100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Collegeaantekeningen Inleiding in de Onderwijswetenschappen 22-23 €4,79   In winkelwagen

College aantekeningen

Collegeaantekeningen Inleiding in de Onderwijswetenschappen 22-23

 42 keer bekeken  8 keer verkocht
  • Vak
  • Instelling

Dit zijn de collegeaantekeningen van de colleges in .

Voorbeeld 3 van de 16  pagina's

  • 15 maart 2023
  • 16
  • 2022/2023
  • College aantekeningen
  • Veldman
  • Alle colleges
avatar-seller
Aantekeningen inleiding
onderwijswetenschappen
College 1
Lezen literatuur + leerling centraal opdracht voor donderdag

Onderwijs is geïnstitutionaliseerde en geprofessionaliseerde socialisatie.
Geïnstitutionaliseerd: in bepaalde instellingen, gebonden aan regels (formeel)
Geprofessionaliseerd: gegeven door daartoe opgeleide mensen (professionals)
Socialisatie: inleiding/overdraging cultuur, voorbereiding op te vervullen rol

Onderwijskunde gaat ook over problemen, zoals leerproblemen, fysieke/verstandelijke beperkingen,
thuiszitters, gering succes van Friezen, allochtonen en leerlingen uit lagere SES. Ook over falende
scholen of minder functionerende leerkrachten.
Wetenschapsgebied dat zich richt op leren en instructie binnen grote variatie aan formele en informele
contexten. Formeel is bijvoorbeeld in een klaslokaal, de biebbus is meer informeel. Ook formele
contexten verschillen, want unitonderwijs of Fins onderwijs is bijvoorbeeld heel anders dan Chinees of
Koreaans onderwijs.

Onderwijskundig referentiekader: soort denkschema om naar verschillende vormen van onderwijs te
kijken. → Meta-analyse. Pas vanaf effectgrootte Cohens d’ = .40 is effectief (benchmark). Kritiek is
dat er alleen wordt gekeken naar wat leidt tot betere leerprestaties.
3 niveaus:
 Macroniveau: niveau van de samenleving en landelijk beleid
 Mesoniveau: niveau van de school (organisaties)
 Microniveau: niveau van de klas (leraren en leerlingen in de klas)

Op elk niveau zijn er verschillende dimensies:
 Actoren → daadwerkelijke personen, op microniveau lerende & leerverantwoordelijke
(concreet). Hoe “hoger” het niveau, hoe vaker het een functie/organisatie is (bv PO-raad,
minister van onderwijs).
 Context (alles vindt in een bepaalde setting/context plaats)
 Begeleiding (op elk niveau ook begeleiding, bv begeleiding van leerkrachten)
 Organisatie (bv schooltijden)
 Leeractiviteiten
Microniveau: hoe leert een leerling/wat is de invloed van interacties tussen leerkracht-leerling, werkt
een anti-pestprogramma?
Mesoniveau: wat is een goede school? Hoe kun je leerkrachten beoordelen? Hoe kunnen leerkrachten
van elkaar leren?
Macroniveau: hoe monitort overheid de onderwijskwaliteit? Hoe moet het onderwijs leerlingen
voorbereiden op de maatschappij? Wat is de rol en invloed van de overheid?

Associate degree = combi praktisch & theoretische opleiding voor werkende mensen die een hbo
opleiding ernaast willen doen - zit als het ware tussen mbo en hbo, maar je krijgt een hbo diploma.

4 functies onderwijs:
 Kwalificatie: studenten kennis laten opdoen
Onderwijs → arbeidsmarkt. Trend laatste jaren: zelfregulerend vermogen & leven lang leren. Nadruk
basisvaardigheden (taal/rekenen) & 21e eeuws vaardigheden, zoals techniek & samenwerken).

,In beroepsonderwijs (mbo & hbo) veel veranderingen: decentralisatie en meer autonomie voor
instelling en meer betrokkenheid bedrijfsleven. Beschreven competenties + eindtermen voor
kwalificatie specifiek beroep.
 Socialiseert: inleiden in bepaalde cultuur
Omgangsvormen (tutoyeren bv), opvoedende taak (leefstijlprogramma’s e.d.), denominatie
(visie/geloofsovertuiging van een school), burgerschapsvorming (wet sinds 2006 dat scholen iets van
burgerschap moeten overbrengen), omgang culturele diversiteit (toename culturele verschillen, hoe ga
je daarmee om en hoe geef je aandacht aan iedere cultuur?).
 Persoonsvorming: individuele ontwikkeling
Individualisering van de leerling (ontwikkeling van identiteit en uniciteit leerling) → eigen kwaliteiten
en talenten.
 Differentiatie: verschil maken tussen leerlingen
Selecteren (toewijzen aan verschillende onderwijsprogramma's) en alloceren (toewijzen aan sociale
posities in de maatschappij). Kinderen komen op verschillende plekken terecht in het
onderwijssysteem dus het maakt verschil. Hoe goed worden kinderen voorbereid op een positie in de
maatschappij?

Kwalificatie, socialisatie en persoonsvorming gebeurt sowieso op scholen, maar de vraag is hoe goed
scholen dat doen.



