1. EEN INFORMATIEVERWERKEND SYSTEEM
Het boekhouden dat we in dit boek bestuderen is het ‘dubbel boekhouden’ van de
ondernemingen.
In de boekhoudwerkzaahedeb onderscheiden we:
› Het registeren van de financiële gevolgen van de ondernemingsactiviteit;
› Het opslaan van de informatie;
› Het opstellen van rapporteren ten behoeve van het bedrijfsbeheer.
Dit registreren en rapporteren gebeurt volgens een systeem: het boekhoudsysteem
– is een geheel van werkwijzen, methodes en regels die smaen de boekhoudleer
vormen.
Het belangrijkste rapport is de jaarrekening. De boekhoudwet verplicht de
ondernemingen jaarlijks dit boekhoudkundig verslag op te stellen. De jaarrekening
is bedoeld als informatiebron voor de ‘belanghebbende partijen’.
2. BOEKHOUDWETGEVING
2.1. BELGISCH EN EUROPEES BOEKHOUDRECHT
Sinds 1975 bestaat er een boekhoudwetgeving die voorschrijft hoe de
boekhouding moet gevoerd worden. Deze regelgeving beperkt zich niet
tot het afbakenen van een algemeen kader en het opleggen van een
bepaald type boekhoudsysteem. Ze behelst ook gedetailleerde
voorschriften.
Een boekhouding die gevoerd wordt volgens de voorschriften van de
boekhoudwetgeving is een ‘regelmatige boekhouding’.
De basis van het Belgisch boekhoudrecht is de Wet van 17 juli 1975 op
de boekhouding van de ondernemingen.
Uit de oorspronkelijke teksten van deze boekhoudwet werd de
wetgeving die over de jaarrekening handelt gelicht en overgebracht naar
het Wetboek van Vennootschappen.
Evens in 1975 werd een commissie voor boekhoudkundige normen
(CBN) opgericht. Deze heeft tot taak door adviezen en aanbevelingen aan
de ondernemingen bij te dragen tot de ontwikkeling van de
boekhoudleer en de beginselen van een ‘regelmatige’ boekhouding
verder vast te leggen.
, Het Belgische boekhoudrecht ontwikkelde en ontwikkelt zich in het
kader van de Europse regelgeving (richtlijnen en verordeningen)
inzake boekhoudrecht en vernnootschapsrecht.
Een Europses Verordening verplicht de toepassing van de IAS-normen
(International Accounting Standards) voor de geconsolideerde
jaarrekening van beursgenoteerse ondernemingen.
Boekhouding moet ook aan fiscale wetgeving voldoen.
2.2. WIE MOET EEN BOEKHOUDING VOEREN?
De boekhoudwetgeving zegt dat ‘de ondernemingen’ een boekhouding
moeten voeren volgens de bepalingen van die wetgeving. Ze bepaalt dan
wie de ‘ondernemingen’ zijn.
Tot de ondernemingen behoren voornamelijk:
› De natuurlijke personen, die koopman zijn;
› De vennootschappen in één van de volgende vormen, waaran
de vennootschapswet de rechtspersoonlijkheid verleent;
- Naamloze vennootschap (NV);
- Besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
(BVBA);
- Gewone commanditaire vennootschap (COMM.V)
Opmerking:
De vzw komt niet voor in deze opsomming. Vzw’s die door de vzw-
wetgeving als groot worden beschouwd moeten een dubbele
boekhouding voeren.
2.3. BOEKHOUDSYSTEEM
2.3.1. VOLLEDIGE BOEKHOUDING
De boekhoudwetgeving bepaalt dat de ondernemingen een boekhouding
moeten voeren:
› Die aangepast is aan de aard en omvang van het bedrijf;
› Die volledig is. Dat betekent dat ze alle verrichtingen,
bezittingen, vorderingen, schulden en verplichtingen omvat;
› Door middel van een stelsel van boeken en rekeningen;
› Met inachtneming van de gebruikelijke regels van het dubbel
boekhouden.
2
, Dergelijke boekhouding noemt men een volledige boekhouding.
Het is deze volledig boekhouding, met toepassing van de regels van
dubbel boekhouden die we in dit boek volgen.
2.3.2. VEREENVOUDIGE BOEKHOUDING
Sommige ondernemingen mogen echter kiezen voor een
vereenvoudigde boekhouding. Deze wijze van boeken verloopt niet
volgens de regels van het dubbel boekhouden.
Deze wijze van boeken is alleen voor zeer kleine ondernemingen,
natuurlijke personen, … en ondernemingen die kleiner zijn dan
500.000,00 EUR als jaaromzet.
2.4. INDELING VAN DE ONDERNEMINGEN VOLGENS
CRITERIA
2.4.1. ONDERNEMINGEN DIE EEN VEREENVOUDIGDE
BOEKHOUDING MOGEN VOEREN
Deze worden ook wel eens de ‘zeer kleine ondernemingen’ gneoemd.
Het zijn de natuurlijke personen die koopman zijn, de vennootschappen
onder firma en de gewone commanditaire vennootschappen waarvan de
omzet, excluseif de btw, 500.000 EUR niet overtreft.
2.4.2. ONDERNEMINGEN DIE EEN VOLLEDIGE BOEKHOUDING
MOETEN VOEREN
Alle andere ondernemingen moeten een volledige boekhouding voeren,
dat wil zeggen met toepassing van de regels van het dubbel boekhouden.
Grote venootschappen
Dit zijn alle vennootschappen die een volledige boekhouding moeten
voeren en niet behoren tot de ‘kleine vennootschappen’. Deze
vennootschappen moeten een jaarrekening opstellen volgens het
‘volledig model’.
3
, Kleine vernnootschappen
Een vennootschap is ‘klein’ indien ze niet meer dan één van volgende
criteria overschrijdt:
› Jaargemiddelde van het persoolsbestand: 50 personeelsleden
› Jaaromzet,exclusief btw: 9.000.000 EUR
› Balanstotaal: 4.500.000 EUR
De kleine vennotschapppen mogen een jaarrekening opstellen volgens
het ‘verkorte model’.
Microvennootschappen
Microvennootschappen zijn een subcategorie van de kleine
vennotschappen. Ze voldoen aan volgende voorwaarden:
› Niet meer dan één van volgende criteria overschrijden:
- Jaargemiddelde van het personeelsbestand: 10
personeelsleden;
- Jaaromzet, excluseif btw: 700.000 EUR
- Balanstotaal: 350.000 EUR
› En bovendien geen dochter- of moedervennotschap zijn.
3. DE JAARREKENING
De boekhoudactiviteiten zijn gericht op een jaarlijkse terugkerende verslaggeving.
Het eindverslag bij het einde van het boekjaar is de jaarrekening.
De jaarrekning is hetbelangrijkste boekhoudkundige verslag.
Een jaarrekening bestaat uit volgende delen:
› De balans;
› De resultatenrekening;
› De toelichting.
4. ENKELE BOEKHOUDPRINCIPE
4.1. PRINCIPE VAN DE PERIODICITEIT; BEGRIP ‘BOEKJAAR’
Een boekjaar valt niet noodzakelijk samen met het burgerlijk jaar, maar loopt
normaliter wel over twaalf maanden.
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Jd2000. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €10,49. Je zit daarna nergens aan vast.