Samenvatting CGt voor kinderen
en adolescenten met
hoogfunctionerend
autismespectrumstoornissen
Deel I – Theoretische Achtergrond
H1 Cognitieve gedragstherapie bij kinderen en
adolescenten
Geschiedenis en beginselen
Psychologische theorieën zijn belangrijk omdat ze verklaringen bieden voor normaal en abnormaal
gedrag waardoor we inzicht krijgen in de etiologie en het aanhouden van stoornissen en mogelijke
interventiedoelen kunnen voorstellen.
Cognitieve gedragstherapie = gedragstherapie en cognitieve therapie worden samengevoegd en
waarbij gebruik wordt gemaakt van een kortdurende probleemgerichte cognitieve methode en
gedragsmethoden op basis van empirische gegevens en theorie leren en cognitie.
CGT kan:
Cognitieve elementen van cognitieve gedragstherapie richten zich op helpen van cliënten bij
identificeren en veranderen van onaangepaste houdingen en opvattingen.
Veranderingen aanbrengen in cognitieve verwerking, emotionele ervaringen en
probleemgedrag van cliënten
Associatieve responsen/antecedenten en consequenties in situatie wijzigen
Definitie en uitgangspunten van CGT
Gedragsperspectief: Gedragingen worden doormiddel van paired associations geleerd
Cognitief perspectief: Rol die ons denken speelt bij ons handelen en voelen.
Emotionele reactie of gedrag komt door cognities of gedachten, reacties worden dus niet
veroorzaakt door externe gebeurtenissen maar door gedachten over die gebeurtenissen.
Wanneer we onze gedachten veranderen, kunnen we ook onze gedrag en gevoelens veranderen.
Leertherapie:
Basis van CGT> Alle gedrag is aangeleerd, dus kan ook afgeleerd worden.
Vijf basisuitgangspunten van CGT
1. Gezamenlijke inspanning door cliënt en therapeut
2. Bevordert self-efficacy om emoties te verdragen en gedrag te veranderen
Destructieve emoties worden vaak veroorzaakt door denkfouten.
Leren om negatieve emoties te aanvaarden en nieuwe vormen van gedrag kunnen kiezen.
3. Kortdurend en richtinggevend
4. Doelgericht en gericht op het heden
, 5. Houdt voortgang bij door (zelf)rapportage
Filosofische achtergronden CGT
Stoïcijnen: Kennis kan enkel worden verkregen door het gebruik van rede.
Gebruik van o.a. logica en zelfdialoog.
Socratische methode van bevragen = Manier om potentieel onnauwkeurige geloofssystemen in
twijfel te trekken door cliënten te helpen bij het onderzoeken van hun eigen opvattingen en validiteit
daarvan.
Histrorische grondslagen van CGT
Cognitieve revolutie = Begon met Bandura (1965). Cognitie werd steeds meer gezien als een
middelende factor in gedrag tav informatieverwerking.
Sociale leertheorie = Motivatie wordt beïnvloed door cognitieve factoren, zoals doelen stellen.
Self-efficacy = Het vertrouwen dat het vermogen van iemand om gedrag uit te voeren ook tot
bepaalde resultaten leidt. Keuze van gedrag en volhouden hiervan wordt bepaald door
verwachtingen van self-efficacy.
Albert Ellis en Aaron Beck: Twee leiders in cognitieve therapiebeweging.
- Rationeel-emotieve gedragstherapie van Ellis = Invloed van gebeurtenissen op mensen wordt
bepaald door hun interpretatie van die gebeurtenis.
ABC Model: Activating events, beliefs, consequences
- Beck: Cognitieve vooroordelen kan individu ervan weerhouden emotioneel gezien baat te
hebben bij bekrachtiging. Negatieve opvattingen over zichzelf > belemmerende invloed op
uitvoering van sociale vaardigheden die nodig zijn om bekrachtiging van anderen te
ontvangen.
Hoe mensen zichzelf en anderen dien, beïnvloedt hun reacties op negatieve gebeurtenissen
De strategieën die worden gebruikt bij CGT
CGT is een erg populaire therapie omdat hij op evidentie gebaseerd is
3 belangrijkste strategiën van CGT:
1. Cognitieve herstructurering
2. Theorieën gericht op copingsvaardigheden
3. Theorieën gericht op probleemoplossende vaardigheden
Recenter is de volgende indeling gemaakt:
1. Cognitieve strategieën
Onaangepaste gedachten leiden tot negatieve reacties.
Deze vervangen door geschiktere opvattingen
Bijv. door zelfinstructietraining = Leren om in jezelf te praten om gedrag onder controle te krijgen
2. Strategieën gericht op vaardigheden en bekrachtiging
Bijv. zelfcontroletraining en probleemoplossende therapie. Niet gericht op 1 bepaalde stoornis.
