Arbeids- en organisatiepsychologie
Overzicht cursus
Actualiteit:
Zelfmoord tussen de iPhones, de werkomstandigheden bij Foxconn:
Foxconn: produceren onderdelen voor Apple in China.
Werkomstandigheden waren enorm slecht: minimumloon, moeten verhuizen van
platteland, veel zelfmoorden binnen het bedrijf.
Oplossing: niks veranderd aan werkomstandigheden, maar netten rond het gebouw
gehangen om mensen op te vangen die van het gebouw springen.
è Welke visie op de werkende mens heeft men als er zoiets ondernomen wordt?
Moderne slavernij bij Zalando:
Zalando: veel mensen uit Polen laten overkomen om te werken voor een hongerloon in
grote sorteercentra. De werknemers worden samengetroept in een soort Centerparcs
huisjes, er staan bewakers in de magazijnen om te controleren of men snel genoeg werkt,
toiletten in het midden van het magazijn.
174 slachtoffers van mensenhandel op werf in Antwerpse haven, en de teller loopt:
Borealis: bouwen een grote site met onderaannemers. Mensen zonder papieren werden er
tewerkgesteld die lange dagen maakten, waren 7/7 aan het werk, paspoorten werden
afgenomen.
è Wat denk je dat mensen waard zijn als je zoiets doet?
Waarom zoveel werknemers in stilte hun ontslag geven:
Mensen hebben niet veel zin om de zekerheid van hun werk op te geven.
Silent quitting: wanneer een werknemer de inspanningen terugbrengt tot een laag pitje en
weinig doet, maar niet vertrekt. Is passief aanwezig op het werk.
Ophef over uitspraken werknemer Google: “Mannen zijn biologisch geschikter voor de top
dan vrouwen”:
Google heeft een manager ontslagen omdat hij van mening was dat vrouwen niet biologisch
geschikt waren voor de top in een organisatie.
è Zijn er bepaalde kenmerken die maken dat iemand een betere leider is?
è Welke mechanismen weerhouden vrouwen of mensen van een andere etniciteit om door
te groeien?
VUB voert quotum in: 1 op de 3 professoren moet een vrouw zijn:
De overheid legt soms quota op voor de arbeidsmarkt, maar VUB heeft dit zelf gedaan.
Netflix lets its staff take as much holiday as they want, whenever they want - and it works:
Men kon onbeperkt vakantie nemen, zolang de opdrachten afgewerkt werden.
Verwachting: het werk wordt efficiënter.
Resultaat: werknemers namen minder vakantie omdat ze het zagen als een soort competitie.
Oplossing: bedrijven stellen de eis om een minimum aantal vakantiedagen op te nemen.
1
,Nieuwjaarsreceptie met bonussen in Chinees bedrijf:
Idee achter de maatregel: mensen werken o.w.v. het geld, zorgt ervoor dat je harder werkt.
Waarom? Niet enkel voor het geld, maar ook voor de status die erbij komt kijken.
Minder loon voor de ideale job? 1 op 4 zegt ‘ja’!:
Geld is belangrijk, maar toch niet alles.
Overzicht cursus arbeids- en organisatiepsychologie:
• Inleiding en situering
• Basisdeterminanten van gedrag
• Diversiteit op het werk
• Arbeidsmotivatie- en satisfactie
• Autonome werksystemen en jobdesign
• Leiderschap
• Werving en selectie
2
, Hoofdstuk 1: Inleiding en situering
1. Afbakening
De A&O-Psychologie bestudeert:
• Hoe het gedrag van mensen verandert onder invloed van verschillende activiteiten
die de werkgever, het bestuur of een andere autoriteit in een organisatie
ondernemen.
• De invloeden van het gedrag van werknemers op de organisatie.
Twee richtingen: hoe de onderneming effect heeft op de werknemer EN hoe de werknemer
effect heeft op de onderneming.
werknemer organisatie
Twee belangrijke elementen in de A&O-Psychologie:
1. De werknemer staat centraal in de A&O-Psychologie.
2. Een organisatie is een al dan niet geformaliseerde structuur waarbinnen mensen zich
begeven, al of niet bewust doelgericht.
A&O-Psychologie behoort eerder tot de toegepaste psychologie en hanteert concepten,
theorieën en technieken die vanuit een aantal andere psychologische domeinen zijn
ontleend:
• Biologische psychologie: bv. erfelijkheid.
