100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten
logo-home
Basisverpleegkunde 2 - Theoretisch examen - Samenvatting €8,36
In winkelwagen

Samenvatting

Basisverpleegkunde 2 - Theoretisch examen - Samenvatting

 0 keer verkocht

Samenvatting van alle theorie voor het schriftelijke examen van basisverpleegkunde 2 (met uitzondering voor het deeltje communicatie).

Voorbeeld 6 van de 158  pagina's

  • 19 maart 2025
  • 158
  • 2024/2025
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (5)
avatar-seller
fvp
Basisverpleegkunde 2 – Theoretisch examen
H1 (Verpleegkundige) Basisprincipes (Leerpad A)
Hygiëne
• Preventie van besmetting van patiënt door patiënt
→ Kiemen overbrengen van ene plaats naar andere infectie naar andere kwetsuur op huid, van aarsstreek naar mond (via handen), …
• Preventie van kruisinfecties
→ Overbrengen van kiemen van ene patiënt naar de andere
→ Overbrengen van kiemen van het ziekenhuismilieu naar de patiënt
• Emotionele / niet-rationele elementen in verband met hygiëne voetenwashandje niet voor gezicht, niet uitzelfde glas drinken, …
Algemene regels in verband met preventie van infectie
• Direct contact vermijden met ontsmettingsbron
• Indirect verspreiden van kiemen vanuit besmettingsbron vermijden via handen, schort, materiaal, lucht
• Vermijden dat kiemen zich verspreiden ‘besmet’ materiaal onmiddellijk in gesloten vuilbak, besmette wonde afdekken, …
• Verschillende kiemen hebben eigen verspreidingswegen lauw water en pseudomonas, lucht, direct contact
→ Bij verzorging van patiënt met dergelijke belangrijk is het belangrijk om deze wegen te kennen
• Lucht is 1 van de belangrijkste verspreidingswegen van ziekenhuiskiemen

Beleving
• Elke gebeurtenis die iemand meemaakt of elk contact roepen (positieve of negatieve) gevoelens op
→ Soms is het opwekken van negatieve gevoelens onvermijdelijk pijn
• Wijze waarop verpleegkundige reageert kan verwerking van gevoelens beïnvloeden
• Betekenis die gebeurtenis voor iemand heeft kan helpen de negatieve gevoelens te relativeren pijn bij bevalling
→ Door betekenis kan verpleegkundige de patiënt helpen deze gevoelens zin te geven
• Verzorgd worden kan door patiënt zowel positieve (ik tel mee) als negatieve (ik ben niets meer waard) betekenis hebben
Vaak voorkomende problemen
• Angst voor het onbekende
→ Als verpleegkundige gaan informeren
• Angst en ongenoegen ten gevolge van het verstoren van de privacy
→ Steeds respect tonen voor de privacy
o Toelating vragen vooraleer de private sfeer binnen te dringen kloppen vooraleer je kamer binnengaat
o Niet onnodig private sfeer binnendringen patiënt niet onnodig ontbloten, niet aandringen wanneer patiënt geen antwoord geeft
o Patiënt zo veel mogelijk afschermen bij toedienen van zorgen gordijnen sluiten, bezoekers uit kamer
o Afstand houden in omstandigheden waarin men privacy binnendringt
o Geen beeldmateriaal nemen en verspreiden van zorgvragen
o Geen info over zorgvrager doorgeven aan derden
o Geen patiëntendossiers inkijken van zorgvragers buiten jouw zorgopdracht

Zelfzorg en inspraak
• Patiënt zo veel mogelijk inspraak laten hebben op de zorg
→ Patiënt zelf laten uitvoeren en beslissen wat hij kan
o Bij planning van zorg keuze tussen verschillende alternatieven, timing van de zorg, …
o Keuze van het moment van uitvoering is het voor de patiënt een goed ogenblik?
o Uitvoering van de zorg warm/koud water, patiënt wast zich (deels) zelf

Veiligheid
• Zorg zal steeds zo uitgevoerd moeten worden dat de specifieke gevaren voorkomen worden
• Procesmatig verplegen vereist systematische rapportage waarin verloop van zorgproces tot uiting komt
• Iedereen die betrokken is bij hulpverlening moet op de hoogte zijn van wat er gebeurd is, wanneer dit
gebeurd is, welke handelingen verricht werden en op welke manier
→ Minder kans op misverstanden

