Mediasociologie
maatschappijdeterministisch perspectief: welke bredere maatschappelijke processen, evoluties en
transformaties hebben invloed gehad op de ontwikkelingen van de media?
technologisch deterministisch perspectief: welke invloed hebben de media gehad op sociale
verhoudingen? Wat zijn de maatschappelijke gevolgen van de media?
Namen van auteurs heel goed kennen !!
Wat is mediasociologie ?
Bouwt voort op sociale theorie
Mediasociologen gebruikt sociale theorieen om te begrijpen
Jhon Thompson 2020 een update van zijn theorie van 1999 : aandacht voor sociologies behgrijpen en de
impact willen bergijpen. Dan moet je nagaan welke rol de media innemen in actie en interacte
processen. Gedragspraktijken axtie, en de interactie.
Bijvoorbeeld armoede;je kan er niet op inspelen, grotere beeld weergeven in media heeft invloed po
beleidskeuzes bv.
Rode draad: discussie tussen 2 concepten. Opkomst van de moderne samenleving, er zijn enkele dingen
die fundamenteel veranderen. Vanaf de moderniteit gaat dingen steeds sneller veranderen. Axeleratie,
het sneller veranderen van veranderingen. Technologische veranderingen hebben ook een grote invloed
en loopt voor op journalistiek , samenleving, … . aandacht blijven besteden aan dingen die niet zo snel
eranderen als men hadden gedacht.
voorbeeld : opkomst streamingplatformen zoals netflix, gaat het kijkgedrag van mensen fundamenteel
veranderen. De veranderingen zijn zichtbaar, maar niet zo zeer al men verwacht had.
Change – continuity
Links : communicatiewetenschappers, ficussen op wat nieuw is en wat veranderd, waar zijn de
transformatie, transitie. Sommige zien het als iets … . focus op het nieuwe zeer interessant, want het
heeft een impact. Netflix heeft invloed op emancipatie en weergeven van grepen die achter gelaten
werden in de mainstream media
Rechts : sociologen. Manufesteerd deze verandering ook echt op de werkvloer, …. . een lange termijn
visie. Bijvoorbeeld ongelijkheid op structureel niveau .
Niet 1 van de twee kiezen, eerder de dialectiek, het verschil en wisselwerking tussen de 2 visies
1
,Mediageneraties
Bouwt verder op karl manheim, genraties gedefinieerd. Bijvoorbeeld wij zijn generatie z. wij zij woke,
coronageneratie, millenials.
Het idee van generaties wordt sterk gekoppeld aan soort medialandschap en
mediatechnologiene waarin we opgroeien, geven ook vorm aan de generaties
Wij kunnen niet zonder en zijn onafhankelijk van media, we zijn pathologisch verbonden . wordt
bijna als ziekte gezien, zoals FOMO
1970 1980 1990 2000 2010
Evolutie van media schaarste naar media overvloed
We zijn altijd verbonden , always on . zelfs snachts houden we via media bij hoe goed we
geslapen hebben
Er is onvermijdelijk een impact. Wat is de lange termijn impact op ons dagelijks leven.
o Bijvoorbeeld; wat is de invloed op ons zelfbeeld, onze morele respons, social
movements.
Evolutie van eenvoud naar complextiteit
Algoritmisering is bijvoorbeeld zeer ingewikkeld
Het heeft een meer gecompliseerde impact op ons
Moeilijker om erbij stil te zijn
Belangrijke kwesie hoe mensen meeer mediageletterd maken ; veel complexer
Evolutie van traagheid naar snelheid
Niet meer enkel kiezen welke krant smorgen te kopen, continu keuzes maken
Zorgt ook dat wij in het dagelijks leven sneller moeten zijn.
We moeten snel reageren , bij onze grootouders was dat niet zo zeer
Defamiliarize the familiar
Het vertrouwde niet meer vertrouwt maken, het vanop afstand bekijken en niet meer vanzelfsprekend
maken.
Wat zit erachter, waarom gedragen we ons zoals we ons gedragen
Het vanzelfsprekende een beetje proberen in vraag te stellen.
Je moet het theoretisch kunnen uitleggen, niet enkel een observatie hebben en z-het zelf
ervaren. De verklaring is het belangrijkste
Leert ons datgene wat wij vanzelfsprekend, natuurlijk en onvermijdelijk achten in ons leven, te
problematiseren en te begrijpen in een ruimere sociale context
2
,Centrale invalshoeken
“There can be no modernity without the media. There can be no media without modernity.” – Richard
Barbrook
De twee zijn heel erg et elkaar verbonden
Focus op westerse samenmeving
Moderna samenleving 20ste-21ste eeuw
Westerse denkers
Inleiding
geeft een introductie tot media en mediatisering en het spanningsveld tussen mediumdeterminisme en
maatschappijdeterminisme.
1. Wat begrijpen mediasociologen onder media
1.1 Media als instellingen
Institutionele dimensies van communicatie
organisatie van technologische productie en distributie van media-inhouden
infrastructuur, middelen, hulpbronnen -industrieën
Organisatie van media inhouden en tech. We kunne veel zelf opnemen en maken, euforisch
discours, met opkomst van media. Iedereen kan mediamaker zijn.
Charimatische rollen die opgekomen zijn
Meer UGC
Alles waar industrien op draaien en beroep op doen, vermijden dat iedreen zomaar toegang kan
hebben
Er zijn nogsteeds zeer veel gatekeepers en moderators die het engagement
Machtsinstellingen in de samenleving
Macht : definitie van thompson
Het vermogen om in je eigen belang te kunnen handelen en je eigen doelen te kunnen najagen
Het vermogen om te kunnen interveniëren in het verloop van de gebeurtenissen en op die manier de
uitkomst van gebeurtenissen te kunnen beïnvloeden en sturen
Probeert vanuit een metaperspectief te begrijpen hoe media interageren met samenleving
Hij heeft typologieën uitgewerkt die nog steeds nuttig en toepasbaar zijn.
Wanneer heeft iemand macht
o Als je in eigen belang kan handelen , is nooit absoluut, je moet et veel rekening houden.
o Jonge kinderen hebben niet veel macht, ze worden gegidst door ouder of leerkrachten.
o School is ook een machtsinstelling : proffen hebben macht om een cijfer toe te kennen
en je te beoordelen.
3
, Toegepast op media
Kunnen media in eigen belang handelen
Kunnen ze interveniëren. Vanuit eigen belang , maar ook vanuit macht van de smaneleving.
Politiek economisch belang bijvoorbeeld.
Meer specifiek
4 types / typologieën van macht : vaak ook een beetje van elk typologie
o Symbolische macht
o Politiek
Een soort contract tussen politieke spelers en burgers. Keuze is gebasseerd obv het
aanvaarden van politieke autoriteiten. Zelfs degene die anti-politiek zijn hebben de gunst
om
o Economisch
Finaciele hulpmiddelen hebben, degene die het kapitaal bezit heeft economische macht.
Deze macht voeren ze uit door te lobbyen, schandalen in de doofpot steken
o Dwangmacht
Gewapende macht, iemand opsluiten bijvoorbeeld. Zeer negatieve connotatite
Media als machtsinstelling
4