Dit document bevat alle begrippen en bijhorende uitleg die vermeld worden in de cursus microbiologie (auteurs: Lieve Vermeiren en Melissa Camerlinck) van het eerste jaar agro en biotechnologie. Het is een zeer uitgebreide lijst waarin de begrippen, definities, synoniemen etc. uit alle 8 hoofdstukk...
Agro- en biotechnologie: Microbiologie
Begrippenlijst
Hoofstuk 1: Inleiding
Microbiologie De wetenschap die zich bezighoud met de bestudering van de bouw
en de levensverrichtingen van micro-organismen.
Micro-organismen (MO) Microscopische organismen die bestaan uit 1 enkele cel of
celcluster, samen met de virussen. Virussen zijn niet-cellulair.
Macro-organismen Cellen van planten en dieren. Deze komen niet alleen voor in de
natuur en zijn deel van een meercellige structuur.
Eukaryoten Organismen (cellulair) waarvan de cellen een celkern bevatten.
Hiertoe behoren de protozoa, wieren, schimmels en gisten.
Protozoa Eencellige, eukaryote MO zonder celwand
Prokaryoten Organismen (cellulair) waarvan de cellen geen celkern bevatten.
Hiertoe behoren de bacteria en de archaea.
Bacteria Gramnegatieve, grampositieven en cyanobacteriën (‘echte’
bacteriën)
Archaea Oerbacteriën (vaak extremofielen). Hiertoe behoren de
methaanbacteriën, halofiele, thermofiele en hyperthermofiele en
sulfaatreducerendebacteriën
Niet-cellulaire organismen Virussen, prionen en viroïden
Pathogene MO Ziekteveroorzakende micro-organismen
Commensalen Onschadelijke micro-organismen. Leven vaak in symbiose.
Symbiose Samenleving tussen 2 organismen waarbij 1 partner voordeel
ondervind en de andere partner niet beïnvloed wordt.
Abiogenenis Leer van de spontane generatie. De theorie dat dood materiaal
spontaan terug levend zou kunnen worden en zicht vervolgens weer
kan voortplanten.
Biogenesis Bacteriën en andere micro-organismen zijn verantwoordelijk voor
de afbraak, rotting, gisting en omzetting van allerlei materiaal.
Postulaten Van Koch Regels die het verband vastleggen tussen ziekten en
ziekteverwekkers.
Justine Vermeersch 2020 - 2021
,Reincultuur Zuivere cultuur/kweek van één type cellen.
Vaccinatie Mens/dier beschermen door immuniteit op te wekken via
opzettelijke besmetting met verzwakte kiemen van de
ziekteverwekker.
Antibiotica Stof die bacteriën dood of de groei ervan afremt.
Hoofdstuk 2: Celbouw van het micro-organisme
Celdifferentiatie Verschillende soorten cellen die elk een andere functie vervullen.
Celorganellen Membraan-omhulde structuren die zich in het cytoplasma bevinden.
Kern Celorganel dat het genetisch materiaal draagt, onder de vorm van
genen opgebouwd uit DNA.
Chromosomen DNA gebonden met histonen (eiwitten); bevindt zich in de kern.
Kernmembraan Kern omhulsel waarin zich poriën bevinden
Nucleoid Kernmateriaal zonder kernmembraan; bestaande uit één
cirkelvormige DNA-molecule
Plasmiden Extrachromosomaal DNA dat genen draagt die de bacterie een
specifieke eigenschap oplevert. Ze worden overgeërfd van de ene
generatie naar de andere.
Michondriën Celorganellen omgeven door een dubbel membraan die de cel
voorzien van energie, d.m.v. ademhalingsprocessen.
Oxidatieve fosforylatie Oxidatie van organische stoffen met vorming van ATP (in de
mitochondriën).
Genotype Het totaal aan erfelijke eigenschappen dat is vastgelegd in het DNA.
Fenotype De uiterlijke eigenschappen van het micro-organisme.
DNA Ketenvormige molecule opgebouwd uit Nucleotiden.
Nucleotiden Bouwstenen van DNA / samengesteld uit een fosfaatgroep,
deoxyribose (bij DNA) of ribose (bij RNA) en een base.
Purine derivaten Base bestaande uit Adenine en Guanine.
Pyrimidine derivaten Base bestaande uit Thymine, Cytosine en Uracil.
Justine Vermeersch 2020 - 2021
, Polynucleotidenstreng Lengte-as van de wenteltrap (DNA)
Basenparing Treden van de wenteltrap (DNA), bestaande uit de combinatie
‘Adenine en Thymine’ of ‘Cytosine en Guanine’.
Watson & Crick model Dubbele helixstructuur van de DNA-streng.
Cytoplasma Inhoud van de cel zonder kern, omsloten door een cytoplasmatisch
membraan.
Protoplasma Inhoud van de cel, inclusief kern.
Colloïdale substantie Waterachtige substantie waarin zich allerlei stoffen en subcellulaire
deeltjes bevinden. Vulling van het cytoplasma.
Fotosynthese biochemisch proces waarbij hogere planten, meeste algen en
sommige bacteriën licht als energiebron gebruiken om CO2en H2O
om te zetten in glucose.
Chloroplasten Celorganel waarin de fotosynthese plaatsvind bij wieren en algen.
Chromoplasten Celorganel waarin de fotosynthese plaatsvind bij cyanobacteriën.
Deze zijn prokaryoot.
Chromatoforen Celorganel waarin de fotosynthese plaatsvind bij
fotosynthetiserende bacteriën.
Endoplasmatisch reticulum Membraanachtige structuur die het cytoplasma verbind met de kern
en het cytoplasmamembraan. Zorgt voor transport en productie van
eiwitten en lipiden. Bestaat uit een RER en een SER.
Ruw ER Deel van het ER bedekt met ribosomen dat instaat voor de synthese
van proteïnen en nieuw membraanmateriaal + transport ervan naar
kern.
Glad ER Deel van het ER zonder ribosomen dat instaat voor de synthese van
lipiden.
Ribosomen Celorganellen vrij in het cytoplasma of gebonden aan ER. Staan in
voor de eiwitsynthese. Bestaan uit een grote en een kleine
subeenheid, waar tussen het Mrna loopt.
Svedbergunit (S) Eenheid voor sedimentatiesnelheid van de subeenheden van het
ribosoom wanneer onderworpen aan centrifugale kracht in een
ultracentrifuge.
Eiwitsynthese
Replicatie Er wordt een duplicaat gemaakt van de originele molecule.
Transcriptie DNA wordt omgezet naar mRNA (messenger RNA).
Translatie mRNA wordt omgezet naar een aminozuur.
Justine Vermeersch 2020 - 2021
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper JustineVermeersch. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,89. Je zit daarna nergens aan vast.