Interveniëren in complexe situaties bij sociaal
functioneren
Student naam
Student nummer
Opleiding SWB profiel zorg
Titel EVL 4.1 Complexe situaties
Code EVL SWB41D17
Datum van inleveren 30-11-2021
Versie (eerste kans of ELV 4.1 versie 1
herkansing)
,Inhoudsopgave
Inleiding ................................................................................................................................................ 4
1.0 Casuïstiek ...................................................................................................................................... 5
1.2 Huidige situatie ........................................................................................................................ 5
1.3 Probleemstelling...................................................................................................................... 6
1.4 Doelstelling van mevrouw ..................................................................................................... 6
1.5 Hulpvraag van mevrouw ........................................................................................................ 6
1.6 Ingezette interventies ............................................................................................................. 6
2.0 Systeemanalyse ........................................................................................................................... 7
2.1 Structuur .................................................................................................................................... 7
2.1.1 Rollen en posities ............................................................................................................ 7
2.1.2 Patronen ............................................................................................................................. 7
2.1.3 Grenzen............................................................................................................................... 8
2.1.4 Coalities/triades ................................................................................................................ 8
2.1.5 Hiërarchie ........................................................................................................................... 8
2.1.6 Regels ................................................................................................................................. 8
2.2 Interactie- en communicatieprocessen ............................................................................. 8
2.2.1 Inhoud en betrekkingsniveau ....................................................................................... 8
2.2.2 Interpunctie ........................................................................................................................ 8
2.2.3 Feedback ............................................................................................................................ 9
2.2.4 Complementaire/symmetrische interactie................................................................. 9
2.3 Context ....................................................................................................................................... 9
2.4 Mogelijke hypotheses ............................................................................................................ 9
2.5 Mogelijke doelen.................................................................................................................... 10
2.6 Systeemgerichte interventies ............................................................................................ 10
3.0 Onderbouwing en verantwoording ....................................................................................... 10
3.1 Beladen thema: huiselijk geweld theoretisch kader .................................................... 11
3.2 Methodisch handelen ........................................................................................................... 11
3.3 Leefgebiedenlijst ................................................................................................................... 12
3.4 Het ecogram van mevrouw ................................................................................................. 12
3.5 De dialoog ............................................................................................................................... 13
3.6 Motiverende gespreksvoering ........................................................................................... 13
3.7 Meerzijdige partijdigheid ..................................................................................................... 13
3.8 Confronteren........................................................................................................................... 14
3.9 Herkaderen .............................................................................................................................. 15
3.10 Circulair vragen ................................................................................................................... 15
2
, 3.11 Loyaliteit ................................................................................................................................ 16
3.12 Interventie gericht op het creëren van veiligheid: Meldcode huiselijk geweld .. 16
4.0 De beeldopname ........................................................................................................................ 17
5.0 Reflectie op de systeemgerichte interventies en vaardigheden................................... 18
5.1 Handelen .................................................................................................................................. 18
5.2 Terugblikken ........................................................................................................................... 18
5.3 Bewustwording ...................................................................................................................... 19
5.4 Alternatieven........................................................................................................................... 19
5.5 Uitproberen ............................................................................................................................. 19
6.0 Ethische overwegingen en dilemma’s ................................................................................. 20
Literatuur ............................................................................................................................................ 22
Bijlage 1: Leefgebiedenlijst ........................................................................................................... 25
Bijlage 2: Het balansmodel van Bakker ..................................................................................... 27
Bijlage 3: Het ecogram van mevrouw ......................................................................................... 28
Feedbackformulier leerwerkbegeleider...................................................................................... 30
3
, Inleiding
In dit verslag wordt de casus van een 85-jarige mevrouw uitgewerkt. Het sociaal
functioneren van mevrouw is in kaart gebracht met behulp van de leefgebiedenlijst (bijlage
1). Ook is er gekeken naar de belemmerende en bevorderende determinanten die het
sociaal functioneren van mevrouw beïnvloeden. Daarvoor is het balansmodel van Bakker
gebruikt. Het balansmodel is opgenomen in bijlage 2. Daarnaast is het sociale netwerk van
mevrouw in kaart gebracht door middel van een ecogram (bijlage 3).
Mevrouw is op 17 juli 2021 opgenomen in het ziekenhuis wegens urosepsis met shock ten
gevolge van een obstruerende uretersteen aan de rechterkant. Daarnaast heeft mevrouw
hoge koorts, klachten van aandrang en een frequent, pijnlijke mictie gehad, waarbij de
verdenking op een urineweginfectie (uwi) aanwezig was. Verder heeft mevrouw een ernstige
vorm van COPD, namelijk fase 3 en hypertensie (hoge bloeddruk). Daarnaast heeft
mevrouw een Coronary Artery Bypass Grafting (CABG)-operatie gehad. Daarboven is zij
gediagnosticeerd met mammacarcinoom waardoor er een lumpectomie is uitgevoerd. Na
een revalidatieproces heeft mevrouw de revalidatiedoelen behaald en volgens een
multidisciplinair team is mevrouw ‘ontslag klaar’; ze kan terugkeren naar huis.