College 2 - de leerling centraal
Argumenten om onderwijs aan te laten sluiten op behoeften kind:
 Betere aansluiting bij wat kinderen kunnen/willen (flexibilisering/maatwerk)
 Gelijke kansen in het onderwijs
 Betere prestaties (talenten beter benutten)

4 verschillende invalshoeken op leerling centraal:
 Leerling centraal als doel van het onderwijs
 Leerstofgericht onderwijs (kennis/leerstof staat centraal)
 Leerlinggericht onderwijs
 Ontwikkeling leerling bepaalt doel onderwijs
 Leerling bepaalt zelf doel onderwijs
 Leerling centraal in de vormgeving van het onderwijs
 Bewust verschil maken in het onderwijs
 Differentiatie: rekening houden met verschillen (intern binnen de klas, extern
scheiden in aparte groepen e.d.)
 Regie aan leerling geven
 Leerling centraal in organisatie onderwijs
 Thema’s als schaalvergroting (scholen samenvoegen), strategisch handelen
(geld/efficiëntie → hoger advies geven in groep 8 voor betere statistieken) en
beslissingsniveau (wie beslist er?)
 Leerling centraal in onderwijsstelsel
 Flexibele leerroutes, ontschotting (maatwerk), meer keuzevrijheid//regie leerlingen in
bepaalde omgeving (bv Randstad meer keuze dan in Meppel).

Twee spanningsvelden:
individuele wensen vs maatschappelijke belangen
keuzevrijheid vs kansengelijkheid (homogene scholen, al vroeg scheiden in niveaus)

Onderwijsraad: leerlingen moeten zich blijven leren verhouden tegenover anderen en in de pluriforme
samenleving.
Micro- en macrobelangen lopen niet altijd parallel.

, Overkoepelend advies Onderwijsraad: verlies maatschappelijke belangen niet uit het oog bij het
centraal stellen van de leerling. Maatschappelijk belang gaat voor individueel belang.



College 3
Onderwijs heeft een belangrijke rol in de maatschappij, want het zorgt voor kwalificatie, socialisatie
en persoonsvorming (kritisch denkende burgers).
Overheid bemoeit zich op 3 niveaus met het onderwijs:
 Landelijk (onderwijswetgeving, controle op functioneren van scholen/kwaliteit → inspectie
van onderwijs)
 Provinciaal (bijv. maatregelen m.b.t. krimp, zoals apart vervoer)
 Gemeentelijk (leerplichtwet uitvoeren, huisvesting scholen)
Drie groepen beleidsinstrumenten:
1. Wet- en regelgeving (machtsmiddel): bijv. burgerschapsvorming
2. Financiering (ruilmiddel): bijv. stimuleringsprogramma excellentie
3. Overtuiging of moreel appèl (overredingsmiddel): verzoek van minister aan de directeur om
eigen inkomen te verlagen o.i.d.
Mate van overheidsbemoeienis verschilt:
 Tijdsbeeld (na WOII bij wederopbouw veel bemoeienis, na een tijd een kentering met meer
autonomie voor scholen. Momenteel spanning en discussie, vooral over kwaliteit)
 Opvattingen over verhouding overheid/maatschappelijk leven
 Economische omstandigheden (economische voorspoed veel bemoeienis, recessie minder
bemoeienis)
 Soms vanuit overheid zelf meer (want meer functies gecreëerd in overheid)
 Druk op overheid vanuit maatschappelijk leven


Grondwetsartikel 23
1. Onderwijs voorwerp van aanhoudende zorg der regering. Men vindt het onderwijs zo
belangrijk, dat de overheid ervoor moet zorgen. De overheid heeft dus een zorgplicht.
2. Geven van onderwerp is vrij behoudens het toezicht. Iedereen die wil, mag een school
oprichten. Als je hiervoor geld vanuit de overheid wil krijgen, is er controle vanuit de
overheid. Leerkrachten moeten bijvoorbeeld bekwaam zijn.
3. Openbaar onderwijs bij wet geregeld. Openbare scholen worden vanuit de overheid opgericht
en ze zijn levensbeschouwelijk neutraal (niet-katholiek o.i.d.). Bijzondere scholen zijn
opgericht vanuit particulier initiatief, vaak vanuit religieuze visie, bijvoorbeeld een christelijke
school. Aparte categorie: bijzondere algemene school = particulier opgericht, maar
levensbeschouwelijk neutraal, vaak een onderwijskundig concept volgen (montessori/jenaplan
e.d). Een daltonschool bijvoorbeeld kan zowel openbaar als bijzonder zijn, maar het hangt af
van de manier van oprichten.
4. Voldoende openbaar algemeen onderwijs Overheid moet zorgen voor voldoende openbaar
onderwijs. Alle kinderen moeten een plek kunnen vinden op een passende school.
5. Eisen deugdelijkheid. Scholen moeten aan bepaalde eisen voldoen, kwaliteit moet goed zijn.
Bij bijzondere scholen is er iets meer vrijheid.
6. Deugdelijkheid vrijheid van het bijzonder onderwijs betreffende de keuze der leermiddelen en
de aanstelling der onderwijzers. Het bijzondere onderwijs mag, zolang er genoeg vraag is,
ieder concept aannemen. Christelijk onderwijs mag bijvoorbeeld ook zelf kiezen om alleen
christelijke leerkrachten aan te nemen.
7. Bijzonder algemeen vormend lager onderwijs. Openbare en bijzondere scholen krijgen op
dezelfde manier geld.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

√  	Verzekerd van kwaliteit door reviews

√ Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper rixt1. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,79. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 62890 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen

Laatst bekeken door jou


€4,79  8x  verkocht
  • (0)
  Kopen