• Cognitieve psychologie: bv. waarneming en verwerking in de hersenen.
• Sociale psychologie: bv. de invloed van mensen op mensen (A&O).
• Persoonlijkheidspsychologie: bv. matching binnen een groep of verschillende
persoonlijkheden.
è Toch zijn er een groot aantal specifieke theorieën en technieken in de A&O-Psychologie
die o.w.v. de praktische toepassingen ontwikkeld werden. Deze zijn vaak directer toepasbaar
op de ‘real-life’ problemen uit het werkveld.
De A&O-psycholoog heeft mogelijk impact op het organisatiebeleid, op topmanagers, maar
ook op andere betrokken partijen (bv. werknemers) waarmee gewerkt wordt.
3
,2. Historische en maatschappelijke evoluties
De A&O-Psychologie is niet zomaar uit zichzelf ontstaan, maar is het gevolg van een aantal
historische en maatschappelijke evoluties:
• Filosofie:
Descartes, Bacon, Kant, … hebben uitspraken gedaan over de mens en zijn handelen.
Deze ideeën staan aan de basis van de psychologie in het algemeen en dus ook van de
A&O-Psychologie.
2 belangrijke denkers:
o Plato:
§ Beschrijft ideale staat als plaats waar individuen die taken toegewezen
krijgen waarvoor best geschikt.
§ Stelt: geen twee personen exact gelijk geboren; mensen verschillen qua
natuurlijke begaafdheden.
§ Stelt militaire geschiktheidstests op om soldaten van ideale Staat te
selecteren.
o Juan de Dios Huarte y Navarro:
§ Grote individuele verschillen.
§ Verschillende beroepen vereisen verschillende vaardigheidspatronen.
§ Belang van goede professionele diagnostiek door de staat, zodat men
jongeren kan verplichten het kennisdomein te bestuderen waarvoor
meest geschikt.
• Voordeel voor staat: juiste mensen op juiste plaats.
• Voordeel voor individu: geen tijd en moeite verspillen.
• Natuurwetenschappelijke methode:
o Centraal staat hierbij de volgende experimentele aanpak:
o Bv. Milgram experiment:
§ Observatie: hoe komt het dat mensen in staat zijn tot vreselijke dingen
(WOII)?
§ Hypothese: mensen zijn niet intrinsiek slecht, maar wanneer er een
autoriteit aanwezig is, dan is men geneigd om die autoriteit te volgen.
§ Toetsing: een proefpersoon die deel uitmaakte van een leerexperiment
moest in een labo een andere persoon dingen aanleren. Wanneer deze
een fout maakte, moest de proefpersoon een elektrische schok geven aan
de andere persoon.
§ Resultaat: 65% van de proefpersonen ging door tot 450 volt (dodelijk).
§ Aanvaarding hypothese: wanneer er een autoriteit aanwezig is, zijn
mensen minder kritisch en aanvaarden ze wat er van hun verwacht wordt.
4
,• Maatschappelijke ontwikkeling/sociale invloeden:
Ontstaan van de moderne staat, de verstedelijking, de industrialisatie, de
technologisering en de daaruit voortkomende ‘nieuwe’ sociale problemen. Mensen
traden toe tot structuren en organisaties. Hierdoor werd het sociale leven sterk
beïnvloed en ontstond er een nieuwe dynamiek.
è Nood aan een psychologie van de werkende mens.
• Humanisme:
Het humanisme heeft voor een hernieuwde aandacht voor de mens gezorgd (meer
nadruk op het hier en nu). Men verdiepte zich in bijzondere groepen personen zoals
kinderen en geesteszieken.
• Eerste academische ontwikkelingen:
o 1876: Wilhelm Wundt:
Stichter eerste psychologisch laboratorium: bv. waarneming, reactietijden.
Twee methodologische elementen stonden centraal:
§ Experimentele methode: a.d.h.v. observatie, hypothese, toetsing en het
al dan niet aanvaarden van de hypothese.
• Probleem: bepaalde variabelen die men wil manipuleren zijn
moeilijk te isoleren en dus niet direct apart te variëren.
§ Introspectie: proefpersonen moeten vertellen wat ze gevoeld, gedacht
hebben bij de uitvoering van de proeven.
• Probleem: de validiteit van deze techniek is een pijnpunt
aangezien de resultaten moeilijk te controleren zijn.