,Comfort
• Houding
→ Ontspannende houding is (waar mogelijk) aangewezen
→ Voldoende steun in de rug, hoofd goed gesteund
• Temperatuur(sverschillen)
→ Te koude of te warme omgevingstemperatuur zijn oncomfortabel
→ Ofwel tempratuur van omgeving beïnvloeden, ofwel kledij of bedekking aanpassen
• Lawaai
→ Sommige geluiden kunnen patiënten hinderen radio die het patiënt moeilijk maakt zich te concentreren
→ Muziek of gesproken woord kunnen patiënt op een positieve manier afleiden
• Interpersoonlijke sfeer
→ Zowel medepatiënt als zorgpersoneel
→ Weten met wie men te maken heeft bevorderd het comfort
→ Echtheid en vertrouwen zijn belangrijk

Ergonomie
• Menselijke activiteit in hun materiële vormgeving, met aandacht op de aanpassing van het werk aan de
eigenheid van de mens materiaal zo dicht mogelijk bij verpleegkundigen plaatsen

Economie / Ecologie
• Gezondheidszorg is duur en middelen zijn schaars
• Soms gaat de voorkeur uit naar een duurder alternatief omdat het minder belastend is voor het milieu

,H2 Rust en slaap (Leerpad A)
Slaapfysiologie
• Slaap = actief geprogrammeerd proces van neurofysiologische activiteit, gestuurd vanuit hersenen
→ Doel
o Het op orde brengen van het geheugen
o Het op orde brengen van het metabolisme (= stofwisseling)
o Het instellen van fysiek en psychisch herstel
Nucleus suprachiasmaticus
• Kern die slaap- / waakmechanisme bestuurt
• Hierdoor in staat om op licht en donker te reageren door het mechanisme van waken en slapen
Biologische klok
• Regelt fysiologische activiteiten lichaamstemperatuur, polsslag, bloeddruk, hormoonregulatie, …
• Circadiaans ritme
→ Lichaamsfuncties schommelen en volgen een patroon (cyclus) dat tussen 24u en 28u duurt
• Zeitgebers
→ Bepaalde mechanismen synchroniseren biologische klok met dag-nachtcyclus Lichtprikkels, maaltijden, geuren, …
• Hormonale factoren spelen ook een belangrijke rol Overdag maakt hypofyse serotonine aan, ’s avonds melatonine (=> slaperig gevoel)
→ Slaap-waakritme wordt voornamelijk gereguleerd door cortisol en melatonine
o Wakker worden doordat er licht schijnt op netvliezen => cortisol-piek => stijging van hartslag en bloeddruk om ons wakker te helpen worden

Slapen
• Een normaal slaappatroon is essentieel voor de gezondheid
• Nachtrust is gezond wanneer de duur en kwaliteit voldoende zijn om tijdens de wakkere periode
optimaal te functioneren en waakzaam te zijn
• Gebeurtenissen van overdag worden verwerkt tijdens het slapen
→ Slapen gebeurt volgens een vast patroon
o 4 tot 5 opeenvolgende cycli
o 1 cyclus duurt ± 90 tot 120 minuten
→ In elke cyclus zijn 5 stadia te onderscheiden
o Eerste 4 stadia vormen de non-REMslaap
▪ Sluimer
▪ Lichte slaap
▪ Matig diepe slaap
▪ Zeer diepe slaap
o 5de stadium is de REMslaap / paradoxale slaap
• Indeling van het slaappatroon / verschillende slaapfases kan gemeten worden
→ EEG (= Elektro-encefalogram)
o Hersenactiviteit
→ EMG (= Elektromyogram)
o Spieractiviteit
o Skeletspieren zijn tijdens de REMslaap volledig ontspannen

→ EOG (= Elektro-oculogram)
o Oogactiviteit
o Snelle oogbewegingen (Rapid Eye Movements) tijdens REMSLAAP

• Hypnogram (= grafische weergave van verschillende slaapstadia die iemand doormaakt tijdens een nacht)

,Factoren die welbevinden, rust en slaap beïnvloeden
• Inslapen en slaappatroon is individueel verschillende omwille van diverse factoren
→ Vaste gewoonten en rituelen op een andere plaats slapen, overdag dutje doen, …
→ Leeftijd
o Hoe jonger, hoe meer slaap nodig pasgeborenen slapen 16u/dag, volwassenen 6 à 8/nacht, ouderen slapen minder diep + doen meer dutjes
→ Fysieke toestand opgroeiende kinderen, zwangere vrouwen en zieken hebben vaak meer slaap nodig
→ Overmatige hoeveelheid prikkels spanning zal het moeilijk maken om in slaap te vallen
→ Onvoldoende inspanning en beweging
→ Honger en overdadige maaltijden
→ Lawaai en andere rustverstoring
→ Ongemak en pijn
→ Alcohol
→ Medicatiegebruik
o Slaapmedicatie heeft enkel zin:
▪ Wanneer het slaapprobleem komt door lichamelijke klachten of aandoeningen ziekte van Parkinson
▪ Wanneer het probleem lang (weken) aanhoudt en de basisadviezen niet helpen
▪ Wanneer slecht slapen het dagelijks functioneren verstoort
o Bij langdurig gebruik brengen slaapmiddelen het slaap-waakritme in de war

