Schematisch overzicht met de vereiste DSM-kenmerken en differentieel diagnoses van de belangrijkste stoornissen opgesplitst per categorie: psychotische stoornissen; depressieve stemmingsstoornissen; bipolaire stemmingsstoornissen; dwang- en drangstoornissen; persoonlijkheidsstoornissen; disruptieve...
PSYCHOSE: Differentieel diagnose
≥ 2 waarvan ≥ 1 van 1 tot 3: 1. Wanen ≠ obsessie = opgedrongen, ongewild en meestal
1. Wanen = onjuiste, niet-corrigeerbare overtuigingen met subjectieve egodystoon; Wanen ≠ overwaardige ideeën = overdreven mentale
zekerheid (=egosyntoon) preoccupaties
2. Hallucinaties = zintuigelijke waarneming met realiteitskarakter Wanen ≠ magisch denken of bijgeloof
normale waarneming zonder externe stimulus 2. Hallucinatie ≠ illusie = foutief waargenomen of geïnterpreteerde
3. Onsamenhangend gedesorganiseerd spreken (=uiting formele bron
denkstoornis)
4. Ernstig chaotisch / gedesorganiseerd gedrag
5. Negatieve symptomen:
- Affectieve vervlakking – ‘blunted affect’
- Asocialty
- Anhedonie = niet meer ervaren van vreugde
- Avolitie = onvermogen om initiatief te nemen
SCHIZOFRENIE Differentieel diagnose:
1. Psychotische episode ≥ 1 maand (of korter bij succesvolle - ≠ schizofreniforme stoornis = < 6 maanden.
behandeling) - ≠ kortdurende psychotische stoornis = < 1 maand + geen
2. Sociaal/beroepsmatig functioneren prodromen.
3. ‘Verschijnselen’ zijn gedurende min. 6 maanden ononderbroken - ≠ schizo-affectieve stoornis = + stemmingsstoornis
aanwezig - ≠ psychotische depressie = depressie & stemmingscongruent
→ Specifier: met catatonie = bizarre motorische verschijnselen - ≠ waanstoornis = beter functioneren
- ≠ manie = andere aanloop
Mannen: 15-25 jaar (+erger) vs. vrouwen: 25-35 jaar → mannen > vrouwen
WAANSTOORNIS
1. ≥ 1 waan voor min. 1 maand
2. Niet voldaan aan criterium 1 van schizofrenie
3. Functioneren niet duidelijk beperkt; gedrag niet onmiskenbaar
vreemd of bizar
4. ‘Switchen’ = wanneer spreken over waan opgewonden en
geagiteerd, wanneer spreken over neutrale zaken is rustig en
normaal gesprek.
, DEPRESSIEVE STEMMINGSSTOORNISSEN
DEPRESSIEVE STOORNIS 8 specifiers depressieve stoornis Differentieel diagnose
1. Nooit een hypomane of manische episode 1. MET ANGSTIGE SPANNING = ≥ 2 1. Depressie ≠ dementie →
geweest – enkel depressieve episode. - Zich opgedraaid/gespannen voelen Heteroanamnese is essentieel.
- Zich uitzonderlijk rusteloos voelen
2. 5/9 symptomen = 2 kernsymptomen + 3 - Moeite met concentratie door ongerustheid - Dementie minder vaak in
symptomen of 1 kernsymptoom + 4 - De vrees hebben dat er iets verschrikkelijks kan gebeuren voorgeschiedenis
symptomen - Gevoel hebben de zelfbeheersing te verliezen - Begint langzaam
- Kernsymptoom = depressieve stemming 2. MET GEMENGDE KENMERKEN
- Laattijdig verlies van
3. MET MELANCHOLISCHE KENMERKEN =
of anhedonie - Vrijwel volledige anhedonie; stemming niet reactief; sociale vaardigheden
- Lichamelijke symptomen specifieke kwaliteit v.d. sombere stemming; - Symptomen van
- Cognitieve symptomen dagschommelingen; vroeg wakker; duidelijk minder
eetlust/gewichtsverlies; buitensporige schuldgevoelens;
depressie/apathie treden
vrijwel altijd motorische remming of agitatie pas op na cognitieve
Beginleeftijd 30; vrouwen 2x zo vaak als mannen 4. MET ATYPISCHE KENMERKEN = reactieve disfunctie
stemming + ≥ 2 - Onrust ‘s avonds
- Toegenomen eetlust/gewicht
- Hypersomnie - Grote inspanning om te
- ‘Leaden paralysis’ copen
- Interpersonal rejection sensitivity
5. MET PSYCHOTISCHE KENMERKEN 2. Depressie ≠ burn-out
- Wanen en/of hallucinaties
6. MET CATATONIE = ≥ 3 - Burnout is kwaad,
- Stupor = volledige hypokinesie en verlies van activiteit; opstandig en verdrietig
geen reactie op uitwendige stimuli; mutisme - Werkgebonden
- Catalepsy
- Waxy flexbility
demovitatie
- Mutism - Geen schuldgevoel
- Negativism - Geen zelfdepreciatie
- Posturing
- Mannerisms - Zelden gewichtsverlies
- Stereotypy - Inslaapstoornissen
- Agitation
- Grimacing
Depressieve stoornis met begin
- Echolalia
- Echopraxia peripartum ≠ maternity blues
7. MET BEGIN PERIPARTUM (kraamtanen) = plotse, kortstondige
- Tijdens zwangerschap tot 4 weken postpartum stemmingsveranderingen die ontstaan
8. MET SEIZOENSGEBONDEN PATROON de 3e-5e dag na de bevalling en enkele
- Verband tussen bepaalde tijd v.h. jaar en begin
stemmingsepisode en remissie.
weken duren.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper 5amengevat. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,39. Je zit daarna nergens aan vast.