In ELV 4.1 wordt er samen met mevrouw en haar netwerk een systeemanalyse gedaan,
waarbij de systeemgerichte interventies worden toegepast en een beladen thema tijdens dit
proces bespreekbaar wordt gemaakt.
TriviumMeulenbeltZorg (TMZ) is een zorginstelling die zich inzet voor kwetsbare ouderen. Bij
mensen thuis en in de zorglocaties wordt onder andere verpleging, verzorging, begeleiding
en personenalarmering geboden. Vanuit mijn functie als zorgbemiddelaar bij TMZ te
Hengelo ben ik verantwoordelijk voor het regelen van de transitie van de afdeling naar huis
voor de geriatrische revaliderende cliënten. Dit betekent dat ik de zorg thuis of in de
vervolglocatie in samenspraak met de cliënten en op advies van een multidisciplinair team
coördineer. Geriatrische revalidatiezorg (GRZ) betreft kortdurende, geïntegreerde
multidisciplinaire zorg, gericht op het verwachte herstel van het functioneren en de
maatschappelijke participatie bij ouderen na een acute aandoening of functionele
achteruitgang. Bij geriatrische revaliderende cliënten is er sprake van ‘comorbiditeit’,
‘kwetsbaarheid’ en een relatief hoge leeftijd. Daarnaast hebben geriatrische revaliderende
cliënten frequent problemen op het gebied van communicatie, gedrag, algemene dagelijkse
levensverrichtingen, mobiliteit en stemming.
In hoofdstuk 1 omschrijf ik de casuïstiek van het gezin waarbij ik mijn systeemgerichte
interventies ga toepassen. Ik vermeld hierbij de huidige situatie, probleemstelling,
doelstelling en de hulpvraag van mevrouw. In hoofdstuk 2 werk ik de systeemanalyse uit
naar aanleiding van hoofdstuk 1. Dit doe ik volgens de systeemtheorie van Pont. Naar
aanleiding van de analyse doe ik enkele hypotheses. Aansluitend daarop omschrijf ik welke
mogelijke doelen voor verandering kunnen zorgen. In hoofdstuk 3 beschrijf ik de interventies
die ik heb ingezet. In hoofdstuk 4 omschrijf ik een korte toelichting op een filmfragment
waarin ik een beladen thema bespreekbaar maak. Dit filmfragment is een simulatie van het
daadwerkelijke gesprek dat heeft plaatsgevonden. Hoofdstuk 5 betreft een reflectie op mijn
toegepaste interventies en mijn verbeterpunten. In hoofdstuk 6 is mijn dilemma beschreven.
4
functioneren
Student naam
Student nummer
Opleiding SWB profiel zorg
Titel EVL 4.1 Complexe situaties
Code EVL SWB41D17
Datum van inleveren 30-11-2021
Versie (eerste kans of ELV 4.1 versie 1
herkansing)
,Inhoudsopgave
Inleiding ................................................................................................................................................ 4
1.0 Casuïstiek ...................................................................................................................................... 5
1.2 Huidige situatie ........................................................................................................................ 5
1.3 Probleemstelling...................................................................................................................... 6
1.4 Doelstelling van mevrouw ..................................................................................................... 6
1.5 Hulpvraag van mevrouw ........................................................................................................ 6
1.6 Ingezette interventies ............................................................................................................. 6
2.0 Systeemanalyse ........................................................................................................................... 7
2.1 Structuur .................................................................................................................................... 7
2.1.1 Rollen en posities ............................................................................................................ 7
2.1.2 Patronen ............................................................................................................................. 7
2.1.3 Grenzen............................................................................................................................... 8
2.1.4 Coalities/triades ................................................................................................................ 8
2.1.5 Hiërarchie ........................................................................................................................... 8
2.1.6 Regels ................................................................................................................................. 8
2.2 Interactie- en communicatieprocessen ............................................................................. 8
2.2.1 Inhoud en betrekkingsniveau ....................................................................................... 8
2.2.2 Interpunctie ........................................................................................................................ 8
2.2.3 Feedback ............................................................................................................................ 9
2.2.4 Complementaire/symmetrische interactie................................................................. 9
2.3 Context ....................................................................................................................................... 9
2.4 Mogelijke hypotheses ............................................................................................................ 9
2.5 Mogelijke doelen.................................................................................................................... 10
2.6 Systeemgerichte interventies ............................................................................................ 10
3.0 Onderbouwing en verantwoording ....................................................................................... 10
3.1 Beladen thema: huiselijk geweld theoretisch kader .................................................... 11
3.2 Methodisch handelen ........................................................................................................... 11
3.3 Leefgebiedenlijst ................................................................................................................... 12
3.4 Het ecogram van mevrouw ................................................................................................. 12