• Arbeidspsychologie – consumentenpsychologie:
o 1901: Walter Dill Scott:
§ Toespraak over psychologie en reclame: experimenteel onderzoek
kwam hier weinig aan bod. Hij gaf zijn eigen reflectie over hoe hij
dacht over reclame en hoe hij dacht dat hij daardoor beïnvloed werd.
§ Voor eerst commerciële activiteit linken aan psychologische inzichten.
o 1912: Hugo Münsterberg:
§ Psychology and industrial efficiency (boek).
§ Toepassen van empirisch - natuurwetenschappelijke methode op
selectie van werknemers: bv. trambestuurders en telefoonoperatoren.
è Aanzet tot de selectiepsychologie.
5
,3. Situering van de A&O-psychologie
De verschillende onderdelen van de A&O-Psychologie kunnen schematisch worden
weergegeven:
mens
producent consument
mens-arbeid mens-mens
arbeids- organisatie-
ergonomie psychologie psychologie
CENTRAAL: interesse voor de mens.
Ten eerste gebeurt de opsplitsing tussen het menselijk gedrag gericht op twee
complementaire activiteiten, nl. produceren of consumeren:
• Producent: de mens die werkt, produceert binnen een organisatie.
• Consument: de mens die het geproduceerde consumeert (economische psychologie).
Binnen de A&O-Psychologie, gericht op de producent, kunnen verder twee invalshoeken
worden onderscheiden:
• Mens/mens relaties: onderwerpen die te maken hebben met interpersoonlijke
contacten. Omvat de centrale topics van de sociale psychologie (≠ verder behandeld).
• Mens/arbeid relaties: de relatie tussen werknemers in functie van hun
werkomgeving.
Binnen de mens/arbeid relaties onderscheiden we volgende onderwerpen:
• Ergonomie: afstemmen van de arbeidsomgeving op de mens en zijn mogelijkheden.
Men weet wat de sterktes en de zwaktes zijn van de mens. ‘Fitting the job to the
man’. Bv. macro-ergonomie waarbij de organisatie wordt aangepast aan de noden
van de mens zoals toestellen om zware dingen te heffen in een productieomgeving.
• Arbeidspsychologie: aanpassing van de mens aan de arbeidssituatie. ‘Fitting the man
to the job’. Bv. selectie waarbij de functie als een gegeven wordt beschouwd en er
gezocht moet worden naar een persoon die bij die functie past, motivatie, opleiding.
• Organisatiepsychologie: de studie van het gedrag bij het samenzijn van mensen in
een organisatie. Bv. onderzoek van groepsgedrag, organisatiestructuren, leiderschap.
6
, 4. Methodologische invloeden op de A&O-Psychologie
Differentiële psychologie: staat onder andere voor het in kaart brengen van verschillen
tussen mensen, voor het meten van eigenschappen en hun verschillen (bv. intelligentie),
voor instrumenten toegepast op de personeelsselectie, enzovoort.
Men ging proberen de meest geschikte persoon voor een bepaalde activiteit te zoeken.
è Aanzet voor de tijd- en bewegingsstudies.
Een aantal belangrijke onderzoekers binnen deze evolutie:
• Galton, Pearson:
o Sterke interesse in individuele verschillen
o Experimentele methode
o Ontwikkelen van statistische technieken (gemiddelde, standaardafwijking,
correlatie)
o Basis voor selectiepsychologie
• McKeen Cattell, Binet & Simon, Terman, Yerkes:
o Individuele verschillen in cognitieve vaardigheden
o Intelligentietests
• Guilford, Cattell:
o Individuele verschillen in persoonlijkheid
5. Evolutie van het maatschappelijke beeld over de mens in een arbeidssituatie
Hoe is het beeld op de werkende mens geëvolueerd doorheen de jaren?
< 20ste eeuw: slaafse werknemer:
• Werknemer volgt slaafs instructies en heeft geen eigen mening.
5.1 De rationeel-economische mens
De rationeel-economische mens:
• Werknemer heeft vooral rationeel-economische motieven
• Taylor, scientific management
• Gilbreths, time and motion studies
Taylor - Scientific management:
• Werkmethoden moeten gebaseerd zijn op wetenschappelijke principes.
• Selecteer, train en ontwikkel elke werknemer op een wetenschappelijke manier.
• Zorg ervoor dat de geplande werkmethode gevolgd wordt.
• Managers analyzeren en plannen, werknemers voeren uit.
7