Leerpad C – specifieke interventiestrategieën –
dementie
1. aanzet tot goede begeleiding
- Tovenaar: wereld beleven door de ogen van de persoon met dementie en
vermijden van iatrogene benaderingen
- Detective: aangrijpingspunten zoeken in de omgeving om dichter bij de
beleving te komen en een negatieve beleving te verklaren, dus de persoon
zo goed mogelijk kennen
- Timmerman: verschillende methodes en technieken om tot een individueel
zorgplan te komen
- Harlekijn: we delen een lach en plezier, we verspreiden vreugde, we zijn
creatief, delen energie en de last
1.1 medisch model
⟹ dementie wordt beschreven als hersendegeneratie, in dit model domineert de
neuropathologische en neuro-chemische beschrijving van dementie: de
veranderingen in organische substraat, de hersenen, staan centraal en behandeling
is vaak een synoniem van farmacotherapie
- Kritiek: medisch model is een eenzijdig mechanistisch mensbeeld, de mens
wordt gezien als een ingewikkelde machine en ziekte (of niet werken van de
machine) die slechte gevolgen heeft zoals dood, invaliditeit
- Defect-model: medisch model wordt vaak als een defect model gezien
waarbij de defecten worden gedefinieerd tegen de achtergrond van een vaak
impliciete en absolute norm, mensen met dementie worden gezien als
onhandelbaar
1.2 gevolgenmodel
⟹ georiënteerd op revalidatie van cognitieve functies
- Vragen zoals hoe de persoon met dementie het beleeft zorgde voor de
vorming van het psychosociaal model
1.3 psychosociale theoretische kaders
1.3.1 persoonsgerichte belevingsgerichte zorg – Verdult
⟹ belevingsgerichte begeleiding heeft te maken met de emoties van dementerende
mensen en grondhouding van empathie, echtheid en onvoorwaardelijke aanvaarding
- Maar ook waarin het existentiële verval dat dementerende mensen
doormaken, wordt herkend en erkend
- Proces van dementeren betekent lijden van de dementerende mens met
toenemende angst en daaruit vloeiende
onzekerheid als basisgevoel
- 4 factoren om de belevingswereld beter te
begrijpen:
o De ervaring van het dement worden: er blijft
besef van emotionele en lijfelijke sensaties,
volgens Verdult leidt besef van verlies van ID,
autonomie en verbondenheid tot angst
1
, o Omkering van de levensloop of retrogenese: mensen leven meer in
het verleden, de oude emoties en herinnering duiken op
o Effect van institutionalisering: waarbij
de opname/verblijf in een instelling
gezien kan worden als een traumatische
ervaring
o Verandering van de persoonlijkheid:
de persoonlijkheid is eerder verscherpt
dan radicaal verandert
1.3.1.1 de ervaring van dement worden
⟹ mensen met dementie worden dagelijks geconfronteerd met de groeiende
onmogelijkheden, ze lopen tegen hun achteruitgang aan, ze ervaren de dingen die
ze niet meer kunnen → er komt een vaag en onbestemd aanvoelen van de
aftakeling
- Wat staat er dan centraal?: verlies identiteit en angst staat centraal
- Bedreigde ik: er is een bedreiging die uitgaat van de beginnende
achteruitgang, het is een angstig gevoel dat hoort bij een onzekere toekomst
‘wat is er aan de hand en wat staat er mij te wachten’
o Façadegedrag: smoesjes, uitvluchten en rationalisaties gaan de
onzekerheid en toenemende falen verbergen → vorm van vermijden
dat de oudere niet onbeperkt kan blijven doorzetten, uiteindelijk zullen
er verliezen ontstaan (lichamelijk, persoonlijk en sociaal)
o De demente mens verliest zichzelf en daarbij hoort rouw, hierbij
hoort eerst ontkenning en daarna reacties zoals opstandigheid,
verdriet.
o Centrale belevingskenmerk: heen en weer slingeren tussen
ontkennen en toelaten
o Basisstrategie: steun bieden bij pijnlijke gevoelens door actief te
luisteren naar en te reageren op gevoelens van verdriet
- Verdwaalde ik: er komt plaats voor toenemende angst, dat steeds een
basisgevoel wordt, paniek en ontreddering komen nu sneller voor, angst wordt
gevoed door controleverlies en identiteitsverlies
o Basisstrategie: nood aan houvast die ze zoeken bij mensen, situaties,
bepaalde rituelen, zoeken van voorwerpen
- Verzonken ik: persoon komt meer in isolement, eigen wereld, ze raken
afgesneden van zijn omgeving en van zichzelf
o Centrale belevingskenmerk: prototaxische ervaringswijze, waar er
geen besef meer is van tijd en ruimte, verbondenheid met dingen of
met mensen, geen ervaring van zichzelf als te onderscheiden van de
omgeving
o Basisstrategie: contact bieden en dit moet nabijheid inhouden, vaak
zonder woorden
1.3.1.2 de omkering van de levensloop
⟹ de omkeringsthesis lijkt ook van toepassing op de aftakeling van het episodische
geheugen en motorische aftakeling. Er is ook sprake van een emotionele
retrogenese waarbij oude emoties opduiken door elementen in het heden
2