3.5 De dialoog ............................................................................................................................... 13
3.6 Motiverende gespreksvoering ........................................................................................... 13
3.7 Meerzijdige partijdigheid ..................................................................................................... 13
3.8 Confronteren........................................................................................................................... 14
3.9 Herkaderen .............................................................................................................................. 15
3.10 Circulair vragen ................................................................................................................... 15
2
, 3.11 Loyaliteit ................................................................................................................................ 16
3.12 Interventie gericht op het creëren van veiligheid: Meldcode huiselijk geweld .. 16
4.0 De beeldopname ........................................................................................................................ 17
5.0 Reflectie op de systeemgerichte interventies en vaardigheden................................... 18
5.1 Handelen .................................................................................................................................. 18
5.2 Terugblikken ........................................................................................................................... 18
5.3 Bewustwording ...................................................................................................................... 19
5.4 Alternatieven........................................................................................................................... 19
5.5 Uitproberen ............................................................................................................................. 19
6.0 Ethische overwegingen en dilemma’s ................................................................................. 20
Literatuur ............................................................................................................................................ 22
Bijlage 1: Leefgebiedenlijst ........................................................................................................... 25
Bijlage 2: Het balansmodel van Bakker ..................................................................................... 27
Bijlage 3: Het ecogram van mevrouw ......................................................................................... 28
Feedbackformulier leerwerkbegeleider...................................................................................... 30
3
, Inleiding
In dit verslag wordt de casus van een 85-jarige mevrouw uitgewerkt. Het sociaal
functioneren van mevrouw is in kaart gebracht met behulp van de leefgebiedenlijst (bijlage
1). Ook is er gekeken naar de belemmerende en bevorderende determinanten die het
sociaal functioneren van mevrouw beïnvloeden. Daarvoor is het balansmodel van Bakker
gebruikt. Het balansmodel is opgenomen in bijlage 2. Daarnaast is het sociale netwerk van
mevrouw in kaart gebracht door middel van een ecogram (bijlage 3).
Mevrouw is op 17 juli 2021 opgenomen in het ziekenhuis wegens urosepsis met shock ten
gevolge van een obstruerende uretersteen aan de rechterkant. Daarnaast heeft mevrouw
hoge koorts, klachten van aandrang en een frequent, pijnlijke mictie gehad, waarbij de
verdenking op een urineweginfectie (uwi) aanwezig was. Verder heeft mevrouw een ernstige
vorm van COPD, namelijk fase 3 en hypertensie (hoge bloeddruk). Daarnaast heeft
mevrouw een Coronary Artery Bypass Grafting (CABG)-operatie gehad. Daarboven is zij
gediagnosticeerd met mammacarcinoom waardoor er een lumpectomie is uitgevoerd. Na
een revalidatieproces heeft mevrouw de revalidatiedoelen behaald en volgens een
multidisciplinair team is mevrouw ‘ontslag klaar’; ze kan terugkeren naar huis.
In ELV 4.1 wordt er samen met mevrouw en haar netwerk een systeemanalyse gedaan,
waarbij de systeemgerichte interventies worden toegepast en een beladen thema tijdens dit
proces bespreekbaar wordt gemaakt.
TriviumMeulenbeltZorg (TMZ) is een zorginstelling die zich inzet voor kwetsbare ouderen. Bij
mensen thuis en in de zorglocaties wordt onder andere verpleging, verzorging, begeleiding
en personenalarmering geboden. Vanuit mijn functie als zorgbemiddelaar bij TMZ te
Hengelo ben ik verantwoordelijk voor het regelen van de transitie van de afdeling naar huis
voor de geriatrische revaliderende cliënten. Dit betekent dat ik de zorg thuis of in de
vervolglocatie in samenspraak met de cliënten en op advies van een multidisciplinair team
coördineer. Geriatrische revalidatiezorg (GRZ) betreft kortdurende, geïntegreerde
multidisciplinaire zorg, gericht op het verwachte herstel van het functioneren en de
maatschappelijke participatie bij ouderen na een acute aandoening of functionele
achteruitgang. Bij geriatrische revaliderende cliënten is er sprake van ‘comorbiditeit’,
‘kwetsbaarheid’ en een relatief hoge leeftijd. Daarnaast hebben geriatrische revaliderende
cliënten frequent problemen op het gebied van communicatie, gedrag, algemene dagelijkse
levensverrichtingen, mobiliteit en stemming.
In hoofdstuk 1 omschrijf ik de casuïstiek van het gezin waarbij ik mijn systeemgerichte
interventies ga toepassen. Ik vermeld hierbij de huidige situatie, probleemstelling,
doelstelling en de hulpvraag van mevrouw. In hoofdstuk 2 werk ik de systeemanalyse uit
naar aanleiding van hoofdstuk 1. Dit doe ik volgens de systeemtheorie van Pont. Naar
aanleiding van de analyse doe ik enkele hypotheses. Aansluitend daarop omschrijf ik welke
mogelijke doelen voor verandering kunnen zorgen. In hoofdstuk 3 beschrijf ik de interventies
die ik heb ingezet. In hoofdstuk 4 omschrijf ik een korte toelichting op een filmfragment
waarin ik een beladen thema bespreekbaar maak. Dit filmfragment is een simulatie van het
daadwerkelijke gesprek dat heeft plaatsgevonden. Hoofdstuk 5 betreft een reflectie op mijn
toegepaste interventies en mijn verbeterpunten. In hoofdstuk 6 is mijn dilemma beschreven.
4
