Vertalingen, Tekstaantekeningen, Achtergrond en Vragen
Toetstof; H5, H8 vanaf pagina 100 ,H9, H10, H11, H17 (voorzover van toepassing), H18 (voorzover van toepassing)
5 De Punische Oorlogen
– 264-241; Eerste Punische oorlog: Romeinen winnen slag op zee
– 225-226; Ebro-verdrag
– 221: Hasdrubal wordt vermoord >> Hannibal wordt ooperbevelhebber
– 219; Hannibal valt Saguntum aan
– 218; Hannibal verovert Saguntum = oorlog
– 218-201: Tweede Punische Oorlog
– 216; Slag bij Cannae; Nederlaag voor Romeinen>> Mago, broer van Hannibal, brengt het bericht van
de overwinning en vraagt om versterkingen. Zorgt voor Discussie tussen Mago, Himilco en Hanno.
Carthaags senaat besluit wel om versterkingen te sturen.
– Na Cannae; Romeinse bondgenoten in Zuid-Italie lopen over naar Hannibal. Hannibal veroverde Capua
en Tarente >> later terug veroverd door Romeinen
Syllabus
- Ab Urbe Condita;
- -Gekenmerkt door aantal redevoeringen en verhalende vorm
- Schrijfwijze Livius;
- Gebruikt exempla (voorbeelden uit het verleden) >> deze mannen hadden
dapperheid (virtus), wijsheid (sapientia), rechtvaardigheid (iustita) en
mildheid (clementia) >> blijvende bron van inspiratie worden
- Doel; na wreedheden en wanorde van alle burgeroorlogen de grootheid
van het Romeins verleden laten zien; herstel van normen en waarden
- Lijkt als ondersteuning te zijn geschreven van de hervormingspolitiek van Augustus
- Directe reden; speeches
- Visie laten zien dmv personages
- Lactea Urbas (Romige overvloedigheid)
= lange zinnen, met veel detail (zo'n zin = periode)
- Enargeia = levendige voorstelling (Bijv. Herrinering delen)
- Voortgaande Historici
- GR; 5e eeuw; Herodutus, Thucydides
- R; Sallustius (Einde R Rebupliek)
- Het romeins moraal is neerwaarts
- Ambitio; persoonlijk eerzucht ipv eensgezindheid
- Avatoria; hebzucht ipv gematigdheid
– Romeinen
- Annalystisch; tabulea pontificium
- Niet objectief >>> Als propaganda gebruiken
- Concentratie op Rome (grote daden van helden beschrijven)
- Moraliserende tendens (Ambitio (eerzucht) / Avertio (hebzucht) >>> ondergang)
- Politieke inslag
- Virtitutes = van belang
- 2e Punissche oorlog = kantelpunt.
- Tweede punische Oorlog
- Omslagpunt; Benoeming van Scipio als opperbevelhebber in spanje.
,Eisen van geschiedschrijving
- moet betrouwbaar en van literaire kwaliteit zijn
- Moet de ongepolijste oude tijd (rudem vustatem) verbeteren
- Geschiedschrijving is een vorm van kunst
- Livius voldoet aan Cicero's eisen;
- Geschiedschrijving moet kalm, vloeien en voortstromend zijn.
