
Arbeidsmarkt
Gezondheidszorg
Huisvesting
Openbare voorzieningen
Socio-culturele netwerken
Ruime kennisinfrastructuur
Traditionele economische analyse → de ontwikkeling van de prijzen op de markten voor nieuwbouwwoningen, bestaande woningen en huurwoningen.
Indien de prijzen gelijk evolueren met de evolutie van inkomens → geen indicaties van speculatieve prijsevoluties
Kijken naar transactiekosten of belastingen bij aankoop of verkoop van een woning
- Hoge transactiekosten = minder snelle verkoop of aankoop → economische mobiliteit negatief beïnvloedt
Halime Gadzhal