3. Blootstelling
Uitdoving mbh klassiek conditioneren
,CGT bij kinderen en adolescenten
Verschillen tussen CGT bij volwassenen en kinderen:
- Kinderen melden zichzelf niet aan, dus er moet extra gelet worden op motivatie
Dit kan door psycho-educatie, als een kind zelf niet inziet dat hij een probleem heeft.
- Kinderen zijn onderdeel van systemen, betrek ouders bij proces
- Vaardigheden moeten breed toepasbaar zijn; op school, thuis, bij vrienden
Leren gaat makkelijker wanneer ze zelf de voordelen van de vaardigheidstraining hebben ervaren.
Maak het concreet, bijv. door visuele hulpmiddelen.
Bijv. door muziek of tekenen kunnen de geleerde vaardigheden beter beklijven
Onderzoeksondersteuning voor CGT bij jonge kinderen
CGT zonder ouderbetrokkenheid blijft effectiever voor oudere kinderen dan jongere kinderen.
CGT kan al effectief zijn voor kinderen vanaf 3 jaar, met leeftijdsaangepaste technieken
De vraag wat de individuele bijdrages zijn van de cognitieve- en de gedragselementen is echter nog
onbeantwoord
Een kind moet tot een aantal taken in staat zijn om deel te kunnen nemen aan CGT:
- Alternatieve verklaringen kunnen bedenken
- Emoties identificeren
- Gedachten en gevoelens met elkaar verbinden
Jonge kinderen kunnen dit vaak al, en kunnen evt. extra begeleiding krijgen bij het ontwikkelen van
deze vaardigheden
Er zijn verschillende programma’s, zoals Coping Cat voor angststoornissen, en ACTIE voor depressie
Deze hebben allemaal verschillende elementen, zoals groepsessies, oudersessies, filmpjes maken,
etc.
Conclusie
CGT bij volwassenen en kinderen is gebaseerd op dezelfde theorie.
Omvat prestatiegerichte- en cogntiieve strategieën, en toepasbaar op breed scala aan problematiek.
Belangrijkste elementen binnen CGT:
- Zelfcontrole
- Rollenspel
- Blootstelling aan prikkels die vermeden worden
- Ontspanningstraining
- Huiswerkopdrachten
H2 Aanpassingen aan CGt voor kinderen en
adolescenten
Veranderingen in gevoelens, gedachten en gedragingen bij
hoogfunctionerend ASS
Vanwege de nadruk op meetbare verandering begint CGT vaak met beoordeling van de aard/mate
van problematiek d.m.v. zelfrapportage of klinisch interview.
CGT biedt mogelijkheid om:
- Zelfbewustzijn
, - Zelfcontrole
- Constructieve methoden om emoties te herstellen
- Sociale cognitie en competentie
Te verbeteren
ASS kampt met tekorten die invloed hebben op CGT, zoals:
- Zelfreflectie
- Reflectie op gedachten en gevoelens
- Gedragsreacties op emotionele prikkels
- Taalproblemen die invloed hebben op begripsvermogen en zelfbeoordeling
Er moeten dus aanpassingen aan CGT gemaakt worden om deze toegankelijk te maken voor ASS.
CGT voor KASS kan ook als groepstherapie gegeven worden, belangrijk is dan om nadruk te leggen op
de sociale conventies van groepstherapie.
Welke aanpassingen moeten er plaatsvinden binnen conventioneel CGT programma, om het geschikt
te maken voor mensen met ASS?
ASS en Leerprofiel
IQ is normaal, maar cognitief profiel is disharmonisch.
CGT kan hierop aangepast worden:
- Hoog verbaal redeneervermogen > Gebruik tekst, want hierbij heeft persoon geen
intermenselijke of gespreksvaardigheden voor nodig
- Hoog visueel redeneervermogen > Gebruik computerprogramma’s, demonstraties, beelden.
- Hoog logisch denken > Uitleg over waarom we emoties hebben, hoe te herkennen en
beoordelen
KASS kunnen moeite hebben met SE-verwerking, herinneren van opeenvolgende info en verwerking
in nieuwe contexten.
Kind heeft dus meer tijd nodig om de SE info te verwerken en op te reageren.
Verbale instructies kunnen aangevuld worden met schriftelijke instructies
ADHD en Executief Functioneren
KASS krijgen vaak te maken met onoplettendheid en hyperactiviteit, waardoor ze in hun functioneren
kunnen worden beperkt.
Moeite met het wisselen van aandacht; veel dagdromen en fixatie op 1 onderwerp.
Dit heeft invloed op de inhoud en duur van CGT
Tekorten in executief functioneren bij KASS:
organisatie en planning, werkgeheugen, timemanagement.
Therapeut moet toezicht houden op opdrachten en sessies
Veel structuur, korte afzonderlijke activiteiten, kleine ‘’hapjes’’
Visuele hulpmiddelen zoals symbolen
Herhaling
Veel monitoring en feedback
One-Track Mind
One Track Mind = KASS zijn niet flexibel in denken en oplossen van problemen (executief tekort).
Kind heeft vaak te laat door als het ‘’op het verkeerde spoor zit’’