- Geschiedschrijving lijkt op poezië (epos) = Lang
verhalend gebied over historie
- Livius gebruikt dactylische hexameter (net zoals in Epos)
• Vormen
- Periode = volzin ( = hoofdzin met veel bijzinnen) (Spanning)
- Er wordt spanning opgebouwd
- Climax = hoofdzin
- Nazin = ontspanning
- Hypotetis = onderschrikking
- Parataxis = nevenschikking
- Indirecte reden = in eigen woorden, de woorden van een ander weergeven
- Directe reden = toespreken
• Poeticis decira fabulis
- Archaisme; woorden uit het verleden gebruiken
- Dichterlijke fraaie taal gebruiken ( = meer poëtische elementen aan treffen)
Verteltechniek
- Annalistische ordening ; Annales (eerdere naam Ab urbe condita)
- Auctoriale vertelperspectief; er is een alwetende verteller die weet van afloop van verhaal >> laten
meeleven met het verhaal en personen. - Vertellerscommentaar; eigen mening in verhaal laten
merken
- Verteltijd; tijd die een verteller gebruikt om bepaalde gebeurtenissen te weergeven
- De vertelde tijd; is de tijd die deze gebeurtenissen daadwerkelijk in beslag hebben genomen
- Versnellen en of vertragen
- Retrospectie; terugblikken
- Prospectie; vooruitblikken
- Voorbeeld;
• Fictief persoon/oponent; Scipio; De persoon die zelf spreekt vraagt zich wat af en weet zelf
en geeft dit antwoord al.
• Grammatica
- Imperfectum; Achtergrond
- Perfectum = handeling in het verleden
• Coniunctivus hoofdzin
1) CON van wens (desiderativus/cupitivus: Amicus haec ne dicat = moge de/m’n vriend dit niet zeggen)
2) CON van niet-werkelijkheid (irrealis: Si non id fecissem, vitam amisissem = Als ik dat niet gedaan
had/zou hebben, had ik mijn leven verloren)
3) CON van aansporing (adhortativus: Ne id faciamus = Laten we dat niet doen)
, 4) CON van mogelijkheid (potentialis: Aliquis dicat = iemand kan zeggen/zegt misschien)
5) CON van twijfel (dubitativus: Eamus an maneamus? = Zullen/moeten we gaan/Gaan we of
zullen/moeten we blijven/blijven we?)
6) CON van toegeving (concessivus: ne id fecerit, tamen sceleratus est = Oké, laat hij dat dan niet
gedaan hebben, toch is hij een misdadiger)
7) CON van verbod (prohibitivus: Ne timueritis! = Vreest niet!)
• Con bijzin;
UT: Als ut gevolgd wordt door een persoonsvorm in de IND heeft het een andere betekenis (hoe, zoals,
zodra) dan wanneer de persoonsvorm na ut in de CON staat: opdat (doel/finalis), zodat
(gevolg/consecutivus).
CUM: Hetzelfde is het geval bij het voegwoord cum. Cum met een IND betekent niet veel meer dan
toen, wanneer, terwijl. Met een CON kan cum ook toen betekenen (cum temporale; komt vaak voor!),
maar ook omdat (cum causale) en hoewel (cum concessivum). Na cum causale en cum concessivum
volgt per definitie de CON.
QUOD: Een voegwoord als quod (omdat) leidt tot betekenisverschil. Met een IND is de opgegeven
reden een feit (objectief), met een CON is de opgegeven reden subjectief.
NE: Ook het voegwoord ne komt met de CON voor. Naast de ontkende finalis wordt ne + CON gebruikt
in zinnen met het werkwoord vrezen. Ingewikkeld gezegd dus in objectszinnen na verba timendi.
Timeo ne veniat = ik vrees dat hij komt; timeo ne non veniat = ik vrees dat hij niet komt. Iets
vergelijkbaars doet zich voor na werkwoorden die verhinderen betekenen, de verba impediendi:
Impedior ne plus scribam = ik word verhinderd om meer te schrijven. Dus ne + CON heb je in de BZ in
twee smaakjes. 1) de ontkende finalis (meestal goed te vertalen als om te voorkomen dat) en 2) na
verba timendi/impediendi (waar het dus gewoon dat betekent).
• Gerundium
Het gerundium is een ZELFSTANDIG naamwoord, namelijk de infinitivus die fungeert als zelfstandig
naamwoord. Het woord geldt als onzijdig (N), wat ook in het Nederlands blijkt door het lidwoord
“het”. Er zijn maar een paar naamvallen van het gerundium, een genitivus (–ndi), een dativus (–ndo),
een accusativus (–ndum) en een ablativus (ook –ndo). De nominativus is natuurlijk de infinitivus zelf,
en dus eigenlijk helemaal geen gerundium.
