Samenvatting Bedrijfseconomie voor de Horeca deel 1 | Hoofdstuk 5 Directe en indirecte kosten
Samenvatting Bedrijfseconomie voor de Horeca deel 1 | Hoofdstuk 3 Inslag
Samenvatting Bedrijfseconomie voor de Horeca deel 1 | Hoofdstuk 2 Kostensoorten
Alles voor dit studieboek (5)
Geschreven voor
Rijn IJssel (RIJ)
Horeca Manager Ondernemer
Bedrijfseconomie voor de Horeca
Alle documenten voor dit vak (10)
Verkoper
Volgen
anoumellink
Ontvangen beoordelingen
Voorbeeld van de inhoud
Bedrijfseconomie voor de
Horeca
Hoofdstuk 4: Constante en variabele kosten
Een ander woord voor de totale kosten is integrale kosten.
Je kunt kosten verdelen in verschillende soorten:
Constante kosten zijn kosten die afhankelijk zijn van de productieomvang of
omzet. Bijvoorbeeld: huur van het pand, verzekeringen, afschrijvingskosten en
rentekosten. Deze kosten MOETEN betaald worden, ongeacht de omzet.
Variabele kosten zijn de kosten die afhankelijk zijn van de bedrijfsdrukte
(omzet). Bijvoorbeeld: inkoopkosten en een deel van de personeelskosten. Variabele
kosten variëren en hangen samen met de omzet.
Er zijn altijd kosten die een ondernemer standaard heeft. Dit zijn de constante kosten.
Formule constante kosten per product of dienst = C (constante kosten) : N (normale
productie).
De normale productie het aantal producten of diensten dat onder normale
omstandigheden naar verwachting in de komende jaren gemaakt wordt.
Vaste kosten wil zeggen dat de kosten onafhankelijk zijn van de productieomvang. Dit
betekent niet dat de vaste kosten niet kunnen veranderen. Rentekosten kunnen bijvoorbeeld
per periode veranderen.
Binnen capaciteitsgrenzen blijven de constante kosten gelijk. Wordt de capaciteit
uitgebreid, dan stijgen de constante kosten.
Variabele kosten hangen samen met de productieomvang. De variabele kosten zijn te
verdelen in:
Proportioneel variabele kosten variabele kosten die evenredig stijgen of dalen
met de productie.
Degressief variabele kosten variabele kosten die per product afnemen naarmate
de productie toeneemt. Bijvoorbeeld: ondernemer krijgt korting bij grotere inkopen
bij leverancier.
Progressief variabele kosten variabele kosten die per product harder stijgen dan
de productie zelf. Bijvoorbeeld: loonkosten bij overuren.
Formule kosten per product of per dienst = V (variabele kosten) : W (verwachte werkelijke
productie).
De standaardkostprijs bestaat uit de constante en variabele kosten per eenheid product
of per dienst. Je telt deze twee kosten bij elkaar op.
Formule standaardkostprijs = C : N + V : W
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper anoumellink. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.