Slaaptekort
• Gevolgen van slaaptekort uiten zich in nervositeit, irritatie, angst, apathie, gestoorde gedachtegang
• Bij tekort aan REMslaap komt adrenaline niet op juiste ogenblik in de bloedbaan
→ Duidelijke afname van vitaliteit, moeheid en verminderde concentratie tot gevolg
• Bij ernstig tekort aan REMslaap gaat men bij het inslapen onmiddellijk diep slapen
→ Patroon evolueert direct naar REMslaap om tekort in te halen
o Organisme probeert psychisch herstel te realiseren om gebrek aan groeihormoon op te vangen
• Bij blijvend tekort zal er moeheid, neerslachtigheid, een algemeen onwel gevoel en verminderd
weefselherstel optreden
• Uit onderzoek blijkt dat pubers in het weekend best langer slapen
→ Mogelijkheid tot ontstaan van leermoeilijkheden en gedragsproblemen door chronisch slaaptekort
Polysomnografie (slaaponderzoek in slaaplaboratorium)
• Op advies van arts bij aanhoudende klachten rond inslapen, vermoeidheid of slaappatroon
• Tijdens nacht registreert men diverse facetten Slaap(diepte), ademhalingsbewegingen, luchtstroom, zuurstofsaturatie, snurkgeluiden, hartritme
+ maakt men een videoregistratie van de slaap

Classificatie van slaap- en waakstoornissen
Insomnieën / DIMS (Disorders of Initiating and Maintaining Sleep)
• Inslaap- en/of doorslaapmoeilijkheden
• Meest voorkomende groep van stoornissen
Hypersomnieën / DOES (Disorders of Excessive Somnolence) / Slaapzucht
• Overmatige behoefte aan slaap
• Kan voorkomen na een hoofdtrauma of ten gevolge van obstructieve slaapapneu
Stoornissen van het slaap-waakritme
• Ritme van slapen verloopt niet volgens een 24-uurspatroon
• Onevenwicht tussen het eigen circadiaans ritme en het slaap-waakritme
→ Vaak door omgeving, sociale of beroepsmatige omstandigheden jetlag, ploegenwerk
Parasomnieën
• Stoornissen die exclusief optreden tijdens slaap of die door het slapen verergerd worden

,Symptomen van slaap- en waakstoornissen
Psychofysiologische insomnia
• ’s Morgens niet uitgerust zijn door inslaap- en/of doorslaapmoeilijkheden
• Slapeloosheid, vlug wakker worden of moeilijk in slaap vallen
• Slaapmedicatie helpt weinig
• Mogelijke oorzaken: stressvolle omstandigheden, verhoogde arousal (= toestand van verhoogde waakzaamheid, spanning of
activiteit in het lichaam en de hersenen), piekeren, …


Narcolepsie
• Geneigd zijn om overmatig te slapen
• Kenmerkend:
→ Hypnagoge hallucinaties = min of meer bewuste droomervaringen met een groot gevoel van werkelijkheidsbeleving
→ Kataplexie = nachtelijke verlammingen
Obstructieve slaapapneu-syndroom (OSAS)
• Aandoening met periodieke apneu-aanvallen (ademstops) tijdens de slaap (minstens 5 per uur)
• Gevolg van een obstructie (= blokkade of belemmering) van de bovenste luchtwegen tijdens de slaap
• Kenmerkend: vermoeidheid en slaperigheid overdag + overmatig en luid snurken
• Mogelijke gevolgen: concentratieproblemen, angsten, prikkelbaarheid, hoofdpijn bij ontwaken
Nachtelijke myoclonus (ter hoogte van m. Tibialis) / Rusteloze benen (Restless legs)
• Plotse en bruuske bewegingen van de onderste ledematen die elkaar opvolgen
→ Meestal gemeld door de partner en toenemend met de leeftijd
• Voor het slapengaan en tijdens het inslapen onprettige gewaarwordingen tintelingen, jeuk en onrust
→ Onderbenen masseren of rondlopen
Onrustige omgevingsfactoren
Te warm/koud, te veel licht, lawaai, te lang middagdutje gedaan, op onregelmatige tijdstippen gaan slapen, te veel koffie, te zware maaltijd gegeten, verstokte roker, …