- Vertalen met; door, van, bij
- Vocando, vocandi, vocandum, vocando
• Gerundivum (passief participium) >> iets moet of kan gedaan worden (-nda)
Het gerundivum is een BIJVOEGLIJK naamwoord, dat dus verbogen kan worden in 5 naamvallen, sg en
pl, en ook nog in het M, F en N. Omdat een gerundivum een bijvoeglijk naamwoord is, is het logisch
dat het in combinatie voorkomt met een zelfstandig naamwoord
Vertalen met:
1) om te …
2) voor/van/bij/door het … van
- De persoon die de handeling meot doen = dat auctoris
- Gerundivum + vorm van ess >> moet worden gedaan
- ndum >> er moet (onpersoonlijk)
- Dominant gebruik van Gerundivum; moeten weglaten >> het object heeft voorkeur boven ww
• ACI (Accusativus cum infinitvus)
, - Infinitivus (ww) + voornaamwoord (acc)
>>>> vertalen met bijzin + dat
VB; Dico eum venire >> ik zeg dat hij komt
• Ablativus Absolutus
- Naamwoord en PTC in ablativus
- Als tijdsbepaling; terwijl, toen, nadat
- Reden; omdat
- Integendeel; Hoewel
- Onvoltooid en voltooid vertalen
- stam + nt + uitgangen van de 3e declinatie
• Part.perf.passief
a. normaliter: stam + t + uitgangen (v.bonus)
b. vaak bij onregelmatige stamtijden: stam + s - us
Stylistische Middelen
- Vergelijking
- Alliteratie; De gelijkheid van begin medeklinkers bij twee of meer woorden die dicht bij elkaar staan
- Anafoor; Herhaling van tekstelement aan het begin van opeenvolgende zinnen of versregels
- Antithese; Het dicht bij elkaar geplaatst staan van inhoudelijke tegengestelde begrippen
- Asyndeton; De opeenvolging van twee of meer tekstelementen zonder verbindingswoord
- Explicatief/adversatief
- Ex; 2e zin is uitleg van 1e zin (zonder want)
- Ad; 2e zin is tegenstelling 1e zin (zonder maar )
- Litotes; Ontkenning van begrip of tegendeel benadrukken
- Metafoor; De vervanging van begrip door een begrip dat een gelijkenis mee vertoont
- Metonym; Vervanging van een begrip door een begrip dat daarmee te maken heeft
- Pars pro toto; deel van geheel benoemen
- Materiaal ipv voorwerp zelf (ijzer>ferro)
- Paradox; schijnbare tegenstrijd
- Parrallellisme; ABAB >> De onderdelen van twee of meer grammaticaal en of inhoudelike gelijkwaaardige
tekstelementen staan in dezelfde vormen
-Polysyndeton; Twee of meer tekstelementen binnen zin zijn met elkaar verbonden door nevenschikkende
voegwoorden (et...et) (et...que)
- Tautologie; Het nevenschikkend herhalen van een begrip in andere woorden
- Pleonasme; Woord toevoegen met zelfde kwalificatie die al reeds in het begrip zelf zit
- Personificatie; Levenloze voorwerpen voorgesteld als levende wezens
- Sententia; algemeen geldende uitspraak
- Retorische vraag; Vraag waarbij niet bedoeling is dat er een antwoord op wordt gegeven
, 8 Hannibal en scipio in Noord-Italië
Achtergrond;
Scipio spreekt zijn leger toe. Hij doet dit omdat dit niet zijn eigen leger is en dit leger verlies heeft geleden. Zijn eigen is namelijk
met zijn broer in Spanje. Hij verteld dat hij hannibal niet heeft kunnen inhalen maar over zee naar Italié is gekomen. En vraagt
hierbij aan zijn soldaten of hij per toeval hannibal tegenkomt (bang was voor Hannibal) of juist dit zijn tacktiek was en hem op de
hielen zit. Scipio vraagt zich af of de Carhtagers nog hetzelfde type zijn of dat ze veranderd zijn. Het volk dat door Hamilcar een
gering bedrag per man moest betalen alsof zij door de vijand door een afkoopsom werden vrijgelaten. Hij spreekt zijn leger toe
dat er hard gevochten moet worden tegen de Carthagers. Die in opstand komen terwijl zij ondergeworpen waren aan de
Romeinen. Het zijn net slaven die in opstand komen. De Romeinen hadden hun namelijk vergeving gegeven nadat zij Chartago
waren binnen gedrongen. Ze moeten dapper en krachtig zijn en vechten voor hun vaderland, vrouwen en kinderen om het
romeinse rijk bestaande te houden. Hij spoort zijn mannen oprecht en ook effectief aan omdat er ook oprechte zorgen zijn voor
Italië. Het zelfvertrouwen van de Romeinse soldaten wordt ondersteund door positieve formuleringen over voorbije gevechten.
