Economie
Publieke economie
3 redenen voor overheidsingrijpen
ALLOCATIE * Marktfaling
* Overheidsfaling
* Gevolgen beleid
DISTRIBUTIE * Ongelijkheid en herverdeling
STABILISATIE
Stel : geen overheid / staat
* Ongereguleerde economie / natuurlijke anarchie
- Geen eigendomsrechten
- Geen contractwetgeving
- Geen rechtshandhaving
* Speltheoretische analyse ter illustratie
- Stel er zijn twee individuen / spelers
- Er zijn twee carrièrepaden / strategieën
> Boer worden : werken levert pay-off van 12 op maar kost 2 inspanning
> Viking worden : steel het werk van de ander
* Minimale staat …
= verbetering voor allebei (Paretoverbetering)
Speler 1
Speler 2
Boer Viking
Boer 10 ; 10 -2 ; 12
Viking 12 ; -2 0;0
Idee van de ‘Minimale staat’
* Volledig ongereguleerde economie kan niet goed werken
- Staat van natuurlijke anarchie
- Overheid als sociaal contract (Hobbes)
* Nood aan “minimale staat”
- eigendomsrechten (overval, diefstal, fraude)
- Contractwetgeving (bv. bescherming tegen contractbreuk)
- Rechtshandhaving
> Politie, Justitie, leger, … zijn de minimale bestaande instituties
* = voorwaarden om een markt te laten werken
* Geen verdere overheidsinmenging nodig (?)
Minimale staat
* Night-watchman state (Nozick, 1974)
“Our main conclusions about the state are that a minimal state, limited, to the narrow functions of protection
against force, theft, fraud, enforcement of contracts, and so on, is justified, but any more extensive state will
violate person’s rights not to be forced to do certain things, and is unjustified; and that the minimal state is
inspiring as well as right.”
* Heeft aanhangers (bv. Libertariërs, the Tea Party Movement,…)
,Verdere argumenten voor een staat ?
* Herhaling Micro-economie
* Aantal observaties
* Publieke economie :
- Leveren markten steeds maximale welvaart op?
- Als markten falen : hoe oplossen ?
- Rol voor de overheid ?
- Hoe denken economen hierover ?
* Te begrijpen :
- Waarom falen markten
- Hoe ingrijpen
- Beoordeling van ingrepen
De markt leidt tot maximale welvaart… in theorie… in realiteit : armoede, prijsafspraken, ontbossing, files…
Dus : markten werken (leiden tot maximale welvaart) onder bepaalde voorwaarden …
* Geen marktfaling
* Rationaliteit en perfecte informatie
* ...
Micro-economie
Achtergrond : de markt en marktwerking
Publieke economie hanteert micro-economische concepten
* 1e semester
- Marktwerking en marktevenwicht
- Gedragingen van marktpartijen
* Marktevenwicht : hoogste maatschappelijke welvaart
- Consumentensurplus
- Producentensurplus
* “Invisible hand” : geen overheid nodig om tot evenwicht te komen
* MAAR : onder voorwaarden
(“normatief” beoordelen)
(De markt werkt ”vanzelf” en levert “de beste maatschappelijke situatie” op)
Marktefficiëntie
* Vraagcurve
- ‘Marginale Bereidheid tot Betalen curve’
- MBTB
* Aanbodcurve
- ‘Marginale Kosten curve’
- MK
* Marktevenwicht
- MBTB = MK = P
- CS
- PS
- De ‘beste maatschappelijke situatie’
Pareto efficiëntie
TS = CS + PS maximaal
,Pareto efficiëntie
* Pareto-verbetering :
- “een verandering die ertoe leidt dat de welvaart van minstens één individu toeneemt zonder dat de
welvaart van iemand anders afneemt”
* Pareto efficiënte allocatie
- “ een toestand in de economie of de samenleving is Pareto-efficiënte indien het niet mogelijk is een
verandering door te voeren waarbij de welvaart van één individu toeneemt zonder dat de welvaart van
ten minste één ander individu afneemt”
* Abstract begrip, maar a priori wenselijk om Paretoverbeteringen na te streven in samenleving
Markten en Pareto-efficiëntie
* Handel
- Marktpartijen beschikken over goederen
- Kunnen deze goederen ruilen
- Ruil is vrijwillig
- ➔ Marktpartijen ruilen enkel als ze er beiden op vooruit gaan
- Handel zorgt voor Pareto-verbeteringen
* Voorbeeld : Bertel en Stijn
- Bertel : heeft enkel brood ter beschikking ➔ nut = 10, maar heeft dorst
- Stijn : heeft enkel water ter beschikking ➔ nut = 10, maar heeft honger
- Ruilhandel
> Bertel geeft brood en ontvangt water
> Stijn geeft water en ontvangt brood
- Analyse van Pareto-efficiëntie aan de hand van de ‘Paretogrens’
De paretogrens * Bertel en Stijn hebben elk nut gelijk aan 10 (punt a)
* ze kunnen ruilen. Ze ruilen enkel als hun welvaart (nut)
niet daalt
* Punt a is niet Pareto-efficiënt
* Paretogrens : alle mogelijke combinaties van
bereikbare nutsniveaus
* Gearceerd deel : bereikbare Pareto verbetering t.o.v.
punt a
* Punt b is een Pareto-efficiënte allocatie
* “Handel/ruil leidt tot Pareto-efficiëntie”
* Maar stel : handel / ruil leidt tot punt e… niet efficiënt,
‘welvaartsverlies’
* Opmerking 1 :
- Beoordeling a.d.h.v. het Paretocriterium is relatief,
ten opzichte van bepaalde referentiesituatie
- b is een Pareto-verbetering t.o.v. a maar niet t.o.v.
c
* Opmerking 2 :
- Er zijn veel Pareto-efficiënte punten, die zijn niet
Voorbeelden van Paretoverbeteringen
* Scheiden auto’s, fietser en voetgangers op openbare weg Pareto vergelijkbaar. Vergelijk b en d…
* Twee auto’s die een besneeuwde bergweg met
haarspeldbochten afrijden
- Eerste auto is toerist (rijdt langzaam)
- Tweede auto is bergbewoner (rijdt snel)
* Surplus spaargeld in een land gebruiken om werklozen opleiding te voorzien
*…
, Drie vragen – drie taken v.d. overheid
Observatie 1
* De marktuitkomst is niet altijd de maatschappelijk gewenste uitkomst
- Financiële crisis
- Opwarming van de aarde door CO2 uitstoot
- Files op de E40
- Prijsafspraken en kartelvorming
- Ongelijkheid en armoede
-…
* Met ‘marktuitkomst’ wordt bedoeld : hetgeen gebeurt als economische agenten vrij gelaten worden
Dus zonder ingreep van de overheid
* TS = CS + PS niet maximaal
* Uitkomst ongelijk verdeeld
* Uitkomst onstabiel
Vraag en aanbod : allocatie
* Stel : er wordt een lageren hoeveelheid Q
geproduceerde en geconsumeerd : Q2
* MBTB > MK
* Welvaartsverlies …
* Allocatief probleem
Vraag en aanbod : verdeling
* Stel twee markten voor zelfde job
* Distributief probleem
* Merk op : hier is geen sprake van
welvaartsverlies