Hypnotica, alcohol en stimulantia
• Chronische slaapproblemen zijn vaak te wijten aan misbruik van producten slaaptabletten, amfetamines, alcohol
• Van alcohol val je sneller in slaap, maar het heeft een negatieve invloed op de lengte en kwaliteit
Slaapritmestoornissen
• Externe factoren ploegenarbeid, actief studentenleven, alleenwonend zijn, …
• Intrinsieke factoren uitgesteld slaapgedrag tijdens vakantieperiode, slaapbehoefte niet invullen, …
Somnambulisme / Slaapwandelen
• Voornamelijk in 1ste deel van de nacht of tijdens de diepe slaap (fase 4)
• Meestal bij kinderen
• Onbekende oorzaak (mogelijks wel verband met stress, migraine of ziekte)
Pavor nocturnus / Nachtangst
• Paniekerige toestand bij kinderen
• Niet volledig wakker zijn, hevig transpireren (= zweten), wijde pupillen, snelle pols
• Meestal tijdens 1ste deel van de nacht
• Niet hetzelfde als scheidingsangst of angst om alleen te gaan slapen
Nachtmerries
• Beangstigende dromen die slaper uit REMslaap wekken
• Meestal op einde van de nacht
• Gaat niet gepaard met desoriëntatie, mentale verwardheid of motorische onrust
Bruxisme / Tandknarsen
• Ritmisch heen en weer bewegen van tanden in oppervlakkige slaap of kauw- en bijtbewegingen met
knarsend geluid
• Snel afslijtende tanden tot gevolg
• Veroorzaakt overbelasting van kaakgewrichten met eventuele gelaats- en hoofdpijn
• Stress, alcohol- of drugsmisbruik doen intensiteit toenemen

, Enuresis nocturna / Bedplassen
• Wordt als een probleem beschouwd vanaf leeftijd van 7 jaar
→ Primaire vorm => Vanaf geboorte nooit zindelijk geweest
→ Secundaire vorm => Gedurende 3 tot 6 maanden droog geweest
• Urologische check-up is nodig
→ Kan symptoom zijn van organische aandoeningen epilepsie, urinaire infectie, …
→ Kan symptoom zijn van stoornis kleine blaascapaciteit, instabiele blaas, …
Sleep talking
• Zich onbewust uiten (woorden of betekenisvolle geluiden) tijdens het slapen
• Meestal kort, onregelmatig en emotieloos
Scheidingsangst
• Kind dat niet alleen wil gaan slapen => huilen, overstuur zijn, agressief zijn
• Gedrag kan lang aanhouden

Verpleegkundig handelen
Doel
• Algemeen welbevinden bevorderen
• Ongemak vermijden
• Ongemak verzachten
• Rust voor patiënt verzekeren
• Patiënt helpen aan slaapbehoefte te voldoen

Verpleegkundige interventies – algemene basisprincipes met betrekking tot een
goede slaaphygiëne
• Vaste gewoonten (slaappatronen en rituelen) in de mate van het mogelijke respecteren
• Voldoende beweging tijdens de dag
• Rustige en ontspannende bezigheden voor het slapengaan
• Geen thee of koffie voor het slapengaan (tenzij vaste gewoonte)
• Voorkomen dat patiënt overdag slaapt en ’s nachts wakker ligt
• Ochtendslaapjes zijn nuttiger dan middagslaapjes (voortzetting lichte REMslaap)
• Toiletgebruik
• Tandenpoetsen
• Goede houding
• Bedopschik, kussens, wekker, lichtje, …
• Patiënt observeren
• Pijnstillende medicatie (voorschrift arts)
• Slaapmedicatie (voorschrift arts)
• Omgeving optimaliseren (lichten dimmen, lawaai vermijden)

Dit zijn jouw voordelen als je samenvattingen koopt bij Stuvia:

Bewezen kwaliteit door reviews

Bewezen kwaliteit door reviews

Studenten hebben al meer dan 850.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet jij zeker dat je de beste keuze maakt!

In een paar klikken geregeld

In een paar klikken geregeld

Geen gedoe — betaal gewoon eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard en je bent klaar. Geen abonnement nodig.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Studenten maken samenvattingen voor studenten. Dat betekent: actuele inhoud waar jij écht wat aan hebt. Geen overbodige details!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper fvp. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,36. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 70073 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€8,36
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd