Inleiding tot de sociologie
Les 2 oktober:
Hoofdstuk 1: op ontdekkingstocht door een bekend gebied?
1) Een beeld van een titel
Bekend gebied?
Bv. universiteitsbibliotheek (100 jaar) terwijl KULeuven 600 jaar bestaat oorspronkelijke bib
was eigenlijk in universiteitshallen, is afgebrand in WO, gesponsord door Amerikaanse
= bekend gebied maar waarschijnlijk wist bijna niemand de achtergrond
WAT IS SOCIOLOGIE?
Sociologie = de studie van de samenleving 2 keer uitgevonden:
Sieyès (18e): wou rol derde stand aan het licht brengen, naast clerus en adel, bekeek samenleving
van politiek gekleurd standpunt (= normatieve wijze)
Sociologie was in zijn ogen de leer die een rechtvaardige en revolutionaire inrichting van de
samenleving voorschreef
Franse revolutie (1789): lange evolutie periode proces waar derde stand zijn plaats op eisde.
In de aanloop van de FR en de naweeën ervan => sociologie normatieve benadering
Ideële voorstelling : hoe de samenleving behoorde te zijn
Comte (19e): (her-) uitvinder van de term sociologie.
Filosoof bleef dich bij de realiteit en nadenken over de realiteit van het leven en alle zaken te
beschrijven.
Sociologie toen vooral een wetenschap van beschrijving
Natuurkunde = op empirische wijze (<> normatief)
1.1 “De Samenleving is een speelveld met spelregels en spelers”
Samenleving= speelveld
Spelregels= wetten & gedragsregels regel telt wanneer erkend
Spelers= mensen, organisaties en instituties
Voorwaarden/regels van de samenleving : niet iedereen heeft evenveel inspraak. Soms worden
regels gemaakt door een groep en kunnen anderen die niet wijzigen
- Specifieke posities
= iedereen heeft een andere functie en andere kwaliteiten
= posities kunnen veranderen doorheen de tijd
Bv beroepsposities, sommige zorgen voor diensten andere voor goederen
Bv. Middenvelder kan beide kanten, voorspeler bedienen & achterste recupereren
kan ook gezien worden binnen organisatie woord ‘functie’ is niet geschikt!!!
, - Specifieke rollen
= de manier waarop je de positie invult
(bv een voorspeler zijn en die positie agressief invullen)
! Functie niet hetzelfde als een positie!!
- Hoge of lage Status
= naargelang je positie hebben spelers een hoge of lage status
= de plaats die iemand inneemt in een hiërarchie
= personen die over geld en kennis beschikken staan hoger in een samenleving op bv politiek
of sport vlak en het tegenovergestelde geldt ook
= sommige posities brengen meer status met zich mee bv. Aanvallers moeten scoren en
hebben dus meer status
- Informatie en communicatie
Informatie = de grondstof, inhoud
Communicatie = het proces
= spelers communiceren onderling of met trainer
- Taakverdeling & hiërarchie
= Er is altijd een vorm van taakverdeling nodig
= kan op een formele of informele manier
- Ruimte rond speelveld in concentrische cirkels:
= Bv trainers en bestuurders => ze nemen niet deel aan het spel mar toch sturen ze aan wat
op het veld gebeurd
‘tribune’= meest geschikte positie van de socioloog!
= neutrale waarnemer => bekijken alles met nodige distantie
Belangrijk : Vrijheid & regels sluiten elkaar niet uit: pas vrijheid wanneer er spelregels zijn!!
1.2 het dagelijkse leven door de sociologische lens
De sociologische lens: een instrument dat het mogelijk maakt om een beeld te vormen van de
structuur van de zichtbare sociale werkelijkheid
= de manier van kijken die anders is als je op een sociologische wijze kijkt dan dat je dat niet zou
doen
c.W Mills : Amerikaanse socioloog schijft boek sociologische verbeelding => iets wat effectief
aanwezig is maar een andere betekenis krijgt omdat je er anders naar kijkt, door je sociologische bril
boek: sociological imagination’ (1959)
Je moet instaat zijn om afstand te nemen van je eigen perspectief om dan te kijken hoe iemand
anders een bepaalde activiteit interpreteert
Mils onderscheidt 3 componenten van de sociologische verbeelding:
,1 Geschiedenis: hoe kwam de samenleving tot stand en hoe verandert ze?
2 Biografie: welke mensen bevolken en bepaalde samenleving?
3 Sociale structuur: hoe werken maatschappelijk instituties, wat zijn de dominante instituties, hoe
houden ze de maatschappelijke orde in stand?
