Samenvatting - Z&E Duits (Hans Verboven)

Hoofdstuk 1: lidwoorden en zelfstandige
naamwoorden
Der Mannelijk
Die Vrouwelijk
Das Onzijdig


Begeleidende woorden en uitgangen
Groep 1

De/de/het/de Der Die das Die
Deze Dieser diese dieses Diese
Menige mancher Manche Manches manche
Elke Jeder jede jedes Jede
Welke welcher welche welches Welche
Zulke solcher solche solches Solche
Die jener jene jenes Jene
Alle Aller alle Alles alle
Beide Beide


Groep 2

Een Ein eine ein
Geen kein keine Kein Keine
Mijn mein meine mein Meine
Jouw Dein Deine dein Deine
Zijn Sein seine sein Seine
Haar ihr ihre ihr Ihre
Ons unser unsere unser Unsere
Jullie euer eure euer Eure
Hun ihr ihre ihr Ihre
Uw ihr ihre ihr Ihre


Uitgang is afhankelijk van 3 factoren:

- Woordgeslacht
- Naamval
- Getal (enkel, meervoudig)

Groep 1

m v o Mv
N Dieser Diese / die Dieses / das Diese / die
A Diesen Diese / die Dieses / das Diese / die
D Diesem Dieser Diesem Diesen
G Dieses Dieser dieses Dieser

, Groep 2

m v o Mv
N Mein Meine mein Meine
A Meinen meine mein Meine
D meinem meiner meinem Meinen
G meines meiner meines Meiner


Het woordgeslacht
Taaleigenwoorden: woorden die sterk op elkaar lijken of woorden die van dezelfde stam afkomen

Leenwoorden: woorden uit andere talen geleend

 Woordgeslacht wordt overgenomen uit de brontaal

Taaleigenwoorden:
Woorden die op dezelfde vorm teruggaan hebben grotendeels hetzelfde geslacht in het Nederlands
en het Duits

HET woorden  DAS

Mannelijk volgens betekenis
- Seizoenen
- Maanden
- Dagen
- Windrichtingen
- Gebergtes
- Namen van alcoholische dranken
- Vruchten
- Muntsoorten
- Automerken
- Apparaten en gereedschap
- Steensoorten
- ….


Mannelijk volgens vorm
- Werkwoordstammen (=inf min -EN)
- Woorden op -IG, -ICH, -ING
- Persoons/ beroepscategorieën op -E



Vrouwelijk volgens betekenis
- Cijfers
- Boom- en plantensoorten
- Germaanse rivieren
- Muziekinstrumenten
- Motorfietsen
- Vliegtuigen
- Ruimteveren
- Schepen