Hannibal Speech:
Tussen de Carthagers en gevangen zitten overeenkomsten: de soldaten. Hij laat de gevangen tegen elkaar vechten. Dit deed
hij om een voorbeeld te geven aan zijn troepen. Dat als zij met die houding vechten zij zouden overwinnen. Want het was
sterven of winnen. De troepen van Hannibal zitten ook gevangen in Italië en vechten ook om hun leven.
grotere premies… goden: hier noemt/bedoelt Hannibal de volgende
beloningen: 1. Het terugwinnen van Sicilië en Sardinië, 2. Een enorme buit (en wel
het bezit dat de Romeinen door hun felle triomfen hebben verworven).
Deze 2 beloningen contrasteren sterk met de reden waarom de Romeinen vechten: ze
vechten voor hun familie en vaderland, maar de Carthagers voor materieel gewin.
Hannibal meldt dat zijn troepen moeten vechten tegen een leger met niet hun eigen commedant en ze
hebben onlangs al verlies geleden. In zijn redevoering noemt Hannibal de volgende negatieve kwaliteiten
van Scipio en zijn leger:
1. Scipio heeft weinig ervaring en hij heeft zijn eigen leger in de steek gelaten; bovendien is hij slecht
bekend met zijn leger.
2. Zijn leger bestaat uit rekruten, heeft nederlagen in Gallië geleden en is slecht bekend met hun
aanvoerder.
Hannibal spreekt dat zijn mannen moedig en krachtig moeten zijn willen ze overwinnen.
Hannibal probeert zijn mannen te motiveren met een speech. Hierin vertelt hij dat ze deze vijand hebben
vanwege het aanvallen van Saguntum. De Romeinen vroegen daarbij eerst om uitlevering van Hannibal.
In deze speecht beschuldigt hij de Romeinen ook van het schrijden van een verdrag. Zij hebben het
Ebro-verdrag geschend door deze overtesteken na de aanval van de Chartagers op Saguntum. Zij
hebben zich bemoeit met de Saguntijnen. Hierbij stelt hij de retorische vraag; “ligt Saguntum aan de
Ebro’’’ Waarop het antwoord nee is. Ook beschuldigt hij de Romeinen al van het oversteken naar Afrika.
Scipio Maior motiveert zijn mannen 21.41
Scipio’s eigen keuze (p. 100)
Ik ben niet bang dat iemand denkt dat ik deze dingen arrogant/opschepperig zeg om jullie aan te
moedigen, [maar] zelf in mijn hart anders gestemd ben. Het stond mij vrij naar Spanje, mijn
ambtsgebied, waarheen ik al was vertrokken, te gaan met mijn leger, waar ik en mijn broer als
deelgenoot van mijn plannen en makker in (van) mijn gevaar zou hebben en 70 eerder Hasdrubal dan
Hannibal als vijand en een ongetwijfeld kleinere oorlogsinspanning; echter, toen ik met mijn schepen
voorbij de kust van Gallië voer, heb ik, nadat ik bij het vernemen van het gerucht over deze vijand van
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ninasofie14. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.