1.2.1 selectieve waarneming
Een gewone burger neemt dingen selectief waar
Een socioloog moet daar uit breken en loskomen van denken dat altijd terugkomt op hetzelfde
systeem en dingen bekijken vanuit andere perspectieven
Het gewicht van routineus denken en handelen op basis van …
• Fysische en sociale beperkingen
• Belangen
• Kennis en informatie (en onderwijs)
• Voorkeuren en afkeer
1.2.2 referentiekaders
Selectieve waarneming bouwen we op vanuit onze eerder ervaringen en bouwen stapsgewijs een
raamwerk op dat onze latere waarnemingen zal beïnvloeden : het referentiekader
Kenmerken referentiekader:
- Het vormt een geheel : al onze waarnemingen gebeuren vanuit eenzelfde referentiekader
- Stabiel doch niet onveranderlijk : veranderingen kunnen het beïnvloeden (bv je wordt
misbruikt )
- Talrijk , divers en individueel
- Gedeelde kaders : wanneer groepen in ongeveer dezelfde sociale omstandigheden
opgroeien denken ze hetzelfde
- Vooroordelen en stereotypes
- Zakelijke en gepercipieerde realiteiten : “ als mensen situaties als werkelijk definiëren, dan
worden die ook werkelijk in hun gevolgen => self- fullfiling prophercies
1.3 een stap verder
Van common sense naar sociaal wetenschappelijke kennis :
Common sense ( gezond verstand) kenmerken :
Is op de vatten als losjes samenhangende kennis
Is gebaseerd op feiten, waarnemingen, inzichten,..
Dient om zin te geven aan situaties waarmee we worden geconfronteerd
Is bedoelt voor praktische en onmiddellijke antwoorden
Sociaalwetenschappelijke kennis ( sociologie) kenmerken :
Wil het “waarom” van bepaalde situaties achterhalen of algemen wetmatigeheden
ontwikkelen die op diverse toestanden van toepassing zijn
Situeert verklaringen e wetmatigheden in sociale factor
Bouwt voort op Systematische & emirische waarnemingen
, Voorbeelden die op eerste zicht te verklaren lijken vanuit persoonlijke kenmerken en drijfveren tot
dat blijkt da sociale factoren een uiterst belangrijke rol spelen:
Illustratie: echtscheiding
o Over persoonlijke en sociale omstandigheden
Daling aantal echtscheidingen= schijndaling, want minder huwelijken in het
algemeen, vele koppels kiezen voor ongehuwd samenwonen.
o Beschrijven en verklaren
Waar zoeken sociologen de verklaringen? Ze letten op de frequenties van de
echtscheidingen, op de variaties naargelang het inkomen, het beroep, de
woonplaats, de leeftijd van de partners. Die kenmerken worden dan in verband
gebracht met de sociale omstandigheden waaronder mensen een huwelijk sluiten en
dat al dan niet verbreken. Voorbeelden van zulke sociale condities zijn:
De maatschappelijke trend naar tweeverdienersgezinnen, waardoor de
echtgenoten economisch onafhankelijk werden van elkaar.
De verminderde sociale druk om toch maar samen te blijven vanwege de
kinderen.
De dalende sociale controle op het privéleven van mensen vanwege de kerk
en de familie.
De langere levensverwachting, waardoor de potentiële huwelijksduur
toeneemt en dus ook de kans op een echtscheiding.
Daarnaast spelen veranderingen in de wetgeving een belangrijke rol. Vb.
homohuwelijk.
1.3.3 arbeid
Ons beroep bepaalt in hoge maten onze sociale positie, onze sociale status en zelfs onze identiteit
Arbeid betekend van dandaag de dag veel meer dan gewoon een bron van inkomsten. Wanneer
arbeid wegvalt verslechtert niet enkel je financiële positie maar ook het psychische welbevinden =>
ontdekt door Marie Jahoda en echtgenoot Paul Lazarsfeld
Op basis van een nauwkeurige beschrijving van het leven in Mariënthal ontwikkelde Jahoda het
latentedeprivatiemodel
Latente functie: zijn functies die minder uitgesproken aanwezig zijn, maar regelmatig invloed
uitoefenen op het arbeidsproces
Jahoda onderscheidt 5 latente functies :
1) arbeid structureert de tijd van individuen
2) arbeid is een belangrijke bron van sociale contacten en sociale ervaringen => je merkt pas dat
het er niet is wanneer het er niet meer is ( = latente functie)
3) arbeid verbindt een individu met doeleinden die de persoonlijke preferenties overstijgen
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper zoedelobelsuper. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,46. Je zit daarna nergens aan vast.