Psychomotorische ontwikkeling
1)De sociaal-emotionele ontwikkeling
= het ontwikkelen van de persoonlijkheid en de sociale vaardigheden, omvat de reacties van
het kind op de omgeving
• Groeiwetten:orde en chaos
• Afhankelijk van
• neuro + sensomotorische ontwikkeling van bepaalde organen en van de
neurologische rijpheid van de corticale structuren
• Omgeving
• Situationele context
• Aard van het kind
Inleiding
Persoonlijkheidsontwikkeling
= de ontwikkeling van de eigen aard/persoonlijkheid, doorzettingsvermogen, interesse voor
mensen en dingen en de alertheid. Het kind zal zich hierdoor kunnen onderscheiden van de andere
Sociale vaardigheden
= het communicatief vermogen van het kind, proces waarbij het kind de kennis en
vaardigheden verwerft doe hem in staat stellen te functioneren als een effectief individu binnen een
groep, is afhankelijk van de aard en temperament van het kind
o Motorisch actieve kind
o Psychisch actieve kind
o Zich traag ontwikkelende kind
Het motorisch actieve kind
= gekenmerkt door zijn bewegingslust, een snelle grove motorische ontwikkeling door
- Voeding
Drinkt gulzig en hapt veel lucht. Wil de tepel niet loslaten zonder protest en drinkt daarom te veel
- Wieg
Hevig protest bij ongemak, blijft nooit liggen zoals hij erin is gelegd
- Bad
Trappelt spoedig in bad, vind het leuk, wil er niet uit => protest
- Spel
Gooit alles uit de box
,Het psychisch actieve kind
= geestelijke ontwikkeling verloopt sneller dan de lichamelijke, zeer gevoelig voor indrukken,
Bij oververmoeidheid gaat het kind driftbuien krijgen, hij slaapt weinig of toont een gebrek aan
eetlust (duurt tot het evenwicht is terug gevonden)
- Voeding
Drinkt niets tot het rustig is, snel afgeleid
- Wieg
Kan niet slapen door geluiden, emoties, te veel licht. Behoefte aan rust en regelmaat voor veiligheid
- Bad
Beantwoord moeders gepraat vrolijk vocaliserend en bellenblazend
- spel
kan zelfstandig spelen en onderzoekt graag
het zich traag ontwikkelende kind
= “natuurlijke luiheid” meer afhankelijk van een normaal verloop van hun
spijsverteringsfuncties, zijn sneller in hun geestelijke ontwikkeling dan hun lichamelijke(-motorische)
ontwikkeling
Ze zijn motorisch sneller dan geestelijke ontwikkeling. Hun reactie op vermoeidheid/niet-tijdige
verzorging is meestal ongedurigheid en onrust (houd langer aan)
- voeding
geniet van de voeding en valt vaak al aan de tepel of speen in slaap, gulzig en stop met eten als de
ouder stopt met geven van voeding,
- wieg
heeft weinig of geen last van lawaai en heeft opvallend goed ontwikkeld gevoel voor tijd
- bad
verweert zich tegen onhandigheid, geniet er gezapig van in bad te liggen, protesteert tegen
warmte/kou
- spel
heeft soms kleine aanmoediging nodig om tot spelen te komen, oefent zich in zelfstandig spelen en
onderzoekt graag
→ geen strikte indeling, vaak overlappingen, de beoordeling hangt af van de reactie van de
omgeving op het kind. Het kind ontwikkeld in interactie met de ouders en zijn omgeving een
bepaalde gedragsstijl, op basis van zijn aangeboren temperament
,Ontwikkeling van de sociale contacten
0-40 weken Alleen contact met de ouders
Voelt zich als het ware één met hun.
Bemoediging van de ouders zorgt voor de basis
van het zelfvertrouwen van het kind
algemene gerichtheid op mensen
28-40 weken Een specifieke hechting tussen het kind en zijn
ouders/verzorgende
ontwikkeling van éénkennigheid
52 weken Vermindering van eenkennigheid, specifieke
hechting met andere mensen (grootouders)
kind leert zich hechten aan andere en voelt zich
ook veilig
meerkennigheid
24 maanden Toenemend contact met andere kinderen,
merkt dat andere kinderen hem kunnen
hinderen. Kind speelt niet samen
parallelspel
36 maanden Goed ontwikkelde contacten met andere
kinderen en volwassenen. Kind ervaart dat er
op andere plekken andere regels gelden. Kind
gaat samen met andere kinderen spelen
samenspel
48 maanden Kind leert speelsgewijs omgaan met sociaal
gedrag (rollenspellen)
60 maanden Huisdieren als vrienden, beroepen leren kennen
Ontwikkeling van zelfstandig eten
- geboorte: reflexmatig
- 12 weken: bewust zuigen en slikken
- 16 weken: herkent fles, werkt actief mee
- 28 weken: doet alsof hij fles vasthoud
- 32 weken: spelen met de fles, drinkt uit beken, houd lepel vast
- 40 weken “zelfstandigheid”, eet zelf brood & helpt beker vast te houden
- 48 weken: eet met vingers (duim en wijsvinger)
- 52 weken: “willetje”
- 15 maanden: kan kopje vasthouden en zelf drinken
- 18 maanden: kan eten met een lepel
- 2 jaar: eten met een vork
- 3 jaar: eet goed met een lepel
- 6 jaar: kan eten met mes & vork
, Ontwikkeling van zindelijkheid
= kan getraind worden, neurologische rijping van blaas- en darmfuncties en
feedbackmechanisme, invloed van nature & nurture
o Rijping zenuwstelsel
o Afhankelijk van instelling ouders en reactie omgeving
Zindelijkheid voor urine Zindelijkheid voor ontlasting
3 fases
1. Reflexfase 1,5 jaar
= duurt 18 maanden, blaas leegt zich bij een = ziet ontlasting als een deel van zichzelf, als
bepaalde hoeveelheid urine vies beschouwen
2. Bewustwordingsfase 2,5 jaar
= kind leert het aandranggevoel in verband te = minder belangstelling voor ontlasting
brengen met plassen en merkt dat hij/zij nat is 3 jaar
3. Beheersingsfase = 50% zindelijk
o Perifere beheersing 5 jaar
= kind leert om gedurende korte tijd de plas op = 100% zindelijk
te houden door bewust zijn
bekkenbodemspieren aan te spannen
o Centrale beheersing
= kind is in staat om zelf te bepalen waar en
wanneer hij wil plassen
Affectieve-dynamische ontwikkeling
Lees samenvattend deel
Sensopatisch spel
= het affectief-dynamische kadert zich binnen zijn sensopatische zijnswijze. Het kind begint
met een activiteit omdat hij hier zin in heeft en zal ermee stoppen als hij het beu is geworden
Gemeenschapsspel
= het kind wil deelgenoot zijn van groep, maken samen afspraken die subjectief getint zijn,
egocentrisme staat centraal